Het langer worden der vrouwen. suite'' op een ,,at home". En geen dier beide pakken passen voor deftige festiviteiten of -voor de stalles van opera en schouwburg. Een „evening dress" is daarvoor noodig, waarmede je echter weer niet op een „smo king concert" kunt verschijnen. De dames hebben zich nog vrij wat meer het hoofd over d© kleeding te breken, want een lady verschijnt niet op de lunch ïu hetzelfde- kleed, waarmede zij bij de „break - fast-table" aanzat. Voor afternoon-tea en „late dinner", heeft zij zich natuurlijk tel kens te verkleeden. En wil zij tot de „fash ionables" gerekend worden, dan draagt zij weer speciale kostumes wanneer zij ,,a- shopping" gaat, zoo mogelijk iederon dag der week in ©en verschillende dresa. Geen wonder, dat vele Engelsche dames heb een kunstje vinden zich voor 2000 pd, st. 24,000 gld. per jaar te kleeden, zooals voor enkele jaren in een der tijdschriften werd geschreven. Maar nu heeft het medisch weekblad de „Lancet" ons uit den waan geholpen, dat al die verkleedorij maar aanstellerij is. Wij, die zoo dachten, begrijpen niet, schrijft de „Lancet", dat verwisseling van klee ding in overeenstemming is met persoon lijk gemak en zindelijkheid. En vooral het verkleeden voor dineeren acht hot blod eeri heilzame gewoonto. „Menig -mao, die na het harde werk van een dag zich haast te vermoeid 'gevoelt tot verkleeden, gevoelt zich beduidend vc-rfrischt wanneer de ver wisseling heeft plaat3 gehad. Dat gevoel be zorgt. hom een gezonde appetijt, zoodat de verwisseling van kleeding zelfs do spijsver tering bevordert." Wij behooren allen minstens eens per dag 7an kleeding te verwisselen, meent de „Lancet." Dat staat in sommige opzichten gelijk met de verfrissching van een bad. De reden daarvan is waarschijnlijk, dat do kleeren, door den ganschen dag gedragen te zijn, verstopt, en daardoor tijdelijk hun ventileerend© eigenschappen kwijt raken. De Engelsche gewoonte is ons een ge zondheidsmaatregel, die en passant voor do kleermakers even gezond is. Door zekeren heer Pearson, in Engelsche bladen aangeduid als een specialiteit ij mensohen-meetkunde, zijn onlangu belang rijke gogegens bekend gemaakt. Al metende en maten-vergelijkendo heeft deze» meter waargenomen, dat de meneqh- heid van tegenwoordig langer is dan dc laatste vorige geslachten. Gemiddeld is het nieuwe geslacht an de rh al ven duim langer dan het jongst-vorige. Onze frissche-lucht-school, onzö sporteeuw, onze moderne hygiene zouden dus hun nut al gaan afwerpen 1 Een ander resultaat heeft deze meetspe- cialiteit verkregen, nl. dat, volgens zijn cijfers, de grooter© lengten bij de vrouw nog bolangrijker worden dan bij den man Wetenschappelijk stolt hij als normverschil tusschcn man en vrouw vier duim vast; in Engeland vond hij evenwel een gemiddeld verschil van vijf duim. Doch tevens consta teerde hij bij de ouders van heb tegenwoor dige geslacht een versahil van vijf en een vijfde duim, terwijl bij de kinderen van zijn proefouders de versohillon tusschen jongens en meisjes nog slechts vier on drie vierde duim gemiddeld bedroegen. Als een reden, dat vrouwen kleiner blij ven dan mannen, nam men tot heden aan, dat me Ï3i es op jeugdiger leeftijd met 'groeien ophouden. Meisjes van ongeveer dertien jaren zijn gewoonlijk zwaarder dan jongens van dcnzelfden leeftijd; tegen het zeventiende jaar hield het groeien echter meestal op, terwijl jongens nog een aantal jaTen voort blijven groeien. Do uitkomsten, die de meetprocven van den lieer Pe-arson echter opleverden, toon den, dat de meisjes van heden langer blij ven doorgroeien. Bij eenige duizenden da mes-telegrafisten mat hij een gemiddelde lengte van 5 voet vier duim op zeventien jarigen leeftijd, terwijl ze op haar negen tiende jaar uitgegroeid waren tot 5 voet 6 duim. Gewoonlijk geldt, dat het wonen in steden de menschen kleiner maakt; een buitenman meet volgons wetenschappelijke gegevens gemiddeld drio tot vier duim meer dan een stadsbewoner. Doch voor vrouwen gaan deze cijfers niet op, beweert alweer de Engelsche meetspecialiteit, en bij haar schijnt de groote-stads-lueht op den groei geen invloed te oefenen. Wanneer mon dus den heer Pearson mag gelooven, dan zijn de vrouwen hard bezig den mannen boven het hoofd te groeien 1 Voor ongetrouwde en ge trouwde menschen. De gewoonto van heb plaatsen van huwe lijksadvertenties in de courant is zeer oud en volstrekt niet een gevolg van den moder nen prozaïschen levenskijk. In het „Leipziger Intelligenzblatt" van 12 Mei 1812 kwam rccd/s de volgende adver tentie voor: „Vier fatscenlijko, zeer knap po meisjes, van 18 tot 24 jaren, van goede familie, op het platteland, met een bruidsschat van 3000 gulden1 per hoofd, wonschen ft© trouwen, om in dc stad to kunnen wonen. Zij meenen. dat zij zich als goede huisvrouwen mogen aanbevelen, daar zij gewoon zijn alle huis houdelijk werk te doen. Er is haar meer gedegen aan fatsoenlijkheid en goede repu tatie bij eventueelc reflectanten dan aan rijkdom. Mannen benedon de 40 jaren «n zonder lichaamsgebroken kunnen nadere in lichtingen! bekomen bij den directeur van dit blad". Omstreeks denzelfden tijd vorscheen te Münchon do volgende origineel© huwelijks advertentie: „Volgens mijn gebconte^akte ben ik 60 jaren oud, maar ik gevoel mij' 25. De vrouw, di© met mij trouwen wil, moet tusschcn do 16 en 20 jaren oud zijn, mooi haar, mooie tanden en kleine voeten bezitten.. Zij moet van onberispelijke reputatie zijn Icn* van goed© familie. Zij moet zich ook verstandig kleedeu, want ik wil niet, dat zij oorbelle tjes, kettingen, ringen, pantoffels of nacht mutsen draagt. Ook valsch haar kan ik niet uitstaan. Zij moet zich niet naar de mode kleeden, want niets is afschuwelijker dan een modepop. Zij moco haar kleederen dra gen overeenkomstig liaar persoon-lijken smaak en zonder zich te storen aan do meening van degenen, die zich aan de mode houden. Zij moet kunnen rijden, of het willen leeren. Zij mag niet borduren, .want dit handwerken dient alleen om ontbrekend verstand te verbergen. Zij moet echter een uitatekendo musicienne zijn. In mijn huis is zij onbeperkte meesterresse en ik zal het mij ten plicht achten, al haar niet onverstan dige wenschen te vervullen, want ik vind het afschuwelijk, als de vrouw do slavin van den man is. Zij moet mij aJtijd, al9 ik op reis ben, vergezellen, want het is schande, als de man dag en nacht in. een hotel zit en de vrouw zich thuis alleen verveelt. Als ik het woord „moet" gebruik, is de brciocling niet ondorworpenheid van haar 2ijde; hot staat de dame natuurlijk vrij het daarover te 'voren met mij eens te zijn of niet. Op den dag der huwelijksvoltrekking krijgt zij 3000 gulden uitbetaald. Zij moet zich er eclïter too verbinden deze janrlijkscho rente altijd geheel uit te geven, want er bestaat niets leelijkers dan gierigheid. Zij mag niet dan sen, want ik vind het onaangenaam, mijn vrouw als een geit te zien rondhuppelen. Ingeval zij rijk is, behoudt zij de beschik king over haar geld met de voorwaarde, dat zij de rente geheel verbruikt, want er is niets dommers dan voor anderen te sparen- Mijn wijsheid is: „Geniet het leven"." De eigenaar van het groote café Martin te New-York, voorheen Delmonica, is een geestdriftig vriend van met kinderen geze gend© huwelijken. Ieder van zijn ongehuwde kellners krijgt van hem 250 gulden zoodra hij trouwt en ©en premie van 125 gulden bij iedere vi site van den ooievaar. De eerste statistiek van deze schenkingen is bereids openbaar gemaakt. Martin heeft reeds 12,625 gulden aan premiën uitbetaald, waarvan 2750 gld. voor 22 geboorten. Hij beweert, dat hij van zijn premiestelsel groot voordeel heeft, omdat een gehuwde kellner veel bekwamer, beleefder en gedul- diger 5s tian een ongehuwde. Als de Koning opstond. Koningen zijn geen? gewone stervelingen. Vooral in den ouden tijd waren zc dat met. Zelfs de meest aüedaagsche kleinig heid ging bij hen met den grootsten omslag gepaard, zoodat al hun doen en laden cere monie werd, voor henzelf wel het lastigst. En voor den leaser van desaen tijd rijst de vraag, of dit alles nu wel kon strekken, om den eerbied voor het koningschap te vechoogen. Ziehier bijv. hoe het tooging, als een Fransoho koning uit zijn bed stapte (vóór do revolutie natuurlijk) Wanneer de Koning ontwaakt was, zijn gebed had gedaan cn het déjeuner was bin nengebracht, werd do deur geopend op den roep van den gar$on de la chambrc: „La garde-robeDan hadden de entrëes fami- lières plaats, die toegang gaven aan de prinsen van den bloede, den grootmeester van de garde-robe, aan de voornaamste of ficieren van de kroon, alsook aan den eersten geneesheer, die den pols moest voe len, en aan den eersten chirurgijn. Eerst daarna (dus in tegenwoordigheid van al die waardighoidsbekleeders 1) kwam de Hoi Soleil of Lodewijk de Welbeminde (zooals Lodewijk XIV in den aanvang zij ner regcering werkelijk nog genoemd werd) uit zijn bed. Een hooggeplaatste trok hem do muiltjes aan, een ander weer zijn kamer japon. Vervolgens ging de Koning in een faute>uil ritten (we lezen tot onze verwon dering nergens, dat iemand hom daarbij hielpdo barbier nam hem zijn slaap muts af, iemand anders weer begon do ko ninklijke baren te kammen, touw ijl een ka merdienaar den spiegel vasthield. Nu riep dc gargon: „La première entrée!" waarna binnenkwamen de kabinots-secretarissen, cle voorlezers, enz. Hierop volgden de gxandes-entrées en dan het grand-lever, trapsgewijze afdalen de, wat betreft den stand der toegel ate- nen. Onderwijl word het toilet steeds voortge zet. Dat het den Frantschen ceremoniemees ters overigens ernst ,was met de étiquette; dat ze hun heilig was, ook nog tóen de storm van do revolutie reeds over het ver molmde koningschap rich verhief, daarvan zijn staaltjes genoeg voorhanden. Toen na den dood van een prins een de putatie uit de notabelen zich kwam aan melden, achtte de nauwgeectt© De Brëz& het noodig, om in dc sterfkamer te gaan ea het bezoek plechtig bij den vorstelijken dood© aan te kondigen 1 En toen het Parijsche grauw, kort na de inneming der Bastille, door hongers nood gekweld, het paleis van. den koning te Versailles bestormde en binnendrong, werd generaal Lafayette, die naar de binnenste vertrekken toog, om het vorstelijk gezin te beschermen, ook in dezen hoogen nood op zijn weg hierheen, nog voorkomen door een hoveling, die hem toevoegde: „Le roi vous accord© les grandes entrees 1'' STOFGOUD. Spreek niet van uw geheimen strijd eer ga overwonnen hebt. H. X» a v a t e r. Zoolang gij geen eigen huisgezin hebt, schep u een werkkring er, vul dien aan met uw beste krachten. D i o k e n a. Goede werken Inrit men in alle eeuwen genoeg gedaan, maar opoffering van eigen wensen, van eigen lust, ie er steeds te wei nig geweest. D-e B u s s y.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 13