neraal benoemd, gaf zich met 3476 man ow. Het volgende jaar werd hij uit de krijgsgevangenschap ontslagen. Sedert leef de hjj ambteloos en overleed te Breda den 2den Mei 1849. Behalve zijn geschilderd portret, dat in de trouwzaal van het Stadhuis te Tiel hangt, liet hij aan zijn geboortestad o. a. na zijn eeredegen en ridderorden, die in het museum der vereeniging „Oudheidkamer voor Tiel en Omstreken" te zien zijn. Chas- sé werd door de soldaten op de handen ge dragen en zzijn moed wekte in on- land een geestdrift, die weerklank vond in het vol gende lied: Wie praalt aan 't hoofd der heldenstoet? Chassé 1 Wie heeft gewroken Hollands bloed Chassé 1 Wie spreekt uit monden van metaal Der Trompen en De Ruyters taal Chassé Wie heeft gestraft hot snood verraad? Chassé I Wte redde 't bolwerk van den Staat? Chassé 1 Wie toonde wat de Leeuw vermag, Dien woarmaals cfaard nooit sluimeren mg? Chassé. Wie heeft de muitzucht perk gezet? Chassé! Wie 't monster m zijn nest verpief? Chassé 1 Wie is als Neêrlands -rUte zoon De heebtste steun van 's Konings troon? Chassé! Oad-Neerfeod zijt gij ifierr en waard, Chassé! Ow heldemoein klinkt luide op aard, Chassé! Voor u rijst onze zegebeê, Wij zingen met het lesrer moe: Vivat, Papa Chassé! RECEPT. Aardbeientaart. 'Aardbeientaart kan men op de volgende wijze bereiden: Aohf goed geklopte dooiers van eieren ïoprt. men dooreen met 180 gram fijne witte pni'kprr en 90 gram geschilde, fijngestooten amandelen. Dit vermengt men met 60 gram meel of aardappelmeel en het tot sneeuw geklopte wit der acht eieren. Wanneer dit al les goed dooreen geroerd is, doet men de helft van deze massa in een met boter be- streken vorm en bedekt ze met een dikke laag rijpe, gewassohen, afgedropen en goed gesuikerde aardbeien. Nu schudt men daarover de laatste helft van het deeg, légt bovenop nog een s.tui-je boter, strooit daar over wat fijngestooten beschuit en laat al les baj matige hitte een halfuur in den oven bakken. Dit gebak wordt in den vorm op gediend. Men kn.n bet ook koud gebruiken. RAADGEVING. Het bereiden van boenwas. Naar aanleiding van ernstige ongelukken, veroorzaakt door het bereiden van boenwas op het open vuur, schrijft men: Voor de bereiding van boenwas is het aanwenden van een warmtebron geheel overbodig. De bereiding kan in de koude geschieden. Men neme 100 gram (1 ons) bijenwas en 150 200 gram terpentijnolie. De was wordt fijn geschrapt en door de olie geroerd. Na een week omstreeikB ver krijgt men prachtige gele boenwas. Hot is echter noodig nu en dan de massa cm te roeren. Om roode boenwas te bereiden neemt men roodgekleurde terpentijnolie, welke 'men eveneens bij apothekers en drogisten kan bekomen. Wil men de bereiding be spoedigen, dan kan men desnoods den pot in warm water plaatsen en dit eenige ma len herhalen. Neemt men werkelijk zuivere bijenwas, 3an is bovengenoemde methode zeker ge vaarloos. Noch apothekers, noch drogisteo zullen ooit warmte aanwenden bij de berei ding van boenwas. Wekelijksche Kalender. Zondag. Wie ontrouw is aan plicht, recht en rede, breekt drie draden in bet weefgetouw en zal de gevolgen van zijn fout ondervinden, als hij wellicht aan de oorzaak niet meer denkt. Slaandag. Hij, die gelooft dat hij in ziohzelven ge noeg heeft om iedereen te kunnen missen, bedriegt zich zeer; maar hij, die gelooft, dat men hem niet kan missen, is nog dwa zer. Dinsdag. De geluksgodin biedt menigeen Haar hand, maar zij trouwt niemand. Woensdag. Menigmaal is men verplicht te spresen. omdat men door zwijgen te veel tou zeggen. Donderdag. Een leven zonder feest is een lange reis zonder pleisterplaats. Vrijdag. Vraag eerst welke opvoeding iemand ge had heeft, vóórdat g© hem veroordeelt. O Zaterdag. Ten onrechte wordt uit de waarheid, a at niet alles zeker is, door velen het besluit getrokken, dat alles onzeker is. STOFGOUD. Geheel zichzelf zijn kan ieder slecht® zoo lang hij alleen is, want slechts als men al leen is, is inen vrij. In de eenzaamheid voelt ieder zioh zooals hij is. Schopenhauer* De massa moet zich omzetten door de vrije werking der krachten, die in eiken enkeling aanwezig zijn. Van Eeden. Verschijnt een waar genie in de wereld, zoo kunt gij het daaraan kennen, dat alle domkoppen een verbond tegen he. sluiten. Swift. üJLiXiBiSiXdESX. Vreemd gesprek. In zekere gemeente solliciteerde gemand naar de betrekking van politie-agent, een functie, die door den burgemeester wordt vergeven. Daar nu de sollicitant potdoof was, informeerde hij vooraf bij iemand, die het weten kon, wat de burgemeester gewoon was te vragen. „O, dat is heel gemakkelijk," antwoordde deze, „want de burgemeester vraagt altijd hetzelfde. Vraag 1: Hoe oud ben je? Vraag 2: Hoe lang heb je gediend? Vraag 3: Wanneer ben je getrouwd? Vraag 4: Hoeveel kinderen heb je?" Do doove sollicitant was gerustgesteld. Bij den burgemeester gekomen, die nu ech ter de volgorde zijner vragen veranderde, ontspon zich bet volgende gesprek: Vraag 1: Hoe oud ben je? Antw.Zeven en dertig jaar. Vraag 2: Wanneer ben jo getrouwd? Antw.Twaalf jaar, mijnheer de burge meester. Vraag 3: Twaalf jaar getrouwd? .Antw.Toen ik mijn paspoort had. Vraag 4: Kerel, wat geef je geklke ant woorden. Je hebt toch geen borrel gebruikt yóór je hier kwam? Antw.: Zeven, mijnheer de burgemeester! „Och," riep kleine Netteke uit, „is dat meneer Nelders, wat is-ie groot 1 Hjj ia nog grooter dan pal" „Is dat zoo iets bijzonders?" vroeg ma ma, en zij wees den heer Nelders een stoel. „Maar hoe kan dat dan?" vervolgde bet enfant terrible, „ik dacht dat-ie maar een heel klein manneke was, zoo (klein als Pietje, want pa zegt, dat mevrouw Nelders hem goed onder haar duim kan houden 1" Een burgerman stond in een vollen tramwagen zijn zitplaats aan een niet meer jonge dame af. „O, ik dank u zeer!" zed de dame, met een vrïendelijken glimlach. „Geen dank, juffrouw," antwoordde de man. „Ik zeg maar: een man mag nooit een vrouw laten staan. Daar zijn mannen, die alleen opstaan voor een vrouw, als zij mooi is. Maar, ziet u, dat maakt voor mij geen verschil Slim. „Man, mag ilk even je horioge voor het eierenkoken „Kan je dat niet met de klok af?" „Neen, die is niet gelijk." Een verordening. In Noorde lijk Bohemen is nog ergens de volgende ver ordening van kracht: „Ieder persoon, zoo mannelijk als vrouwe lijk, die de®e brug harder overloopt dan op wandelende wijze, zal beboet worden met 1 florijn; wie niet kan betalen, krijgt tien stokslagen. De aanbrenger krijgt de helft." Advertenties. Een pleisterfabri- kant advei teerde„Wie eenmaal onze pleis ters gebruikt, blijft er altijd aan gehecht „OntvangenNieuwe, prachtige aan voer wandelstokken voor he eren met grap pig besneden houten knoppen." De redacteur-uitgever van „De Zuider bode" begon een hoofdartikel aldus: „Geachte Lezers! Morgen is het de verjaardag van den dood van Louis Philippe." i Hij schreef niet al te duidelijk en toen hij' de proef kreeg, stond er: „Morgen is het de verjaardag van den dood van Sam Phillips." Ten hoogste verontwaardigd over die zeb- tersdomheid, schreef hij op de marge: „Stommeriken! Wie is 8am Phillips?" Hij corrigeerde verder en ging naar huis. Maar aan het ontbijt op den morgen der uitgifte van het weekblad, toen hij met welbehagen de courant had opengeslagen, waar zijn hoofdartikel het beste, dat hij nog ooit geschreven had schitterde in zijn grootere lettersoort, trok hij de weinige haren, die hij had, uit het hoofd. Hij las tooh: „Geachte Lezers Morgen is het de ver jaardag van den dood van Sam Phillips. Stommeriken 1 Wie is Sam Phillips?" Takstijl. Journalist, als hem aan een diner nog een schotel wordt gepre senteerd: „Het spijt me, maar wegens plaatsgebrek kan dit artikel heden niet meer worden opgenomen." Prima qualiteit. „Merkwaar dig, dat die groenten hier zoo prachtig ge dijen." „Dat wil ik wel gelooven; bet land is met meet van befcroonde koeien bewerkt." VRAAG. Wie uit onzen lezerskring wil zoo goed zijn in de eerste helft der volgende week onder bet motto Vraag Kakkorlak- k e n ons een goed antwoord te zenden op deze Vraag: Zoudt U een afdoond middel kun nen en willen noemen tot het verdrij ven van kakkerlakken?

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 16