Fotografeeren op afstanden. Beperking van alcoholgebruik. Sinds .eenigen tijd zijn door do tech- aiek verrassend© vorderingen gemaakt op het gebied der electro-telefotografie. Vooral professor Korn, te München, heeft zeer merkwaardige uitkomsten ver kregan. Het systeem, waarop deze overbrenging van portretten of teekeningen langs tele- grafischen weg berust, is orygeveer het volgende. Het portret wordt op den binnenwand gebracht van een glazen cylinder, welke met een bepaalde snelheid wordt rondge draaid en tegelijkertijd in oe richting van de cylinder-a-s wordt verplaatst. Door een kleine opening in een metalen bus, om dien draaienden en vooruitschuivenden cylin der met het'portret, valt het licht van een Nernstgloeilamp op het portret. De lichtbundel, welke door een lens wordt gericht op één bepaald punt van den gla zen wand. van den cylinder, wordt door de donkere deelen van het portret meer, door (ie lichtere deelen minder verzwakt. Hij valt met steeds wisselende intensiteit, welke intensiteit afhangt van het gedeelte ider1 fotografie, dat door den lichtbundel wordt getroffen, Da door het portret te® zijn heengegaan en dan door een prisma te zijn gericht, op een plaat selenium. Die plaat is geschakeld in een electrische stroomleiding, waarin de stroom wordt op gewekt door een krachtige batterij. De se- lenramplaat wisselt in weerstand met de verandering in de lichtsterkte van den bundel, die haar treft. Door die voortdu rende verandering van weerstand wisselt ook telkens de stroomsterkte. Door een telegraafdraad van des noods 2000 K.M. lengte is op verren afstand een dergelijke seleniumplaat in de leiding geschakeld. De inschakeling dier plaat heeft ten doel de nevenwerkingen- in de eerste selenium plaat te neutraliseeren. Een Nernst-Lamp, ingeschakeld. ter plaatse waar het portret moet worden op genomen, zendt nu, onder den invloed van den stroom, stralen uit, van wisselende lichtsterkte, welke door een lens worden geconvergeerd op een punt van den bin nenwand van een glazen cylinder, waarop sen gevoelig film is aangebracht. Deze cylinder komt in afmetingen en bewegin gen geheel overeen met dien, waarop (een paan 'duizend K. M. verwijderd lj' (het portret was bevestigd. Men krijgt nu op het film spiraallijnen van uit wisselend lichte en donkere stip pen bestaande banden, die te zamen een vrijwel aaneengesloten negatief leveren. Prof. Korn heeft voortreffelijke resulta ten met zijn methode verkregen. Hij acht haar van groote waarde bijv. voor het over- telegrafeeren van de portretten van voort vluchtige misdadigers. Het voornaamste beswaar der methode is. dat zij nog vrij veel tijd in beslag neemt. Een Belgisch onderzoeker, zekere heer Carbon nel le, te TJccde, heeft nu een me thode ter overbrenging van platen ont worpen, waar geen gebruik wordt gemaakt van de oeleniumpLaten/. Hij noemt zijn uitvinding: te-le-autografie. Carbonnelle werkt ook met de gelijk vormige en op gelijke wijze roteerende cy linders; maar bij hem wordt aan den kant, waar het portret' wordt opgenomen, niet gefotografeerd, maar gegraveerd. Aan den kant, waar de afbeelding wordt verzonden, heeft men geen portret, maar een cliché, dat te gelijk ronddraait en vooruitschuift. Het is met niet geleidenden vetten inkt bedekt op de plaatsen, die aan den anderen kant niet moeten worden in gegraveerd. Glijdt de elastische naald over die met inkt bedekte plaatsen, dan is er geen contact en dus geen stroom. Op het bovenvlak van het - cliché rust een elastische naald, welker trillingen op dezelfde wijze worden opgenomen en over gebracht als in de fonograaf geschiedt door het diafragma. Aan de zijd?, waar de af beelding wordt ontvangen, is een dergelij ke naald aanwezig, die de ontvangen tril lingen op den rollenden en vooruitschui venden cylinder ingriit, waardoor een direct bruikbaar cliché ontstaat. Volgens den uitvind-jr onderscheidt deze methode zich door groote snelheid bij de overbrenging en de onmiddellijke techni sche bruikbaarheid van het cliché. In Pruisen, en trouwens in geheel Duitsehland, vooral in Zuid-Duitschland, is het bierverbruik nog sterk in zwang in de werkplaatsen. Het verslag der arbeids inspectie van het jaar 1908 deelt mede, dat bijv. in krantendrukJkerijen het dikwijls voorkomt, dat. in de werkplaats een kool- zuurapparaat wordt opgesteld, waarmede voortdurend getapt wordt. Een voorbeeld vindt men. in het verslag, dat een gehuwd arbeider, die ongeveer 15 Mark per week verdiende, in een week .64 fleschjes bier verbruiikt had. De gasfabriek in Mariendorp heeft ge tracht door verhooging van d_n prijs vah het bier van 8 op 9 pf. per flesch en verla ging van den prijs van spuitwater van 10 op 8 pf. hiertegen te reageeren; aanvan kelijk niet zonder succes. In den zomer van 1905 werden gebruikt door 287 arbeiders 103,910 flessohen bier, en 3370 fleschjes spuitwater en in 1906* door 369 arbeiders 85,960 flesschen bier en 20,910 fleschjes spuitwater. Het verbruik van bier is. dus van 362 op 233 flesschen, nog altijd een respectabel cijfer, gevallen, bij de alcoholvrije dranken van 12 op 57 gestegen. Yoor één jaar toch een belangrij ke verbetering. Hoe in deze richting met vrucht ge werkt ikan worden, blijkt nog uit het vol gende. In een steengroeve in het district Oppeln legden vele arbeiders het werk neer, toen het gebruik van sterken drank verboden werd. Na de inrichting van een can tine in een steengroeve, waar voor 3 pf. een flesch- je selterswater, Voor 4 pf. 3/4 fleschje licht alcoholarm bier en 5 pf. een fleschje limo nade te^vér^rijgen was, werd verbruikt: 5000 fleschjèk ''selterswater, 17,000 flesschen limonade en, 1.3,000 fleschjes hier op een totaal vanvahbeiders) dat van 40 tot 95 ge stegen was iirideh' loop van 2 jaar. Hier is dus het gebruik'van alcoholvrije dranken overwegend geworden. Ook de sluiting van de kroegen om 4 uren op loondagen heeft gunstige uitwerking. In Silezië ontbraken vóór deze bepaling in 2 ondernemingen met 3000 arbeiders na loon dagen iO13 pCt. der werklieden daarna 6 pCt. ,,Het. .jfjai^en is het zekerste-middel, om aan een vrouw te komen". Tot deze uitspraak is de Internationale Academie van Meesters der Danskunst ge komen, die haar zetel te Parijs heeft, doch waarvan dansmeesters van iedere nationa liteit lid zijn. De Academie heeft met haar uitspraak maar niet een willekeurige, losse bewering de wereld ingestuurd, doch met groote nauwgezetheid heeft zij een om vangrijke enquête over den invloed van het dansen op het trouwen ingesteld. Alle dans- onderwijzers werden in een circulaire uit- genoodigd, door discrete vragen aan hun leerlingen vast te stellen, waar dezen de dames hadden leeren kennen, met wie zij geëngageerd of getrouwd zijn. Meer dan 3000 dansonderwijzers hebben op de circulaire geantwoord, en van 1,097,503 gehuwden en verloofden hebben zij uitsluitsel gekregen. Het resultaat is, dat 75 procent van de gevraagde personen verzekerden, dat zij hun vrouwen hebben leeren kennen op be sloten en openbare bals of op de dansles. Velen beweerden bovendien, dat zij het al leen aan bun schitterende danskunst had den te danken, dat het hun gelukt was, een vrouw te veroveren. Dat van de 3000 dansonderwijzers zelf 9^ procent hun vrouwen op een dansgelegen heid hebben leeren kennen, is niet zoo heel wonderlijk. Maar belangwekkend zijn da nationale verschillen, die uit de enquête zijn gebleken. Het hoogste percentage van de, om in da taal der Dansacademïe te spreken, „cho reografische verlovingen'' komt op reke*( uing van Duitsehland, waar slechts 3 pro cent der mannen hun vrouwen niet op dans feesten gevonden hebben. In Erankrijk zijn 83 procent der gehuwde mannen door de' danskunst den huwelijkshemel binnengeko men; in Engeland 65 procent. Noorwegen alleen schijnt den' dans niet noodig te heb ben als aanmoediging voor het sluiten van, huwelijken, want daar bedraagt het percen tage slechts 38. De moraal, die door verstokte vrijgezelle^ in deze statistiek is te vinden, luidt: „Mijd yoor alle dingen het dansen t" WURMEN! De mensch bewoont een middelmatig pla neetje, millioen malen kleiner dan de zon, die het in haar stralen heeft hangenen die zon, die millioen malen grooter is dan de aarde, is een stofje in het sterrenstelsel, schrijft Flammarion. De zon Canons bijv. is meer dan een. mil lioen malen zoo groot als onze zon. En die Canopus op haar beurt is een atoom in de eindeloosheid van den melkweg met zijn achttien millioen sterrenstelsels. De mensch, die iets oneindig kleins is op de oneindig •kleine aarde, ziet niets, voelt niets, weet niets. Züjn treurig organisme heeft precies vijf zinnen, waarvan vier, de smaak, de reuk, bet gevoel en het gehoor, geen do minste befceekenis hebben, daar ze hem slechts in betrekking brengen tot de dingen van zijn naaste omgeving. Alleen het go- zicht veroorlooft hem, zich een voorstelling te vormen van de samenstelling van het Heelal. Maar welk een voorstelling nog! Zijn gezichtszenuw trilt, voelt, ziet slechts in een uiterst Meihe serie aetheufirillingen, tusschen 400 en 756 trillingen in de secon de. AI wat daarboven en daaronder valt, bereikt hem noodt. Hij heeft noch een eleo- trisch, noch een magnetisch zenuwstelsel, en hij bezit geen zintuig van oriënteering. En "dat ellendige atoom zou willen oor dee len over alles, wat buiten hem ligt. Dat wurm wil..£<pg bevechten zijn confraters! Heeft meneer oodt van gehoord, dat gelijk soortige atomen elkaar in massa vernieti gen? O, lezer, zulk een wurm zdjt gij en ik. Een reuzen-uurwerk* Eenigen tqd geleden is in den toren van de basilfka van St.-Germain, te Avranches, aan de Normandisohe kust van Frankrijk,' een neuaenuurwerk geplaatst, da± door zijn bijzondere samenstelling zeer de aandacht trekt. Het moet het grootste uurwerk zijn, dat in Frankrijk bestaat, en heeft één reguleer- en vier slagwerken. Door middel van holle ijzeren stangen, van 38 M. lengte, wordt op 7 wijzerplaten de tijd aangegeven. Vier "dezer platen, elk met een doorsnede van 1.5 M., zijn aan de buitenzijden van den toren, terwijl drie kleinere binnen geplaatst zijn. Het reguleeawerk brengt een bronzen rad, van een meter doorsnede, en voorzien van 96 tanden, in beweging, dat in 24 uren één omwenteling maakt, waardoor de verschil lende slagwerken automatisch afwisselen. Eén dezer werken dient voor het aangeven, van het volle uur; één voor het kwartier en twee voor de verschillende klokkenspelen. Het „kwartier over" wordt aangegeven door de eerste vijf noten van het kerkge-. zang „Inviolata"; bet halfuur door nog 8 noten; het „kwartier voor" door nog elf volgende; terwijl elk vol uur de geheele tekst „Inviotata Integra et casta es Maria" gespeeld wordt. 's Middags om twaalf uren en 's avonds te zeven uren wordt bovengenoemd lied automatisch door een ander vervangen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 15