No. 14401.
LEIDSCH DAGBLAD, ZATERDAG 2 FEBRUARI. - TWEEDE BLAD,
Anno 1907.
Brieven van een Leiüenaar.
Gemengd Nieuws.
&INT-N3GÜLAAS.
OLXX.
Daar wordt dezen winter meer dan voor
gaande jaren geklaagd over werkelo.- eid.
Overal en vooral in grootere steden treedt
dit verschijnsel op den voorgrond en ia
men bezig den nood tc lenigen, door on
dersteuning of wat nog beter is door werk
verschaffing. To gelijk houdt men uch
bezig met de oorzaken, om, als men deze
kent, haar weg to nemen on op die wijze
het kwaad in het vervolg te voorkomen.
Ook in onze stad werd reeds lang over
werkloosheid geklaagd en op aanstichting
van een drietal werklieden-vorcenigingen,
voor wier initiatief wij deze vereei gingen
dank schuldig zijn, is een comité ter onder
steuning opgericht en cenige personen heb
ben zich bereid verklaard deze lastige en
moeilijke taak te aanvaarden.
Allereerst heeft dat omité pogingen
aangewend om een overzicht te verkrijgen,
om den omvang der werkloosheid te ken
nen. Zij heeft een oproep gericht tot allen,
die werkloos waren, om zich met opgave
van eenige bijzonderheden bij haar aan te
melden. Men heeft dit van sommige zijden
genoemd „werkloosheid manen", A; zoo'n
oproep zou menigeen, ook al kon hij nu
niet tot «.e categorie van personen gerekend
worden, die men bij de eigenlij-.a werk-
loozcn kon indeclen, meedoen. Daar is iets
van aan. Er zijn zooals iu elke stad oak:
in Leiden een aantal inenschen, die nooit
geregel den arbeid verrichten. Men kan i©
yinden aan do Haven, op het Stations
plein of chlors los werk aanpakkend als cr
iets te verdienen valt. Bij de zul-ra is iu
den regel het. gevoel van'eer en eigenwaarde
niet het sterkst ontwikkeld en wanneer
een opioep van den aard als die van het
werkloozen-comité verschijnt, zullen zij zich
het eerst aanmelden. Aan dit euvel \v*s
echter niet te ontkomen, want vóór men
tot ondersteuning in welken vorm dan ook
kon overgaan, moest men althans het g-'tal
personen kennen, dat cr voor in aanmer
king zou kunnen komen. En nu heeft het
comité niet alleen maar de naiiien en
woonplaatsen opgct.eekend van hen, die
zich kwamen aanmelden, doch ook of zo al
of niet een vak kennen, en welk vak.
Men heeft als zoodanig een scheiding
kunnen maken tusschen hen, die geen ge-
regulden arbeid verrichten, en hendie een
of ander vak of beroep verstaan en door do
tijdsomstandigheden wordeu verhinder 1 om
te werken.
Het aantn| personen dat zich heeft op
gegeven bedraagt nu ongeveer 350, voorzc
ker een groot getal ook al neemt rnen in
aanmciking, dat de chronische wi rkloozen,
welk aantal mon allicht op eeu kleine hon
derd kan stellen, er bij gerekend zijn
Er zijn ons omtrent dez.e werkloonen nog
cenige meerdere bijzonderheden medegc
decld. Iir waren een kleine honderd onge-
huwden bij, die naluuibjk ook moeten ver
dienen om te eten, maar voor wie, voor 200
ver ze geen kostwinners zijn, de nood nine
zoo groot is als voor de pl m 250 hoofden
van gezinnen, die volgens verstrekte. <<rga
ven te. znmcii 650 nog niet volwassen klavie
ren hebben.
Om deze mensehen, zij het maar voer e€U
maand den mond open te houden, op
velke wijze dan ook, daarvoor is Leel wat
ncodig. En als daarom straks een beroep
op de liefdadigheid gedaan wordt dei bur
gerij, dan hoop ik van harte, dat men eens
vrij diep in den zak mag tasten, opdat het
Comité over een flink bedrag krijgt te be
schikken. Het verheugt mij, dat het hoofd
onzer gemeente en Meer andere mannen
van naam en stand uit de stad na een
ernstig onderzoek zich bereid hebben ver
klaard het pogen van het Comité te steu
nen. Dat geeft vertrouwen.
Ik heb al meer dan eens gehoord: ja
wel, in den zomer vrijwillig staken en iu
den winter gedwongen en dan leven op de
openbare liefdadigheid 1"
Aan hén, die er zoo over mochten denken,
kan ik verzekeren, dat 42 timmerlieden, dio
tot de stakers hebben behoord, verklaard
hebben, slechts geld voor arbeid te willen
ontvangen en wanneer men dus geen werk
kan verschaffen, deze mannen niet voor
ondersteuning in aanmerking zullen ko
men.
De heerschcnd© werkloosheid staat trou
wens slechts in zeer verwijderd voorband met
de werkstaking, die hier den vorigen zomer
Kecft geheerscht, wat al dadelijk wordt be
wezen door het feit, dat de werkloosheid
een algemeen verschijnsel is en ook in an
dere groote plaatsen nog in sterkere mate
hccrscht dan in Leiden.
Niemand late dus uit deze overwegingen
na zijn grootere of kleinere bijdrage op
het altaar der liefdadigheid te offeren.
Nog hoorde ik zeggen, dat de tijd nu al
zeever is, dat, als het weer omslaat, Je
verschillende vakken weder in actie komen,
zooc'at het leed voor den laDgsten tijd is
geleden. Ik wil het hopen, hoewel do na-
uiwer soms nog zeer hardnekkig kan zi.»i.
rn.vir men vmgete ook niet, dat, hoe verier
men in den winter opkomt, hoe nijpender
in den regel de nood wordt, omdat ten slot
te aJles wat los en vast is in het huisgezin,
wordt ingeteerd.
In welken vorm zal nu het Comité helpen
als straks de giften groot en klein tot een
laat ons hopen groot bedrag zijn binnenge
komen? De eerste nood moet worden gele
nigd, maar het liefst zal het daarna in
eenigerlei vorm werk willen verschaffen.
Men staat hier voor een moeilijk vraag
stuk
Mochten er zijn, dio hier raad weten,
laten ze er mee voor ,deD dag komen. Men
helpt met geld, maar met werk zou men
meer en beter helpen. Wie er duB werk
heeft, hij wachtte er niet mee het -jerst la
ter te doen verrichten. Het is niet do bo-
doeling, dat het Comité als tusschenper-
soon optrede; men kan zich ook wenden
tot zijn gewonen werkgever, die, naarmate
hij meer werk heeft, meer werklieden in
dienst kan nemen.
Wellicht kan ook de gemeente nuttig werk
laten doen, bijv. het lateD dempen van
6looten of iets dergelijks.
En als wij dan zoo goed en zoo kwaad
als het gaat dezen winter weer zijn door-'
worsteld en met do herleving der natuur
de bronnen van den arbeid ook weer zich
openen, dan mogen wij uit dezen winter ecu
les trekken voor de toekomst.
Werkloosheid is een noodwendig, telken
winter wederkccrcud verschijnsel eu daar
tegen is ten slotte maar één afdoend mid
del, en dat is: verzekering tegen werkloos
heid.
Als ik het wel heb, wil het Comité zijn
taak niet met eon enkele ondersteuning of
weAvetrschaffing voor de sen wintor doen
eindigen, maar ook het vraagstuk der werk
loosheid in de toekomst onder do oogen
zien. Welnu, dan zal men tot wcrkloozcn-
verzekering moetcd komen.
De verccniging tegen werkloosheid en
haar geldelijke gevolgen bestaat reeds in
deze gemeente; daar .is het uitgangspunt
'voor een radicale basfcrdjding van deze
kwaal... voor de toekomst.
Voor het heden geve ieder, en geve... wat
veel I
Als historisch doelt men ons
het volgende voorval mede, dat dezer dagen
gebeurd is op een dorp nabij Leiden.
Op zekeren avond zat een ingezetene
aldaai wij zullen hem Z. noemen in
een café nogal op zijn gemak blijkbaar.
Daar het al wat laat werd, zei zijn vrouw
tegen haar zoontjo: ga eens vragen of je
vader naar huis komt.
Het zoontje komt het café binnenmaai'
zijn vader heeft nog geen zin en zegt: ik
kom dadelijk.
Toen zegt de heer Z. tegen den caféhou
der: als zo weer komen vragpn, zeg dan
maar, dat ik al weg ben
Een poosje later wordt de vrouw ongerust
cn stuurt ze haar zoontje weer naar het
café, maar dit moet daar hooren, dat zijn
vader al een poosje weg is.
Het kind gaat teleurgesteld heen daar
het al laat begon te worden. Ondertusschen
komt het bij een sloot, in de nabijheid
waarvan het woonde; daar ziet het gespartel
In het water en, niets anders denkende dan
dat het zijn vader kan zijn, begint het te
schreeuwen en haalt zijn moeder, die ook
geplas in het^water ziet en ook niet anders
denkende dan dat het haar man is, begint
ze eveneens ora hulp te roepen. Natuurlijk
waron cr anders is het daar erg rustig
om dien tijd al gauw heel wat menschen
op de been om te helpen en te dreggen,
want inmiddels was het in het water stil
geworden.
Toen ze dan nog druk aan den gang wa
ren, had Z rustigjes het café verlaten en
liep hij wandelend op weg naar zijn wo
ning. Omdat het donke. was hadden de
menschen he>m niet zoo gauw in do gaten
en hij ging ook staan kijken naar het dreg
gen.
Eindelijk vraagt hij aan iemand wat hier
te doen is, cd hem ziende, staarden do
menschen hem verbazend aan en antwoord
den ze, dat ze naar hem aan het dreggen
waren. Dat gaf dus eon heelo paniek.
Met 'L dreggen wivj mon uitgesclieden en
de vrouw ging met hoao- doodgowoanden
man in huis.
Daarna lag het dorp weer 6pocdig in zijn
imstige rust...
En wat bleek ten slotte wat die beweging
was in het water? Een kal die een rat had
nagezeten.
Een nieuwe truc. Nu to
's-Gravonliage de verschillende waarschu
wingen hebben uitgewerkt, dat aan do af
zetterijen hebben zich als glazonwn-sseliors
voordoende lieden een clndo is gemaakt,
deelt men aan „Do N. Ct." een nieuwe
truc mode, door het diovengonio uitge
dacht. Een handkar, .waarop eenig oud
roest, een rookend komfoor, een suldecr-
ijzer, en drie man moeten voorstellen een
soldeorinrichting met daarbij bchoorend
technisch en administratief personeel. Al
licht is er iets te soldcereD, oen keteltje,
tuingietcr, of iets .rgelijks. Er wordt
aangeoeld, cn de prijs van dc répara tio
kan door het personeel moeilijk vooruit ge
zegd worden; mon zal ochter alles goed
nazien. Na eenigen tijd het voorwerp beke
ken, gebrand, doch niet gerepareerd te
hebben, worut weer gebeld en ontvangt men
het terug. Do rekening is dan vrij hoog,
in ieder geval veel to hoog, omdat or niets
hersteld is. Men neemt daar dan natuur
lijk gcon genoegen moe 011 het drietal staat
onmiddellijk klaar mot op zeer luidructiti-
go manier op betaling aan te dringeu.
zoodat de gefopte klant maar in eon schik
king tracht te treden en de bestuur deren
der soldeerinrichting al mopperend ver
trekken, met iets tuinder dan zij gevraagd
haddon, inwendig vermoedelijk juichend
over hot behaalde suocos.
In pand No. 29 aan do G o u d
scho Wagenstraat te Rotterdam, oefent
H. J. K. met zijn vrouw een zaak uit in
gebakken aardappelen. Bij hen in woont
hun schoonvador, A. do G., oen man van
74 jaar.
Donderdagavond zijn schoonvador on
schoonzoon met nog een paar andere man
non uit geweest Cn hebben veelvuldige be
zoeken aan tapperijen gebraclit, waarvan
het gevolg is gowcest, dat beiden gister
nacht min of mcor beschonken waron-
De vrouw van H. J. K. was inmiddels
uit do Goudscho Wagenstraat naar haar
woning, gelegen op de eersto verdieping
van pand No. 24 op het Oostplein, ra te
bed gegaan. Daar kwamen beiij mannen
omstreeks één uur thuis en al dadelijk
begon H. J. K. zijn vrouw uit to schel
den. Haar vader trok haar partij en het
govolg cr van was, dat beide mannon aan
het twisten geraakten.
De vrouw nam in haar angst door het
raam de vlucht. In nachtgewaad liep zij
langs een tegen den gevel oangebrachton
richel en bereikte zoo een raam var; haar
buurman, dat zij indrukte om daar naar
binnon te klimmen.
In de door do vrouw ontvluchte woning
was men inmiddels handgemeen geworden.
Do oude man, dio zich aanvankelijk op
den vloer to slapen gelegd had, was, uaar
hij zegt. door zijn schoonzoon mot eon
poot van een stoel geslagen. Hij greep tea
slotte een broodmes, dat op tafel 'ag en
stak hiermee cenigo raaien naar zijn
schoonzoon, dio dientengevolge drie stekeu
in zijn linkerarm Cn één onder dien arm
in den oksel kreeg.
Door hot geroep om politio van do g>
vluchte vrouw was deze verschonen, maar
t-oen had do venvondiug reeds plaats gehad.
De zeer veel bloed verliezende aardappel-
bakker H. J. K. word naar den politiepost'
aan do Oostpoort gebracht en daar voor-
loopig door dr. H. Beekhuis verbonden
zijnde, omstreeks halfdric gisternacht uaur
het Ziekenhuis vervoerd.
Gisteren was de totfstund zoo, dat hij,
wtgcus de ingetreden verzwakking, b'.or
bloedverlies, niet geboord mocht wordeu.
Levensgevaar bestaat er voorioopig niot.
Do 74-jarige dader is gisternacht in u*
woning op het Oostplein, waar dit voorviel
gearresteerd cu naar het poliliebureel in
do Lange Torenstraat gebracht. Heb
broodmes, geheel met bloed bevlekt, naiu
de politie in beslag. (,,N R. L'
Ecu lago daad. Men meldl
uit Harling. n d. d 31 Jan aan de „Leeuw*
Ct.":
Dc sleepboot „Voorwaarts'' ging gisteren
weder op onderzoek uit naar de drie gas-
bocien in de Boontjes. Nabij Workum wer
den ei twee aangetroffen. Van een dor gas»
boeien was de lantaarn, dio een wr udo
vertegenwoordigt van ongeveer 600 gld.,
afgosloopt., zeer zeker 0111 het zich daaraan
bevindcude kopor machtig to worden. l)o
andere boei weid gebluscbt on do lantaarn
meegenomen.
Do boeien zelve konden wegens het vele
ijs niet naar hier worden g sleept.
Naar de daders der strandroof wordt eert
strong onderzoek ingesteld Mocht hot
wegnemon der lantaarn uit moedwil zijn
geschied, dan is dit een lage daad Om
een waarde vaD veertig gulden aan keper,
wordt een instrument van zeshonderd gld.
vcrnjeld, terwijl de scheepvaart 1 et on
gerief er van zul ondervinden.
De bekende firma v Tip*
pclskirch und Co., waarmee do vroegoro
Pruisische minister van landbouw l'orf-
biclski zoo nauw \crbondcn is of was, heeft
haar zetel thans van Borlijn naar Swakop-
mund in Duitsch Zuidwcst-Afrika verlegd,
D o ,,N e w-Y o r k World" d e o fc
mede, dut volgens de berichten der Am©,
rikaanscho consuls in China, do hongers
nood ernstiger is dan ooit to voron. Meer
dan vier millioen menschen sterven oen
langzamen hongerdood; zij voeden zich
thans met bladoren cn gras, daar* alios
wat eetbaar is, reeds verorberd is. Do el
lende is gruwelijk. „Zond geld, geen voed
sel", seinde do consul-generaal te mg-
hai.
Maandagavond zijn voor-
tion visschers op een ijsschots van het bad
plaatsje Dubbelu in de Golf van Riga zco-
waorts gedreven. Twee uren later ontil kto
men het; eon ijsbreker on eon particuliere
stoomboot kozen dadelijk zee om dc man
non to hulp to snollen. Er woei oon zuid
oostenwind on do lucht was helder, zoodab
.men hoop had zo nog don oigen avond te
toddon.
A an boord v an do van Rosa-
rio te Hamburg aangekomen stoomboot
„Consul" zijn ratten govonden, die vof-
moudelijk met pestba i 11011 besniot zijn.
Het schip zal worden ontsmet. Alle mo
gelijk© voorzorgsmaatregelen zijn gen©*
nicn. Menschen zijn tot dusver ni< t 10J5
geworden.
Terwijl het kindermeisje boven Truus
kleedde, waren bij do jongt? vrouw, die i"
het salou den heilige zat Lo wachten, de
gedachten w*er losgebroken als een koog
gezwollen rivier, dio door do dijken heen
breekt
Ze had alles gedaan precies als de vorig©
jaren, toen haar man nog bij haar was; ze
had Piet, den bod©, weor genomen om voor
den goeden Sint to komen spelenzc kud
geducht, dat déar geen gevaar bij was
dat Willem Piet toch nooit meer zag Wat
was het nu geweest, dat Piet wou zeggen,
vanmiddag toen hij kwam vragen of hij
om zeveti ureu mocht komen, in plaats van
om halfacht? Hij bediencio zooveel families,
hij was cr gezocht als Siut^Ni klaas, en hij
haalde er een aardig duitje uit. Nu had
mevrouw Poeldijk cr beslist op gestaan,
dat hij bij haar om halfacht zou komen.
Dus was liij vanmif'dag nog oven aango-
Ioopen om te vragen of het zoven uui
mocht zijn. Goed, zij vond het goed, het
was haar hetzelfde. Zc had alleen halfacht
gezegd, omdat hij to 11 Willem nog hij haar
.was, ook om halfacht kwam, ieder jaar.
Muar wat was hot toch geweest, dat. piet
had willen zeggen, toon hij zich versprak?
Hij had haar man gezien, dat kon zc
wel-cr uit begrijpen. Maar wat had Wil
lem toch van hem noodig gehad? Zou hij
hem cadeautjes hebben gegeven voor klciac
Truus? Piet had zich versproken, cn zij
had niet verdor wille vragen. Zo mocht nu
niet. meer belangstelling hebben, voor
haar rnan.
Neen 1 nooit moerl En zc wilde
Ook niet!...
Hij had zoo van Truus gohouden, altijd 1
Toon hij wegging had hij gezegd: Ik laat
jou het kind, dat is beter èn billijker.
Maar gelóóf dat het hard is, en stel die
laatste opoffering van mij niet op t© la
gen prijs 1 Als ik ooit op mijn bisluit
tcnig zal komen, zou hol zijn om het kind I
Toch wol mooi .wa3 het gcwocst yan
Ecrl'ik -j Idtijd geweest; dat
was zijn eenige, maar dan ook zijn groot»
en volkomen deugd. Zo kon van hem op-
"n, als hij iets zei, dat hij 't méénde...
Maar zo mocht niet meer aao hem den-
ken. Zo had nu byna een jaar geleefd, ion-
dor aan hem te denken. Hoe kwam zo nu
opeens zoo vol hcri.jnering?" En zacht
heid?
Hun huwelijk was een vergissing geweest.
Zooals het nu was, was het goed. En bil
lijk. Geheel? Kom, ze mocht niet den
ken 1
Dat was altijd haar ongeluk geweest: dat
denken Of haar geluk? Ze wist hot niet
meer. Kom, hoe kwam zo vanavond toch
zoo weifelend cn onzeker van haarzelf?
Zo was toch een jaar lang zeker vaD al
les geweest 1
Neen! neen I noenl boos schreeuwdo ze
het zichzelf toe: zo wist het. zeker, cn ze
wou cr nu niet meer over tobben, aarzelen:
het was goed zooals het was, cn dat denken
en dat dweepen, die illusies cn die utopiën,
ze mocht er niet mee spelen, want zc
waren haar ongeluk geweest, van den
eersten dag af' aan, haar noodlot, alle
maal...
Haar man dacht niet, hkd nooit gedacht.
Hij dééd. Hij was een nuchter zakenmcnsch
Misschien was het beter? Stellig practi-
scher. In het nuchtere, practischc leven
Maar tusschen hén had liet dc kloof go
vormd, die ieder jaar, iedere maand, icde-
ron dag op het eind van iiaar mislukt hu
welijksleven, breeder gaap to en weer bree
der tot hij niet meer te overbruggen was
een kloof van volmaakt antipathieke,
elkaar afstootende levensopvattingen
niet meer tc overbruggen zelfs door hun
kind.
Tpeu waren z© van elkaar gegaan. Go-
woon zonder veel opzien zonder of-
ficieele scheiding. Ze waren het zóó volko
men eens om te gaan, cn ze zoude 1 toch
niet meer trouwen. \oor zulke menschen
is stadhuis-scheiding een onkicscbe come-
die. Hij was gaan reizen. Later had zij ge
hoord, dat hij in Den Haag was gaau wo-
non. En nu die vreemde ontmoeting mat
Piet...
Ze voelde zich 0-_.v.stig. Er liing iels in
dc lucht, dat naderde en haav vaag drukto
Piet had nog mser geweten 1 Dat zag zc
aan zijn kleur dat hoorde ze aan zijn go-
stotter. Maar, vrht zou het zijn wAt na
derde er dan wat 1
Ze wrong zich de handen, zenuwachtig.
Maar zo trachtte zich to bedaren. Er was
niets. Willem was vee 1 te nucnter, om iets
geks te doen Zc trachtte zich in te praten,*
dat het maar alleen het verzoek zou zijn go*
wecst om het een of ander pakje aan Truus
te geven.
Het was het eerste Sint-Nicolaasfceet na
hun scheiding. Zij wist dus nog niet, hoe
hij zich dien dag voortaan gedragen zou.
Dat hij van zich zou laten hooren, was ze
ker: Truus meende immers, dat hdj op
reis was. Met haar verjaardag had hij
Truus bloemen gestuurdeen mand vol
bloemen uit het Zuiden en de lang be
geerde fiets. Nu zou hij natuurlijk weer
iets geven. Maar er was nog niets geko
men
Wat was natuurlijker dan dat hij Piet
had gevraagdHet was toch dom
en gevaarlijk van haar geweest, eigenlijk,
dat zo den bod© weer genomen had I Zij
had cr wel bij gedacht; maar, weekhartig
had zc het willen hebben net als vroeger
ook had ze geen lust, aan eeD nieuweling
alles uit to leggen hoe hij doen moest
Zou Truus nóg niot klaar zijn? Hoe
hoekon dat? Had ze dan zoo lang
zitten mijmeren? En waar bleef Piet? Piet,
die nooit een minuut to laat wasZie je
nu wel, dat er wat dreigdeI Zie ;o nu wel!
'Het was tien minuten over zevenen I En
het iets, dat in de lucht was, naderde en
naderde. Zie je nu wel, dat er wat dreigde 1
Och I die dwaze sentimentaliteit, die klein-
zeerige herinneringen I Zo mocht niet den
ken 1 Zo moest nu maar eens flink door
dien cersteu keer heen bijten, dan zou ze
do volgende jaren vanzelf flinker zijn 1 Her
innering wordt immers uitgewischt door
den tijd, en wonden....genezen.
Zij betrapt© zich op het woord 1 W o n
den? Ze schudde zich met geweld los als
uit een greep. „Ja zeker, wonden," zei iè
hardop, dapper fn met klem. Ze luisterde
of er nog geen rijtuig aanrolde, door Ae
stille straat.
Toen stond zc op en deed de kamerdeur
open.
„Truusje I" riep zc in de gang „Jul-
frouw I Beneden" komen 1 Het is hoog lijd
Terwijl zo riep, ei daarop hoorde naar
het antwoord, gleed haar Mik Ianc-3 dtn
vloer, langs de kamerdeur, die zc iu haar
hand hield. EA onwillekeurig bleef hij ge
richt op het onderste paneel, waar aan den
benedenrand de verf geheel af was. Dat
had haar maa gedaan I In dit oogenblik
van zenuwoverspanning herinnerde z<? zich
de nietigste dingen. Hoe haar man da
gewoonte had gehad, waarover zo do eer
ste jaren, toen dio éro°te> èrn6tigo ver
vreemding er nog niet was, vaak ruzietjes
hadden gehad, die baar nu o I zoo klein
zielig leken, om, als hij do dour in
kwam, haar open tc duwen met de punt
van zijn voot, en als hij er uit ging, on
haar weer gesloten had achter zich, op
dezelfdo manier nog eens to voelen of zij
wel goed dicht was.
Dat toekende ook weer zijn ruwen aard.
Dat, cn honderd andere kleinighcdon, dio
haar nu tc binncu schoten. En toch zou zij
cr thans geen herrio meer over maken. Dc
scheiding had haar wèl zachter gestemd.
Truus kwam, met de juffroiiw, in haar
Zondagsch kleedje, de trap af. Haar klc-i-
no engel I Zij was hot cenige, dat zo hier
nog had.
Endo herinnering
Maar ze v/aron net binnen; haar dochtcr-
tjo had haar kloedjo uitgespreid, zorgvuldig
aan beide kanten nevens haar op do sofa,
om hot niet tc kreuken, en, moe van span
ning en opwinding, zich gedrukt tegen
haar aan zij goloofdo nu toch wel weer
èoht in Sint Niklaas, en dat hot dc lovenrJo
was, cn geen rnan maar zoo mot een mom
bakkes voor, dio dadelijk komen zou
toen buiten hot rijtuig aanrolde ca stil
hield voor het huis.
Vcrlodon jaar, was baar m<iu geg^uin»
maar hu ging z ij snel naar do kamer,
deur cn opende die wijd, uoodend:
„Kom u binnon, meneer Sint Niklaaa;
van harte welkom wpt in deze woning 1"
Zij wierp een snellen blik op de klok.
Ook do heiligo keek. Vijf minuten voor
halfachtI Er moest iets gebeurd zijnl En
fin, nu was de herinnering nog volkomcner.
Zooals ze het zich gcwenscht bad.
„Van harte welkom I" herhaalde zij werk
tuigelijk.
Truus zat te beven in ccn hoekje vaa
do canapé.
Hij struikcldo over zijn kleed, dat htfm
veel fco lang was van voren het was een
ander dan verleden jaar maar het kind
merkte cr niets van.
En het vreemde in de lucht naderde,
naderde
Hij deed gewoon zijn plicht, precies als
de andere jaren, hij bromde in zijn baard
dezelfde vragen en vermaningen, die zij
verleden jaar met haar man van hem had
gohoord l
En tóch moest er iets gebeurd zijn.
Truus, niet meer zoo bang, nu zijn stem
goedig klonk cn do cadeautjes voor don dag
kwiMnen bij hoopen, naderde, dorst hem
een handje te geven. Zij was toch dapper
der geworden dit jaar, het kinderlijk
geloof zou gauw gedaan zijn. Piet was cM:a
beotjo 6chorcon oogenblik bleef hij ste
ken, kuchend cn schrapend. Zij glimlach
te, maar het meisje keek met giootc, vor«
trcuwensvollo oogen naar hen beiden op.
„En dit", bromde hij, ,,is van paatje I"-
Zij huiverde, het kwam to plotseling, et
was iets, ol er was iets! „Paatje,*dio er
gens heel ver op reis is, maar mij een uviiyl
heeft geschreven, of ik je dit geven wou",
-• hij schraapte wéér „ala jo nog even
zoet was als vroeger en nog altijd even lief
voor je maatjo. Hij vroeg mij ook j© to
zeggen, dat je altijd aan hem moet deuken,
dat jo hom nooit en nóóit mcogt \crgcten,
ook al blijft hij nog zoo lang op reis. Zal
jo dat niet?"
„Nee, mijuhccr Sint-Niklua6.
„En ten blotte vroeg hij me, je hai lelijk
van hem te groeten, jou cn ook 11, me
vrouw."
Hij boog zich over haar om haar Ui kua-
son. Maai Truus, zenuwachtig van blijd
schap cn spauDing niet het groote pak,
liep al weg.
Toen ging hij heen
En do moeder staarde hem na. Die woor
den en zij had geméénd 1 Opeona
had ze gcdachi. onmogelijk. Ze was
geschrokken van de gedachte 1 Zc moest
gaan zitten.
Terwijl zc voor haar schcmorende oogou
hem naar de deur zag gaan, zonk zc neer
op ccn stoel
Maai' ze vermande zich. Och, onzin I Ea
het was zondig, daaraan tc denken I
En toch naderde het iéts, het vid'rado,
naderde, zwaarder, kneep haar keel bijua
dicht
Do Sint aarzelde heen te gaan
Eu ineens voelde ze, dat het wd.'r was!
Maar bij -stond al iu dc ueur, deed haar
achter zich toe cn schopte er even,
héél even tegen met de punt van zijn voet..
Toen stortte zij hem na, wierp zich in
dc gang aan zijn voeten. En ze k r 6 fc
van ontsteltenis en blijdschap:
„Manl Willem! Mijn man 1"
Hij, nadci komend, struikelde over zijnï
tabbaard»