iTo. IÏÏT10.
LËIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG (9 OCTOBER. - TWEEDE BLAD.
Een reisje naar Indië.
Gemengd Nieuws.
FEUILLETON.
Irma en Waiter.
Anno 1907.
VI.
Main z—L u z o r n. (vervolg)
Thans zien vrij naar do rechterzijde. Eert
kasteel verheft zich een vijftig meter bo
ven het wateroppervlak. Wie of daar
■woont? Vroeger een machtig burggraaf,
thans een huisbewaarder. Het kasteel, eens
zloo maaliJtLg, wordt thans in stand ge
houden door do toegangsgelden van de
vreemdelingen. En van binnen is het een
heelo winkel. Allerlei muziekinstrumenten
kunt gij daar koopen. Kapstokken, waar
uit muziek voortkomt, als gij uw jas er
aan ophangt. Als gij het niet gclooven wilt,
ik heb ei! één thuis, Rapenburg 53, vraag
maar aan do juffrouw. Zelf heeft zo een
kick van het geheele geval in do woonka
mer. Nog andere zaken kunt gij koopen.
Gaat gij op een stoel zitten, muziek;
■wilt gij uit een glas drinken, muziek.
Albums met muziek, ja zelfs stoelen en
stilletjes, als gij er op gaat zitten: mu
ziek.
Als het zomernacht is, wordt de gchee-
'lo waterval met bengaalsch vuur verlicht,
tegelijk aangestoken met electriachc dra
den. Dan is het Schumann in Let groot,
met zijn elcctrischo fonteinen en andero
drama's.
Na dit korte oponthoud sleur ik u weer
verder. Wacht, gij ziet er zoo dorstig uit,
misschien .wilt gij eerst een slokje drinken
met uw—Leidsche gazicht. Dio Leidenaars
zijn toch altijd dorstig. Echter kost het
heel wat moeite, om het hegeerde te vciv
krijgen. Eerst is de juffrouw cr niet; en
als zij er is, zijn wij haar taal niet mach
tig. Wat is dat ook voor een raar dialect?
Eindelijk lukt hctl 't Schol een biet of we
hadden den trein gemist. In Winterthur
hokt het weer. Bagage, niet te zien. En
steeds zwarter worden wij cn onophoudelijk
vegen wij het gezicht af van warmte en
roet. Laat ons' niet den moed verliezen,
broertje. Wij zullen er wel komen. Zijn wij
na eenig sukKclcn niet to Zurich? Inder
daad bestaat cr kd~-, dat wij hier onze
bagage terugzien, ten minste zoo wordt
voorspeld.
Den kleineren inventaris zullen wij maar
in bewaring geven; kans op ontvreemden
is zeer gering en er zitten toch niets dan
onbetaalde rekeningen in.
Weet je nou hoe laat het is? Zes uren,
je zult wel honger hebben, je ziet cr net
zoo naar uit met je crcdiethoofd. Een
plasregen vergezelt ons, doch wij hebb^u
onze regenjassen bij ons.
Zurich is een tamelijk mooie stad net
een eigen Meer en studenten. Het laatst*.,
is niet veel; eenigszins uit alle windstre
ken bijeengeraapt. Ik bedoel met dat niet-
vecl niet, dat zij niet met zakken met
geld of groote namen loopen, neen, ik weet
niet, wat het is, maar cr mankeert iets
aan. Zoo iets als een Amsterdamsch stu
dent, die weet ook niet, of io nou eigenlijk
student is of niet.
Intusschen loopen wij op den grooten
boulevard, plassend in den rc^cneen
mooi restaurant met veel kellners cn wei
nig gasten doemt op; wij cr binnen. Wij
zijn in hotel ,,St.-Gotthard." Hoe vriende
lijk ontvangt men ons. wij zien er ook
zeer correct uit; natte schoenen, vuil reis
kostuum, flauwgevallen boord, even groe
zelig als t gezicht, met ongeschoren baard
cn haren in do war. En dan die* manchet
ten Aldus nemen wij natuurlijk de beste
tafel, die cr is aan het raam. Ja, kell-
ner, het spijt mij, dat je zulke Zigeuners
bedienen moet, maar dan moet jo de trei
nen in je land maar zorgvuldiger laten
loopen. Ik zeg niet, dat jij het helpen
kan, maar dan moet je ook niet zoo on
tevreden kijken.
Vlug is het maal ten einde; laat ons
dezen argwanenden blikken ontvlieden.
Niemand helpt ons aan onze jassen en wij
zijn nog _wel zulke nette jongens. Buiten
heeft de regen opgehouden. Het station is
vlak bij. En aldaar wat ziet ons oog?
Plotselijk do bagage met dj vele onder
broeken, gekleedo jassen en overhemden.
Groot ia onze vreugde cn als wij om half-
acht vertrekken, is de moed toegenomen.
Gelukkig is de duisternis niet geheel in
getreden en zien we de Zugerseo nog, al is
daan' weinig aan te zien. De bergen nemen
too in hoogte en steilo hellingen en lang
zaam begint de avond te dalen.
Eindelijk na viermaal overstappen,
twaalf uren sporen, is Lüzern bereidt. Een
keurige omnibus met gutta-percha-banden
waeht ons. Rommelend en bonzend wordt
de groote bagage boven ons Hoofd aan val-
proeven onderworpen, doch wo zijn ten
minste aan onze bestemming, o leelijke me-
de-Leidcnaar. Ziet, hoo helder het thans is,
als we de brug overrijden over de afwate
ring van het meer van Lüzern.
Iedere stad in Zwitserland Iiecit onge
veer haar eigen meer, zooals iedere stad bij
ons haar eigen vliet of wetering heeft. Heb
je 't één niet, dan maar 't andere. Alleen
is een moer veel frisscher en rentegevonder
dan een gegraven gracht. Oók is het Ra
penburg rustiek, maar ruik eens dio dam
pen Do schelleknoppen slaan cr van aan,
dc verf wordt blauw, dc lucht is te snij
den, nietwaar burgemeester?
Maar, trouwe ridders, wo zijn aan het
Hotel. Ziet, hoe vol met gasten. Hoor ia
thans weder niet alle ivereldtalcn Tot
straf, d^t we er zoo slordig uitzien, krij
gen we weer' een kamer tusschcndeks, half
hoog in den zijvleugel. Kan ons niets scho
len, we zijn nu cenrr ruil cc-n beetje onver
schillig en op 't o genblik zwaar vermoeid.
Ook ,gij wellicht, dieubare lezer met uw
lodderige oogen, laten we ons dus diaasten
do kamer fiks met rommel te vullen, om
oen denkbeeld van bewoond zijn te verkrij
gen en flink heen cn weer loopen, dan we
ten de benedenburen, dat w ij het zijn. Ook
niet al to zachtjes praten, anders denken
de boven- cn zijbe-oners, dat ze h-et rijk al
leen hebben. Daarna verstommen we en
wenschen elkander w.l te rusten; wie doet
je wat?
Aan de tel epigoon alhier z ij d
nog aangesloten onder de nummers*.
811. D. van Kerckhoff, Witte Singel.
819. P. M. Verhoef, spekslager, Steen-
straat l.
820. W. Croon, technisch inkoop-bu
reau, Thorbeckestraat 6.
Do drie personen, die dezer dagen
te Zoeterwoudo hebben ingebroken, z(Jn ge
bleken to. z'Jn de to Haarlem b*ij do politie
zeer bekende personen, Van den Klashorst,
Van Emmerik en Booms. Zy bevinden zich
nu achter slot en grendel.
Inbreker In hechtenis genomen.—
Te Haarlem is gisteren in airost genomen do
groentenventer J. v. d. Kommer, die betrapt
werd, toen hf) bezig was by de Clebr. Jansen
in d3 Haarlemmermeer in te bioken. Hy
waa reeds bozig met het forcoeren der linnen
kast, toen lijj in zjjn werk \werd gestoord.
HU wist toen te ontvluchten.
De werkman in dienst der
Stuwadoorsvereehiging, die te Rotterdam
plotseling dood bleef aan boord van het
stoomschip „Morawitz", liggende aan paal
23 in de Maashaven, is gebleken te zijn do
38-jarige Johannes van Hulst, -te Loosdui
nen woonachtig.
Toen eeuigc werklieden van do Stuwar
doorsvereeniging zich gisteren nabij do
loodsen „Oost" on „West" aan de Rijnha
ven Z Z in eon roeiboot begaven, heboen
op den wal staande bootwerkers met stee-
nen naar hen geworpen. Een- van de man
ne<n van do Stuwadoorsvereenigiug loste
een revolverschot, waarop de steenwerpers
dc vlucht namen.
Vijfhonderd vijftig menschen in dienst
van de Stuwadoorsvereeniging uit dc Ca-
landstraat werktcD gisteren op 28 stoom
schepen, overal in do havens liggende. En
nog steeds blijft het aanbod, om bij die
vereeniging als bootwerker ia dienst to
komen, aankoudon, ook uit het binnenland
Door J. Molendijk, den leider van de
bootwcikejsvcrgaderingen, in de laatste
tijden gehouden, is een kabinetschrijven
ontvangen van den minister van landbouw,
nijverheid en handel, waarin hij voor het
feit gesteld wordt om óf als lid van do
commissie van onderzoek voor het haven
bedrijf te Rotterdam te bedanken óf zijn
functie van bestuurder in do arbeidersor
ganisatie neder to leggen.
Na rijp beraad heeft Molendijk, om tac
tische redenen, besloten, zijn bestuursfunc
tie uit de arbeidersorganisatie prijs te ge
ven.
Naar aanleiding hiervan sehi'ijft be
richtgever van het „Hbl.":
„Eenigen tijd geleden hebben wij gemeend
te moeten wijzen op het vicieuze dat een
vaoi.de leiders der stakende bootwerkers, J.
Molendijk, tegelijk was lid der commissie
van controle over dc inspecteurs van de
Kamer van Arbeid. Dit wekte toen in-hoo
ge mate den wrevel van, de werkliedenorga-
nen en niet het minst van Molendijk zelf,
die beweerde dab beide functies best ver
een igbaar waren. Dat ten slotte de minister
er ongetwijfeld op grond van onmiskenbare
gegevens ten slotte anders over gedacht
heeft, blijkt nu uit zijn aanschrijving.
„Do"*maatregel van den minister komt
voor de zaak zelve natuurlijk veel to Laat.
Het kwaad dat uit heb cmbrouillement
van beide betrekkingen moest voortvloeien,
is geschied. Yoor Molendijk' is do aanschrij
ving een fortuintje. Do stakingsbeweging
is merkbaar aan het tanen en alles wijst
er op dat do bootwerkers den arbeid zullen
hebben to hervatten zonder iets t© hebben
verkregen, vrat voor dc leiders natuurlijk
hoogst onaangenaam is. Door den brief
van den minister van landbouw heeft Mo
lendijk nu keurig de gelegenheid gdkregen
bijtijds het veege lijf ts© bergen en als de
ratten het zin kond© schip to verlaten.
„Géén andero oonclusie is te trekken
uit het na rijp beraad door,Molendijk ge
nomen besluit, zijn bestuursfunctie in do
arbeidersorganisatie om tactische redenen
prijs te geven. Wil hij dit ontkennen en be
weren dat zijn besluit om als lid der com
missie van controle over den havenarbeid
aan to blijven, voorvloeit uit don weosch
den arbeiders diensten te ikunnon bewijzen,
dan zou hij daarmede hot bewijs leveren,
dat onze vroegere opmerkingen juist zijn
geweest en bij wel "degelijk beide betrekkin
gen heeft gcembrouilleerd, iets wat hij,
naar ihrii weet ten sterkste zelf heeft ont
kend. \an dit dilemma zal de man thans
niet ontsnappen."
Verdwenen. Dc heer, O., fir-
mant der firma O. en De B., makelaars in
drogerijen, Nieuwe Haven te Rotterdam,
heeft zich, naar aan „Do Rotterdammer''
wordt gemeld, verwijderd.
Do heer O., die in Den Haag gedomici
lieerd is, moet in den laatsten tijd stevk
hebben gespeculeerd. Hij heeft een briefje
acntergolafce-», waarin gezogd wordt, dat
oon onderzoek naar hem nutteloos zou zijn
Geen misdaad. Uit Schie-
dam wordt aan de „Msb." gemeld:
Als officieel kunnen wij thans mededce-
len, dat de uitslag der gLyrechtelijke schou
wing van het lijk van den Scheveninger
Arie Dijkhuizen is, dat de man is gestor
ven door verdrinking. Het touw om den
hals heeft niets met de doodsoorzaak uit
staande, evenmin als do wonden aan hoofd
en rug, welke laatste zijn toegebracht ge
worden, nadat de dood was ingetreden.
Misdaad wordt geheel buitengesloten ge
acht.
Men meldt uit 's-Gravcnzan-
dc: Het Zaterdagavond aan de Noord-
pier aangespoelde lijk van de „Berlin'' is
herkend als dat van den heer Alfred Hein,
Iersch houthandelaar.
Do cbiofstal dor patroon hul
zen In verhand met den diefstal dér
18,000 ipatroonbulzon. had de politie te
Arrnhem den opkooper A. B. gearresteerd,
die ten slotte bekende, dat de hulzen hem
door den plaatscorveeër v. d. E., voor deu
sergeant der infanterie B. gebracht wer
den. Deze sergeant is daarna, op aanwijzing
der politie, in arrest gesteld, terwijl v. d.
E., die slechts als tusschcnpersoon dienst
deed, en do opkooper, ter beschikking van
do justitie zullen gesteld worden. Dc ser
geant cn d© plaatscorveeër hobben bekend.
Dc patroonhuizon werden to Rotterdam
in beslag genomen.
Gong-signalen. Te Harder-
wijk is bij het Werfbureau in gebruik ge
nomen een ngong", waarop voortaan do
signalen, gewoonlijk door een hoornblazer
uitgevoerd, zullen worden aangegeven.
De „gong" is een koperen bekken, han
gende aan een ketting. De signalen worden
nu met een houten hamer op den „gong"
geslagen, hetwelk een zeer doordringend
geluid geeft en overal zeer duidelijk yor-
staaDbaar is.
Het Werfbureau heeft slechts één hoorn
blazer tot zijn dienst, zoodat men in geval
van ziekt© in nood zou kunnen geraken.
Oclk dit is voor don commandant een reden
geweest tot hot invoeren van den „gong'
welke door iedereen gehanteerd kan wor
den. (»|U. D.
Twee personen to Rcouwijk,
dio gisteravond laat een schuit met gras
zoden vervoerden, geraakten, doordat do
schuit to diep geladen was, te water.
Een van hen, zekero S. J., verdronk. Dc
andero wist zich tc redden.
Wenken voor do schooljeugd.
Tc Nijmegen wordt onder do schooljeugd
een circulaire verspreid, bevattende dc
volgende verstandige raadgevingen
1. Wasch dagelijks hoofd, hals, borst eu
handen en houd de nagels schoon 2. Wasch
ook steeds de handen eer gij gaat eten of
eetwaren in handen ^eerot. 3. Spoel na ei
ken maaltijd den mond cn po ts dagelijks
de tanden, opdat gij'.geen kiespijn krijgt.
4. Spuw binnenshuis of in het schoolge
bouw niet op "den vloer. 5. Gebruik geen
sneóksel om uw lei schoon tj maken. 6.
Drink geen onzuiver water of slootwater
en drink geen alcoholièehen drank, 7. Roolc
of pruim niet. 8 Loop, sta cn zit steeds
flink rechtop. 9. Zeg het den onderwijzer,
wanneer gij op uw plaats niet goed kunt
zien of hooren of wanneer gij u ziek ge
voelt. (Nijm. Ct.)
Dinsdagmiddag brandde do
boerderij en werkplaats van den timmer
man Besselink t:* Kijenburg b,j Hengeloo
lnjna geheel af. Het vee liep in de wei on
was dus builen gevaar, doch van do var
kens kwamen er enkele in dc vlammen om,
terwijl andere zulke brandwonden opliepen
dat ze moesten worden afgemaakt. Omtrent
het ontstaan van don brand valt met zeker
heid niets te melden. (Zutf. Ct.)
Zonderling toegetakeld.
In hot jongst verschenen Politieblad wordt
gemeld, dat op 25 September Ie Nunspcet
is aangohouden een 23-jarige koetsier uit
Ensehedoe, verdacht van ver duist* ring. Do
man droeg: ccn bruinachtig colbertRos-
tuuro, buis, vest cn broek, jockey-pet, wifc-
boordje, rood-zwarte das, een gebreid vrou-
wen-onderlijfjo, een wit katoenen vrouwen
hemd, een vrouwen-onderbroek en lango
zwarte, tot over dc kni© reikende rouwen-
Ikouscn. Ook droeg luj eon grijsachtig blauw
gestreept korset, waarop zich nog een eti
ket bevond, blijkens hetwelk het kors t
f 1.90 gekost had.
Do commissaris van politie te Zwolle
verzoekt thans tc worden bekend gemaakt
met de herkomst der vrouwenkleeren.
Aan de Pruisische grenzen bij
Dinxperio hebben do lcommiczcn gister
nacht een aardige vangst gedaan Een
smokkelaar had een zware koe over de
grenzen gebracht. Toon dc man d koe vei
lig meende te hebben overgebracht koerdo
hij naar het Noderlandsche gebied terug,
doch bemerkt© niet dat de 'koe zijn geleider
naliep. Intusschen kwamen dc kommiezon
aan cn deze namon nu de koe in beslag.
Toen prins B I o w g i s t,c r m i d-
da-g met zijn broer in een huuxautomobici
langs don Elbcweg te Hamburg reed, had
de bestuurder van het voertuig het onge
luk, een oude vrouw tc overrijden. Bij de
komst van den dokter, was do vrouw al
dood. Bülow liet een politieagent het num
mer van do auto on van» den bestuurdei
opteelkenen cn ging met de elektrische tram
verder. D© bestuurder schijnt geen schuld
aan het ongeluk gehad te hebben, daar do
oude vrouw op het allerlaatste oogenblik
den weg over wilde stckoD.
De koning van Siam heeft
voor een aanzienlijk bedrag aan juweelen
gekocht bij een Londcnscho firma. Dezo
heeft du van haar vertegenwoordiger te
Rome bericht ontvangen, dat tusschcn
Rome on Napels de zending is gestolen.
De hertog van Cumberland
heeft kort geleden den zoogcnaamden__schafc
der Wclfen, die vroeger in het Oostenrijk-
scho Museum bewaard werd, in alle stilte
naar zijn kasteel te Gmunden, in Opper-
Oostonrijk, laten overbrengen. De schat,,
dien koning George, toen hij in 1866 Han
nover vorlibt, naar Weenen mee heeft ge-,
nomen, bestaat uit een kostbare verzame
ling van kerkelijke kunstwerken uit de
Middeleeuwen. Het zijn meerendeels wor
ken van Byzantische en Nederrijnsche her
komst. Er zijn relieken cn altaren onder uit
de twaalfde cn dertiende eeuwen, dij met
email, goud en zilver bewerkt zijn. Kunst
kenners hébben de verzameling in heb Oos
tenrijkse lo Museum altijd ijverig bestu
deerd cn zullen het zeer betreuren dat zij
nu zoo goed als onbereikbaar is geworden.
To Kief is plotseling een lie
vige cholera-epidemic uitgebroken.
Dinsdag werden 180 gevallen aangego-
ven, Woensdag stierven dertig personen
aan do vrcesclijke ziekte. En het ergste is,
dat men verzuimd had voorzorgsmaatrege
len te nemen, zoodat er gebrek is aan ba
rakken, wat natuurlijk het givaar voor
voor uitbreiding dér epidemie zeer in do
hand werkt.
Woensdagmiddag ijn te Kief nog 88 nieu
we gevallen van cholera waargenomen,
waarvan boven de reeds vermelde 30 nog
zes een doodelijk n afloop hadden.
Een zware brand heeft W o.ens*
dagnacht in het Moravisch© plaatsje Alt-
stad t, dioht bij dc P r u isisèh'e- S iiezischo
grens 32 huizen en 12 schuren in de asclx
gelegd. Dc brand oitstond in een dicht bij
het station gelegen schuur door achteloos
heid van Italiaansche arbeiders. Door den
hevigen wind sloeg de brand over naar do
stad, waar het bovengenoemde aantal ge
bouwen afbrandde, alvorens d© uit ver
schillende naburige gemeenten toegesncldo
brandweer cr in slaagde het vuur meester
bc worden. Honderd gezinnen zijn ten ge
volge van dc ramp dakloos geworden.
Tusschcn de stations Hers-
feld en Altcnfcld in Hcsscn-Nassau is een
aanslag gepleegd op een trein. Op het
spoor waren zwarè stukken ijzer en een
groot ijzeren bluk gewenteld. Gelukkig be
merkte de machinist het gevaar tijdig cn
kon hij den trein nog vóór de hindernis
sen tot sLaan brengen.
De zeshonderdste verjaar
dag van den eed op den Grutli is Dins
dag herdacht door een zes duizendtal in
woners van de drie oudste Zwitserscho
kantons, Uri, Schweiz en Unterwald. Na
een godsdienstplechtigheid zong een koor
en werden door vertegenwoordigers der
drie kantons cn door den voorzitter van
dcïi Zwitserschcn Bond redevoeringen ge
houden.
Bet o over do beenhouwers-
winkel Ecu beenhouwer van Marcinclle
had zijn winkel laten vernieuwen. Dc mu
ren waren met verglaasde steenen bezet;
gepolijst ijzerwerk, elcctriek licht, spiegel
ruiten, alles was op het fijnste cn de win
kel ging op in volle glorie.
Een kalant kwam binnen om hem to
handgiften, bij middel van een aankoop
van worst.
Do beenhouwer wilde het gevraagde van'
den haak nemen, doch hij voelde plotseling
een geweldigen schok, die hem deed terug
deinzen cn een smartkreet ontlokte. Een
tweede poging had hetzelfde gevolg.
Hij wilde een ander stuk vatten, toon
een kwartier os afhaken, en telkens voeldo
hij den schok.
De kalant, voorbijgangers en huisgenoo-
ten probeerden ook, altijd met lictzelfdo
resultaat, toen eensklaps een electricicn,
die zich onder de aanwezigen bovond, be
merkte, dat een leiddraad van de verlich
ting in aanraking was met,het ijzerwerk.
Men raadt wat cr gebeurd was: heel do
vlccschbazar was geëlectriseerd.
(,,H. v. Anbw.")-
Per luchtschip de wereld om!
Dc directeur van de luchtschip-afdcc-
ling der tentoonstelling te Jamestown
heeft, naar wordt medegedeeld, het plan
opgevat om met eenige anderen een be
stuurbaar luchtschip tc bouwen, dat go-
schikt is voor niets minder dan voor ecu
reis om dc wereld 1
48)
XX.
Het was een heerlijke, lichte nacht in de
jnaand Juni. Het hemellicht goot zijn zoch
ten schijn over den spiegel van den hofvij
ver, waarop met zacht gesloten oogen de
witte waterlelies droomend rustten, terwijl
de rozen aan de struiken, zoete geuren ver
spreidend, luisterden naar het nachtega-
lenlied, dat uit de naburige bosehjes
klonk. Eens was de rijk versierde gondel
over dit water gegleden. Mooie vrouwen
'hadden in deh zonneglans daar haar zoe
te liederen laten weerklinken, waarmede do
.volle tonen van jonge mannenstemmen ver
smolten.
Dat alles was echter vqorbij. Aan het
anker vastgelegd, schommelde het vaartuig
in den nachtwind heen en weer.
Wat was het, dat de feestelijke stilte der
natuur hier plotseling onderbrak?
Een gedempt dreunen was waarneem
baar het met kiezel beestrooide pad knars
te onder honderden menschcnstappen. Zij
naderde, ds donkere wolk, welke over het
hoofd van Landeros reeds zoo lang had ge
zweefd; zij naderde in de groep wrekers,
die kwamen om het recht te vorderen, dat
tnon hun zoo lang had ontzegd. Zij stap
ten zoo stil mogelijk voort; slechts hier en
daar was een onderdrukt gemompel hoor
baar. Het- gericht moest onverwacht over
den schuldige losbreken, Bruncck had het
eoo beschikt.
In het slot was het leven, hetwelk daar
op den dag heerschtc, zoo goed als verdwe-
neïi; doch, hoewql het reeds over midder
nacht was, straalde de groote voorhal nog
in bel licht.
De prins wenschte hot zoodie moest
verlicht blijven tot het licht van den dag
aflossend verscheen. Do portier was door
den slaap overmand. Hij zat heel feestelijk
in zijn goud-geborduurden rok met den
staf in de hand op een rood fluweelen
bank, die langs de wanden stond; maar
het hoofd met den langen witten baard
was hem diep op do borst gezonken. Dc
slaap, welke den oude had overvallen, was
zóó diep, dat hij eerst ontwaakte, toen de
blouse-mannen reeels, de wijde hal vulden.
Bruneck, met iedcren hoek van het slot
vertrouwd, had zijn gezellen de achtertrap
op daarheen gevoerd.
Intusschen zat de heer des huizes met
zijn drink- en speelgcnooten bij een over
vloedig maal in dc helverlichte eetzaal. De
beker ging rond. De vurige wijn parelde
cn schuimde in het glanzend kristal. De
geur van warme spijzen doortrok de lucht.
Dc wangen der slempers gloeiden en hun
stemmen klonken luid en rumoerig tus
schcn het geklink der glazen.
Wie bij het zien van den gastheer het
voorheen met het tegenwoordige vergeleken
had, zou een treurige Verandering hebben
waargenomen. Hij was, evenals meestal,
in zijn landsdracht gekleed, welke met
voorliefde uit de fijnste stoffen gekozen
was, maar zijn mooie trekken hadden iets
mats en zijn oogen hadden iets wilds ver
kregen.
Het gezelschap, dat zich hedenavond
rond hem verzameld had. was veel gerin
ger in aantal dan gewoonlijk en bestond
slechts uit drio gasten. Achter den stoel
van den prins stonden tweo bediendeD, dio
acht gaven op zijn wenken.
In do kamer naast do eetzaal brandden
reeds lang aan de groene tafel dc kaarsen,
maar men verwijlde ongewoon lang aan
den avonddisch. Een van de heeren bad
iets bijzonder belangwekkends te vertellen.
Hij had in Afrika jacht gemaakt op den
sterken olifant en den trotschen leeuw,
en do wcrpspicls in de vrcesclijke kaken
van den krokodil geboord. Dat was wel do
moeite waard aan te hooren; zelfs voor
den geblaseerden prins.
De verteller was reeds aan het oigeiiblilc
gekomen, dat de verwonde koning der
woestijn zich met vreeselijk gebrul in zijn
bloed, omwentelde, toen een bediende, allo
ceremonieel veronachtzamend, de eetzaal
binnenstormde.
Met bleek, onthutst gezicht riep hij, op
den prins toesnellend: „Doorluchtigheid,
red u door de vlucht, de arbeiders van den
smeltoven zijn daar; een opstand; zij dra
gen wapenen, zij verlangen Uwe Doorluch
tigheid dadelijk te spreken."
D© prins keek den man verachtelijk
aan. „Vluchten?" zei hij, „een Landeros
vlucht niet, en zeker niet voor het janha
gel. Ik vind, we moesten onzen eetlust er
riet om bederven," vervolgde hij tot zijn
tafel genooten.
„Doorluchtigheid, de lui zijn gewapend
cn de heeren hier hebben niets tot hun
verdediging." De lakei behoorde tot de
meest begunstigden van den slotheer.
„Breng do wapens uit de wapenzaal 1"
riep hij in zijn overmoedigcn ïïoon.
De dienaar Bto-rmde wee. Een oogenblik.
later was hij terug en reikte zijn heer een
revolver over, die hij in do naastgelegen
slaapkamer van den prins bad gehaald.
Landeros stak lachend en achteloos het
wapen in zijn gordel. De bediende was
weer weggesneld. Tot aan de wapenzaal
was een hinge weg, maar de andere heeren
moesten noodzakelijk ook tot verweer uit
gerust worden.
De man was jong en moedig, bovendien
behoorde hij tot dc weinigen in het slot,
die hun heer nog waarlijk genegen waren.
Eer de overige aanwezigen goed begre
pen hadden, wat er ■gaande wa3, sprongen
do vleugeldeuren van do zaal open en op
den mooicn parketvloer, waarover vroeger
de zijden sleepen der dames heenruischten,
stapten nu dc met spijkers beslagen grove
schoenen van de arbeiders, met Bruncck
aan het hoofd.
Dc beide heeren, die tot nu toe nog niet
veel anders hadden leeren kennen dan het
rollen der kogels van de rouletLe, werden
doodsbleek. Zagen zij misschien liet ,,Mc-
ne, tekel" voor hen, door een onzichtbare
hand op den muur geschreven?
De bedienden weken bang achteruit;
slechts de held van Afrika stond onstui
mig op. Maar reeds had het vurige, nat,
waarmede hij zich gedurende zijn verte.ling
had zoeken te begeesteren, te machtig ge
werkt. Met een wilden vloek zonk hij op
zijn stoel terug.
Landeros klopte hem op den schouder cn
zei, terwijl hij zijn blikken met een u"t-
driikking van onbeschrijfelijke geringschat
ting over den troop indringers liet glijden:
Blijf bedaard, mijn vriend, hier zijn geen
leeuwen te jagen, maar slecht3 eon (roep
huilende jakhalzen e» laffe hvenaV'
Daarna hief hij zijn glas op om den gas
ten toe te drinken. „Proost, n ijne heeren»
proost 1"
Bruneck trad nu met vlammend oog
recht op den spotter toe: „Prins Alexan
der," zei hij, met een stem, bijna verstikt
van woede, „wij zijn gekomen om ons
recht te eischcn. Geen van ons zal van
hier gaan, vóór wij het in zijn geheel ver
kregen bobben."
Een vlammende bliksem scheen uit heb
oog van den slotheer op zijn voormaligen
bediende neder to schieten. Hij nam zijn
volle glas en slingerde dat Bruneck in heb
gezicht. Rinkelend sprongen de scherven
rond en in het volgend oogenblik had do
belccdigrio aanvoerder zich, gelijk een tij
ger, met één sprong op den prins geworpen'
en met ijzeren greep zijn schouders gevate
Een seconde lang worstelden de beide strij-,
ders met elkander, maar eer nog do
dichtstbijstaanden ter hulp konden snel
len, knalde een schot, een dreunende val'
cn Landetfos lag op den vloer uitgestrekt.'
Uit zijn borst welde een bloedstroom, wel
ke het helblauwe fluweel van zijn buis pur
per kleurde. Het los in zijn gordel stekendd1
pistool was, terwijl hij zijn linkerhand loa
wrong om er naar te grijpen, afgegaan. Dn
kogel was op de eiken tafel afgestuit cuj
had hem in het terugvliegen getroffen 1
(Y'ordt vervol gd.K