Nieuwe Raadsels.
Anekdoten.
Ik zal Wn nog niet bij mijn andere
poppen zetten, zeide zij, want die zouden
deen, zooais Anna, en ik. Zij moeten eerst
wat aan hem wennen 1
Haar moeder had deze woorden opgevan
gen en sloeg teeder den arm om haar been-
Waarom heb je hem gekozen, heve
achat? vroeg zij. Vertel het mij eens.
Cissy bad nooit geheimen voor haar moe -
der gehad. Zij boog het hoofd op haar schou
der en vertrouwde haar alles toe en moeder
zeide niet „onzin 1" zooals Anna gedaan zou
hebben, maar vertelde haar integendeel,
dat zij heel goed en lief gehandeld had en
ook later in het leven zich steeds het lot
der verschoppelingen aan moest trekken.
Getroost ging zij naar bed, na don aap
Jocko te hebben gedoopt en den volgenden
morgen vond zij op zijn plaats in het
leuningstoeltje de pop in de rose japon zit
ten. Een papier was haar op de borst ge
speld en daarop stond geschreven: „Voor
een goedhartig klein meisje. Jocko."
Moeders jaardag.
Ja, deze dag vol vreugde en dank,
Hij worde hoog vereerd I
Het moedertje is toch steeds de spil»
Waarom 't gezin zich keert.
Stel, dat het plaatsje ledig werd
Van 't moederlijk bestuur,
Wie schetst dan aller droef gemis,
Den weemoed van dat irar?
Goddank, de Martha bleef gespaard,
De vreugd van man en kroost 1
En 't troontje van haar zorg, het staat
Tot aller heil en troost.
Wat bidden wij dan saam haar toe?
Wat wenscht zij in haai hart?
Is 't welstand voor haar zelf alleen?
Beveiliging voor smart
O neen 1 Breid uw gelukwensch uit
En wensch haar niets alléén;
Maar denk ook aan haar giootsten schat:
Zij en 't gezin zijn één.
Dat déze zegen bovenal
Haar jaren lang bekroon:
't Geluk van echtgenoot en kroost
't Blijv' haar gewenschte loonl
Ingezonden door Tooe Kagie, te
Derden*
L
Mijn geheel bestaat uit 14 letters en is
een plaats in Rusland.
6 8 4 is een kleedingstuk.
3 6 7 gebruikt de visscher.
9 12 11 6 3 10 is een groot schilder.
14 6 2 7 is een dier.
9 6 1 7 is de overblijfselen van iets.
Ingezonden door Jacques Stephannsj te
Le iden<
LL
Begraven Steden.
Het is glibberig, als het gesneeuwd heeft.-
Jan zag verleden week een luchtballon
den grond raken.
Ik ging naar den dokter.
Wij zagen zeven aardige meisjes.
Wij reden in een rijtuig met zes paarden.,
Ingezonden door Clara de Lange, te
Leiden.,
III.
Begraven Steden.,
Een schedel bestaat uit verschillende
deelen.
Als Piet wandelde, nam hij altijd zijn
hondje mee.
Moeder nam een boterham uit de schaal,
6meerde hem en gaf hem aan mij.
Welk verschil is er tusschen twee en een
half en twee halven?
Ingezonden door Anna van Leeuwen, te
Leiden.
IV.
Eenmaal G en eenmaal D.
Eenmaal V en tweemaal E.
Eenmaal B en eenmaal R.
Eenmaal N en eenmaal A.
En dan nog eenmaal O.
Deze letters vormen den naam van een
gemeente in Zuid-Holland.
De beginletter is B.
Ingezonden door Marie van Dorp, ttf
Leiden.
V.
Het geheel bestaat uit 8 letters en h de
naam van een vrucht.
Lettors 5 13 zijn de naam van een voer
tuig.
3 6 7 8 is een geurige bloem.-
3 6 8 is een andere naam .voor eett
paard.
2 3 4 5 is de naam van een boerenwagen*
Ingezonden door Nico van der Reyderi, te
Leiden.
Een reiziger moest eens naar den over
kant van een rivier, maar hij had geen geld
bij zich. Daarom vroeg hij aan den veer
man
Wilt gij mij overzetten? Geld heb ik niet,
maar als ge mij overzet, dan geef ik n
een goeden iaad en die is geld waard.
,,Ik zal het doen", sprak de veerman.-
Aan den anderen oever gekomen,-
sprong de reiziger gauw uit de boot en
zeide: „Vaarwel, mijn raad is deze: Zet
voortaan niemand meer over, yóórdat hij
u betaald heeft..'4
Ingezonden door Pauüen Veere te Leiden.
Een schoenmaker vindt zijn leerjongen
in slaap bij zijn werk en zegt:
„Jongen, ik geloof, dat jij bang bent
yoor veel werk
Jongen: „Ik bang zijn, baas? Nee, baas,
ik durf er kalm bij te slapen.-"-
Ingezonden door Katherina Vergouwen
te Leiden-
Baas van het spel, een gewoon varken
vertoonende: „Hier ziet u, dames en hee-
ren, een echt Amerikaansch stekelvarken*"'
Een der toeschouwers: „Het heeft geen
stekels."
De haas: „Wij hebben ze vanmorgen om
de groote warmte afgeschoren.
opnam.
„Kaalhoofdig?" riep de gouvernante:
„Maar wat heeft zij dan toch gedaan?"
„Ik trok zijn haren uit," zeide lady
Noggs, berouwvol haar misdadige vin
gertjes bekijkende, waaraan nog een paar
zwarte haren zaten: „Ik dacht dat hij ge
klikt had, maar dat was niet waar," zij
begon nu haar oogen te drogen.
„Arme mijnheer BorrodaleKom kind,
wij moeten aan de onregelmatige Franscn9
werkwoorden gaan. Je zult vandaag eeDs
bijzonder je best doen, Dietwaar?"
Lady Noggs trok een zuur gezicht en
stak den secretaris daarop de hand toe,
zeggende: Geef mij de hand, Billy. Wij zul
len alles vergeven en vergeten
„Ja, dat zullen wij," zeide Borrodale
haar ernstig de hand drukkende, „maar
zorg er voor, dat je mij nooit weer om ver
giffenis te vragen hebt, Noggs."
De gouvernante en het kind verwijderden
zich; maar aan het eind van het grasveld
gekomen, bedacht de jonge erfgename zich
opeens, keerde het hoofd om en ri „Je
bent zelf vrouwelijk 1"
II.
De eerste minister had, zooals dat in En
geland gebruikelijk is, een groot aantal
gasten genooaigd op zijn landgoed Stono-
rill Castle en onder hen ook een Russische
gravin Karskovitch, die hjj dat jaar her
haaldelijk bij kennissen ontmoet had en
met wie de vriendelijke grijsaard medelij
den voelde, omdat zij zoozeer klaagde over
haar eenzaamheid in den vreemde, terwijl
zij toch, om politieke redenen, niet naar;
haar vaderland terug kon.
De gasten waren den eersten dag bijeen
aan de middagthee, toen lady Noggs, die
er geheel en al uitzag als een portret van
Sir Joshua Reynolds, binnentrad.
Zij hield zich heel deftig, want miss Cat-
termole was bij haar en onder de oogen
van haar gouvernante hield zij zich meest
al goed. Toen zij bij haar oom aankwam,
die met de gravin sprak, zeide hij: „Dit ia
mijn nichtje, mevrouw."
De gravin strekte de beide handen uit
ea riep: „Dus is dit de kleine Noggs?"
Wel, kindlief, ik ben zoo blij je eindelijk'
eens te zienIk hoorde de ongelooflijkste
verhalen over jeWij moeten groote vrien
den worden, nietwaar? En samen eens al
lerlei guitenstreken uitvoeren
Lady Noggs bekeek het gelaat der Russi
sche dame met ernstige oogen, en zeide
toen
„Ik heet Lady Felicia Grandison," en
zonder de handen aan te nemen, maakte
z;j een buiging.
Twee heeren van het gezelschap keerden
zich haastig een anderen kant uit en drie
dames keken even snel een anderen kant
uit. De gravin klemde de lippen op elkan
der er flikkerde iets in haar oogen en zij
zeide uit de hoogte: „Engelsche kinderen
schijnen zeer trotsch te zijn."
De minister wierp zijn nichtje een
dreigenden blik toe, ttdut zeide tot de
gravin:
„Felicia is gewoonlijk niet trotsch: maar
zij is een kind van nukken en grillen."
Lady Noggs keek haar oom .verwijtend
aan en liep toen naar de theetafel.
„O I Het is ook mets I" verzekerde cfe
giavin op klagenden toon: „Het is maar,
dat eenzame lieden zooals ik, zich zoo spoe -
dig koelheid aantrekken. Laat ona over iete
anders spreken."
De instinctmatige afkeer, door de gravin
aan het kind ingeboezemd, werd er niet
minder op. Zij begon zich de volgende da
gen bepaald vijandig tegen do Russische da
me te toonen.
Miss Cattermole wilde niet toelaten, dat
zij haar oneerbiedige opmerkingen over de
gast van haar oom maakte; de secretaris
echter had geen macht over haar en moes®
haar wel aanhooren, of hij wilde of niet.
Hij deed dat met strenge afkeuring in den
blik en het kind nu en dan op haar plaats
zettende wat in het minst niet hi-lp
maar in zijn hart deelde hij haar afkeer
in zooverre, dat hij ook de gravin wan
trouwde. Zjj drong zich veel to veel in naar
zijn zin, en was hem te gekunsteld in
haar overdreven vriendelijkheid.
Tot rijn leedwezen zag de minister geen
kwaad in haar, omdat hij haar beklaagde
en de trouwe Borrodale vreesde bij oogen -
blikken, dat de vreemdelinge, indien zij
waarlijk iets kwaads in het schild voerde
en bijvoorbeeld een Russische spion was,
veel meer dan goed was voor het land in
zulk een staatkundigen kring kon opvan
gen.
(W-endt vervolgd.)