Ia een slachthuis te ChiGago. ken overgespaard hadEn als hij nu naar zijn tneisjc moet gaan en zeggen: „Kind lief, van ons trouwen komt niets; ik ben straatarm; ik ben lichtzinnig geweest; ik heb mijn leven verdobbeld, en het jouwe ook!" Wat dan? Dan latnentecren, huilen, handenwringen, nietwaar? Ja, Filip, en dat heb jij dan op je geweten Toen hij dit van mij hoordo, wilde hij zich met gowold losrukken cn over dé leu ning springen. Ik trok hom terug, zoodat hij ruggelings op do brug viel. Daar bleef hij liggen ©n begon t© snikken- „Arino kerel, arme kcrolkreunde hij. „Dus jij ook! Ook jou heb ik ongelukkig gemaakt „Had ik ongelukkig kunnen maken, zeg dab liever. Maar ik heb je raad niet op gevolgd, hoort Mijn beetje geld ligt nog in do spaarbank en is weer met honderd gulden vermeerderd. En jij, komaan, voor uit nu maar Met moeite heb ik 1 naar mijn kamer gebracht. Daar dronken wij bier en rook ten sigaretten. En ik zeide tegen hefn: „Vindt jo biet, dat wij hier op liet droge eigenlijk veel aangenamer zitten?" )rJay ia-"* antwoordde hij, „maar wat moet ik nu beginnen? Want alles is naar do maan, mijn geld en mijn landgoed. En deze papieren zijn «alleen nog voor don kaaskooper iets waard." „Wel, hebben zij niet een blanco rug? De meesten ja, zie ik. Kijk,, dat is dan toeh nog goed w. j papier. Je hdbt immers indortijd aan schrijverij gedaan, als Ik mij good herinner?'' „Laat dio malligheid rusten. Ik was voor de uitgevers altoos to idealistisch. „Jawel, zoolang jo niet aan het specu- leoren was geraakt! Hoor eens, Filip, idea- listisoh zijn do hecren altoos, maar zoolang zij geen ondervinding en geen geld hebben 'Weet je wat? Schrijf een roman: Ho© ik arm werd. Misschien wordt' je daarmee weer rijk. Stol jo ervaringen te boek, jo ganscho domheid. Ook mijn liefdesgeschie denis schenk"Ur" jo "drfurbij. Jo kunt den bruidegom op do Beurs laten spelen en het bruidspaar ongelukkig maken, als je daar pledzior in hebt. Alleen moeten zij later weer gelukkig worden en elkaar krijgen, natuurlijk. Iif den roman kan jo voor mijn part ook in Jjet water springen, als dat bepaald onvormijdolijk is. Ik red jó dan mot den grootston heldenmoed, en na mijn huwelijk kan jo mij de medaille tot redding van drenkelingen op mijn jns laten naaien. Dat zal een kolossaal effect maken, on daarop alleen kan do uitgever gerust oen duizend exemplaren meor laten drukken." „Ben jo nu klaar met jo spot, jo wree- den spot?" riep hij kwaad. „Die pennelik- kerij laat ik over «aan diegenen, dio tot niets anders to gebruik ~n zijn, versta je? Ik wil mijn brood eerlijk verdienen, met werken I" Hoc groot stond hij daar! En Ik, hoe klein I Maar ik was toch blij, dat ik hem zoo ver gebracht had. Den volgenden dag. bij do bruiloft, was hij tamelijk vergeüoégd En nu, na zeven en twintig jaren? Of Filip nu wat meer of minder gold heeft, dat kan hem niet schelm. Hij zegt maar: „Als do boel toen lot gesprongen Was, dan zou ik eer geldpatser zijn geworden." Nu is hij een werkzaam' mensch. s En dat ia dus de moraal van de ge schiedenis? Och, niemand behoeft het hem na te doen. Wie liever een luie geldpatser ig en hij het eerste het beste ongeluk naar do brug loopt, die ga zijn gang. Niet-stakers en stakers in de Vereenigde Staten. Zekere minder correcte praktijken, welke in de Vereenigde Staten in sommige krin gen der arbeiderswei eld bepaald burger- Tccht schijnen te bobben verkregen, hebben er toe geleid, dat een nieuw woord voor een nieuw begrip is in omloop gebracht, nl. het wt'ord „slugging". Men verstaat da.vonder het aan den lijve mölésteexen van niet-stakers door leden van wèl-staken- de vakorganisaties. „Slug" beteekent: zwaar stuk ijzer. De woordafleiding is dus op zichzelf reeds welsprekend. Over de gewoonten in do kringen, waar men zich met „slugging" bezighoudt, vin den wc in een buitenlandsch blad de vc'l- gende weinig-verkwikkelijke bijzonder heden. In den zomer van 1902 kwam aan het licht, dat een vakvoreeniging van messing vormers in Chioago or een geheim „straf- oomité" op na hioLd, dat twee verschil lende benden bezoldigde: de z.g. „vliegende bende" on do „vernietiginga-brigade". De „bende" ti>ok vc'ortdurend rond door de stad om openlijk jacht te maken op de aangeduide slachtoffers van het sfcraf- comité; de „brigade'' had meer speciaal tot taak zich verdekt op te st©llen en haar offers op eenzame pl.oatsen onverhoeds op het lijf te Wllen.; Er bestond frooï dat werk een loon-tarief in optima-forma. Kreeg een arbeider een gewc'on pak slaag, dan werd' daarvoor de normaal-prijs van 5 dol lars uitgekeerd; eón ernstige verwonding, bijv. een beenbreuk, noteerde hooger; en indien het slachtoffer door dc „Wrekers" zoo werd toegetakeld, dat hij blijvend on geschikt werd om te .werken, werd daarvoor een belooning van 25 dc'llars neergeteld. Vier van de Zes leden vau dat geheime „straf-comito" zijn destijds veroordeeld tot boeten van 750 a 1260 dollars. Natuurlijk hielp dat niets, en Cok een uitgebreid on derzoek door de „Grand Jury"baatte niet. Zoo kon de „Chicago' Tribune" midden Ju li 1904 nog schrijven, dat, blijkens de po li tie-rapporten, in den loop der laatste drie weken te Chicago 13 werkliedon waren mis handeld, 50 door dreigementen van hun werk waren verdreven en bovendien neg velen anderen, die zich niet bij de politie hadden aangeklaagd, overlast was aange daan. Zedfs was het der courant ter Core gekomen, dat in een Speciaal geval door een vakvereeniging openlijk een collecte was gehouden om den „sluggers" te kunnen be talen. In den beginne hadden de recht banken „slugging" gestraft met boeten van, 5 cf 10 dollars, maar allengs waren die boeten verhoogd tot 20 en 50 dollars. Blijkens mededeeling in de „Outlook" van December 1904 waven van 1 Januari 1902 tot -en met 30 September 1901 in do Vereenigde Staten bij stakingen 198 perso nen gedood, 1966 gowond en 6114 in hechte nis genomen. Van dc gedood en en gekwets ten waren de mees ten z.g „arboidswilli- gen"van de gedetineerden behoorde de meerderheid (5699) tot de leden van vak- vcreenigingen Afschuwelijk© wreedheden zijn niet zeld zaam. In Februari 1905 werden do kleoren vari een spoorwegarbeider te New-York door zijn medc-worklieden met petroleum overgoten en aangestoken. Slecht» door zich in sneeuw te wentelen kon hij zijn level) redden. Te Chicago wer den in Juni 1905 een koetsier door stakers drie vingers verbrijzeld en twee riiigerna- gels uitgerukt. Mede in di© dagen word eëti agent drie weken lang door stakers opgesloten gehou den en gefolterd. Ook vrouwen worden mishandeld, Zoo werd bi|v. in April 1904 bij den iypografen- vakbond te Chicago, zekere Bertha van Grider op ergerlijk wijze mishandeld. Veolvondig komt het voor, dat machines e.d worden stukgemaakt, oin zoodoende langs een omweg werklieden te vermoor den, bijv. door het half-doorsnijden van touwen, het on klaar-malcen van zware Kra nen, enz. Als dat niet helpt, wordt gebruik gemaakt van dynamiet. Botai-aanslagen, die een dergelijk karakter droegen, 2ijn ein de 1904 voorgekomen te Newport (tegen over Cincinnati), Februari 1905 te Wash ington, December 1905 te Ltrain (Ohio\ Maart 1906 te Cleveland, 7 Mei 1.1. te Johnstown. Te Lorain maakten de vandalen het zoo' bar, dat het centraalbestuür van den vakbond der waterleidings-employés aan do plaatselijke afdeeling bevel gaf, al de door haar aangerichte schade té herstel len, op straffe van als bondsafdeeling te worden geroyeerd. Tot de nieuwste feiten en onthullingen op dit schandalig gebied meet een geval te Chicago worden gerekend, waarbij de vak bond der wagenmakers betrokken is. Do leiders van dezen vakbond hadden in Mei 1905 met «rlgemeene stommen het be- Blui't genomen, een man te laten „afstraf fen."' VcOr dat zaakje werd eon Ier, zeke re Gilhooloy, aangeworven, die uit het z.g. „opvoediogsfonds" 50 dollars cPtving. Het offer overleed aan de gevolgen van de bekomen kastijding, en dat leidde bij uit zondering weer eens tot een uitgebreid en ernstig onderzoek, waarbij bleek, dat ook andere vakbondon tot dergelijk© middelen hun toevlucht namen Do „sluggers'' van professie worden in hun speciaal vak dik wijls bepaalde beroemdheden. Toen bijv. verleden jaar een dergelijk heer zeker© Gallagher, ook een Ier stierf, werd daarvan in alle Amcrikaan- sche bladen groot© ophef gemaakt. Immers de man had in opdracht van de arbeiders- Crgapisaties meer 'aanvallen uitgevoerd op werklieden dan cén der overige „slug gers". En toch was hot nooit gelukt den man voor een dergelijk feit tc deen verttor- deeleü. In November 1905 brak in NeW-York een ware epidemie uit van daden van ge weld, bom-aanslagen en zaakbêSchadigin- gen, vooral in verband met de Staking der- staolworkers. Twee werktuigen, die in op dracht van den leider van deö vakbond hadden gehandeld, werden gegrepen en veioordeeld. Maar de hoofdschuldigen loo pen vrij rond. Het is er afschuwelijk: bloedplassen, hloedmeren, die moeten omgetrokken of door waad worden. D&t alleen, het gezicht van die onwelriekende, roode bloedplassen, zou genoeg zijn om iemand van een bezoek af to schrikken. Men kan zich van de uitgestrektheid dier bloedmassa een denkbeeld makeii, Wanneer men nagaat, dat gemiddeld per uur 600 kooien, 600 var-kons, 600 schapen en! 250 paarden worden geslacht. Éon enkele opgave er naast om een donk beeld te krijgen van den omvang tan de Slaughterhouses"©r kunnen t© gelijk 75,000 runderen, 300,000 varkens, 50,000 schapen en 5000 paarden worden geborgen. En van al die dieren wordt alles gebruikt, als zij geslacht zijn Ironisch zeide een ver tegenwoordiger eener firma- „Van de ge slachte varkens wordt alles gebruikt, be halve het schreeuwend gegil. Men treedt een reusachtig gebouw bin nen en gaat do trap op. Aanvankelijk ziet men niets dan dichte wolken witten damp en rook. Rood en geel flikkerden enkele gas lichten door den nevelmen aanschouwt door het open d.ak omhoog een grijze aan duiding van den hemel, en ziet doöf een groot© opening den waterdamp opkrullen cn opborrelen. Langzamerhand wordt men nu ook oen menigte grauwe gedaanten go- waar, zich bewegend in do ruimte aan weerszijden, en men bespeurt, dat do d&Eup opstijgt uit ccn vijver kokend water, waar in onophoudelijk zwarte vormen plassend neerplompen. Zeer voorzichtig den voet vooruit zettend© en met een stok den weg. voelende, gaat men verder, weder een trap op, nog eens een trap op, tot men door het gillen der varkens gewaarschuwd Wordt dat het eindo n,idort! Daar komen zo aan, met. hun honderden; de zwarte varkens, wier eindo roo nabij is, wier dood zoo snel zal' zijn. Zij naderen een hellend vlak. Terwijl zij sullen, wordt hun een strik om den ach terpoot geslagenmen ziet een soort van pomparm werken; het varken vliegt om-( iioog cn Rnort met den kop naar beneden' aan een touw met ijzeren ring langs eei\ hellende ijzeren stang. Zij snellen voorbij, reusachtige, halfnaakt© kerels, met gTOOte messen gewapend, en naarmate zij v-J^-n,;

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 12