Ingezonden.
Uit do Rechtzaal.
FEUILLETON.
Een stapel wetten.
Bij het uiteengaan van do Tweede Kamer
rijn onafgedaan gebleven ruim 50 groote en
kleine wetsontwerpen, o. a.
wijziging tier porsoneeJe belasting (het
vervallen van den grondslag „haardste
den");
wijziging van de regtspleging van de
Lanclmagt en de zeemagt;
verplichtingen en bevoegdheden van de mi
litaire macht tot hulp van het burgerlijk ge
lag;
regeling der visScherijen;
bepalingen omtrent openbare inzamelin-
geu;
wijziging' van het Burgerlijk Wetboek
(wet op bet Bewijs);
wettelijke maatregelen tot regeling der
Administratieve Reehtspraak;
invoering van ccn wettelijken tijd;
verzekering legen ongevallen van perso
nen werkzaam in het zeevisschersbedrijf,
het zeevaartbedrijf en het landbouwbedrijf;
dc ziekteverzekering;
regeling van het octrooirecht;
instelling van een fonds ter spoedige af
werking van de Stelling van Amsterdam;
do financieclc we'ten van minisfc r De
Heester;
wijziging van de wet tot regeling en be
perking der uitoefening van het regt van
vereeniging en vergadering;
aanvulling en wijziging van do wet ter
voorkoming van bedrog in den botcrhandel;
regeling der positie van het personeel der
Kon. Marine-Reserve;
dc oprichting van een opleidingsschool
♦oor inlandsche rechtskundigen in Ncd-
Indiê
wijziging van de Gemeentewet (gemeente
bedrijven), regeling van de wijze van zeker-
heidsstclling door gemeen ^-ambtenaren en
ran het beklceden dor betrekking van amb
tenaar van den burgerlijken stand;
bekrachtiging van een tweede nadere over
eenkomst met dc S. S. betreffende het per
soneel der Rh ij nspoorweg Maatschappij
wijziging van de wet op h"t Lager Onder
wijs (verhooging der min' mi-wcddcn voor
onderwijzers)
wijziging van de Wetboeken van Straf
recht en van Strafvordering ter bespoedi
ging van de afdoening, enz. van kantonge-
reehts-straf zake 11;
suppletoirc begrooting van Waterstaat
voor 1907, voor nieuwo gebouwen voor de
partementen van Algemeen Bestuur;
idem van Justitie betreffende kosten ter
bestrijding van den handel in vrouwen en
meisjes;
idem van Binncnlandsoho Zaken betref
fende kosten van krankzinnigen-verpleging;
toekenning van een voorschot voor een
stoomvaartverbinding tusschen Nederland,
Brazilië en Argentinië;
verbetering dor positie van do officieren
van g zondheid bij het leger in Ned.-Indië;
vermindering cn wijziging van de Oorlogs-
begrooting voor 1907 betreffende de kwestie
van het „blijvend gedeelte".
"Voorts rusten nog altijd de wetsvoorstel
len van de heoren Drucker c.s. en Troelstra
c.s. betreffende veranderingen in de Grond
wet^ torwijl ook 12 moties op behandeling
wachten.
Alles bijeen werk genoeg voor meer dan
één parlementair jaar. En inmiddels komen
steeds meer wetten in...
„Java für die Javanen."
De medewerker to Berlijn van het „Hbl-
schrijft: In het to Berlijn zeer veel gelezen
blad ,,Der Tag" schrijft dr. Friedl Mar-
i: artikelen over ouzo Indische bezittingen.
Dc h. or Friedl Martin schijtat algemeen
kolonialo specialiteit te zijn. In het pro
ces-Peters werd hij als deskundig© gehoord
over het Kiliurandssaro-gebied.
Wanneer zijn uitspraken in de
rechtzaal gegrond waren op even
„deskundige" basis, als waarop zijn we
tenschap over Nederlandsch-Indië blijkt
gebouwd te zijn, clan kan ik me de woede
van dr. Peters en diens verdediger begrij
pen over zijn geluchte kennis.
Dr. Friedl. Martin schrijft o.a., het een
en ander mededeelende over Batavia:
„Thans zien wij een stad, dio als hoofd
plaats van het gekcele rijk, los van de oude
„Heimat", op zichzelf staat, waarvan de
blanke, stellig door ras-menging variecren-
de bevolking zich slechts ongaarne dc wet
laat stellen of voorschriften laat geven
door het kleine, ver afgelegen Nederland.
Do leuze „Java voor do Javanen" wint
steeds in kracht, niet alleen voor de brui
nen doch vooral voor de halfbruinen en
blanken. De dag, dat Java zich losrukt
van het moederland en er niet langer van
gediend is, zich tc laten regeeren door een
aantal menschen, die zijn behoeften en ge
woonten niet eens uit eigen aanschouwing
kennen, zal met mathematische zekerheid
komen. Alleen is thans nog niet te zeg
gen wanneer. Kleine oorzaken kunnen hier,
zooals dikwijls in de wereldgeschiedenis
vertoond is, zeer plotseling en onverwacht
leiden tot groote gebeurtenissen. Te meer,
nu het in geheel het Oosten sist. Het zuur
deeg dat alles doordringt, vormen de zonen
van het rijk der opgaande zon. Zachtjes
en zoo min mogelijk opvallond komen rij
binnengetrokken, de zonen van den Mika
do, en prediken overal, meestal in het ge
heim, den strijd tegen de blaDken, die se
dert eeuwen door de macht van grootcre
intelligentie, slechts enkele duizenden iu
getale, over vele millioenen heerschen, en
het kan niet gelooohcnd worden dikwijls
op zelfzuchtige manier uitgebuit bobben.
Uit het „Java v*oor de Javanen" zal eens
worden: „Azië voor d© Aziaten"
Dc heor Friedl Martin koloniaal spe
cialiteit blijkt een buitengewone diep
gaande studie gemaakt te hebben van de
Ncderlandsch-Indische bestuursinrichting,
dat hij onze Indische xegeering waarmee
hij ook wel of misschien alléén be
doelen zal de mocdcrlandsche-koloniale in
Den Haag, kenschetst als „menschen die
de behoeften en gewoonten (der Javanen)
niet eens uit eigen aanschouwing kennen."
Wanneer het „mathematisch" zeker is,
dat Java rich los zal maken van het moe
derland, waarom is dan do Duitsche mi
nister van koloniën van plan een commis
sie te zonden naar Den Haag, ter bestudee
ring van ons kolonisatiestelsel 7 Toch niet
om den Afrikanen zoo spoedig uk "©lijk ge
legenheid to geven zich los to rukken van
Duitschland, nadat zij er ten koste van
stroomen bloeds en millioenen marken, aan
ten ocgd zijn 7
Wie, behalve de heer Friedl Martin, heeft
al do bewijzen gezien van het ontzettende
gele gevaar in Indië7 Die kleine, gele man
netjes, die overal „thans nog meestal
in het geheim"— den strijd prediken tegen
do blanken, zij doen stellig niet zoo veel
kwaad als deze deskundige, met zijn mathe
matisch zekeren profetenblik, met zijn ver
bazing-wekkende kennis over onze kolomen 1
Aan de jxadsche Ingezetenen I
De af deeling Leiden van den Ned. Vrou
wenbond tot verhooging van het zedelijk
bewustzijn geeft zich de eer door deze zich
tot do ingezetenen van Leiden te wenden
met eon bescheiden, beleefd, doch dringend
verzoek, om steun voor een op tc riehten
Vrouwen-Tehuis.
Tot hiertoe was in het wijkgebouw „Phe-
be" op de Oudevest een zoodanig Tehuis
gevestigd, hetwelk beheerd werd door een
commissie van dames. Gaarne heeft deze
ccmmissio dezen abbeid overgedaan aan de
afdecling Leiden van den Ned. Vrouwen
bond.
Onze afdeeling meende terstond te moe
ten omzien naar een andere en meer geschik
te gelegenheid, cn zo is daarin thans op
goedo en goedlkoopo wijze geslaagd.
Toch zijn aan de exploitatie van een
Vrouwen-Tehuis veel Ikostcn verhonden
Reeds is daarvoor aan jaarlijksche bijdra
gen 150 gulden toegezegd. Maar er is veel
meer nocdig. Daarom wondt zich do afd.
Leiden van don Ned. Vrouwenbond tot
alle ingezetenen van Leiden om steun voor
deze zoo noodige en nuttige zaak. Een
Vrouwen-Tehuis is in onzen tijd in iedere
gtfooto stad een onafwijsbare behoefte. In
Yorgelijking met vroeger tijd nam het vgt-
keer in onze dagen too op groote schaal.
Daarmee ie do behoefte aan geschikt lo
gies toegenomen. Vooral do behoefte aan
geschikt goed en goedkoop logies voor
vrouwen en meisjes. In Leiden met zijn
academisch ziekenhuis en zijn vele 6cholen
doet zich die behoefte in bijzondere mate
gevoelen. Redenen, waarom onz© afdeeling
dau oolk heeft gemeend op dit gebied aller
eerst haar werkkracht tc moeten ontwik
kelen.
Gemeenteraad van Zwanim^rdam.
Voorzitter de heer G. B. Fortuyn, bur
gemeester.
Aanwezig alle (7) leden.
Do voorzitter opent do vergadering. Hij
doet voorlezing van dc notulen der vorige.
Worden ongewijzigd goedgekeurd en getce-
kend.
Ingekomen stukken
Proces-verbaal van kasopname van den
gemeente-ontvanger. Do voorzitter deelt
mede, dat op 6 Juni boeken cn kas zijn na
gezien ©n in orde bevonden. In kas was
3484.22 gulden.
Een missive van den schoolopziener van
hot district Gouda, houdende rapport over
den toestand van school No. 2, in den Tem
pel. Op grond hiervan wordt door hem
aangedrongen op het bouwen van een nieu
we school met onderwijzerswoning. Dc voor
zitter deelde mede, dat door het Dag. Best.
eveneens een onderzoek ter plaatse is inge
steld en de volgende maatregelen zijn ge
nomen: van de 55 leerlingen zullen na de
vacantio 5 leerlingen uit Reeuwijk worden
geweerd, privaten en urinoir stankvrij ge
maakt worden, voor een voldoende filtreer
zal worden gezorgd.
Een circulairovan dc heeren Visser c.s.,
inzake de exploitatie van een electrische
tram LeidenBodegraven en verzoekende
te mogen beschikken over de bermen aan
de zuid- of landzijde van den straatweg ge
legen, voor zoover deze gemeentelijk eigen
dom is. Namens het Dag. Bestuur wordt
geadviseerd op grond van gevaar voor het
publiek verkeer deze vergunning niet toe
te staan. Na rijpe discussies, waarin vooral
de heeren Sohreudcr en Blommcsteyn zich
doen kennen als voorstandors, wordt de
vergunning verleend met 4 stemmen te
gen 3.
Agenda:
1. D© vaststelling van het kohier der
schoolgelden over de maand Mei. De voor
zitter deelt mede, dat op die kohier 3 per
sonen nog niet zijn behandeld. D© verga
dering gaat over in comité. Na heropening
deelt de voorzitter mede, dat het bedrag
van bovengemeld kohier ongeveor 36 gulden
zal bedragen.
2. Adres van mej. J. Bodegraven, onder
wijzeres aan school No. 1, houdende verzoek
om haar verlof wegens ziekte nog met dri©
maanden te verlengen en zulks buiten b3-
zwaar van de gemeente-kas. Na discussie
wordt besloten dit verlof toe te staan, ech
ter met behoud van de halve jaarwedde,
ingevolge een nieuw aan te brengen aan
vulling in de salarisregeling van het on
derwijzend personeel, (zie beneden.)
3. Aanvulling van de verordening van
1901, houdende regeling van do jaarwedden
van het onderwijzend personeel.
De voorzitter deelt namens het Dag. Best.
mede, dat, nu mej. J. Bodegraven roede 6
maanden de school wegens ziekte niet tan
waarnemen, het noodig is een artikel in do
desbetreffende verordening vast te stellen,
waardoor deze zaak geregeld wordt. Voor
gesteld wordt deze regelingin geval van
ziekte wordt het eerste halfjaar vol sala
ris uitbetaald, het twecdo halfjaar half sa
laris daarna kan ontslag volgen. De rege
ling wordt geacht in te gaan op 1 Januari
1907. Na rijpe discussie wordt het voorstel
met algemeene stemmen aangenomen.
4. Regeling van het hand werken-on der
wijs. Dc voorzitter deelt mede, dat, ingevol"
ge het nieuw© leerplan, het handwerkeu-
onderwijs aan school No. 1 zal worden ge
geven buigen de gewone schooluren. Na
mens het Dag. Bestuur wordt nu voorge
steld: aan do onderwijzeres een hulp voor
dit leervak toe te voegen, tegen een jaar
wedde van 75 gulden, cn het salaris van de
onderwijzeres te verhoogen met 50 gulden
en alzoo te brengen op 600 gulden.
Met algemeene stemmen aangenomen.
5. Do voorzitter stelt voor: een af- en
overschrijving van een bedrag van 6.75 gld.
op den post der onvoorziene uitgaven.
Goedgekeurd.
Rondvraag. De heer J. de Bruyn vestigt
de aandacht op do lantaarn bij het post
kantoor, die niet altijd brandende is. Do
heer A. W. Veelenturf op de opzet aan het
spoor, die wel geverfd diende te worden.
De voorzitter beantwoordt beide op bevre
digende wijze.
Hierna wordt de vergadering gesloten.
D© grenadier R. V., die, zooals onlangs
werd gemeld, te Amsterdam door de poli
tie werd gearresteerd wegens het zich toe-
eigenen van gelden door hem voor zijn pa
troon te Haarlem, waarbij hij lntusschen
als slagersknecht was in dienst getreden,
geïncasseerd en ten aanzien van wien bij
die arrestatie bleek, dat hij zich op onwet-
tigo wijze wan rijn korps had verwijderd,
werd door den (krijgsraad te 's-Gravenhage
wegens 2de desertie in tijd van vrede ven-
oor deold tot 2 maanden militaire gevan
genisstraf..
Naar men verneemt zal hij ter zake van
eerstbedoeld misdrijf, als zijnde dit ge
pleegd nadat hij als deserteur van zijn
korps, waartoe hij dus niet meer behoorde,
was afgevoerd, voor den burgerlijken rech
ter moeten terechtstaan.
Ook Watergeuzen.
Het zijn drie kleine kleuters, die voor
den Rotterdamschen kantonrechter ver
schijnen. Ze hebben met een handkar de
deur van een afslaggebouwtje gerameid, on
der het zingen van„In naam van Oranje,
doe open de poort", en dafc nog wel tij
dens daarbinnen afslag gehouden werd.
De deur vliegt aan splinters en de jon
gens gaan aan den haal. De afslager cn een
politie-agent krijgon er twee t© pakken,
terwijl ook de derde wordt opgespoord.
Kantonrechter: „Wie van jullie weet
waar die woorden gesproken zijn 7"
„Ik, meester 1" zegt de kleinste en hij
vertelt van de inneming van Den Briel door
dc watergeuzen.
Kantonrechter tot den verbalisant: „Zou
den die jongens nu werkelijk gedacht heb
ben, dat ze voor de poorten van Den Briel
stonden, en dat het 1 April 1572 was?"
„Geen kwestie van, edelachtbare 1 Ze
wisten heel goed, dat het het afalaghuisje
was."
Kantonrechter tot de jongens: „Is dat
zoo?"
„Ja, edelachtbare 1"
„Waarom rijn jelui weggeloopcn?"
„Omdat .we bang voor dien agent "waren."
„En als cr nu eens Spanjaarden in zou
den zijn geweest, en ze waren naar buiten
gekomen. Zouden jullie dan ook weggeioo-
pen zijn?"
„Neen
„Wat zouden jullie ze dan gedaan heb
ben 7"
„Dan zouden ze nog nooit zoo op d r
sm...l gehad hebben."
Lastig om zulke jongens te straffen,
waar zulk een vadcrlandseh nart in zit.
Dus een berisping. (Vad.)
Het O. M. bij de rechtbank te Zutfen
eischto gisteren wegens diefstal een jaar en
zes maanden tegen A. T., geschorsten chef-
veldwachter te Winterswijk. Uitspraak
over 14 dagen.
Voon het gerechtshof t© Arnhem stond
gisteren terecht W. E., uit Wol de, bij Hen-
geloo, door do rechihank te Almeloo we
gens doodslag veroordeeld tot 5 jaar, met
aftrek van de preventieve hechtenis. Bekl.,
ccn Duitscher, had op 24 Febiruari met
cenig© kameradon, fabridkharbeiders,
waaronder 0. G. T. B. ©n W. 8., in een
herberg gezeten en werd geplaagd. Hij wend
boos en liep weg, maar kwam eenige minu
ten later terug, dreigende 's avonds wel
met zijn kwelgeesten te zullen, afrekenen.
T. B. cn S. gingen later even naar buiten,
waar, E. op hen afkwam, zwaaiende met een
klein zakmesje. Hij stak T. B. er me© in
den hals, waardoor een slagader geraakt
werd en de getroffene binnen eenige oogen-
blilkken overleed. Ook 8. werd aan den
hals verwond, en toen hij gevallen was nog
aan den pols. Deze wonden waren wel ©rn-
stigt maar niet doodelijk.
Bekl. erkend© voor de rechtbank met een
mes gezwaaid te hebben, maar daar hij
dronken was, wist hij niet wie hij ge
raakt had. Nu herinnert hij zich niets.
Bevestiging wcrid geëischt van het von
nis der rechtbank.
Comm. "Venn. Temminck Rei-
tiger Co.
Do rechtbank te Arnhem heeft gisteren
aan do Commanditaire Vennootschap Tcm-
minck, Reitigcr Co. voórloopige surséan
ce van betaling verleend, met benoeming
van mr. H. P. de Wilde en mr. A. baron
van Haersolte tot bewindvoerders en van
den heer A. C. van den Brand, accountant,
tot deskundige, onder fbepaling} dat binnen
twee maanden rapport zal worden uitge
bracht.
Een treurige zaak
houdt te Leeuwarden de gemoederen bezig.
Een zeer geacht 47-jarig onderwijzer aan <Je
onlangs opgerichte nieuwe openbare
school voor uitgebreid lager onderwijs, te
vens lccraar aan de burgeravondschool zal
den 8sten Juli moeten terechtstaan wegens
diefstal van een hoeveelheid bloemen en
planten, takken van planten en een beu
kenboompje, gepleegd in liet Orainjopark
in d© maanden Mei en Juni j.l.
Notarieel Staatsexamca.
'8-Graveniiag©, 1 5 Juli. Eerst© gedeelte.
GeslaagdJ. van Munster van Heuven, te
NijmegenK. H. A. Coebergh, te Arnhem
M, M. J. A. Janssen de Limpens; te Nij
megen; F. H. Huinmelen, te 't Zand; A.;
Zonne Vijlte te 8tad-Almeloo.
Tweede gedeelte: G. J. M. Schoenmacckcr
te 's-Gravenhage; J. M. J. H. Kerstens, te
LeidenH. A. T. Borgman ,te Alkmaar
G. J. Mink, te HillegersbergE. B. BL M.
Boes, te Breda; P. I. Oud, te C rkumM.
Schouten, te 's-Gravenpolder.
Oostenrijksche Roode-Kruls-lotcn van
1882 k Kr. 20. Trekking van 1 Juli. Betaal
baar van 4 Juli af.
HoofdprijzenR. 30,000 s. 6516 n. 27; R.
2000 s. 5970 n. 10; elk R. 1000 - 655') n. 40
©n 8. 8176 n. 29; elk R. 200 286 u. 50,
s. 1071 n. 1, s. 8427 n. M, s. 3486 n. 15,
s. 4283 n. 49, s. 4628 n. 50, s. 6563 n. 31,
8. 8911 n. 9, a. 9106 n. 4-1 cn s. 11263 n.
18; elk R. 100 s. 1890 n. 20, s. 2215 n.
18, s. 2277 n. 12, s. 3393 n. 48, s. 4352 n.
41, s. 4575 n. 20, s. 4S05 n. 42, s. 6105 n.,
13, s. 6129 n. 37, s. 6156 n. 47, s. 6428 n. 41w
s. 6821 n. 34, s. 6786 n. 37, s. 7573 n. 24.'
s. 8011 n. 15, s. 8365 n. 20, a. 9972 n. 3,
s. 10069 n. 7, s. 10617 n. 23, s. 11814 n.
Bij de amortisatie-trekking werden de
volgend© serieën uitgeloot: 57 416 766 907
952 1270 1938 2097 2225 2227 2240 2254 2313
2326 2371 2754 2902 2932 2942 2988 3033 3179
3323 3823 3995 4056 4094 4095 4258 1363 4437
4720 4741 4756 4772 4815 4927 4959 5521 5720
6283 6464 6710 6862 6990 7525 7620 7622 7786
7984 8527 8645 8736 8811 9061 9295 9383 9440
9476 10009 10040 10244 10544 10024 11200 11246
11537 ©n 11893 welke ieder de nummers 1—50
bevatten en betaalbaar zijn met kr. 30 olk.
Berichten over Rijnland'^ boezem,
gedurende de week van 28—29 Juni 1907.
Stand van dan boezem te Leiden*
Idem te Oudewatering
"Werking dor stoomgemalen
Waterloozing langs natuurlijk, weg.
Waterinlating
[tegenval in kim
23 Juni 24 Juni 25 Juni 26 Juni 27 Juni 28 Juni 29 Juni
56 68 60 57 58 55 54 cm-A.P.
53 55 53 54 58 55 55 om.—A.P.
Spaarnd&m u., Halfweg 25$ u., Gouda u., Katwijk u.
Spaarndam 15 u., Halfweg 14 u., Gouda u., Katwijk 14J u.
Door de sluis te Gouda u.
21.2
3" eugd-geluls.
i)
Huivcrig-koud zwommen de wilde eenden
in hot kanaal. Uit de ontbladerde boomen,
langs den oever, vlogen telkens kraaien op,
die zich dan tot op den waterspiegel lieten
vallen, en daar onbeholpen bovpn fladder
den, loerend op buit.
Met snellen blik volgde en bestudeerde een
nog jonge man do houding cn het bewegen
van hun vleugcis. Maar dat schccn bij meer
uit gewoonte dan uit ineens ontstane be
langstelling te doen. Ook bleef hij ondertus-
schen flink doorloopen.
Hij kwam uit een der voornaamste stra
ten van We6t-Berlijn. Doch, alsof rijn pas
hem nog niet snel genoeg voor 't bracht,
riep hij een vigilante aan cn gaf een in het
zuiden van Berlijn gelegen straat als plaats
van bestemming op. Terwijl het rijtuig
voortreed cn bet nooit rustende rij-geraas de
lucht vervulde, haalde do jonge man een
brief tc voorschijn. Er stonden slechts dezo
woorden in: „Ik geloof, dat alles zoo is, als
gij het schrijft. Daarom wil ik komen. Ik zal
u Maandagmiddag om vier uren op het
***plein wachten. Hilda."
Hij vouwde den brief op. Binnen een
kwartier zou hij haar weer zien. Bijna zeven
jaar geleden hadden zij elkaar lief gehad.
Zes jaar geleden hadden zij elkaar voor het
laatst ontmoet.
Sedert dien was alles anders geworden.
Hij wns te jong en tc arm geweest; schuch
ter, kinderlijk; cn, een van do vele, vele
kleine schildertjes, dio niemand kende, die
van droog brood en toekomst-verwachtingen
leefden. Hij woonde in het goedkoope zui
delijk deel der stadvier trappen hoog. En
Hilda een trap lager; zij was een knap ar
beiderskind, zestien jaar nauwelijks, maar
reeds van 's morgens vroeg tot 's avonds
laat in een zaak werkzaam. Het had lang
geduurd, eer hij haar had aangesproken.
Beiden waren erg bedeesd; beiden waren
spoedig hevig verliefd geweest, 't Werd een
wonder-schoono en reine liefdes-idylle, die
zich van de duizenden dergelijke slechts
daarin onderscheidde, dat liefde en passie
zioh achter een groote schuchterheid verbor
gen en het beste, wat rij beide., bezaten,
daarbij aan het licht trad.
Lovcnstoestanden dreven hen van elkaar.
Zij gingen langs verschillende wegen. Zij
verloren elkaar uit het oog. Aangezien ech
ter het hoogste in hun liefde steeds onver
vuld was gebleven, kwam het verlangen
nooit geheel tot rust. Zij lieten zich daar
door echter niet storen in hun denken en
doen, niet eens bij een latere liefde; alleen
lachten zij vaak in hun morgenslaap, droo-
mond van hun vroeg geluk en dan ont
waakten zij lachend.
Zoo gingen do jaren voorbij. De jonge
schilder keerde naar Berlijn terug. Zijn
landschappen hij was alleen landschap
schilder cn werd door zijn collega's dddrom
dc Bloomen-Rafacl genoemd wekten op
zien.
Heerlijke licht-stroomen vloeiden er in
over de aarde; dc lichtende kleuren jubel
den den toeschouwer tegen, en deden hem
vrcugdig zijn. Een nieuwe ster was ontdekt
cn hij kwam in do mode. Er volgden roem,
eer, bestellingen, goud...
Menigmaal kon hijzelf het niet gelooven.
Hij was onvermooid in zijn scheppen, nog
altijd was het niet genoeg. En daarbij kwam,
dat or een nieuwe, innige liefde zijn hart
binnentrok, dat hij ook in dit opzicht over
won en dc bruid zijn huis binnenvoerde. Om
haar werd hij het meest benijd. Zij was niet
alleen mooi, maar zij bracht voor hem een
hart vol oprechte goedheid mede. Dikwijls
besloop hem bij zooveel geluk, dat de He
mel voor hem had weggelegd, een huivering.
Als onbewolkte zomerdagen vlogen de jaren
om.
Zoo was ook in het laatste half jaar eigen
lijk niets veranderd. En toch was oi1 een
zichtbare onrust over hem gekomen.
Wat hij schiep, voldeed hem niet. Menig
maal overviel hem een onbevredigend gevoel
voor zijn eigen werk. Dan .'_p hij cr - it;
maar het drukke leven om hem heen hin-
derdo hem. En eens op een dag vernietig
de hij een haf-voltooid doek, stak een sigaar
aan en wist dat het zoo verder niet ging.
Hij keek om zich heen: boe rijk en smaak
vol was rijn woning ingericht 1 Verachte
lijk trok hij de schouders op. En terwijl
zijn blik de rookkringetjes volgde, dacht hij
aan zijn vroeger atelier, onder het dakpaan
zijn gebrek en zijn armoede; aan zijn eerlijk
werken, dat nog niet van de faam vergezeld
ging, en aan zijn jeugd. j
Maanden lang waren deze beelden en ge-
daohten bij hem. En alsof het zoo vanzelf
sprak als er bij belioorend stond Hil
da, het arbeiderskind, daar midden in. Zijn
vrouw hoorde hem toe, er was niets, wat
hij haar verborg. Zij wist ook van het korte
lente-geluk; zij wist van zijn onrust; zij
wist, dat hij nu e«n strijd met zichzelf voer
de en wachtte op den afloop.
Haar oogen klaarden op, toen die kwam:
met haar wildo htf zioh losrukken uit het
drukke, woelige stadslovcn; voor vele jaren
do eenzaamheid cn de stilt© in vluohten,
zioh niet door het succes laten inpakken.
Dit besluit bracht hem tot rust, maar het
duurde nog maanden eer hij aan het, fcen-
uitvocr-brengen cr van denken kon. In dien
tijd gobeurde het, dat hij een kennis van
vroeger «prak, die hem vertelde, dat Hilda
getrouwd was. Hij kromp ineen.
Waarom? Moest zij haar leven dan onge
huwd eindigen. Was ook hij niet getrouwd?
Maar een droevig waas trok er over net
rcino beeld, dat uit de verte wenkte.
Lang liep hij besluiteloos rond.
Toen informeerde hij naar baar adres en
schreef haar.
Hij schreef haar, dat rijn jeugd, juisv. nu,
nu hij het tusschen hen beiden als afgedaan
wilde beschouwen, zich sterk aan hem op
drong. Hij verlangde, vóór hij Berlijn voor
langen tijd zou verlaten, haar, Hilda, nog
eens weer tc zien. Hij wist, dat zij getrouwd
was. Ook hij was het, en wel zóó goed en
zóó gelukkig, als hij het zeker niet ver dien
de Daaruit alleen reeds moest zij opmaken,
dat niets anders dan een rein verlangen en
dc herinnering hem er toe gedreven hadden,
om een samenzijn te verzoeken. Daartegen
kon wel niemand iets hebben. En wannoer
zij cr in kon toestemmen, dan zou hij nog
eens, juist tot afsoheid, de plaatsen met
haar bezoeken, waaraan voor hem een aan
gename herinnering was verbonden.
Hij onderteekende slechts met „Conz".
Hij heette Constantin van rijn voornaam;
maar Hilda had hem steeds „Conz" ge
noemd.
Zoo reed de vigilante hem nu naar het
plein, dat Hilda als plaats voor hun samen*
zijn aangegeven had.
Zij was er reeds. Hij herkende haar dade^
lija. Maar met een vlugge beweging had rij
haar gezicht afgewend en zij bezag nu vol
aandacht de uitstallingen van een winkel.,
Toen dwong hij zich tot kalm-zijn, betaal
de don koetsier, en ging langzaam naar haaxf
toe.
Zijn hart sloeg als toen hij haar voor heé
eerst had aangesproken. Maar zijn zekera"
blik nam haar beeld geheel en al op. Zi|
was een weinig voller ©n meer vrouwelijk
geworden, doch een meisjesachtigo blo3 lag
ook nu nog over haar gelaat en de krulle
tjes bij haar voorhoofd, do gouden spiraal
tjes, die hij telkens zoo graag van haar!
voorhoofd weggeblazen had, sprongen er
nog immer. En toch, in één opzicht, in eeri
kleinigheid, was zij anders geworden. Anj
ders dan vroeger? Of slechts anders dan hij
haar zich steeds voorgesteld had?
„Ik dank u, juffrouw Hilda", zcid© hij
toen hij voor haar stond.
Hun handen raakten elkaar aaD. Zij
bloosde nog meer en wilde haar handen to<
rugtrekken.
„Ik heb slechts weinig tijd", antwoordde
zij. Het was slechts verlegenheid die haar!
zoo deed spreken. Toen liepen zij door, zoe<
kond naar woorden, naast elkaar, over hef
plein en spraken alsof zij wildvreemde»
voor elkaar waren. Opeens lachte Hilds
zacht.
„Nu draagt ge ook een hoogen hood. En
vroeger waart ge daar zoo tegen. Dat was
een voorrecht voor ambtenaren, zei dot
steeds."
(Slot volgt