is een waar paradijs, bewoond door jonge,
eo ondernemende meisjes, dm» voor deze ge
legenheid in het wit zijn gekleed. „A vous
nos ooeurs", luidt het opschrift van een
der banieren, die den vreemdeling aan het
station begroeten; dus: ,,Aan u onze har
ten." Jonge, maar ook oudere heeren wor
den bij bun aankomst ontvangen met een
hartelijkheid, die niets te wenschen over
laat, Men voert hen met mnziek naar het
Raadhuis, waar de gasten hun namen in een
,,gouden boek" schrijven, en een koor zingt
gelegenheidsliederen. Op den weg van het>-
Raadhuis naar de kerk^ die in het hart van
do jonge schoonen een zoete hoop wekt, wat
trouwens geen harer trachtte t> verbergen,
drukte mijn begeleidster, de dochter van
een industrieel, mij een uitnoodigingskaart
in de hand, die mij inlichtte omtrent net
programma van den dag. Wij werden ge
nood igd tot een „Huwelijksontbijt, aan de
ongehuwde heeren van de geheele wereld
aangeboden door jonge dames." Ongeveer
5000 personen waren om drie uren bijeen
gekomen aan den voet van het slot Aren-
berg, waar de gasten officieel werden be
groet door mej. Marie Gheude, een zeer
aardige, twintigjarige blondine. Van een
met bloemen gesierd balkon voor het Ca
fé des célibataires", haar ouderlijk huis,
las zij met goed hoorbare 6tem een zeer
oorspronkelijke feestrede.
Zij begon natuurlijk met een verontschul
diging, dat zij dit ambt had aangenomen,
aangezien zij geen Demosthenes was. Zij
had, verklaarde zij eerlijk, geen stemmen
geworven en zij maakte geen aanspraak op
de eer een ideale presidente te zijn. Zij
verzocht daarom haar hoorders om een
weinig toegeeflijkheid. En dan ging zij
voort: „Wij willen ons geen macht aanma
tigen, die tot de overwinning van het zoo
genaamde feminisme zou kunnen leiden. Wij
willen niet de gelijkheid der geslachten in
dien zin, dat men niet meer zou weten,
welke partij eigenlijk de andere het hof be
hoort te maken. Het monopolio der galan
terie, dat den heeren zoo goed afgaat, wil
len wij hun niet betwisten. Ze zijn bestemd
om het andere geslach; beminnelijke dingen
te zeggen. Het is ons zeer aangenaam daar
naar te luisteren en wij denken er niet aan
de rollen om te keeren... Wij achten ons
zeer gelukkig, dat zoovelo knappe mannen
hier zijn en gevoelen onzen plicht van dank
baarheid aan de journalisten, die ons heb
ben willen ondersteunen... Hier zijn geen
Vlamingen en geen Walen, naar hier
heerscht de magnetische strooming, die alle
onderscheid van ras en afstamming doet
verdwijnen. Wdj maken geen aanspraak op
titels en vermogenwant wij weten, dat
rijkdom niet gelukkig maakt. Wanneer gij
echter de goedheid zoudt willjcm hebben
ons ten overstaan van den bevoegden oe-
ambte üw jeugd en uw liefde te schenken,
dan willen wij gaarne voor Eros nederknie-
len en uitroepenDank en heilonze .wen
schen zijn vervuld I Inderdaad doen wij ons
best om de haven van het huwelijk te be
reiken. Wij hopen op een huwelijk. Wat is
'er heerlijker voor een jong meisje dan zich
mevrouw te hoonen noemen, of de beide
woorden te herhalen, die een bezit te ken
nen geven: „Mijn man?"
Deze met heilig vuur uitgesproken rede
werd natuurlijk levendig toegejuicht en de
geestdrift nam toe, toen een der heeren
naar boven klom en de geachte spreekster
warm omhelsde. In opgewekte stemming
ging men daarop eett dansje doen om ver,
volgens deel te nemen aan het „gouter
'matrimoniahet huwelijksontbijt. Er wa
ren twaalf buitengewoon lange tafels gedekt
en niet minder dan 8000 broodjes (mastel
les) werden door de verleidelijke dienende
geesten aan de gasten voorgezet, terwijl
'anderen zich verdienstelijk maakten door
koffie te presenteeren. Op de koppen las
men de woorden in gulden letters: hoop,
'gezondheid, liefde, trouw en wederzien.
De niet minder dan 556 koffiehuizen van
het pr-.tsje prijkten alle met symbolische
voorstellingen, betrekking hebbende op het
feest van den dag: Amors, doorschoten har
ten en wat er meer bij behoort.
De zaak, die geheel eenig is in de ge-
echiedenis van het huwelijk, had een ta
melijk eenvoudigen oorsprong, als trouwens
meer groote zaken. Een boekdrukker, Mar
cel Tricot, had do voor de toekomst van
de plaats ongunstige waarneming gedaan,
dat het aantal huwelijken jaar op jaar
verminderde en besloten te doen wat in zijn
macht was om dien toestand to verbeteren.
Hij had b dit edele streven de inedower-
king ondervonden van do dames, en get-
mengde partijen aangelegd, zoo iets als
kransjes, die aan jongelieden gelegenheid
gaven om elkander te leeren kennen. Er
waren er, die aanvankelijk den spot dreven
met den braven man en zijn goede bedoe
lingen, maar de spotters zwegen, toen
bleek, dat inderdaad het cijfer der huwelij
ken snel begon te stijgen, en thans staat de
Gemeenteraad een som toe voor hét jaar
lij ksche feest, dat voor het overige ook door
den zeer verdraagzamen geestelijke wordt
begunstigd. Daar het Waalsche volk houdt
van een aardigheid en dol is op een welge
slaagd feest en het stadje profiteert van
het vreemdelingenverkeer, wordt Tricot
thans beschouwd als een weldoener van zijn
medeburgers en mis~c!rien zal men hem later
nog met een standbeeld eeiren. Men kan nies
genoeg de vrijmoedigheid bewonderen,
waarmede de Waalsche jonge dames den
bezoeker verklaren, dat zij' hun liefdesmaal
hebben gesticht om aan do ongctrouwrde
heeren van de geheele wereld de gelegen
heid te geven een keuze te doen. Zij bren
gen aldus vraag en aanbod tot elkander.
Het goed© denkbeeld verdient te meer
den lef der stedelingen, omdat het plaatsje
op zichzelf niet vele genoegens aanbiedt.
Thans vormen de mooie meisj'es van Ecaus
sines een groote aantrekkelijkhid. Dit jaar
zijn niet minder dan 600 schriftelijke aan
vragen, om het feest te mogen bijwonen,
uit België gekomen, en niet minder dan 250
uit Frankrijk, Duitschlankl, Engeland, ja
zelfs uit de Vereenigdo Staten. Deze aan
vragen beteekenen meer dan bo'okdeelen vol.
minnebrieven. Een jonkman uit Maubert-
Fontaine, Frankrijk, geeft te kennen, dat
hij gaarne in het huwelijk treden zou, en
voegt er bij, dat hij liefst een Belgische
vrouw zou hebben. Wees zoo goed, schrijft
hij, mij te melden of ik in uw gemeente nc'g
„moa affaire" vinden kan. Ik ben slager
en de zoon van een kapitein bij de doua
ne. Een andere Franschman schrijft: Daar
ik als veelian/delaar dikwijls in België kom,
zou ik gaarne bij u naar een vrouw om
zien wees zc'o goed mij een uitnoodiging
te zenden voor uw feest.
Een 42-jarige Franschman schrijft uit
'Aubrivcs, welke do voorwaarden zijn om
toegelaten te worden. Moet men in rok,
met hoogen hoed en witte handschoenen
verschijnen? Moet men zijn geboorte-akte
vertoonen? Of zijn fotografie overzenden?
De secretaris van eeD voreeniging te Braino
l'AUeud vraagt toegang voor zich en zijn
vrienden en zoo is er een geheele corres
pondentie.
Wat mij betreft, zegt de Duitsche schrij
ver, mij is deze vrijstersmarkt veel beter
bevallen dan tal van tentoonstellingen,
nationale en internationale. Het is een ten
slotte zger deugdzaam feest, want de jonge
dames van Ecaussines meenen het ernstig
en er is veel te zeggen voor haar streven,
nog daargelaten de wezenlijk buitengewone
gastvrijheid der burgers van Ecaussines.
AFHORISMEN.
George Brandes heeft het licht doen zien
een verzameling aphorismen, waarvan een
Hongaarsch musicus, Otton Weis6, de va
der wordt genoemd, hoewel sommigen het
vermoeden uitspreken, dat Weiss ook wel
eens Brandes heet.'
Maar hoe dat zij, de verzameling is ver
makelijk en leerzaam. Zij laat den lezer
glimlachend peinzen. Hier volgen er eenige:
Alle liefdesbrieven liegen; hetzij op het
oogenblik, waarop ze geschreven worden,
of v,.el later, als men ze herleest.
Menig man beeft zelfmoord gepleegd,
omdat hij er aan wanhoopte een vrouw te
bezitten, die hij een jaar latei; zou Eebbenf
bedrogen.
Een der ernstigste paedagogischo vraag
stukken is de kinderen zóó op te voeden,
dat ze niet op hun ouders gelijken.
Als ge u wilt oefenen in do kunst van
polemiek, trouw dan l
Wie zou het aangename van het huwelijk
durven ontkennen? Hoogstens een getrouwd
man.
Het manlijke idesal is inde oog en vaq
veel vrouwen een leeuw met iamsgeduïd.
Men zegt, dat wij onze vijanden moeten
liefhebben. Heel goedMaar als wij er
ons mee begonnen onze vrienden lief ta
hebben
Op het oogenblik van den dood liegt
men niet meer. Men h^ft geen belang
meer het te doen.
De wet beschermt gelijkelijk 'de eer van
ben, die er geen hebben.
De vrouw zal u nooit vergeven, 'dat gij
aan haar uiterlijk de voorkeur geeft boven
haar geest. Maar ze zal u evenmin verge
ven, dat ge aan haar geest de voorkeur
C Ht boven haar uiterlijk.
De achterlijken verwonderen er zich al
tijd over, dat de beste plaatsen reeds be
zet zijn.
De tijd, de plaats en de omstandigheden
beslissen de ernstige kwestie, of een voor
deel een fout, dan wel of een fout een
voordeel is.
Do mensch behoede zich er voor droef
geestig te worden; anders zal de wereld
hem toeschijnen zooals ze is.
Tal van menschen zijn er verontwaardigd
over, dat ze hun tnedemenschen niet kun
nen overtuigen van dingen, die ze telt
niet gelooven.
Veel kunstwerken zouden gemakkelijk te
begrijpen zijn, als mon or zich voor Be
hoedde, ze te willen uitleggen.
De gierigaard heeft veel geld uoodig om
zich met een werkelijk genot te berooven
van het genot van het leven.
Ik ken vrouwen, die zich niet aan go-
vaar blootstellen, dan wanneer zij zeker
iwcten, dat zij er onder zullon bezwijken.
Ongelooflijk: er zijn menschen, die trou
wen om uit te rusten.
Tegenwoordig is het gemakkelijker voor
het oprichten van een monument om een
geschikt onderwerp dan om een beschikbare
plaats te vinden.
Sngelsche Hertoginnen.
In geen land spelen de hertoginnen zulk
een groote rol in he£ maatschappelijk leven
als in Engeland, ofschoon zij daar niet
grooterin aantal zjjn dan elders-
De Engclsche „peerage" telt 33 hertogen;
daarvan behooren er vier, Ccrnwall, Con-
naught, Albany en Cumberland, tot hefc
koningsbuis.
Van de 29 anderen zijn 4 weduwnaar en
2 vrijgezel; niet minder dan 21 zijn ge
trouwd en staan dus even zooveel benijden
en bewierookten hertoginnen ter zijde.
De Engelscho hertogen zijn zonder uit
zondering rijke grondbezitters; zij wonen
in prachtige kasteolen en houden er een
maoht kunstschatten en antiek huisraad
op na, voor welks bezit verzamelgrage
Amerikaan sc he millionnairs bereid zouden
zijn fortuinen te offeren.
Drie der Benijdenswaardige chatelaines
zijn Amerikaanschen, de hertoginnen Man
chester, Marlborough en Boxburghe, en één
enkele is van Duitschen oorsprCng, de her
togin van Devonshire, die tot vóór zestien
jaar hertogin van Manchester was en daar
om den bijnaam „de dubbele hertogin"1
draagt.
Van de Amerikaansche hertoginnen is
die van Boxburghe, miss May Goelet, de
meest nieuwbakkene.
De hertogin van Marlborough, Consuclo
Vanderbilt, verblijft vaak in Weenen, waar
zij voor een oorziekte behandeld wordt. Zij
is een bekoorlijk persoontje cn weet zich
in haar positie tot volle tevredenheid van
haar echtgenoot to gedragen.
Twee hertoginnetjes Fiso en Argyll
zijn van koninklijk bloed; do hertogin van