ALLERLEI. Wekelijksche Kalender. Zondag. De menscb, die bet meeste doet, het in nigst liefheeft en bet helderst denkt- 19 het ^edukkigst. Maandag. Sommige menschen kunnen alleen hoffe- 'ijk zijn op eeD afstand. Dinsdag. Bezin ook in uw zaken eer gij begint; maar begin! Woensdag. Laat uw kind u nooit behoeven te vreezen. Donderdag. Bij de jacht naar fortuin schieten de meeste jagers te hoog. Vrijdag. Het fl ui stenen van kwaadspreken vindt maar' weinig hardho^rigen, Zaterdag. Wïe zijn geluk in droomen zoekt, kan licht daaruit ontwaken. RECEPT. Hamkoek. Men make een dik beslag van een pond bloem, een stukje gist, een liter melk en wat zout. Een half pond ham hakke men fijn met eenige sjalotjes en een stukje Spaansche peper. Ook. voege men er een .weinig gestampte kruidnagelen bij. Het deeg late men een halfuur rijzen, bakke er een dikken pannekoek van, plaatse daar. op de vleeschmassa, en vervolgens de rest van het deeg. Daarna late men alles r.óg anderhalf uur in den oven bakken. RAADGEVING. Bescherming der yruchtboomeii tegen hazen. In een Duitsch vakhlaadjo wordt als be- veiligingsmiddel tegen wildsc ade aange geven, om den bast der boomeD tc bestrij ken met een mengsel van 2 deelcn kalk melk, een deel leem ca een deol koemest en bij lederen 10 liter van deze vloeistof 25 gram lysol. Voor de bestrijking dienen dc stammen, van mos en losse schorsdeelen bc- vTijd te worden, terwijl de aanwending bij droog weer moet geschieden. Het is ook een beschutting tegen vorst. In het voor jaar moet, ter wille van de gezondheid der boomen, alles weer verwijderd worden. Het doen der wascli. Bijna ieder volk op aarde heeft een ver schillende methode om de wascb te doen. De Koreaansche wascbvrouwen zijn mis schien de meest hardwerkende van allen, daar de mannen bijzonder wijde broeken en ook aaadere kleeren van betzelfde slag dragen 1 De1 vrouwen wasschen altijd in koud wa ter, meestal in een stroomen de rivier of beek en zóó lang wrijven zij de kleeren met een gladden stok, tot zij er uitzien, alsof zij gestreken zijn. In Egypte wasschen de mannen voor hun gezinnen. Zij staan aan den oever van een vijver of wel van strooroenö water en slaan bet natte goed tegen gladde, ronde stee- nen. Door deze wijze van wasschen gaat het vuil er wel uit, dat is zeker; maar het goed heeft er vreeseiijk onder te lijden en het gevolg is, dat er spoedig gaten in komen. Fransche vrouwen wasschen bijna op do- zelfde wijze, maar in plaats van te staan, Anielcn zij. Ook zij gebruiken 6oins steenen en gladde houten stokken, om er het vuil uit te krijgen. Vóór zij ze uitwasschen, tornen de Ja- paneezen hun vuile kleeren altijd los! De wasch gaat altijd buitenshuis en geschiedt in een tobbe, ter grootte vau een fLinke HoLlandsche? braadpan. In den regel wrij ven zij met de band over het goed, tot het schoon is, maar dikwijls, als het goed erg vuil is, wordt van een buitengewoon grijze zeep gebruik gemaakt en trappen zij op het goed met. hun bloote voeten. Ons gewone strijken kent meD daar Diet. Hot goed wordt op een groote, vlakke plaDk uitge spreid en dan id de zon te drogen gelegd, die de rimpels er uit wegneemt. Cbincesche vrouwen, dat wil zeggen, vrouwen uit de lagere standen, wier voelen niet gebonden zijn, treden er met haar bloote voeten op- Evenals haar Japansche zusters, gebruikeo ze zeer kleino tobben. In T-ommigC plaatsen in Schotland ge bruiken de vrouwen bij het wasschen even eens haar voeten. Maar toch hebben zij groote tobben od overvloed van zeep en warm wate'r. Wat een Parisienne waard is. In bet „Petit Journal" schrijft een sta tisticus: Men beweert, dat er in Frankrijk geen geld meer is; maar het loopt door de straten rond. Men berekene slechts, wat de kleeding on cie sieraden van een vrouw van de wereld waard zijn: Schoenen 80 fr., kousen 25 fr., korset 200 Fr., ondergoed 600 fr., kostuum 800 fr., pelswerk 5000 fr-, oorbellen en ringen 6000 fr., hoed 200 fr., kammen 300 fr., handschoenen 2° fr.pa relen halssnoer 20,000 fr., schildpadden spelden 60 fr., hoedenaalden 1000 fr., geld- taschje 300 fr., in het geheel 35,000 fr., die men bij eiken stap in winkels, in kerken en in tentoonstellingen kan aantreffen. Men zou kunnen zeggen, dat ik uitzon deringen aanhaal; nemen wij dus als regel de vrouw uit den rijken burgerstand. Schoenen 25 fr., kousen 6, korset 60, on dergoed 215, kostuum 200, pelswerk 600, sieraden 1500, handschoenen 5, hoed 80, kammen 50, hoedenaalden 30, gcldtaschje 50, in 't geheel 2800 fr., die men eiü oogo.n- blik tegenkomt En daarbij zijn dc valsche haren en de valsche tanden nog niet eens meegerekend ,jLientje," zei mevrouw ernstig, ,,ik trof daar net ip het Noordeinde dien korporaal» die gisteren bij jou zoo lang in de keuken heeft gezeten en ik heb hem toen 'es oven aangesproken..." „O, dat kan u gerust doen, mevrouw, da's in orde, ik ben niet sjaloezieachtig aangelegd 1" N aebtwaker (die eeD inbreker be trapt terwijl hij de l -andkast openbreekt): „Hallo, wat doe je daar?" Inbreker: „Ik wil eventjes zien, of mijn geld nog voorhanden is. Men kan te genwoordig de oamuers zoo slecht ver trouwen." Anna (vrouw van een telegrafist): „Ik heb onlangs mijn man gezegd, dat ik mij met mijn hoed niet meer kan verboonen, omdat ieder kind in de stad hem al kent." Marie: „Ed beeft hij je een nieuwen gekocht?" Anna: „Weineen, hij heeft om over plaatsing gevraagd, de tiran 1" Macht der gewoonte. Gast: „Hebt ge postzegels Kellner: „Om u tc dienen, meneer, heele bestel" Begrepen. Dienstmeisje; „Ik moet u zeggen, dat mevrouw niet thuis is." Bezoekster: „Doe mevrouw mijn groeten en zeg haar, dat ik hier niet ge weest ben." Niet o b d i g. Mevrouw (tot nieuw dienstmeisje): „Hier is de badka mer. Iedere week r-ag je er een bad ne men." D ien stmei'sje: „Maar, mevrouw, ik ben toch geen kind meer." Traditioneel. Student: „Zeg, hoor eens, de porties zijn hier er barmelijk klein 1" W aard: „U moet echter zoo vriendelijk zijn de tradities van dit oude gebouw ia aanmerking te nemen: het was vroeger na melijk de hongertoren van bet rooverskas- teel." Vriendelijk oud beer (tot een kleiD jon getje, d 1 erg schreit): „Wat is ventje?" „Bo bobooo I Ik heb eeo kwartje verlo ren, meneer I" „Kom, kom, hier is een anderwaar om schrei je nu nog?" „Omdat ik geen gulden gezegd heb," Eigenaardige symboliek. Op een kerkhof kan men op een grafsteen lezen „Een deugdzame vrouw is 2 voor haar echtgenoot" De reden hiervan, zegt de historie, is, dat d© steenhouwer geen raad wist met het veel te lange opschrift voor den smal- len steen. Hij had moeten beitelen: „Een deugdzame vrouw is een kroon voor haar echtgenoot. In plaats van „een krooD" zette hij na meten en hermeten 2 (waarde van het des tijds in zwang zijnde geldstuk van dien naam). Men stelde eens een sollicitante naar do betrekking van onderwijzeres o. a. ook deze vraag: ,En welke positie neemt a in ten opzich te van het lichamelijk straffen van de kin deren Waarop de gewikste juf antwoordde: „Meestal ga ik ©r bij zitten cd leg ze over de knie met hcl gezicht naar b?neden." CORRESPONDENTIE. J. van G! Uw stukje „Electrisch© mannen" vinden wij te onbeduidend, om er plaats voor af te staan. VRAGER V r a ag I: Hoe kan men vetvlekken ver wijderen uit een karpet, zonder dat het reinigingsmiddel eeD schadelijken invloed uitoefent op de kleur? Vraag IIGelooft op goeden grond- of weet iemand, dat er in ons land 1525 steden, dorpen of gehuchten zijn, wier naam uit niet meer dan vier letters be staat [Toelichting bij deze Vraag. Door een Prijskampbond t© Amsterdam werd laatst een Prijsvraag uitgc: oreven, om uit een gegeven woord een aantal plaatsnamen van steden, dorpen of gehuchteo te vormen van niet meer dan vier letters De hoofdwinner had volgens de Hitschrijvers van de Prijsvraag 1525 zulke namen opgestuurd. Daar ik dit verbazend hooge getal niet vertrouw, wend ik mij tot den uitgebreiuen lêzerskring van het „Zondagsblad" om toelichting of er zooveel plaat-namen zijn van niet meer dan vier letters]. [Antwoorden in te zenden aan ons Bu reel vóór Woensdagavond onder de motto's Vetvlekken en Vier letters].

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1907 | | pagina 14