•Anno f5'0.
PERSOVERZICHT.
No. 14331.
LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG tÖ NOVEMBER. TWEEDE BLAD.
In „D e Volksbod e"- (Fricsoh
christelijk-historisch) maakte een Inzender
aanmerking op de wijze, waarop d r D e
Visser'B candidatuur door do
redactie is bepleit en waarop dc candidaat
zelf voor de Leidsche kiezers is opgetreden.
De redactie schrijft onder dat stuk o.m.
Vervolgens willen we opmerken, dat
wij onze nogal warme aanbeveling heboen
geschreven in de veronderstelling, dat dr
De Visser niet geacht mag worden een
echte coalitic-succèa-man" te wezen. Wij
grondden deze onze meening op uitlatingen
zijnerzijds, die althans recht gaven tot een
tegengestelde opvatting.
Nu is h't wel waar, dat de Lcidscho
verkiezing dr. De Visser, misschien meer
dan hem aangenaam is, weder in het licht
der coalitie heeft geplaatst. Wij zouden
het dan ook voorzichtiger gevonden hebben,
zoo dr. De Visser zich alleen als candidaafc
der Chr.-Hist. Kiesvereeniging had aan
gediend, terwijl de beide gecoaliseerde
(wij drukken nogmaals op het woord bei
de, evenals in ons aanbevelend artikel!)
partijen zijn van Chr.—Hist, zijde gestelde
candidatuur uit overwegingen van lands
belang hadden kunnen steunen. Ook heeft
het ons wij moeten dit ronduit zeggen
wel een beetje bevreemd, dat hij zonder
groote reserve de antithese-politiek op dc
meetings heeft verdedigd. Doch misschien
hebben de verslagen ons hierover gebrek
kig ingelicht. Om billijk te kunnen oor-
declcn, zou men zelf de rede hebben moeten
hooren. Kalme uiteenzetting van het Chr.-
Hist. beginsel ware naar onze mcening
verkieslijker geweest dan felle bestrijding
van een machteloos Kabinet, dat als een
schip zonder roer op de politieke wateren
omdobbert. Het artikel over Leiden in ,,D e
No dcrla n der" was dan ook heel wat
gematigder van toon en naar wij gelooven
juister van stelling.
Doch genoeg hierover. Wij halen dezr.
dingen niet op om dr. Dc Visser iets on
aangenaams te zeggen, maar enkel om
blijk te geven, dat we ook waar we
hebben willen toonen dat onzerzijds
de toenadering eerlijk spel was geen
oogenblik het onderscheiden standpunt,
dat telkens bloot komt en ook bij dc Leid-
scho stembus van invloed is geweest op dc
aangenomen bouding van dr. De Visser,
uit het oog verliezen.
Onze bezwaren tegen de antithese en de
op deze antithese gebouwde coalitie zijn
onveranderd dezelfde gebleven.
Alleen voelen wij iets dieper dan vroe
ger, welke dc politieke gevolgen zijn
van het optreden, van een ministerie, dat
het liberale concentratie-program tot uit
gangspunt gekozen heef voor het regee-
ringsbeleid.
Reeds daarom verheugt ons de uitslag
van de Leidsche stembus on hebben we er
geen spijt over onzen naam aan de candi-
datuur-De Visser to hebben gegeven en,
zij het in zéér bescheiden mate, tot dc
verkiezing van het Chr.-Hist. Kamerlid te
hebben medegewerkt.
Do „H aagschc Stemmen", Chr.
Weekblad voor Nederland, onder redactie
van ds. C. Oranje, weet tc vertellen, dat
kort na den uitslag der Leidsche
stemming, het „gerucht" heeft geloo-
pen, dat het Kabinet zou aftreden.
Waar dat gerucht heeft geloopen, meldt
het blad niet ,zegt de ,,M i d d c 1 b u r g-
sche Couran t".
Het heeft hoogstwaarschijnlijk alleen ge
spookt in het brein der redactie van dat
blad.
Dezelfde „Haags oh e Stemmen"
komen ons vertellen, dat dr. De Visser, na
zijn verkiezing iru Leiden, „in intiemer
kring".den wensch uitsprak: „De premier
van 1S011905 nog eens weer naar het
Torentje
Ziet, zoo iets is dan toch verbijsterend,
zegt „Het Vaderland".
Daar is nu een candidaat gekozen van de
kleinste groep der kerkelijke partijen in
het district der Sleutelstad. Enkel en alleen
FEUILLETON.
De arme ïiielit.
26i
Lucie beloofde mevrouw Vallier, hom al
den tijd te wijden, welken zij aan „Werk
hoven" kon ontnemen, en verliet haar
met dc vaste overtuiging, dat zij voor deze
taak hard zou werken, en verheugd ook
wel wat over haar invloed.
Mevrouw Opberger maakte geen opmer
kingen over de drukkere bezoeken van haar
nicht op „Eikenheuvel", Lucie bemerkte
zelfs, dat Anua haar het uitgaan verge
makkelijkte. Daartegenover stond, dat zij
zij wist zcJve niet, hoe zij «.^t die op
merking üwam minder tegenwoordig was
bij do bezoeken van Henri van Gaasteren.
Marcel was altijd bij zijn moeder, hij
studeerde met grooten ijver zijn liederen
in, en Lucie had den betrekkelijk vertrou
welijke n toon van voorheen weder aange
slagen cn dit zooveel tc meer, daar me
vrouw Vallier haar dikwijls zei, dat zij zoo
gelukkig was en dat zij haar heur zoon had
teruggeschonken.
Het meisje vergat 6oms, wat er was ge
beurd, of als zij er aan dacht, dan verheug
de zij zich tegelijkertijd, dat zij eenig goed
had kunnen doen. Niemand op „Werkho
ven" sprak haar over mevrouw Vallier of
haar zoon. Zelden zag zij Henri, en daar
mevrouw Opberger haar geweigerd had te
Argenteau les op het orgel te gaan nemen,
Lauden haar bezoeken aan mejuffrouw Van
Lraaderen zoo goed als opgehouden. Bo
vendien zag zij haar nooit alleen: Anna
ky* en kucie begreep zeer ge-
ma tks.ijk de geheime beweegreden van haar
omdat rijn geestverwanten er voor bedank
ten, op een candidaat der andere, zooveel
sterkere groepen te stemmen. Open en bloot
wordt erkend, dat zelis dr. Kuyper do pl.ru.
300 stemmen der Christelijk-Historischen
niet zou hebben verkregen. En niettemin
verstout zioh dr. Ds Visser hem „in intie
mer kring", d.i. in dien zijner geestver
wanten, terug te wenschen als premier,
natuurlijk als chof der rechtsche ooaiitie,
waarvan die geestverwanten, getuige bun
stem in 1905, niets meer wilden .weten.
Ds. Talma zei vorleden jaar: dc linker-
partijen zijn vereend door haat, de recht
sche door liefde. En de „Haagscho
Stemmen" zeiden hem dit na. Houdt
men- feiten als dc hiervoor uiteengezette
voor oogen, dan kan men gaarne toegeven,
dat hier een soort liefde in het spel is
maar dan. apenliefde!
In de kwestie D r. K uy per en do
Invaliditeitsverzekering ant
woordt „Do N i e u w o Courant"
weer aan „D e Standaard":
Als deskundigen rapporteeren, dat rij in
een lijk vergif niet gevonden hebben, zal
toch de rechter geen nieuwe lijkschouwing
doen. (Zoo had „De Standaard" op
gemerkt). Weineen, „Standaard", en
dat behoeft'ook niet: want do bevindingen
uit feitelijke waarnemingen geven do
medici niet als d e k u n d i g e n, maar als
getuigen: voor iedere qualiteit af
zonderlijk leggen rij dan ook den eed af.
Wel echter is het, altijd en onvoorwaar
delijk, des rechters plicht de redenee
ring van een deskundigo te controleeren,
en die te verwerpen of haar tot de rijno
to maken. En evenzoo, a 1 t ij d on o n-
v o o r w a a r d e 1 ij k, is do Minister te
genover de Volksvertegenwoordiging ver
antwoordelijk. In caau: als een wiskundige
specialiteit meent, dat de frequcntiecijfers
van invaliditeit, welke dc ervaring aan
geeft, „abnormaal" zijn, k a n cn mag
een Regeering op een dergelijke beschou
wing (die, het zij trouwens nog eens her
haald, het wezen der Invaliditeitsverze
kering zelve betreft) ccn ontwerp niet
bouwen, zonder dien grondslag tot den
haren te maken. Een minister, die die con
trole verwaarloost, ontwerpen laat fabrie
ken en klakkeloos overneemt wat ambtena
ren of adviseurs goed prijzen, handelt in
constitutioneel cn levert het bewijs, dat hij
het met ijn taak niet nauw neemt.
Thans schrijft weer ,Dc Standa ard":
De loopgraven waron lang getrokken,
maar wij zijn er nu dan toch met „De
Nieuwe Couran t".
Beiderzijds 6taat nu vast, dat in theorie
de verantwoordelijkheid van Minister of
rechter onbegrensd is; gelijk dit niet an
ders kon. Maar ook anderzijds, dat én Mi
nister èn rechter saam op gegevens
moeten beslissen, die ze niet persoonlijk
verifieeron kunnen.
„Do Nieuwe Courant" dorst het
dan toch niet aan, te zeggen, dat een rech
ter verplicht is do lijkschouwing zelf over
te doen, cn zo bleef natuurlijk in gebreke,
gelijk wel moest, om ook maar één rechter
te noemen, die in contra geoordeeld
had.
Blijft nu de vraag, in welke ge-vallen de
rechter wel, in welke hij niet zelf contro
leert: maar het dispuut daarover laten wo
rusten. Immers, dit dispuut is voor geen
algemeene behandeling vatbaar.
Rest intusschen nog altoos het journalis-
tisch niet zeer verheffende feit, dat een eer
baar blad ondernam do grofst donkbarc
beschuldiging tegen een afgetreden bewinds
man uit te brengen, en het amende ho
norable hierover in dc pen hield.
Al wat ze introk was het opzet.
Ecno dan aan Prof Kluyver, die zelf uit
der hoek kwam, en zich aan allo verant
woordelijkheid voor den czolschop te
gen een overwonnen tegen
stander onttrok.
Door deze driestar van „Dc Stand
aard" in haar geheel af te drukken,
maakt „D e Nieuwe Couran t",
naar rij zegt, voortzetting der discussie
harerzijds overbodig.
nicht, die blijkbaar tegenover haar ccd ja-
loezie koesterdie, welke maar slecht vcr-
borgcD kon blijven.
XII.
De winter ging voorbij, de maand Maart
kwam met haar afwisselenden wind cn zon
neschijn, de knoppen aan de boomen zwol
len, de krokus stak zijn bleek zwak kopjo
op cn de viooltjes begonnen reeds tusschen
het gras hun kleuigeschitter.
„Gij zult zien," zeide -•largaretha tegen
Lucie, „hoe zacht en heerlijk do lente is.
Weldra zal de zon warmer, en zullen do
wegen niet zoo vochtig rijn. Henri zal dan
wel een eind aan mijn gevangenschap ma
ken, en dan zal ik u heerlijke punten laten
zien, prachtige paadjes. Ik zal wel maken,
dat je onze streek mooi vindt."
Lucio spande zich in, vroolijk op al die
plannen te antwoorden, doch haar hart
vervulde zich met angst, als zij haar armo
nicht aanzag. De hoest vermeerderde wel
is waar niet, het blocd-opgeven scheen op
gehouden, maar toch kwamen do krachten
niet terug en het was gemakkelijk te be
grijpen, dat do geringst© schok, het minste
ongeluk, dit zwakke schepsel zou breken.
„Werkhoven was, sedert de winter ver
dwenen was, nog onaangenamer dan ooit
Al dio werkzame monschen, die in do open
lucht gehard waren, verwarmden zich door
arbeid en begonnen reeds over dc hitte van
kachel en haard tc klagen en te verlangen
naar een voortdurende luchting der ka
mers.
Zoodra de zon zich maar even vertoon- I
cc, opondc men de vensters. De afwisse
ling van temperatuur werd voor de zwakke
en lijdende Margaretha zeer pijnlijk en ou-
Het punt, waar het op aankomt, en dat
„De Standaar d" vroeger door mid
del eener van onwetendheid getuigende
vergelijking met des rechters verantwoor
delijkheid zocht te ontgaan, wordt ook
hier weder handig weggewerkt-.
Het is dit; dat het klakkeloos overne
men van redeneeringen en conclusies
redeneeringen en conclusies, dio het wezen
dor invaliditeitsverzekering zelve, ddo de
draagkracht en uitvoerbaarheid van het
ontwerp betreffen door een Minister,
in strijd is met den eersten eisch van
nauwgezetheid en verantwoordelijkheids
besef.
Wat de grofheid van den „ezelschop"
betöeft....do arme „overwonnen te
genstander" geeft aanhoudend blijken al
lerminst op een storvenden leeuw te ge
lijken. Zoolang hij zich zóó blij ft roeren,
als wij nog steeds van hem gewoon rijn,
kunnen ezels hem niet aanmaar roept hij
zelf om welgemikte (slagen van betere
hoedanigheid.
In do H. igscho correspondentie in de
„Zutphenscho Courant" wor
den over het ingediendo wetsontwerp tot
wijziging der wet op de vereen i-
gingen eenige opmerkingen gemaakt.
Do correspondent zegt, dat hot to be
zien zal ©taan of 'e Ministers stelsel, waar
uit de Koninklijke goed searing is geban
nen, het aantal rechtspersoonlijkheid ver
gende lichamen zal verminderen. Hij vindt
dit echter geen nadeel en begrijpt niet
waarom de Regeering er ccn aanbeveling
voor üaar wetsontwerp in riet.
En dan vervolgt de correspondent aldus:
Het wetsontwerp geeft niet meteen aan
elke nieuw opgerichte verceniging rechts
persoonlijkheid, maar biedt de gelegenheid
die langs gemakkei ijken weg te verkrijgen
en wél enkel door de voldoening aan wet
telijke vereischten.
Do statuten moeten ten overstaan van
een notaris worden verleden; zij vermel
den den naam, den zetel, het doel; de
middelen om dit te bereiken, en den duur
dor verceniging; zij houden voorts bepalin
gen in omtrent haar wijziging, het verwer
ven en ophouden van het lidmaatschap ca
het bestuur. Na ter griffie van het kan
tongerecht te zijn gedeponeerd, worden ze
in do „S t a a t s o o u r a d t" en een tor
plaatse of in do provincie verschijnend
nieuwsblad openbaar gemaakt en daarmeo
is do rechtspersoonlijkheid beklonken.
Het is dezelfde eenvoudige regeling, als
wij voor de vennootschap onder firma in
het Wetboek van Koophandel cn voor de co-
operatiove vcreenigingen in do wet van
'76 aantreffen, doch dio hier haar eigen
aardige nadeolen bezit.
In de eerste plaats lijkt do notarieelo
tusschcnkomt ons .een bezwaar Wel wor
den hot depot ter griffio cd dc plaatsing
in do „Staatscourant" kosteloos
toogestaan, maar de notaris kost geld.
In het websonfrvverp op de arbeidsover
eenkomst heeft men nauwlettend gewaakt
tegen alle mogelijke kosten van contraeten
en aktenmen heeft ze vrij van zegel en
registratie verklaard en ziet, hier zal dc
vakvereeniging, cn er bestaan cr met
slecht voorziene kassen, dio daarom niet
minder nuttig werk doen alvorens do
voor het sluiten van een colloctief contract
onmisbare rechtspersoonlijkheid te erlan
gen, haar 10, 15 o meer gulden naar
den notaris moeten brengen.
Tusschenkomst van een en-aren man bij
het opmaken der statuten is wenschelijk,
maar verdiende het wellicht aanbeveling
een ander dan den notaris met dit preven
tieve toezicht te belasten? Trouwens cn in
do tweede plaats de rechtsgeleerdheid, die
men door den notaris wil vorkrijgen en dio
in het oude stelsel zonder notaris bestaat,
wordt door het nieuwe niet gewaarborgd.
Dc wet van 55 maakt een verceniging
rechtspersoon, zonder dat iemand, lid of
derde, haar later ooit deze qualiteit zal kun
nen betwisten; het regeeringsontwerp laat
„eigen hulp" toe en Btelt elke verceniging
bloot aan de bewering van niet-lcden, dat
de gepubliceerde statuten niet aan de wet
telijke vereischten beantwoorden en dat
mitsdien de rechtspersoonlijkheid niet ver
kregen werd.
aangenaam.
De wind had toegang tot alle hoeken,
en de bescheiden opmerkingen van Lucie
werden mot gelach ontvangen en beant
woord, doch het ongelukkigste was, dat
Margaretha ccn ernstige koude vatte.
In het eerst verontrustte alleen Lucio
zich. Mevrouw Opberger vatte de zaak
licht op en meende, dat haar grocjcs
haar alles verhelpond middel zouden
zegevieren over een zoo omstige kwaal.
Met die verblindheid, zoo gewoon bij men
schcn, die nooit ziekte gekend hebben,
weigerde rij in te zien, dat do sluipende
koorts, terwijl die haar dochter geheel en
al ondermijnde, aan haar gelaat een be
drieglijke kleur gaf.
Lucie, die zeer ernstig ongerust werd,
besloot, omdat Henri sedert verscheidene
dagen al niet op „Werkhoven" was ge -
weest, in het geheim te schrijven aan me
juffrouw Yan Gaasteren.
Hij kwam nog denzelfden avond en werd
ontvangen met een vroolijkheid, welke be
wees, hoe weinig nllen op „Werkhoven" zich
van i.et gevaar bewust waren.
Hij moest ze gchtor verontrusten, om to
verkrijgen, dat er meer zorg besteed werd
en betere voorzorgsmaatregelen werden ge
nomen. Toen Lucie haar tan to een halfuur
later zag, werd zij getroffen door de ver
andering, die in haar had plaats gegrepen.
Zij hield zich goed en haar trekken leken
bij den eersten oogopslag gewoon en kalm;
voor wie haar kenden, was er in haar oog
duidelijk iets onrustwekkends leesbaar en
haar lippen beefden.
„Lucie," zeide rij, terwijl zij haar stem
krachtig wilde doen schijnen, „gij zult uw
kamer wel aan Margaretha willen afstaan;
Wel beroept de Minister zioh reeds bij
voorbaat tegen deze grieve op de practijk
der coöperatieve vercenigingen, van woiko
sedert 1676 slechte drie als zoodanig door
eigen leden niet werden erkend, doch liij
vergeet, dat do gewone verceniging tegen
over derden in een geheel verschillende ver
houding staat.
Bij de coöperatieve blijven do loden aan
sprakelijk; bij de verceniging niet. Bij gene
hebben derden geen enkel belang het ka
rakter der vereeniging to bestrijdenbij de-
zo kunnen zich omstandigheden voordoen
bijv. (een leege vereenigingskas cn rijke le
den), die daartoe een tastbaar interesse
doen ontstaan. Door de betwisting en do
rechtspersoonlijkheid slechts aan derden
toe te staan, wordt het gevaar dor onzeker
heid geenszins opgeheven. Immers juist bij
de vereenigingen, wclko dit wetsontwerp
moet beheerschen, zullen wel nooit do
leden een poging doen om zelf, in eigen
beurzo, voor de handelingen van het zede
lijk lichaam aansprakelijk to worden, het
geen van ontkenning der rechtspersoonlijk
heid het gevolg zoude zijn
Mag dus do aanschaffing der koninklijko
goedkeuring als een voordeel van het wets
voorstel worden beschouwd de inmen
ging van den notaris, do zeker niet denk
beeldige rechtsonzekerheid staan als nadeo
len daar tegenover. Yalt een regeling, ge
lijkend op die voor verwante materio op hot
eerste gericht in den smaak, de versohillcn,
die ondanks dc maagschap tuaschen gewone
en coöperatieve vcreenigingen bestaan, ma
ken dien eonvoud bij nadere beschouwing
min wenschelijk. En misschien ware liet
daarom raadzaam dit wetsontwerp van zeer
beperkte strekking te doen wachten totdat
een pricipieelo vaststelling van het vereeni-
gingsreoht on van d^n aard der rechtsper
soonlijkheid aan do orde komt.
In ,,D c Militaire Gids" schrijft
„Een pelotonscommandant" over den m i-
1 i c i c n-c a v a 1 o ri s t
„Inderdaad I do tijden zijn veranderd
de miliciens zijn waarschijnlijk in beter
conditie gekomen, doch de vrijwilligers dio
hen vroeger geheel overvleugelden, zoowel
door getalsterkte als door bruikbaarheid,
zijn in beiderlei opzicht sterk gedaald.
Trouwens óók de ideeen zijn veranderd;
óók de vrijwilligers, het rudiment der
oude, staande legers, zijn uit den tijd.
In getalsterkte wegen zij nog tegen do
militie op, doch in bruikbaarheid zijn rij
beslist in do minderheid.
Laten wij, cavaleristen, zoo dikwijls be
schuldigd, en niot geheel onverdiend
van te groote gehechtheid aan traditio eu
sleur, toch bijtijds do bakens verzetten,
nu het gotij is vcrloopen.
LateD wij toch gul erkennen, dat wij
het evengoed, ja veel en veel beter,
met militie kunnen stellen cn do vrijwilli
gers, dio ons dikwijls niets dan teleurstel
ling, last cn ellende bozorgen, best kun
nen missen.
Do raag is maar, hoe hier to© te komen,
want afbreken is goed en wel, doch op
bouwen sta cr tegenover.
Wij hebben daarom getracht onze denk
beelden in do navolgende voorstellen te
belichamen.
lo. De cavalerie bestaat in beginsel
alleen ut m li ie; vrij illigern worden bij
dit wapen alleen toegelaten onder nader
te bepalen voorwaarden, ten einde in de
behoefte aan berocpsonderofficieren to
voorzien.
2o Do eerstc-oofcntijd der militie duurt
18 maandenhaar opkomst heeft telken
jaro op den IstcD October plaats.
3o. Do militieplichtighc-id duurt 6 jaar,
do eerste oefentijd inbegrepen. In het 4de
jaar, op een telkenmalo nader te bepalen
datum, komt de militie gedurondo 6 weken
voor herhalingsoefeningen onder do wa
penen.
4o Bij elk vold-eskadron worden jaar
lijks pl m. 50 militiepliehtigen ing<xieeld;
van dit getal kunnen 8 manschappen voor
den graad van korporaal cn 4 man voor
dien van wachtmeester worden opgeleid.
Tevens bestaat gelegenheid per eskadron
een milicien, dio aan een bepaald examen
cn aan nader vast te stellen cischen van
rijkunstigo bekwaamheid en raaatsohappo-
de hare heeft geen schoorsteen, cn Henri
wil, dat er vuur aan is, dag en nacht.
Wilt gij haar helpen, om haar zaken over
tc brengen?"
„Ja zeker, tante. En als gij eens goed
vondt dat ik bij haar bleef slapen Ik slaap
zeer licht on ik zou haar dan allc3 kunnen
geven, wat ze nooclig heeft.,"
„Neen, dank je; men zal voor mij eco
bed gereed maken in dc kamer daarnaast."
Alles was veranderd op „Werkhoven".
Mevrouw scheen van haar persoonlijke in
zichten afstand te hebben gedaan cn bracht
zonder eenigo tegenspraak allo verbeterin
gen aan en nam alle voorzorgen, dio Hcnri
aanried. Er hingen nu wollen gordijnen
voor Margaretha's venstors en voor de slecht
sluitende deuren hingen eveneens gordij
nen. Dc goraaemakendb stemmen waren
veirstomd, de zware cn haastige stappen
werden niet meer gehoord en iedereen wen
de er zich aan van het toevluchtsoord van
het zieke meisje het middelpunt to maken
van zijn gedachten en oplettendheden.
Henri bracht boekenAnna zorgde voor
vroege bloemen; George plukte in de laan
primula's en viooltjes, Paula bracht icdo-
ren dag de gehcelc familie katten binnen
om goeden dag te zeggen. Mijnheer kwam,
met dc bedoeling, Margaretha te verstrooi
en, haar tersluiks een bladzijdje van zijn
manuscripten voorlezen, en zijn vrouw be
reidde zelve een oneindige verscheidenheid
van heerlijke schoteltjes, welke moesten
dienen om den verdwijnenden eetlust van
de armo kleine op te wekken.
Deze ontving vol dankbare verwarring
die bewijzen van liefdeal die ongewone
betuigingen van een genegenheid, welke
cr nooit aan gedacht had, zich naar buiten
lijko positie voldoet, tot militie-luit. bij
do cavalerio op tc leiden. Zijn eerste-
oefentijd duurt 18 Liaanden achtereen. Hij
komt in het 4de jaar zijner militicplichtig-
lieid, op een telkenmalo nader to bepalen
datum, voor den tijd van 8 weken voor
herhalingsoefeningen onder de wapenen.
6o. De instelling van het reservekader
bij dc cavalerie wordt opgehovcn.
6o. Ingevolge het in de slotalinea van
artikel 1 bepaalde, kunnen zich jaarlijks
op 1 October vrijwilligers voor den tijd
van 3 tot 6 jaren bij de cavalerio verbin
den. De eiscüen cenerrijds en do voordoo
ien anderzijds, aan deze vrijwilligers resp.
te 6tellen of toe te kennen, zullen nader
worden bepaald.*'
Van do vrijwillige» zegt de schrijver
onder andere:
„Onmiskenbaar voortgekomen uit do
heffd des volks, velen hunner bepald on
gunstig van uiterlijk, do moesten zich als
onwillig, althans ouversehillig gevend aan
den arbeid, door hen zeiven zoogenaamd
vrijwillig, doch inderdaad onder don scher
pen prikkel van honger en armoede op
zich genomen
En iets verder:
rf,Welk een ongelukkigo racnschen eener-
zijds: verdorven, in de slechte omgeving,
waarin zij opgroeiden en die haar stempel
diep in hun karakter drukte; jongens dik
wijls, yan 12 ambachten en 13 ongelukken,
voor niets deugend, voor alles te lui, ver
lokt door 's Rijks handgeld cn geloosd
door ouders of familie, dio hou maar «sol
daat lieten worden. Zelfs reeds in de eer-
te periode der africhting onttrekken z ch
deie lieden aan het onderricht door zich
ziek te melden, soms slechts simulccrend,
doch soms ook, omdat zij het werk mot
kunnen volhouden als gevolg cenor ver
waarloosde jeugd. In vcol gevallen looppa
zij weg (mankecrcn), komen na dagen lang
omzwerven in allerlei spelonken, terug,
hetzij vrijwillig of door de politie opge
bracht, cn bcloopen dan natuurlijk zware
straffen, een en ander zeer ten nadcolo
van den geregclden gang van het onder
wijs. Ook plegen zij dikwijls diefstal (het)
bekende kistje sigaren), ten einde uit
den dienst gejaagd te worden.
En dat alles, omdat het Rijk waar vraagt
voor zijn geld, arbeid dus van con soort
lieden, wie«i het Iccglpopon cn zwerven,
kortom, con ongpbonden levenswijze, tot
tweede natuur is geworden."
En dan nog:
„Geeft het niot tc denken, dat men zich
genoodzaakt ziet do milicicus recruten op
de chambrée afzonderlijk to plaatson? Na
tuurlijk verbergt men do ware reden hier
voor onder allerlei voorwendsels om de
vrijwilligers niet to grieven, doch het komt
cr toch maar op neer, dat sommige offi
cieren dien maatregel nemen, om te voor
komen, dat zij gebrutaliseerd en bestolen
wordon door hun nieuwe kameraden
de heoren vrij wil ligers.
Doch dit 13 niet het grootste gevaar.
Volgt men het stelsel, om met eiken jon
gen man een oudcro te belasten, dio hem
al» mentor op do hoogte mout brengen van
all© zaken, den inwendigen dienst betref
fend, dan dreigt nog grootcr gevaar.
Is het hun, dje dit willen, dan volmaakt
onverschillig, of de jongo milicien van
den aanvang af wordt bedorven, als hij
maar spoedig teugdwijs wordt gemaakt?
Weet ge wat dit z.g. teugelwijs-makon
door zulk een „slaapje" (man, dio naast
hem op do kamer slaapt) beteckent? Wij
laten nu maar dc meest immoreelo zijde
van zulk een regeling rusten en herinneren
or slechts aan, dat dit teugel wijs-maken
in do soldatentaal bctcekent: hem den
stand leeren, d. i do manier, om rich aan
alles zooveel mogelijk to onttrokken, aan
de lijn te trekken, d. w. z te luibakken
ten kosto van anderen of van de paar
den, ten koste althans van den goeden gan^
van den dienst. Zij leeren bovendien den
officieren vooral geen vertrouwen tp Bohen-
ken, al bewijzen dezo ook nog zoo vaak,
hart voor hun manschappen en het goed©
met hon voor to hebben. Daar de officie
ren echter uittcraard voor do belangen
van den dienst, voor den goeden gang van
zaken mocfon waken, zien deze bravo men
tors in dion per sc natuurlijke vijanden,
to uiten.
Zij ontving met tranen in dc oogen dio
zichtbare liefde cn geide dikwijls, dat zij
zich zoo gelukkig gevooMe, bemind te worden.
Al dio zoigcn genazen haar evenwel niet
Zij hoestte maar kldoor, en was ontroost
baar, clat „dio leclijko hoest" dc anderen
hinderde. Zij had geen pijn, maar Icofdo
zoo onmerkbaar weg. Van week tot weck
maakte dc kwaal vorderingen. In het eerst
ging zij nog naar beneden in de huiska
mer, daarna vermoeide haar de trap cn Hen
ri verbood die verandering van tempera
tuur haar kamer werd weldra de verza
melplaats der familie. Zij was vroolijk, ge
lukkig, hen daar allen te zien, en slelde,
meer dan zij het ooit had gedaan, belang
in hun werkzaamheden. Vervolgens worden
•Je uron, dat zij in een grooten leunstoel op.
zat, hoe langer zoo zeldzamer. Zij stond
nog wel op, maar haar becncn waren zoo
zwak, dat George haar moest dreven. En
van week tot weck werd rij minder, zwak
ker on blocker, ja, zo scheen Lucie toe als
een albasten omhulsel, waardoor do naar
vrijheid dorstende ziel naar builen uitscheen
cn uitstraalde.
Lucio zag nu ook, dat zij nuttig was.
Margaretha betoonde aan allen een groot©
liefde en dankbaarheid, maar zij wilde toch,
dat haar moeder en haar nicht steeds bij*
haar bleven. Lucie las haar voor uit haar
geliefde schrijvers, als Margaretha's hoofd
en oogen te vermoeid waren. Eerst kwamen,
dc dichters aan de beurt; toen de schrijvers,
wier werken een godsdienstig karakter had
den cn haar kalme cn zachte trekken na
men een hemelsche uitdrukking aan, als zy
over de Hemel hoorde voorlezen.
(Wordt vervolgd).