LEIDSCH DAGBLAD, WOENSDAG 3 APRIL, - TWEEDE BLAD. PERSOVERZICHT. u Kerkeiyke Berichten. FEUILLETON. Het I'oi-ti-et. jfo. wm Do manifestatie -ran een aantal Limburg- iche burgemeesters, die zich hebben veree- jiigd tot 'tgeen geheeten wordt een „bond ïegen aigemeenon dienst-, j) 1 i o b fc," vindt in de „N. E o 11 e r d am- 6 c h e. Courant" sterke afkeuring. Op lichzclf is natuurlijk tegen de oprichting Cvan die vereeniging niets in te brengen, tnaar het komt het blad in hooge mate be- ^donkelijk voor, dat het een aantal burge meesters z.ijn, die zich van die beweging aan jhefc hoofd plaatsen ou haar steunen met het jgezag van hun ambt. Als iemand in do gemeente zich in den .politieken strijd zoo verre mogelijk op den 'achtergrond moet houden, het is de burge rmeester „man van do gemeente", verplicht |om met elke richting, die tijdelijk in de ge meente den boventoon voert, eerlijk en een drachtig samen to werken. Buiton do bur gerij om in het gemeentebestuur geplaatst, kan hij niet scrupulus genoeg zijn, waar jhet geldt een zij het ook slechts indirecte inmenging in het partij-gewoel. Zijn eerste leus moet zijn onthouding, of het verfcrou- (wen, dat de burgerij noodzakelijk hebben pioet in zijn strikte onpartijdigheid, gaat ^onherroepelijk verloren. Nu willen wij gaarne aannemen, dat door Jiefc initiatief van de Limburgsche groot- ^Waardigbeidsbekleoders tot oprichting van 'een bond tegen algemeenen dienstplicht do ïrosfc in* hun gemeenten allerminst zal wor den verstoord. Wij vallen zelfs gelooven, Hat alle Limburgsche ingezetenen als één Iman in beminnelijkeeensgezindheid de denkbeelden hunner burgemeesters zullen !deelen. Doch dat is op hot oogonblik de kwestie niet. Het beginsel schuilt dieper. Vandaag is het om een oproep tegen „mi- Jnister Staal en zijn helpers" te doen, maar •morgen misschien tegen „dr. Kuyper en zijn ffcrawanten", en overmorgen geldt het wel- Üioht een zaak, waarover ook binnen de ge meente heftig wordt gekrakeeld. Waar is de grenst Of alles óf niets zou- Hon wij zeggen. En dan moet naar onze (Overtuiging voor den burgemeester in dc eerste plaats het woordje „niets" het wacht woord zijn. De burgemeester, die het an ders inziet, doet schade aan zijn waardig heid en moet óp den duur het gezag van fcijn ambt, het gezag der overheid bedenke lijk ondermijnen. Verwonderlijk is, dafc van Sde verschillende Limburgsche burgemeesters jgeen onkele dit schijnt te hebben ingezien. „Land en Yolk" zegt, dat de oprich ting van een bond tegen algemeenen 'dienstplicht door een aantal katholieken (Vveer eens eigenaardig heeft toegelicht de (verwarring, die onder de partijen der (rechterzijde heerschfc ten aanzien van het Hefensievraagstuk. De oprichting van dezen Bond soliijnt 'ons niet aangenaam voon de christelijke Coalitie, die het kabiuefc-De Meester omver ■Wierp. „Het Huisgezin" vraagt al, Oi men niet „enkele maanden"' had kun- tien wachten. In dio enkele maanden kon .öanj dbor de Katholieke partij „een be slissing in zake dc militaire kwestie zijn genomen." ,,H et Huisgezin" stelt zich dit wat $e gemakkelijk yoor. Maar dit staat vast: öo bond zou nu bij do rechtsoho candida- èen weinig succos hebben. Wordt hun gevraagd, of zij vóór alge- taeencn dienstplicht zij'n, dan zullen zij Antwoorden: „Dafc weet ik niet; ik vraag het straks >|Ka.h de commissie van meneer Talma." „Het Huisgezin" schrijft: Goede buren en vrienden kunnen, neen, moeten Nederland en België zite .Op het gebied van handel en verkeer is /ongetwijfeld wel een en ander te verwezen lijken in de richting van een hartelijker Verstandhouding. Doch op militair gebied doen wij het ïrciligst, met geen nauwo vereeniging na te fetreven. Het is gevaarlijk in zioh, omdat het zoo licht verleidt tot het verzwaren van de militaire lasten. In Belgic zijn er thans reeds van heel de toenadering afkeerig, omdat sommigen daar in een bondgenoot schap met Nederland een prachtige gele genheid zien om België's achterstand in militaire zaken wat te doen verminderen, m. a. w. den militairen last voor de natie drukkender te maken. En het is gevaarlijk, omdat wij dan zeker onder verdenking zullen komen, dat wij in de internationale politiek een rol ven- achen fce spelen. Kunnen wij daar maar eenigszins buiten blijven, dan moeten wij zulks doen, want die politiek is niets meer dan een groot wespennest. >,H et Yolk" zegt, dafc in eenige afdee- lingen der S.-D. A.-P. en in een enkelen bestuurdersbond de vraag geopperd is, of, .nu de partij en de vakbeweging in ons land een beweging op touw gezet hebben om den wettolijkon tien-uren dag fce verorveren, de Mei-beweging niet voor die beweging dienstbaar moet worden gemaakt door ook die leuze aan te heffen en de vroegere: don acht-uren-dag, al of niet geflankeérd door die van algemeen kiesrecht, zoolang te laten vallen. De reden daarvoor zou dan zijn, dat sommige elementen in de ar beidersbeweging, die aan de agitatie voor den wettelijken fcien-uren-dag deelnamen, ook voor deelneming aan de Mei-beweging zouden zijn te winnen. Met het Partijbestuur ontraadt „H e t Yolk'' deze wijze van doen. De Mei-beweging is en moet blijven een manifestatie van het bewuste proletariaat voor de algchcelc- vrijmaking der wereld van het kapitalisme, en de acht-uren-dag is in die beweging slechts genoemd, om de gemeenschap van belangen van het prole tariaat duidelijk te doen uitkomen. Dn brongfc dan ook met zich mede, dafc die Mei beweging niet kan worden ondergeschikt gemaakt aan eenige tijdelijke, landelijke be weging, voor eenigen ah deren eisck. Het spreekt vanzelf, dat op de Mei-ver gaderingen en in de Mei-geschriften de fcien-uren-dag kan worden besproken als liggende' in de lijn van den internationalen eisch, maar die internationale cisoh zelf moet bij de Mei-beweging onveranderd ge handhaafd worden, zonder ons af fce vra gen of de een of andere organisatie, die niet op het standpunt staat van den klas senstrijd, daardoor van de deelname weer houden wordt. Yoor de Mei-bcweging blijve dus de leuze weerklinken: Voor den acht-uren-dag, de eisch van het internationale, klassebewuste proletariaat. „D^ Nederlander" gaf o\1er de voorstellen der Staatscommissie voor Grondwetsherziening een serto 'artikelen, voornamelijk bestaande in een uiteenzetting van den inhoud, doch hiei en daar van eenige eigen aanteekeningen voorzien. Over het voorstel tox toekenning van het recht van amen dement aan de Eerste Kamer schrijft het blad nu een bespreking van prof. Oppenheims be zwaren daar fc. gen: Wat de algemeene bezwaren van den heer Oppenheim tegen het nieuwe instituut be treft, zeker kan niet ontkend worden, dat ze hun waarde hebben. Maar het komt hier op de toepassing aan. Ook wanneer haai het recht van amendement zal zijn toege kend, za.1 de Eerste Kamer niet moeten vergeten, welke plaats zij in ons staatsor ganisme inneemt; en gelijke reserves, als ze zich in het verleden heeft opgelegd bij het beoordeelen van ontwerpen in hun geheel, zullen haar ook in de toekomst te stade komen bij de gebruikmaking van het amendementrecht. De nota van prof. Op penheim zou in het kort kunnen samenge vat worden in deze woorden: „In beper king ligt kracht". En dit ia, bovenal ten aanzien van de Eerst© Kamer, zeer juist; maar een dergelijke zelfbeperking kan ook bij het amendeeren van ontwerpen in acht genomen worden. Werd de Eerste Kamer inderdaad in dien zin „een volledige tweede instantie", dat ze ook op haar beurt de wetsontwerpen nog eens in al hun bijzonderheden ging onderzoeken en de re dactie van elk artikel op een goudschaal tje wegén, dan zou zij ongetwijfeld op don duur haar bestaand karaktei verliezen en diaarmee iots van „haar zedelijk aanzien en het geloof in haar nut en noodzakelijk heid" inboeten. Maar dit behoeft niet en dit behoort ook niet. YceJ engere grenzen zijn voor haar werkzaamheid, ook voor haar amendeeringswerkzaamheid, haar van na ture aangewezen. Wij stellen ona voor, dat de wijzigingsvoorstellen, waartoe zij het ini tiatief zal kunnen nemen, in hoofdzaak van tweeërlei aard zullen zijn: lo. die, waar door anders onoverkomolijke bezwaren te gen onderdéélen worden opgeheven en dus een goedkeurend eind-votum. haar mogelijk wordt gemaakt; 2o. die, waarvan de juist heid ook door de Regeering wordt erkend en waarschijnlijk ook voor dc Tweede Kamer aannemelijk is, en die dus eer hot herstel van onwillekeurig begane fouten dan het doorzetten van eigen afwijkende meening beoogon. Mits blijvende binnen het kader, waarin de Eerste Kamer ook thans werkt, kan het recht van amendement dior Kamer van hoilzamen invloed worden op den wetge- venden arbeid der Statcn-Generaal. In „Hoagscho Kout" In de „Provin- o i a 1 e Gr o n i n g e r Courant" lazen wij o.m. Ziehier oen kiekje, een instantané, op witten Donderdag in de Prinseafcraafc (Den Haag) tegenover de magazijnen van „Eigen Hulp" genomen. Op het verhoogd voetpad (trottoir) bestormen drie lieden de grooto brievenbus van het postkantoor, maar wor den hierin gedwarsboomd door twee jonge meisjes, ieder met een fiets aan de hand op het voetpad, iu oen druk, halfluid gesprek gewikkeld, waarbij een „hij" de hoofdrol "speelt. Deze Hij-aanhangsters letten na tuurlijk niet op een moedorfcje» van do te genovergestelde zijde aankomende, dat een gevulden kinderwagen tracht voort te--du wen, en naast rich nog twee hemeltjes ran omtrent twee en drie jaar meesjouwt. Rondom deze voetpadstormers een dichte kluit brievenbestellers, die hier blijkbaar vergaderen en een gezellig praatje houden vóór zij hun uitdeeling aanvangen. Door dit warrelige menechen kluwen baant zich nu een electriseho wagen bru taal en vastberaden den weg. En gij en ik grootestadsbewoners alsjeblieft! hou den ons hart vost, als we die overrompelen de herrie, die woelende, ongedisciplineerde bende overzien. Ieder voor zioh en onze lieve Heer voor ons allen 1 Een neef uit Hattum, die dit oorverdoo- vend od oogver rassend straat-tooneeltje met stomme verbazing aanschouwt, schiet in een lach over al de korte „boenders" ol schuiers, dio de paarden, in plaats van den mooi golvenden langen staart, aan het eind van hun rug vertoonen. Medelijdend schudt hij het hoofd over zulk een idioto verminking. Wacht maar, hij zal zich nog wel meer verwonderen Als wij straks over den Kneuterdijk ko men en hij belangstellend voor de vroegero woning van Prins Alexander staat, ver neemt hij schuddebollend, dat de nieuwe secretaris van het Duitsche gezantschap dit aristocratische huis gehuurd heeft voor 13,000 gulden 's jaars. Ongeloovig schudt hij het hoofd. Wie heeft ooit van. zóó'n huurprijs gehoord I Wij hebben altijd van onze ouders gehoord, dat de huur der wo ning slechts ©en zesde van het gezamenlijk inkomen mag bedragen. Wat moet naar dien maatstaf de Duiteche diplomaat goed voorzien zijn van het aardschc slijk. Een eindje verder schiet mijn provinciaal in een gullen lach, als fcusechen de Hoogo Nieuwstraat en het Lange Voorhout, aan een zeer smal huisje en zoo petieterig als een poppenwoning, hij de voorname aankon diging leest: „Een Heerenhuis te huur." Als men in de 'knussige kamertjes van dit vogelkooitje vier natte paraplu's kan uit zetten, mag men mij gerust een leugenaar noemenHet uitzicht is echter aanlokkend, de ligging voornaam, de sfcaod hoogst-def- tig. Leve het Heerenhuisje I Toen wij, al wandelende, door dc Wagen straat kwamen, wees ik mijn neef het hoek huis van Wagenstraat en Gedempte Gracht, dat tegenwoordig een handel in tabak en koffie bevat. Daar woonde, op de kamers der ecrBte verdieping, een veertigtal jaren- goieden, zei ik, de onlangs te Utrecht overleden oud-minister Sprenger van Eyk Het was destijds een bedden winkel en de bovenbewoner was toen als surnumerair dor registratio tijdelijk bij het ministerie van financiën, afd. domeinen, geplaatst. Sprenger van Kyk was toeu een leven dig, vroolijk, pretlievend jonkman, die het geaellig samenzijn gaarne mocht, een man, die zich iu verschillende kringen bewoog. Dikwijls gebeurde het dan ook, dat deze drukke prater heel laat (of heel vroeg: al naarmate van de vcrdeeling der 24 uren) zich ter ruste begaf. Aan de overzijde zijner woning, op den hock van Wagenstraat en Gedempten Burg wal, vatte eiken avond een zuurkraampje post, dafc zijn beste klanten onder do voor bijgaande „plakkers" en de naar huis keo- rende „nachtpifcjea" fceldo. Als nu onze a.s. staatsman, toen nog een onbezorgde, vroo- Lijke jonkman, des avonds laat thuiskwam, wisselde hij altijd een jovialen groet of een opgewekt praatje met de koopvrouw, die trouw bij haar brandende lantaarn achter de harde eieren, het zuur en do gebakken vischjea hokte. Nu wilde het noodlot, dat in het gemel de beddenmagazijn op zekeren nqphfc plot seling een heftige - brand uitbarstte, zóó plotseling en zóó schrikbarend anel, dat men vergat den bovenbewoner fce wekken, die, juist op oen vergevorderd .nachtelijk uur eerst thuisgekomen, uit zichzelf niet wakker werd. Daar herinnert zich do koopvrouw aan de overzijde, die den brand het eerst ontdekt had, dat „de meneer van de bovenkamer" haar nog goeden nacht had toegeroepen en misschien nog sliep l Snel grijpt' zij alles, wat ze onder haar bereik vindt, en smijt dafc woest en krach tig tegen de ruiten der bovenwoning. De ruiten rinkinkclon; de bewoner wordt wak ker door het helsch lawaai, ziet het gevaar, waarin hij verkeert, aohiefc ijlings een paar kleedingsfcukken aan en ontvlucht met al len spoed het brandende huis. Zoo lia.« de toekomstige wetgever het behoud van zijn loven aan de vrouw van het zuurkraampje te betalen. En de zedeles, die er uit to trekken valt! vraagt mijn neef of een ander. Wel, dat iemand, die vriendelijk en spraakzaam is, behoorlijk gered wordt, wanneer hij In gevaar verkeert. Herstellingsoorden van Misbedienden. In de jaarljjksche algemeene vergadering van de Nederlandsoho Vereeniging tot het oprichten on in stand houden van Herstel lingsoorden voor Handels- cn Kantourbc dienden en Handelsreizigers, gehouden te Rotterdam in het gebouw „Mcrcuriiui werd het jaarverslag goedgekeurd. Ter vergadering waren o. a. aanwezig leden en afgevaardigden uit Delft, Dor drecht, Gouda, Den Haag, Leiden, Rotter dam, Tiel, Tilburg en Utrecht. Op voorstel van Dordrecht word behan deld do motie van de Propagauda-commissie daar tor plaatse. Na discussie werd de motie door de voorstellers gewijzigd in uien zin, dafc de wensohelijkheid wordt uitgeapru- ken van de omzetting der propaganda-com missie in afdeelingen en van het benoemen eener commissie, dio tal trachten samen smelting te verkrijgen met do Vereeniging „Verpleging en Rust'' en die de noodige stappen zal doen tot de voorbereiding van ovengenoemde omzetting. Na toelichting van den heer Bax clie be toogde dafc een fusie zeer waarschijnlijk is, omdat, ala aan dc wensohen van vroeger van Amsterdamse he zijde geuit, door wijzi ging van statuten en huishoudelijk regle ment wordt te gemoet gekomen, het motief voor het voortbestaan der vereeniging „Verpleging en Rust'' geheel vervalt en zij de sympathie van allo vakgenooten niet alleen, maar ook van het publiek zal verspe len, indien zij zich tegen de algemeen ver langde samensmelting verzet, werd do gewijzigde motie met algemeene stem men aangenomen. Tot bestuurslid in de plaats van Gea heer Jao. Verbuigt werd gekozen dé heer J. F. Bentsnijder en ter vervulling van do va catures Kampman en Friczc^-oerg werden resp. gekozen de heeren N. A. A. Kamp man on F. G. Mastenbroek Jr. Als leden der commi^ë voor financieel* controle werden oenoemd de heeren Joo. Musly, H.. 0. Snel Jr. en Gh. Bogacrfcs. Bepaald werd dat 10 pCfc. van de vaste jaarlijksche inkomsten in 1907 zullen wor den afgedragen aan het reducticfonda. Punt 8 der agenda werd aangehouden. Als leden der commissie voor Fusie, enz^ (door aanneming der Dordtschc motie noo- dig geworden) werden benoemd dc heeren H. Bax Jr., W. N. de Bruijn Jr Willem C. Fiege Jr., Noorlander en E. Over- broek. Deze commissie zal baar taak ten spoedigste opvatten. Na eenige mededeelingen van huishoude- lijken aard werd de vergadering met een krachtig woord van opwekking door den voorzitter gesloten Lager Handelsonderwijs, In de groote bovenzaal van hot. Hotel Americain te Amsterdam werd- gisteren door den voorzitter van de Nationale Ver eeniging voor Handelsonderwijs, dr. D. oos, het congres voor lager Handelsonder wijs geopend. Aanwezig waren o.a. znr. Evenrijn, vertegenwoordiger van den mi nister van landbouw, nijverheid en handel; jhr mr C. Feifch, vertegenwoordiger van den minister van binnenlandscho zakenj vertegenwoordigers van de gemeentebestu ren van Dordrecht, Amsterdam, 's-Graven- hage, Delft, Enschedce, Deventer, Zaan dam, e.a. afgevaardigden van een elftal Kamers van Koophandelvan vereenigin- gen van handels- en kantoorbedienden, o.a. van „Kennis is Macht" uit Leiden; van de Maatschappij tot Nut van 't Algemeen van do Maatschappij van Nijverheid; van het Nederlandsche Schoolmuseum; voorts schoolopzieners, inspecteurs van onderwijs, middenstanders, onderwijzers, particulie ren. Do voorzitter heette allen hartelijk wel kom, meer in het bijzonder de speciale Regeeringsvertegenwoordigers. Spr. consta teerde, dat alom in den lande belangstel ling voor do vereeniging bestaat, in te genstelling met den treurigen toestand in 1899, toen men de nieuwe vereeniging zelfs vijandig gezind was. Dit suoces schreef 6pr. toe aan den vinnigen strijd door cte vereeniging tegen de bestaande insfcellin-" gen gevoerd. Allest wat tot verbetering kan leiden, is bestudeerd on beeproken. Naast H. B.-S. moesten komen of aan H B.-S. moesten verbonden worden speciale scholen van voorbereiding voor deu han del. Aan de zaa-k van heb lager handelson derwijs wordt en zal alle aandacht worden geschonken dank zij steun van Rijk, pro vincie, gemeente en particuliere Hierna kwamen ter sprake de verschil lende inleidingen, met de gestelde oonclu- sios. Naar aanleiding van de verdedigde stel lingen werden door verschillende aanwezi gen vragen gesteld, die door dc inleiders beantwoord werden. Behalve de aangekondigde sprekers voor de ook het woord dr. H, Blink, van 'x f»ra« venhage, die de organisatie van het lager handelsonderwijs besprak. Hierop ging dr. Bos over tob sluiting der vergadering. Aan do hand van al het ge sprokene kwam de voorzitter tot de volgen de oonclusie. Voor goede inrichting van het handelsonderwijs zijn drie factoren noodzakelijk: a. richt scholen op; b. vormt uw onderwijzers; c. geeft uw leerlingen tijd tot leeren. De bijeenkomst eindigde met de gebrui kelijke plichtplegingen. Leiderdorp: Ned. Hervormde Gemeente. Donderdag te 12 uren dienst. Inzegening vnn het huwelijk van ds. K, W. Vethake en W. G. de Baas. r JBlol.) „Ik zal het vanavond verzenden", ging eij vastberaden voort, haar ontroering ^overmeesterend, „en later zal ik u doen toeten, hoe uw kunstwerk ontvangen werd.' iZij stak mij plotseling de hand toe. Veertien dagen later, nadat ik juist heel <druk bezig was geweest met een afschuwe lijke débutante in eeh beelderig reoeptic- ffcoilet, kwam men mij zeggen, dafc miss Ron de 1 mij wenschte to spreken. Ik spoedde mij naar do binnenkamer en ontstelde van haar doodsbleek gelaat en do Jdonkcre kringen on"der haar oogen. „Zoudfc u mij niet een kopie kunnen too- ben van het portret, dat ik wegzond I frrroeg zij op afgebroken toon. Ik iTroeg slechts één afdruk, maar misschien is cr een kopie van „Ja, het portret viel zóó mooi uit, dafc 5k er een diplucaat van maakte. Hier is liefc", antwoordde ik, haar een gedrapeerd ezeltje aanwijzende, waar zij niet op hao feclet. Op bijna ruwe wijzo greep zij de fotogra fie en verslond haar met de oogen, waarna .Bij onverwacht in tranen uitbarstte. „O, het is nog orger dan ik mij voor- 'stelde!" snikte zij'. „Ik hoopte tegen alle hoop in, dafc het aiefc zoozoo <pnwaar zou zijnl" „Maar, lieve mias Ronde!, zeg mij, bid jk u de reden van uw droefheid 1" smeekte *k, onwillekeurig deo o^rm om haar tril lende schouders slaande. Wij waren nog slechts twee vrouwen meer. „Ja, ik zal het u vertellen," antwoordde zij, achterover leunende met die afmatting, welke op een uitbarsting van herige aan doening volgt. „Gisteren ontving ik een brief uit Inclië, meldende, dat de schrijver naar Engeland zou komen. Do datum van vertrek zegt mij, dafc hij, binnen do maand, nadat huj liet portret ontving, het origineel zien zal. Ik weet niet hoe ik zijn uitdruk king van ontsteltenis zal dragen, als hij tegenover mij staat!' „Maar hijzelf zal ook veranderd en ouder geworden zijn 1" „Ja, maar hij heeft mij geen leugenachtig portret gezondenHij zal verwachten hcc. jonge meisje te zien, wier fotografie hem dezer dagen zal bereiken, juist voor zijn vertrek, en hij gaat tot do v ro uw, die al zijn hoop en geloof zal teleurstellen.'' „Maai' indien hij u liefheeft, wat zijn getrouwheid bewijst zullen de onvermij delijke sporen van den tijd hem onver schillig laten," verzekerde ik. „Ja, misschien zal hij. zioh daarom niet bekommeren; maar wel om mijn elleo- dige leugenHad ik slechts niet toegegeven aan de jammerlijke ijdelheid eener verwelk te vrouw, dan zou hij niet vol verwachting zijn teruggekeerd. Ach, indien hij dat portret slechts nooit kon zienMaar klagen helpt niet meer. Het is eenmaal geschied.....hij heeft gezien en zal zienl Vaarwel, miss Haa- nel, en vergeef mij u hiermee te hebiwn opgehouden 1' Terwijl zij fcusschen de zeegroene pelu- cben gordijnen verdween, voelde ik, dafc ik veel zou gegeven hebben, om het eind fce hooren der geschiedenisdie van de oofc- goochèling van een man en een gebroken vrouwenhart. Drie maanden later, toen allerlei zaken en voorvallen bijna de herinnering aan het gebeurde hadden uitgowLscht, ontving Ut den volgenden brief: „Geachte Mise Hannel. Dikwijls heb ik gehoopt dat wij elkander nog eons zouden ontmoeten. Ik vergat geen oogonblik uw medegevoel; dafc waaraan de mensch hier op aarde het meeste behoefte heeft. Wilt gij morgenmiddag thee bij mij komen drinken? Ik verlang er naar u mijn man voor te stellen. Was gefceekend: MAUD DUFRESYNE." „Maud Dufresynel" Dus had het Onware portret hen toch niet kunnen scheiden 1 De liefde van een man had vergiffenis gevonden voor dc rimpels eener vrouwHoe edel Verdeeld tusschen gevoelens van bewon dering en ongeloof, schelde ik aan het op gegeven adres aan; maar het duurde niet lang of liet laatste, onedele gevoel was ge noodzaakt de vlag te strijken. Met uitgestrekte handen kwam mijn gastvrouw op mij toe en ik was sprakeloos van verbazing over de verandering, welko zij had ondergaan. Het was het jonge meisje van mijn por tret, uit het verleden weergekeerd I „Het doet mij zulk een genoegen u te zien," zeide zij; „ik ben paa terug van Ge nua, waar wij onze wittebroodsweken door brachten. Maar nu moet ik u mijn echt genoot voorstellen. Roy, hier ia miss Hannel." Een lange man trad te voorschijn en rijn vtouw geleidde, ja, hij scheen zijn weg niet alleen te kunnen vindon, hem tot mij. „Vergeef mijn onhandigheid," zqidto hij met een aller lief sten glimlach, „maar de slag, dio mij trof, dagfceekenfc nog van zoo kort geleden, dafc ik er niet aan ge woon bon geraakt. Maud heeft u immers verteld, dafc zij zioh over een armen blin de Önfcfermde." „Mijn man verloor hot geziohfc door een ongeluk in Indic, drie dagen voordat hij mijn portret ontving," sprak zij haastig. Onzo blikken ontmoetten elkander cn toen begreep ik. „Ja, en ik kan niet zcggcu, dafc ik mijn verlies al fco zeer betreur," hernam haar echtgenoot. „Ik zou anders niet met pen sioen naar het moederland zijn gezonden en dan had Maud waarschijnlijk nog Lan ger moeten wachten. Het gaat beter zon der zijn oogen dan ronder zijn hart te le ven*', vocgtfe hij er bij, de fijne hand drukkende, die zijn arm geleidde. Een oogenblik kon ik niets antwoorden. Ik dacht aan de woorden, door Maud geuit bij haar laatste bezoek aan mijn atelier: „Indien hij dafc portret slechts nooit kon zien I" Haar wensch was vervuld geworden, en zooals meestal geschiedt was er smart ver bonden aan die vervulling. Ik staarde hen aan, zooals zij daar naast elkander stonden in don zonneschijn der vroege lente, en opeens verdween alle leed wezen uit mijn hart. Zij waren gelukkig; het lot had hen veree- nigd en voor hem zou zij altijd het jonge moisje zijn. Do Voorzienigheid had de verwoestende sporen van don tijd verborgen en liefde deed het overige. Andermaal was er een jaar verloopeu. Do Duf rosy no's hadden zich zoo hartelijl tegenover mij betoond, dafc ik hen her haaldelijk opzocht dien winter, om den Zondag bij hen door to brengen. Ik wijt altijd even welkom aan hun gastvrijen haard te zijn en het deed mij goed getuigo van hun volkomen geluk te wezen. Du- freayne had veel geleden in Indic eu zag er buitengewoon oud uit voor zijn leeftijd, maar hij bleef een zeer mooi menseti eu wat Maud betreft, zij nam het zee kwa lijk, toen een hunner bloedverwanten oong zeide, dafc zij gemakkelijk zou tunuoa doorgaan voor zijn dochter. Hij bleef al tijd even jong in haar oogen. Omstreeks half Januari begaven zij zich voor drie maanden na/ir het Zuidon cd hoorde ik weken achtereen niets meor van hen. Maud wist, dat ik met den besten wil ter wereld geen tijd tot correspondeer en kon vinden, cn vergenoegde zich mij een briofkaarfc t© zcncicu. meldende, dafc zij behouden to Cannes aangekomen warjlï; In het begin van Mei zat ik op een avond te lezen over een nieuwe ontdekking ten opzichte vau dc fotografie niemand maakt er zich een donkbceld van welk een voortdurende studie cr voreisqjit wordt, wit men op de hoogte van ons vak blijven toen de deur mijner zitkamer zachtjes mfc- sloten werd en tot mijn groote verbazing Roy Dijfrcflync binnentrad. „Vergeef mij onaangemeld tot u fre ko men," 6pralc hij op gejaagd.en toon. „U

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 5