If LEID3CH DAGBLAD, ZATErJDAC 3f AUGUSTUS. - V7ERTJET BLAD. öeesteres en Dienstbode onder de nieuwe wet. Brieven van een Leidenaar. FEUILLETON. Beproefde liefde. J«. 14077. AnnO IÏÏ07 Zoo heeft dc Eerste Kamer eich dan toch fcnet vrij groote meerderheid, met dc wet hp het arbeidscontract veree-nigJ, die wet, jeoa de sluitsteen onzer sociale wetgeving hnaauid en al is die wetgeving nu nog Jaag niet voltooid, al is de uicuwe wet niet fcoluiaakt, verbeterde toestanden op ar- beidsgêbitxl zullen er ^fcoch ongetwijfeld uit Voortvloeien. Een zeer belangrijk onderdeel der regeling |?an het arbeidscontract is do verhouding usschcn meesteres en dienstbode, een ver houding, die tegenwoordig vrij wel in de [lucht hangt cn neerkomt op de altijd sterk Igeuraakte bepaling, dat do cersto op het svoord geloofd wordt. Wanneer wij ons voorstellen om do ver houding to schetsen, die het gevolg zal zijn van do nieuwe bepalingen, zoodra deze in werking zullen zijn g. treden, dan moeten wij opmerken, dat hetgeen wij bespreken zullen, niet uitsluitend op de meeste res en de dienstbode ziet, maar op allen, dio huiselijke en persoonlijke diensten te gen loon verrichten. Het betreft dus zoo wel den meester als do meesteres en niet alleen het vrouwelijke, maar ook het man lijke dienstpersoneel Daar echter het hu ren van dienstboden in hoofdzaak door do meesteres geschiedt en er veel meer vrou welijk dan manlijk dienstp.rsoneel is, meenden wij te kunnen volstaan met in het algemeen van do meesteres cn haar dienst bode te spreken. Zooals wij allen weten, is het een vaste regel, dat huur van diensten mondeling wordt gesloten, tot wederopzeggens toe, met bepaling alleen van de dagen, waarop het loon zal worden betaald en soms ook van den termijn van opzegging, dio echter meestal aan het plaatselijk gebruik wordt overgelaten. Huur van een bepaalden tijd, bijv. van jaar tot jaar, komt in hoofdzaak alleen in den boerenstand voor. Soms wordt ook nog wel eens ccn god s- peuning gegeven. Deze verouderde in stelling, waarvan veel misbruik wordt ge maakt, heeft echter met dc uitvoering of Verbreking van de overeenkomst niets te maken. Als het contract gesloten is, moot het uitgevoerd worden. Mevrouw zou bijv. niet kunnen zeggen ,,Ik zie van je af, houd evenwol je godspenning maar." Desge- vorderd zou zij do dienstbode toch mceteo nemen; maar dan natuurlijk gerechtigd we zen, om op den kortst mogelijkcn termijn een opzegging tc#doen. Hot meest voorkomend geval is gelukkig nog altijd, dat dé godspenning aangenomen wordt en de dienstbode daarna werko'ijk in haar dienst komt Gaat zij nu echter binnen drie maanden weer weg, dan nag do godspenning van het loom worden ifge houden; wat natuurlijk alleen iets bctee- kcDt als het verdiende loon meer dan de godspenning bedraagt Het is een aanspo ring om niet tc lichtvaardig een ein'fc aan dc zaak te maken. Is een dienstbode nog minderjarig, wat zeer vaak voorkomt, dan is dc machti ging van ouders of voogden noodig om zich in een dienst te begeven. Er is echter een bepaling in dc nicuwo wet, die oorzaak zal wc-^n, dat ook in het vervolg de ouders en voogden in den regel wel buiten de zaak> zullen blijven. Wanneer <ïo dienstbode z -b namelijk zonder mach tiging verhuurd heeft en zij is vier weken in haar dienst geweest, dan wordt het zoo beschouwd, alsof zij do machtiging werkelijk bad verkregen. Het doel van den wetgever, in hoofd zaak van zedebjken aard, is echter goed; hij wil namelijk door de medewerking der ouder? do betrekking tusschcn meesteres cn dienstbode duurzaam verbeteren een bedoe ling, waarop wij slccht9 amen kunnen Beggen. Overigens houden wij meer van practi ce bepalingen, bijv., dat dc meesteres, na tuurlijk met toestemming van de dienstba re, bepalen kan, dat gedurende dc minder jarigheid, een deel van Lot loon door de meesteres 2al worden geplaatst op do Post spaarbank pf op een andore solido spaar bank. Ook kan worden bepaald, dat het geld öp vroegeren leeftijd din 21 j*sar of bij eerder huwelijk, door de dienstbode van de Lank kan worden afgenomon, on moohfc het om de eeno of andore reden wcnschelijk zijn om het gestorte geld vóór den bepaalden tijd terug to nemen, dan kan de kantonrechter daartoe toestemming yer- iconen. -• Ook kan met onderling goedvinden de be paling worden gemaakt dat do dienstbode moet deelnemen in een ziekenfonds. Wij hopen dat na verloop van tijd de algemcene ziekteverzekering van rijkswege in deze zaak vanzelf zu\ voorzien. Wat inwonende dienstboden betreft (geen dag-dienstboden) kan dc bepaling om trent het ziekenfonds vooral nuttig zijn om dat, ingeval van ziekte of ongeval, door de meesteres voor behoorlijke verpleging en ge neeskundige behandeling moet worden zorg gedragen, indien daarin niet op andere wijze, b. v. door de zorg van het zieken fonds, of van bloedverwanten, voorzien wordt. Het is intusschen geen verplichting om die verpleging bij zich aan huis te doen plaats hebben. De hier bedoelde verplichting duurt niet langer dan zes weken. De kortste tijd zal wel een week zijn, namelijk de tijd die verloopt tusschen twee betalingen van de huur. Do kosten komen in geen geval langer dan ge durende vier weken voor rekening van de meesteres, weartegenover staat dat het loon niet gedurende dien geheelen tijd versohul- digd is. Duurt do verpleging langer dan vier wekent dan moet in do verdere kosten des noods op andere wijze worden voorzien. Er zijn zelfs gevallen waarin de meesteres in het geheel niet tot betaling van kosten verplicht is b-v. wanneer de ziekte of het ongeval door opzet of door onzedelijke han delingen ia veroorzaakt. Wij merkten hierboven op, dat wanneer de ziekte of het ongeval eenigszins lang duurt, het loon niet gedurende al dien tijd ver schuldigd is. Hoe lang dan wel Dat zegt de wet eigen lijk niet. Zij spreekt alleen van een betrek kelijk korten tijd en bedoelt daarmede waarschijnlijk dat partijen dit in der minne moeten overleggen, anders zou de rechter do zaak nog moeten uitüiaken. In 't algemeen is aan de dienstbode geen loon verschuldigd, wanneer het werk door eigen schuld of door moedwillig verzuim, niet verricht wordt. In geval van ziekte of ongeval, zal het wel vaak voorkomen, dat do zieko een uitkcering krijgt uit oen fonds, en dan wordt het loon, voor zoover dat ver* schuldigd is, met het bedrag der uitkeoring verminderd. Bedraagt de uitkcering m o e r dan hel loon, dan is er vanzelf niets te vcr- j rekenen. c Het loon van de dienstbode mag niet wor den ingehouden, wanneer deze het werk niet j kan verrichten ten gevolge van omstandig- i heden buiten eigen schuld. Mcrfbe doelt daarmede gevallen, zooals overlijden en begrafenis of zeer ernstige ziekte van veraf wonende naaste bloedverwanten, in wclko gevallen in redelijkheid geen verlof kan wordon geweigerd. Wanneer het loon ccncr dienstbode per halfjaar of per jaar is berekend, dan kan de betaling toch met de drie maanden ge- voiderd worden. In ieder geval moet het loon worden" be taald na verloop van zooveel tijden als waarover het berekend is, dus bijv. per week of per kwartaal, en als hot niet betaald is j den derden werkdag na den dag, waarop de betaling had be ho oren te geschieden, dan heeft de dienstbode, als de meesteres ben minste schuld heeft, aanspraak op een verhooging, die voor den vierden tot deu achtsten werkdag vijf peroent per dag be draagt, en van eiken volgenden werkdag 1 één percent.; met dien verstande, dat er I nooit meer dan de helft van het loon bij- komt. CXCIV. Zoo werd dan de voorlaatste week yah de stillo Aygustusmaand aan het eind nog geschokt door een tragische gebeurtenis, waarvan een Leische Briefschrijver ook niet geheel zwijgen mag. Da woelige Haarlemmerstraat loosde aan het slot van den Zaterdagavond een deel van liaar brooddronken rumöer uit Paar de 6tille Hooigracht en in dit rustig ge deelte der stad moest het gebeuren, dat de eene knaap viel door een messteek van een anderen. Do verslagene, 17 jaar, die de daad pleegde maar even 16, beiden nog niet eens den kinderschoenen ontwassen,y het geeft te denken. Van dieper liggende drijfveeren geen sprake; do aanleiding niet meer dan een onbeduidend ruzietje, cn daarvoor trekkon in onzen tijd van onderwijs cn opvoeding, in de eeuw van het Kind, twee kinderen het mes en doodeh er elkaar mee. Dat is het, wat er, afgescheiden van de personen en de families, wien het meer in het bijzonder aangaat, voor ons to over denken overblijfb. Want behalve deze Mar- tinus en Pieter, zijn op dezen Zaterdag avond op do Haarlemmerstraat ongetwij feld meer opgeschoten jongens handgemeen geweest en het is niets meer of minder dan toeval, dat hot juist deze twee waren, dio de messen trokken en dat do een den ander er een doodelijko wonde mee toebracht. Heb mes zal onder den indruk van deze gebeur tenis nu wel een tijdlang bij kleinoren en grooteren gesloten in den zak blijven, do vrees zit er een poosje in, doch als straks het geval weer in het vergectlx)ek is ge raakt, -en dat zal niet lang duren dan staan we weder aan soortgelijke ver rassingen bloerfi. ,,Men moet aan zulke kwajongens hcE mes onthouden," wend dezer dagen nogal eens gezegd; maar ieder begrijpt, dat daar aan niet te denken valt. De daad wordt trouwens niet gepleegd door het mes, maar door de hand, welke het mes bestuurt. In plaats van een mes zou immers een stok, een steen of welk ander voorwerp kunnen gebezigd worden ,,De politie moet veel strenger optreden, en straatoploo-pjes in de geboorte smoren, do belhamels in -arrest nemen 1" Ook deze en dergelijke uitdrukkingen worden er ge uit, die echter m.i. van onbillijkheid ge tuigen jegens deze beambten, die alreeds zoo'n moeilijke taak hebben. Ieder feit, waarvoor de politie komt te staan, cischt een eigen behandeling cn ik zou niet gaar ne het onmogelijk geval veronderstellen, dat do politieman steeds de juiste behande ling kiest, altijd tactvol optreedt; hij >s ook ©en mcnsch cn veelal niet eens opge leid voor zijn moeilijk ambt maar de stel regel, die, naar ik meen, ook; bij do politie geldt, dat voorkomen van het kwaad, be ter is dan het tc straffen, zou ik niet gaarne veroordeelen. In dat en in vele gevallen treft de poli tie zeker geen verwijt. Wij moeten de oorzaak dieper zoeken, nl. in den mensck zelf en zijn opvoeding. In de psychologie wordt ons een tafereel opgehangen van de trapsgewijze ontwikke ling van den menschelijken geest. Die ont wikkeling bestaat in een langzamerhand vrij worden van don geest van de banden, waarin do natuur hem bekneld hield. Op den laagstcn trap, waarop de mensch zich bevindt, heeft dc natuur alleen macht over Hem. Bleef hij onder dezen invloed, dan kon hij slechts een nabuurwezen, geen re delijk wezen worden. De macht der natuur moet dus gebroken en binnen bepaalde grenzen verwezen wor den, zal do mensch in slaat worden ge stold zijn bestemming te bereiken. Dat nu doet do opvoeding, de inwerking van mondige op onmondige menschen, om hen tob dc vrijheid der zelfbepaling in staat tc stellen, opzettelijk door ouders, onderwijzers, godsdienstleeraars, toeval lig door broers en zusters, kameraden en vrienden on in het algemeen door do sa menleving, waarin de jongo mensch ver keert. En aan die opvoeding rooefc ook in onze eeuw, hoewel, zooals ik boven reeds zeido, de eeuw van het Kind genoemd, dies nogal iet-s haperen of dc omstandigheden, waarin do jonge mensch verkeert, moeten zóó zijn, dab do middelen, die een goedo opvoeding zouden kunnen uitworkeD, niet tot hun recht kunnen komen. Ik neem aan, dat naast kcnni3 en we tenschap in de scholen ook juiste zedelijke begrippon wol worden aangebracht, dab liet godsdienstonderwijs, aan jongeren en ouderen gegeven, er wel op gericht is om Christelijke deugden aan tc kweeken, doch de ervaring leert, dat oiaar al te vaak de goede zaden, in het kinderhart gestrooid, geen vruchtbaren akker vinden on niet met zorgzaamheid worden gekoesterd door hen, die in de eerste plaats daartoe geroe pen zijn, do ouders. In zijn dagelijksohe omgeving is er zoo veel, dab werkt als onkruid, dat het goede zaad verstikt. En zoo gaat het van geslacht op geslacht. De opvoeding als priesteres in het heilig dom dér mensohelijke beschaving heeft het opgroeiend geslacht in de mjfst?ricn er van in te wijden, opdat de reeds verworven vol komenheid niet weder verloren ga, maar behouden wordo en toencme" heeft een opvoedkundige van naam gezegd. Zij zal dat wel doen, vertrouw ik naar haar boste webèn, en ik ben optimist ge noeg om tc gelooven, dat wij vooruitgaali, doc-h gevallen, zooals verledon Zaterdag Cr een werd afgespeeld, herinneren er ons met nadruk nan, dat het o, zoo langzaam gaat. En zij doen ons tevens do ernstige vraag stellen, of in onze dagen de priesteres der opvoeding wel de beste wegon, om tot haai doel te "komen, heeft gekozen? Eon daad als Zaterdagavond is gepleegd, staat niet op zichzelf, zij is een zij heb dan ook een der meest botte uitingen van een geest van lichtzinnigheid, van bande loosheid, van gemis aan piëteit cn eerbied, zooals het vooral leeft in ITet jonge opko mend geslacht. Het oankweekon van het gevoel van ach ting en eerbied bij de jeugd moet, meen ik, meer dan thans geschiedt, een factor zijn in de opvoeding. De zeden- en godsdienstleer van alle bekende volken der oudheid, in zonderheid die van de Spartanen, van de Egyptenaren en de Israëlieten, is ook van voorschriften en lecsringen, die het bc- toonen van achting, eerbied, ontzag aan hen, die daarop aans. raak kunnen maken, ten doel hebben, en terecht omdat daarop ten slotte de gcheele zedelijkheid berust. ."V/ie geen eerbied heeft loeren koesteren voor wie hooger staan dan hij, hoe zal hij eerbied hebbon voor zijns gelijke cn voor zichzelf? Ik zal er niet bij stilstaan, wat wel de oorzaak van dezen geest onder het opko mend geslacht is, of zij ligt in de te vroege en te v>r gaande verlichting der jeugd en het aan haar toekennen van een te groote zelfstandigheid, of wel aan beginselloosheid en krachteloosheid in dc opvoeding cn in het ontbreken voor consequentie cn ge strengheid, doch ik zou allen wio het aan gaat het woord van John Locke willen toe voegen: ,,Wie wil, dat zijn zoon eerbied zal hebben voor hem, moet zelf grootcn eerbied hebben voor zijn zoon." En al is niemand in staat om in dezen het universeel geneesmiddel aan te geven, het is goed, dat we eens over deze dingeu met elkander van gedachten wisselen cn or over na denken. Ieder, die geroepen is mede te werken aan de opvoeding van heb geslacht, dat op komt, zal daardoor allicht genoopt worden zijn eigen inzichten te herzien en ook wio heeft dat niet noodig met meer kracht wellicht arbeiden aan do zelfopvoeding. \ooral onze jongens on meisjes uit de volksklasse moeben leeren beseffen dat zij hét eerst cn het meest aan eigen vorming kunnen werken. Organisatie, vqreenigen moet daarvoor het wachtwoord zijn. Wie ypelt, dat hij iets beteekent, een scha kel vormt in do groote keten der menscheh- maatschappij, acht zich, dunkt mij, te hoog voor Zaterdagavoncbgeslier langs de Haar lemmerstraat of welke andere straat ook, - laat staan voor twist, en vechtpartij en zonder of met messen. Hij 6luit zich liever onn bij een kring yan gelijkgezinder, tot verheffing ran den stand, waartoe hij behoort en om te streven' naar iets, wat hij noodig on nuttig acht, en- daardoor ook tot verheffing var. bot alge-' meen peil van stoffelijkcn en redelijken- vooruitgang. Zoo moge het droevig geval, dat vorlcded Zaterdagavond in Leiden is afgespeeld, velen zijn tot een afschrikwekkend voorbeeld on tob leering voor zijn eigen lovon en voor dat van hen, met wie hij samon leeft. Of ook om tob een enkel onderdeel der. opvoeding te komen do drank in het onderhavige geval een groobere of kleinere rol heeft gspeeld, durf ik niet zeggen, al ligt do veronderstelling voor do hand. Maar zeker is het, dat bij deze en anders treurige feiten van dien aard dit wc! hcü geval is. Ligt daarin niet een aansporing ora met kracht to ijveren tegen hot gevaar, dat vooral jonge menschen door don drank bo' dreigt? Zou het geen zaak zijn voor ouders, om hun kinderen aan te sporen en op te wekkoh om, zood-a zij hot leven ingaan, zich aan te sluiten bij een drankbestrijdingsverceni- ging? Ik geef het belanghebbenden in ern stige overweging. LIS SE. Het bestuur der Harddraverij- Vereeniging ,,Lisso cn Omstreken"1 heeft den datum harcr jaarlijksche groote hard draverijen vastgesteld op Woensdag 9 Oc tober, des. namiddags. De respectieve prijzen zijn: 2C0 gulden, 100 gulden cn 50 gulden benevens troost prijzen van 50 gulden en 25 gulden. Des voormiddags zal cr een harddraverij plaat3 hebbon voor paarden van ingezek. nen om fraaie kunstvoorwerpen ter waarde van ruim 125 gulden. OUDE WETERING. De verjaardag van H. M. do Koningin zal alhier op Donder dag 5 Sept. a.s. op feestelijke wijze wordert gevierd. Aanvang des morgens kalfnegon met openingswoord vaD den eere-voorzitter dr. N. van der Koogh, gevolgd door mu ziek, voor de Rem. kerk. Daarna zullen de schoolkinderen in optocht met muziek door liet dorp gaan. Op het programma komt voor: 1 uur ringrijderij met paard en twee wielig rijtuig aan het kanaal door paren; half vier ringrijden per fiets; vier uren hardloó^en met hindernissen en korfdragen voor meisjes; vijf uren spriotloopen en to halfacht gondeltocht. De heer P. Olstboom heeft do welwil lendheid gehad do prijzen,' die bestaan in kunstvoorwerpen, in zijn winkel ter be zichtiging to zullen stellen. VOORHOUT. Do bevestiging van dert eerw. heer B. tor Haar Itomeny, candidaat tot den H. Dienst, morgen te tien uren, zal geschieden door prof. dr. Van Veen, to Utrecht terwijl do nieuwe herder on leej" aar in dc nainiddaggodsdienstoefening .1 halfdric zijn intrede hoopt te doen. WADDINGSVEEN. Dezer dagen vingen een paar jongens, dio aan het hengeion wa ren, een slang, vermoedelijk, om ons geleerd uit te drukken, een Coronella laevis. Het beest leefde nog cn had con lengte van bij na 7 d.M. Hoe het dier in onze eerzame Kerkwcgsloot verzeild is geraakt, is voors hands een raadsel. Ofschoon do plannen nog geen vasten vorm hebben aangenomen, hooren we tooh gewagen vin een ringrijderij op 4 Sopt., ja zelfs is do mogelijkheid, van een vuurwerk niet uitgesloten. In elk geval hebben wa gegronde hoop, dat Woensdag a.s, weer een oudcrwetsche, gezellige feestdag zal worden,- Zijn do steenkolen door do schaarsoht© duur geworden, zeker is het, dat door over- i vloed en qualiteit de aardappelen voor der- aanstaanden winter heel goedkoop zulleb zijn. Een onzer tuinlieden rooide aan één struik niet minder dan 102 stuks. ,/Dafc mocht wel in do krant", zei een oud vrouw- tjo en omdat zij het zelf een groote zeld zaamheid vindt, willen we haar zin doen en het feit wereldkundig maken. 67, „Nkar het Corinthian-Theater 1" riep Lij den man bij het instappen toe. Het portier sloeg dicht en gemakkelijk achter overliggend, liet hij zich naar do plaats zijner* bestemming rijden. Ten allen tijde optimistisch en'luchthar tig gestemd, was hij hedenavond dé geheelo wereld buitengemeen goedgunstig gezind. In zijn zak bevond zich Anna's brief, ach ter hem lag een proeftijd van vier weken; yóór hem lag een blijde toekomst, cn een genotvolle zekerheid beheerschte het tegen woordige. Met heel do wereld en met zich zelf was hij op den besten voet. Bij het theater gekomen, betaalde hij den koeteier het dubbele van zijn tarief en liep de vestibulo in, nog steeds met dien half- humoristischen güimlach om de lippen, dien Strangfield te voorschijn had geroe pen. De vestibule was ruim en bij bet bin nentreden 6tond hij even stil en keek be au gshd lend om zich heen; even gaf het ïem een eigenaardige gewaarwording te lenken, dat binnen de muren van dit ge- X)uw de vrouw toefde, wier geschiedenis leni lang geleden zoo aangegrepen had. Set was een eigenaardige inval van Anna lez<* plaats voor hun rendez-vous uit te dezen. Hij stond even stil bij deze gedach te. en opeens schoot hem een nieuw denk- >eeld te binnen; hoe zou die vrouw er toch tel uitzien? Er zouden zeker wel portret en van haar hier of daar hangen. Zulke mensoken maakten altijd op die wijze re- olame voor zich. Zijn blikken gleden langs de muren, maar hij ontdekte geen portret tentoen herinnerde hij zich niet zonder eenige ergernis, dat het hedenavond de laatste avond van haar optreden was en dat portretten en dergelijke zaken zeker reeds waren ingepakt. Bij zichzelf lachend over zijn voorbijgaande nieuwsgierigheid, waarover hij zich half schaamde, mengde hij zich onder de steeds toenemende men- schenmassa, dio dc vestibule vulde, en het eene vroolijko troepje na het andere voorbij gaand, bereikte hij het loket en vroeg naar het nummer van mevrouw Maxsteads loge. Het nummer werd hem opgegeven; hij riep een bediende om hem den weg te wij zen, en deze geleidde hem door een groen be- kleeden corridor naar de loge. De groene kleur viel hem op, in tegenstelling van het aan dergelijke plaatsen eigen roode be kleedselhet was het eenige détail van het weelderig ingerichte theater, dat hem later bijbleef. Een gevoel van teleurstelling maakte zich van hem meester, toen hij, de loge bin nentredend, deze ledig vond, doch de ge dachte aan een gedeelte uit Anna'6 brief verdreef dit gevoel alras. Misschien ben ik wel een tien minuten over mijn tijd" al dus luidde dit gedeelte, „maar met je ge wone vriendelijkheid cn welwillendheid zul je me dit wel niet al te zwaar aanrekc-ren." Vrouwen konden toch vreeaelijk overdreven zijn! Maar aantrekkelijk lief waren ze cokl De uitdrukking van zijn gelaat kiaarde aan merkelijk op; do bediende sloot de deur der loge, en Strode ontdeed zich van ziju hoed en overjas. Hij Btreek' zijn haar wat glad en betastte onderzoekend zijn kin. „Ik geloof, dat ik rrie heel behoorlijk gesohoren heb", zeide hij bij zichzelf. „Maar vrouwenoogen zien zoo verduiveld scherp....'*' Verder kwam hij niet. Do kapelmeester deed zijn kort, gebiedend tikje hooren, cenig geschuifel van stoelen en instrumen ten werd vernomen en weldra klonken do eerste melodieuze tonen der ouverture, die aan het eerste bedrijf van het stuk vooraf ging, door de zaal. Hij trad wat naar voren, nam plaats en vouwde, zijn programma open; terloops zag hij het in, maar even wijlde zijn blik bij den laatslen naam: Sappho, Mile Solny." Hij glimlachte wrevelig en legde heb pro gramma ter zijde. De ouverture was uit; ge luiden van lachende en pratende stemmen en wuivende waaiers schenen de lucht te vervullen; geuren van bloemen en parfu merieën stegen van uit de 8tal'^3 tot hom op. Hij boog zioh wat over de balustrade lisen, leunde toen weor achterover cn haal de zijn horloge uit zijn vestjeszak te voor schijn. De v-ijzera stonden op halfacht; on geduldig ging hij verzitten. Mot zacht rvlrcbende bewegingen zetten de dames zich tot luisteren het geluid dor babbelende stemmen verzwakte en Btiorf eindelijk weg; het orkest speelde zachtjes een paar maten en bet gordijn rees voor het aandachtig luisterende publick op. De misc-en-scoDC was sober on eenvoudig het tocneel ste'.do Jean Gaussius kamers in do rue Jacob voor; het somber gekleurde karpet, de met boeken cn papieren overla den schrijftafel, de Efcudeoylamp, alle op ziohzelf waarde hebbende details, die. den algeheelen indruk verhoogden. Bij het op gaan van het gordijn bevond Gaussin zich op het tooneel, druk in gesprek met zijn oom uit de provincie. Strode leunde achterover in zijn fauteuil; de volmaakte uitspraak vau hot Fransch deed zijn gehoor aangenaam aan, maar op don eigenlijken zin der woordon sloeg hij weinig acht. De bekeerde roué, die door de Parijsche omgeving aan zijn verloden wordt herinnerd, interesseerde hem in hel geheel niet; iets meer belangstelling keurde hij den jongen Gaussin met zijn !ond, frisch uiterlijk cn gevoelvolle stem waaid, waar deze stuk voor stuk nu eens vol le vendig enthusiaame, dan weer aarzelend ca terughoudend de geschiedenis van het bal in het atelier van Déchelette verteld, waar hij een beschrijving geeft van Ie trouw iu het Egyptische gewaad, met de groote, grijze oogen en de stalen hoofdver sierselen van het woeste feostgelaeh dien naoht; van zijn thuiskomen hier, in dezelfde kamer; zijn bestijgen van do lange trap, waarin hij onwillekeurig zulk een somber symbool zag; de vroolijko opgang in hot be gin, het duistere, drukkendo boveneinde. Het was een knap in elkaar gezet toonccltjo, goed uitgewerkt ook op het eind, waar do jonge man, in een plotselinge vlaag van te rughoudendheid, toet den lach van zijn oom instemt, met een schouderophalen van het onderwerp afstapt en zichzelf toeknikt in dep spiogel, waarin een damesvioitekaavtjo gestoken iB tusschen een invitatie voor een soirée bij den minister van buitenlandecho zaken en liet programma van het bal in het atelier; zich plotting orokcorend, treedt hij dan op zijn schrijftafel toe en neemt een zwaarlijvig boekdeel tor hand. Eet werd zeer goed gespeeld en gaf hooge verivaebting van den verderen loop van het stuk. Een verliefd man is echter geen ideaal beoordeelaar van een tooneelstuk. Strode keek andermaal op zijn horloge cn richtte toen zijn blik op do deur der loge Het hor logo weea op tien minuten ovor haifacht;. met een zucht van ongeduld wendde hij zijn blik weer naar het tooneel. Oom Cósaire was geèclipscerd; Gaussitf J zat voor zijn schrijftafel, met<de ellebogen cr op geleund en met het hoofd in de han-^ den; do lampekap wierp een groenen weer- I schijn op zijn peinzend gelaat. Strode sohoof zijn stoel achteruit en i stond op; op hetzelfde oogenblik werd cr j zacht aan Gaussins deur geklopo. Terloops1 viel het hom op, dat er een ademlooze stilte onder het publiek heorsolite; ondorwijl hij op,1 de deur dér loge toetrad, hoorde hij Gaus-' sins kort en ongeduldig: „Binnen 1" Hij greep raar den ik'nop vaD d« in den cor. ridor uitkomende deur en stond toen opeens' stil. Een daverend applaudiasemeDt klonk' door de zo,al; nu eens temperde zich h°t go- luid, dan weer brak liet op zulk een oot vcr- doovendo wijze los, dat een ieder zich er door geëleotriseerd voelde. Strode liet den knop. van do deur los. Besluiteloos 6tond b;i nog een wijle stil, om dra, aan een zeer mon- scholijke impulsio gehoor gevend, zich ween naar voren te begeven. Daar stond hif, doodstil, met opgeheven hoofd cn dc handen' op don rug van den stoel geleund. (Wordt vervolgd)-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 17