Cheviot Broeken.
GER. M. DEE
J. P. VERGOUWEN
Effecten, Wissels, Hypotheken, Assurarstien.
Leislscfo® GlsasHaoigfei.
J. BLEUS, v/h. firma Oerner I Oo., Leiden.
W. WAGEÜANS,
Schoeneii-lagazijn,
Bs^esstpaat Leidesi.
Maatschappij „NutTscia",
LÉIDSCH DAGBLAD, DONDERDAG 13 SEPTEMBER. TWEEDE BLAD.
Rubriek voor de Jeugd.
ÜLEiüE NiLS.
Vervolg Advertentiën.
H. G. WELL'S
Gonkersieeg 8.
fiaaHLs£ra@i 122.
J. G. Kmr.
J. HENRI BERKELJ0N,
Lange Mare 40.
BIJ BE OUDE VEST.
vasi af guSden.
üepareer©3ï.
GOtJOEü MEOAiLLE.
No. 14261.
Anno 1006
GEHOORZAAM.
De geschiedenis vermeldt, dat zekere
koning van Beijeren zijno regceringstaak
moede werd, ni gezien te hebben hoe wei
nig hij, ondanks de bette bedoelingen, van
zijn volk gedaan kon krijgen.
Hij besloot dus van zijn troon afstand
te doen en z'ijne verdere levensdagen door
te brengen in afzondering en ttudie en al
vorens openlijk af te treden begaf hij zich.
tot den aoo van een beroemd klooster, ten
einde hem te verzoeken hem binnen zijn
muren op to willen nemen.
Do Monnik hoorde hem zwijgend aan en
legde vervolgens zijn vorst de kloosterregels
voor, er hem tevens op wijzende hoe streng
zij waren eo hoe onmogelijk liet zelfs voor
den honing zou zijn, om, eenmaal in de
orde opgenomen zijnde, daarvan ook slechte
een haarbreedte af te wijken.
Tot zijne verbazing verklaarde de koning
zich bereid al die voorschriften stipt na
te komen De abt wees er hem thans op,
dat al wie >n het klooster leefde gehouden
wat; zonder aarzelen of vragen de bevelen
van zijn overste op te volgen en de vorst
zeide bereid te zijn zich ook aan dezen
eitch te onderwerpen.
Welnu dan, sprak de abt: voor bet
oogenblik vertoeft Uwe Mejesteit onder
mijn dak eo ben ik als hoofd van het kloos
ter zijn overste. Ziehier mijn bevel; Keer
weder tot uw troon en volbreng uw plicht
op den post, dien God u toegewezen heeft.
De koning onderwierp zich en werd se
dert dien tijd bekend als Hendrik de Wij
ze. Zijne regcering werd eeo der beste uit
de getohièdenis van zijn land; want hij
had het geheim van gebieden doorgrond
door te leeren gehoorzamen.
Hoe weinig kinderen, ja zelfs volwassenen
verstaan de kracht, die er ligt opgesloten in
de kunst van gehoorzamen. Zij weten niet
te buigen, erkennen geen wil boven d>va
hunne, en drijven den spot met de ervaring
van ouderen en meerderen Nooit heeft
men van zooveel opstaan gehoord als in on
zen tijd. Van daar ook, dat er nooit ern
stiger misslagen zijn begaan, dat men over
al lieden ziet, die zieh geheel noodeloes het
het hoofd stooten cn slechts ellende cn ver
warring te weeg brengen. Men schrijve dit
niet aan de opvoedin toe. Ik neb pat in
jen gezin vertoefd, waar drie knapen wa
ren; de beide jongste broertjes waren
voorbeeldig onderworpen aaü hunne ouders
de oudste, een vijftienjarige knaap een en
al rebel. Men zag het reedt aan den spot-
tenden trek om zijn mond, zoodra hem iets
werd bevolen. Nog waagde hij het niet zijn
onwil openlijk uit te spreken; maar men
las op zijn gelaat: Ik doe het niet! En
ofschoon - de ouders streng waren en hij
wist, dat hem een zware kastijding wacii-
ten zou, ongehoorzaam was en bleef hij,
zoowel in het groote als in het kleine. Zeibf
wanneer hij met zijn moeder uit moest
gaan, was hij nergens te vinden. Eens ver
nam men, dat hij een uur achtereen in
eengedoken had gelegen in een groot bad-
Een andere maal bleek het, dat hij op liet
dak had zitten rooken. Men wa-j wel
gedwongen te vertrekken zonder hem. Ik
kon niet nalaten hem naar de reden van
zijn gedrag te vragen. Hij aarzelde een
oogenblik. zag mij toen uitdagend aan en
antwoordde
Ik verkies niemand boven mij te heb
ben; mijn ouders zijn ook kinderen ge
weest.
Heel bist, zeide ik; je bent .lus van
lilan je eigen schoenen te poetsen; je eten
te koken; je straat te schrobben?
Natuurlijk niet. Daar zijn de dienst
boden goed voor.
Vriendlief, wie geen mensoh boven
zich wil hebben, moet ook consequent zijn
en mag niet-over anderen bevolen. Gee.a
meester boven zich, goed. Maar dao ook
geen bedienden; g-en ondergeschikten on
der zich. Zorg dan slechts ineens "in je
loopbaan chef te worden, en al wie on
der. jo LecA.i te staan hun zin te laten
doen. Trouw jo oo" laat dan jo kinderen
vrij al hun nukken op te volgen. Zoo al
leen blijf je jezelvcn getrouw. Je begrijpt
toch wel, dat je geen alleenbeheerscher
kunt wezen."
Hij zag er een weinig uit het veld gesla
gen uit; maar ik vlei mij niet hem te
hebben genezeo. Het leven zal zich daar
mede bela&ten en dat op onbarmhartige
manier.
Onbemiddeld als hij is, zal hij, die ook
op fechool weigert te leeren, geen enkelen
goeden post kunnen bemachtigen. Ontsla
gen door zijn chefs, zoodra hij ergens ge
plaatst is; slechts' slechte vrienden vinden
en ten slotte gekc.I ten gronde gaan in
zijn opstand tegen alle gezag.
O, leert vóór allo dingen gehoorzamen.
Dat is de allereerste schrede tot voorspoed
en g-'uk.
Bij mijn eerste bezoek aan de weduwe
Nilson, werd ik getroffen door een paar
kinderoogen, die mij onafgebroken gade
sloegen. Ik kon niets anders zien van den
knaap, want hij zat overeind in bed en een
met een kleed overdekte tafel verborg zijn
verder gelaat voor mij. Maar die heldere,
donkerblauwe, weetgierige oogon waren
voldoende om mij belang in te boezemen.
Toen ik vertrekken zou, vroeg ik dan
ook:
Is dat uw kind, moeder Nilson?
Ja, gaf de weduwe ten antwoord, hij
is verkouden, zoodat ik hem wat vroeger
dan gewoonlijk naar bed liet gaan.
Ik liep op het ledikant toe, streelde even
zijn lichtkleurige lokken, blikte in de
droomerige oogen en vertrók. Dat. was
mijn eerste ontmoeting met Nile Nilson.
Een week later zocht ik de weduwe an
dermaal op. Nils was thans niet thuis, zoo
dat zijn moeder ronduit over hem spreken
kon. Hij was haar grootste schat, zeide zij
mij en vertelde mij zijn geschiedenis, die ik
hier laat volgen:
Het was op een helderen winterdag. De
zon bestraalde de dikke sneeuwlaag, zoo
dat deze als bestrooid scheen m.t duizen
den diamanten. De kleine Nils spoedde
zich over de straat, beladen met een korf,
hij moest zijn vader, die aan den spoorweg
arbeidde, diens koffie en ontbijt gaan
brengen.
Nilson zelf was geen slecht mensoh en een
goed werkman, maar heel streng en hij
verbeeldde zich altijd dab zijn vrouw hun
zoontje te zacht opbracht. De waarheid was
dat Nils zich door. een vriendelijke verma
ning liet leiden en nooit straf of harde
woorden noo-dig had.
Toen de kleine jongen het station bereik
te, zag hij zijn vader daar niet, maar- hoor
de van een anderen beambte, dat Nilson ver
der op bezig was steenkolen op te laden.
De knaap snelde aanstonds naar de hem
aangeduide plek, die echter verder af was
gelogen, dan hij aanvankelijk dacht. Het
werd dan ook een kwartier later dan ge
woonlijk, voordat de man zijn koffie ont
ving en hij was onrechtvaardig genoeg dit
aan zijn zoon te wijten.
Je deugt tot niets, bromde hij, dat
komt er van, als men zulk een moeders
kindje verkiest te blijven. Ik weet waarlijk
niet wat cr nog van jo worden moet. Maar
ik zal een stokje steken voor al dat beder
ven in mijn afwezigheid. Geen dag langer
laat ik je schoolgaan. Morgen al zul je mij
hierheen vergezellen en mij helpen bij mijn
werk. Wie weet of ik in het eind dan toch
nog geen man van je maak. Ik wil het
ten minste beproeven.
Hij at zijn ontbijt, terwijl do knaap zwij
gend en onderworpen stond' toe te kijken,
maar juist toen hij daarmede gereed was
gekomen en Nils zich weder met zijn
mandje verwijderen zou, kwam de vader
op den inval hein nu reeds bij zich te hou
den, ofschoon er volstrekt geen werk voor
een jongen van zijn leeftijd te verrichten
viel. De waggon met kolen was volgeladen
en Nilson en een paar andere mannen zou
den hem thans voortduwen en op een ander
spoor brengen.
Help een handje mee, jongengebood
de vader.
Kom, Nilson, laat hem gaanzeide
een der andere arbeiders, dat is immers
geen taak voor een kindl
Doe wat ik jo zeg I klonk het nog
strenger.
De kleine jongen plaatste zijn korf ter
zijde, ging naast zijn vader staan, zette den
schouder tegen den wagen aan en duwde
mede uit al zijn macht. Maar de waggon
bewoog zich niet.
Er volgde een vloek en daarop het bevel
nog fermer te duwen. De knaap deed zijn
best tot zijn gansch lichaampje van de in
spanning trilde. Daar gleed opeens het
voertuig vooruit en die beweging kwam zoo
onverwacht, dat Nils struikelde, opeens de
steun voor zijn schouder miste en neerzonk
op de ijzeren rails.
Hij was zwaar gekwetst. Door zijn ge-
schourden kiel kon món een gapende wond
zien, het bloed stroomde er uit. De vader
was ten prooi aan de diepste ontroering,
maar wist zich toch te beheerschen, want
hij zag zeer goed, dat zijn kameraden hem
verwijtend aanblikten en hij vroeg zich ook
af wat hij toch wel aan zijn vrouw zeggen
zou.
Het was alsof Nils, die bij volle bewust
zijn was gebleven en wiens gezichtje van
pijn verwrongen was, zijn gedachten raadde,
want hij fluisterde hem toe
Wees niet bedroefd, vader. Het was
uw schuld niet
Deze liofderijke woorden troffen den ar
men man dieper dan het hardste verwijt
had kunnen doen. Zijn hoogmoed werd
daardoor gebroken. Groote tranen rolden
hem over het gelaat' en hij wrong in ver
twijfeling de handen, niet wetende wat to
doen .Nooit te voren had hij zijn kind niet
teerheid willen behandelen en nu stond
hij daar machteloos en onhandig, vroezende
hem slechts nog meer pijn te doen, indien
hij hem opnam, terwijl er toch volstrekt
gehandeld moest worden.
Daar klonk het op gebroken toon
Vader, moeder!
En de knaap sloot de oogen. Het bloed
verlies had' hem het bewustzijn ontnomen.
Nu sprong Nilson met een luiden kreet
op hem toe, greep hem in zijn armen on
bracht hem naar huis. Na het kind op zijn
bed te hebben uitgestrekt, keerde hij zich
snikkend naar de doodelijk ontstelde moe
deren riep haar toe:
Je hodt gelijk den jongen zacht te be
handelen. Ziehier wat mijn hardheid' heeft
gedaan. Tracht hem bij te brengen. Ik ga
den dokter halen 1
Nils bleef geruimen tijd bedlegerig, maar
zijn lijden was niet te Vergeefsch. Hij toon
de zioh zoo voorbeeldig geduldig en verde
digde zijn vader zoozeer tegen diens zelf
verwijt, dat Nilsons streng gemoed er geheel
week en zacht onder werd en er voortaan
dc grootste eendracht in de kleine woning
begon te heerschen, want het was den stijf-
hoofdigen man niet mogelijk langer blind
te blijven voor het feit, dat het onrechtvaar
dig zou zijn gewecat zulk een kind met
liaa\lkeid te behandelen.
Maar niet lang nadat Nils weder van zijn
verwonding hersteld was, trof het kleino
gezin een groote ramp. De vader stierf aan
een longontsteking en nu was het de knaap,
die zelf verzocht van zijn dierbare schooi
afgenomen te worden, om te helpen het
brood voor zijn moeder te verdienen, wat bij
deed door als liftjongen in een hotel
dienst te doen en zijn meesters waren zóó
voldaan over hem, dat zij alles aanwendden
om zijn zwakke gezondheid nieuwe krach
ten te bezorgen
Want hij zal een steun worden voor
ons buis, had de eigenaar gezegd, zooals
hij nu reeds een voorbeeld voor al de vol
wassen bedienden is.
ONBEVREESD.
Een Schotsche knaap was aan het reus
achtige Eustion-station te Londen aange
komen als de blijmoedigste en toch ook
weer de eenzaamste passagier van heel den
grooten sneltrein uit het Noorden. Hij was
nauwelijks veertien jaar oud, kende geen
levende ziel in de Engelsche wereldstad
en droeg slechts een enkel goudstuk van
twaalf gulden op zak.
„Wel, Sandy!" zeide een medepassagier,
die met hemfkennis gemaakt had onder do
reis van Glasgow daarheen, „zou je niet
wenschen, dat je weer veilig en wel bij je
moeder in Schotland zat?"
„Neen," antwoordde de knaap: „bij
mijn vertrek van huis beloofde ik haar on
bevreesd en eerlijk te zullen wezen. Ik heb
voortaan zoowel haar brood te verdienen
als hot mijne en hoe eer ik daarmede be
gin, hoe beter."
„Wel, jongske, dat kun je alzoo uitvoe
ren?" vroeg een vriendelijke stem achter
hem.
,,Ik kan trouw en gedienstig zijn voor
ieder, die mij iets to doen wil geven," luid
de het zonder aanzelen. Het was een wel
bekend rechtsgeleerde, die zijn eerste ant
woord had opgevangen. Sandy's flinke,
moedige toon had reeds hem bevallen, en de
dappere, open blik, dien de knaap hem toe
wierp, won hem geheel en al voor hem.
„Vertel mij je geschiedenis eens," sprak
hij, hem welwillend op den schouder klop
pend. Dit was spoedig gebeurd.
Sandy's moeder was als weduwe
achtergebleven met zeer weinig geld cn
een kind om op te voeden. 3ij had zoo
lang het haar slechts mogelijk was voor
hem gewerkt; maar toen eindelijk haar ge
zondheid haar geheel en al begaf, had zij
zijn plaatsbiljet naar Londen gekocht en
hem het weinigjo geld gegeven, dat zij nog
missen kon.
„Ga trachten je fortuin te maken in de
wereldstad," had zij gezegd: „men vindt
daarginds nog de middelen daartoe; wees
altijd onbevreesd en eertijd en vergeet je
moeder niet, die niet langer voor je arbei
den kan."
Zoodra hij dit verhaal had aangehoord,
nam de rechtsgeleerde Sandy bij zich in
dienst als kantoorjongen,
,,Ik wil je een kans geven," zeide hij;
„te toonsn wat er in je steekt. Schrijf nog
heden aan je moeder, dat je een vriend ge
vonden hebt, die jo ter zijde zal staan,
zoolang je dapper en eerlijk blijft."
Sandy werd van den aanvang af ieders
lieveling op heb kantoor. Wanneer do kler
ken des morgens aankwamen, vonden zij
hem reeds op zijn post en bleven gaarne
een praatje met hem maken. Hij bezocht
ook een kostelooze avondschool en [wertl
niet alleen een uitstekend boekhouder,
maar ook heel vaardig met de pen. Al
spoedig dan ook word hij bevorderd en
hij klom nu geleidelijk op tot hij de meest
vertrouwde klerk van zijn chef werd.
Hij had steeds wat hij verdiende met
zijn moeder gedeeld; maar nu begaf hij
zich naar Schotland om haar af te halen
en voortaan zijn woning met haar te doe
len. In zijn vrije uren studeerde hij in do
rechten en nadat hij gepromoveerd was
en. zelf als advocaat begon te pleiten, boe
zemden zijn moed en oprechtheid vertrou
wen in, geloofden de rechters zijn woord.
En op die wijze werd hij een van Londens
eerste rechtsgeleerd' i, een man van rijk
dom en aanzien.
Zijn moeder had hom de deugden geleerd,
welke tot welslagen voeren. Meer nog dan
aan eigen inspanning, had hij zijn schitte
rende loopbaan aan haar te danken.
Lieve lezers, laat ook uw devies hetzelf
de zijnhet zal u nooit berouwen.
De bestolen kond.
O, Anna, is de da$r heusch gekomen?
riep Meta uit, overeind gaan zittende in
bed, toen de kindermeid met het badwa
ter binnentrad en Ellio slaperig do oogen
opende.
Heusch, herhaalde de kindermeid
lachend. Je doet dus beter wat voort te
maken, alt' je niet te laat wilt z*ijn voor
den trein.
Maar deze vermaning was overbodig.
De groote moeite bestond veeleer daarin,
dat Anna do kinderen niet stil kon laten
staan, om behoorlijk hun haar te borste
len. En wat zij al niet te praten hadden I
Do kindermeid verwonderde er zieh tleohta
over dat hun tongetjes niet verlamd waren
voor het ontbijt.
Maar zij hadden dan ook heel veel te
becyrokep, immers gingen zij vandaag,
voor het eerst in hun leven, met hun moe
der logoeren op een echte boerderij, geheel
en al bui'.en, op mijlen aft tan ds va a elk
spoorwegstation.
Zoolang dj zich konden herinneren, had
den zij in de stad geleefd en zich op va-
cantiedagen moeten tevreden stellen met
het bczoc n va-, de parken, want vader
was fcleehts commies bij de posterijen en,
wanneer alle noodzakelijke uitgayen waren
Tx&fcredèn, bleef er heol weinig over voor
pretjes.
Maar kort geleden was er een tante ge
storven, die moeder een aardig sommetje
had vermaakt. Dus waren de tijden van
zorgen voorbij en zouden de kinderen eens
voor het eerst een echte vacantia hobbon.
Geen wonder, dat z-ij opgewonden waren.
Onderweg, bleek dat zoozeer, dat do jou-
ge moeder er bijna het hoofd ouder ver
loor.
Eenmaal aangekor. on zijnde, liepen -Lij
voortdurend naar rechts en links om al do
wonderen en geheimen der hoeve te lee
ren kennen. Al do dieren vooral stalen hun
hart, maar hun lievelingen waren toch de
kuikentjes en de kippen, die in ccn over
dekt hok liepen en nooit werden zij rnoedo
hun allerlei lekkere brokjes te brengen, als
het middagmaal was afgeloopen.
Wat hun echter wanhopig mankte, was het
feit-, dat kippen cn kuikens altijd even hou-,
gcrig schenen,
Ik geloof zeker, dat zij niet genoeg
te eten krijgen, zeide Ellic, toon zij tweo
dagen buiten hadden doorgebracht.
Ongelukkigerwijze toonde vrouw Jacobs,
do boerin, bitter weinig medegevoel. Zii
verklaarde, dat, indien zij den kippen
zooveel gaf, als zij op konden, haar dood
arm wouden eten.
Dien avonJ, na de thee, rrngen zij nog
eens uit, om een Inatsten blik aan hun lie
velingen te sohenken, alvorens naar bed te
gaan.
Anna had hun een aardiger weg naar
het kippenhok gewezen dan over do bin
nenplaats, dus kozen zij dien.
Den tuin door cn dan langt' do
schuur, had zij gezegd.
Tot lmn verbazing zagen zij onder een
afdak, tegen do schuur aan, een bord
staan met stukjes vleesch, brood on aard
appelen.
Kijk eens, riep Meta, dat moet hier
neergezet zijn voor do vogels. Maar dio
kunnen oiet half zoo hongerig zijn alt do
kippien, want zij bobben de wormen cn van
allerlei voor het pikken. Wij moesten dit
eten maar aan do kippen brengen.
O ja-, dat moeten wij doen.
Ellio was verrukt over dien inval cn
do kippen kregen ccn heerlijk avond
maaltje.
Hetzelfde souper werd haar ook do tweo
volgende avonden bezorgd, want Meta en
Ellie vonden dag op dag het bord weer
gevuld staan, maal;ten er zioh van meester
en dc kippen smulden naai- hartelust.
Don derden avond zouden zij juist gaan
eten, alvorens' naar bed t© gaan cn was
do kindermeid bezig do lamp op te stoken,
toen vrouw Jacobs binnentrad.
Heb jo Roovcrs avondeiy-n voor hem
klaar gezet, Anna? vroeg zij.
Ja, zeker, luide het antwoord.
Dan begrijp ik waarlijk niet waarom
bij bij liet melkhuis komt huilen, hij heeft
dat al tweo avonden ge-daan. Geef hem
maar wat melk, Anna, want ik kan het
niet uitstaan dat heb dier zoo te keer gaat.
De kinderen gingen mee om Roovor een
kommetje melk to geven.
Hij verzwolg d« n inhoud letterlijk on
scheen zoo uitgehongerd, dat Ella vroeg
wat hij gewoonlijk kreeg.
Wel, zoo wat van alles wat er van
tafel overschiet, zeide Anna, Een beetje
vleesoh, brood, aardappelen door elkaar,
wat ik maar kan vinden. Jo weet, ik zorg
thuis- ook altij l goed voor hem.
Waar zet je dat neer? vroegen beiden
tegelijk, op een vrecsclijk vermoeden ko
mend.
Onder het afd .k bij do schuur, ant
woordde Anna, jelui moet het daar wel
hebben zien staan.
O Anna riepen zij uit, wij gaven dab
aan de kippen 1 Wij dachten, dat hot voor
Een zeer goedkoope druk van
Fautastiscli-
Momaiitisclie
W erken
(de «enige geantoriseerde
aitgaaf in Hollandsche ver-
taSïng;) is verschenen b(| den
Uitgever G, SCISREFDERS,
te Amsterdam. Vraagt liet Prospectns
0549 12
9
Kassier en Commissionnair in Hlöecten,
Pieterskerkstraat 4,
voor Architecten, Aannemers,
Opzichters, Houtvesters,
Houthandelaren, Steenhou
wers, Scheepsbouwmeesters,
Meubelmakers, Metselaars,
enz.
KIElShER's beer tabel
len, voor Rond en Be2aagd hout,
Steenhouw- en Metselwerken, bewerkt
door J. JJ. A. OUTMANS, 200 pag.'s,
ln heel linnen band. Prijs fa. -
voor slechts 75 Centen.
Mot behulp van dit handboek voor
komt men groote en lastige bereke
ningen, die zoo dikwijls in het Bouw
vak voorkomen.
Spoedig is de prijs weder
fa. Tijdelijk voor slechts
ƒ0.75. Te btkomon byD.ROlLiLF,
Bazaar van Goedkoopo Boeken te
Rolteidam. Franco na ontvangst
Postwissel, waarop melden:
Kubeertabelleu,
IN
971 30
7101 20
Spiegel- en Vensterglas, Deurplaten, Reclame
platen van groen en swart marmerglas.
Kantoor en Magazijn: Pelikaanstraat 27, Koordeinde 43 en
Galgewater 16. Intercomm. Telefoonn. 646.
Aanbevelend: 5256 26
L.24T Sluitingstijd 7 uren.
Lèeraar voor Piano.
9428 5
Nd. 13. JANVQSSEHSTEEG No. 13,
Ruime Keuze.
Solide Kwaliteiten.
Lage Prijzen.
Orders voor zichtzendingen,
reparaiiön, enz., worden vlug
uitgevoerd.
Briefporto's worden vergoed.
Let s.v.p. op naam en
huisnummer. 9770 20
HARTESTEEG 2.
Per Liter.
Anisette f 0.45
Frambozen n 0.45
Nieuw Rood 3 0.70
Jenever 0.70
Brandewijn 0.72
Punch B 0.80
Boerenjong.,, 0.90
Cognac 0.90
Por Flesch.
Bessenwijn f 0.35
Grenadine 0.50
Roodo Wyu 0 0 50
Madera 0.50
Roode Port a 0.56
Witte 9 0.60
Samos g 0.60
Advocaat 0.80
0714 10
9762 40
De
te ZOETERMEER,
behaalde op de Hygiënisch-ifóeciische Ventoonsteiiing
te Weenen voor haar suikervrije SVSeilr, sy.-teem
Dr. JAG. BOUMA, de
Deze Melk is te Leiden uitsluitend verkrijgbaar in
Filiaal „Nutrïcia", Korenbrugsteeg 3 en wordt,
zonder prijsverhooging, door onzen gewonen bestelwagen
thuis bezorgd. 9321 40