Boerenhai'ten.
Anekdoten.
Nieuwe Raadsels.
Oplossingen der Raadsels.
Goede oplossingen ontvangen van:
Correspondentie.
Uit de Rechtzaal.
Allen zaten zij bijeen om de vuren', onge
veer twee honderd man sterk, beschenen
door hot licht der rnaan. Zonder uitzonde
ring afkomstig uit bet. dorp Saint-Corneille,
bij Compiègno, hadden zij bun hutten ver=-
laten om do Engelschen to bevechten, dio
in dat jaar, 1358, Frankrijk verwoestten.
Op twee mijlen af stand a van hun gemeente
hadden dezo lieden iets als een klein fort,
of liever gezegd een vierkanten wal opge
slagen. Dio vesting was noch hoog noch
stevig maar om hot evenMoed weegt op
togen dc sterkste muren, en do tweehonderd
lieden achter dio verschansing, al waren
het ook slechte boeren, die bun werktuigen
in do plaats van wapenen droegen, wacht
ten zonder vreezen do ruiterbende van den
vijand af.
Hij, dien men tot aanvoerder had geko
zen, heette Guillaume d'Alonetti; hij was
een oven dapper als ernstig racnsch. Met
het hoofd in do handen zat hij peinzend
in do vlammen to turen. Aan zijn rechter
zijde had hij Jacqucmon, den prior ecner
naburige abdij, eon zacbtmoedigen grijsaard,
die do mannen gevolgd was om do gekwets
ten bij to staan; aan zijn linkerzijde twee
geheel van clkanéLr verschillende personen;
Eustaëlie en den grooten Ferré.
Eustocbe, do klokkenluider van Saint-
Oorneille, was heel klein en een echte spot
vogel. Ferré daarentegen was een reus. Op
het veld, waar hij arbeidde, verrichtte bij
door zijn lichaamskrachten het werk voor
tien. Maar, hoo ongelooflijk het ook moge
schijnen, dio Hercules was do goedhartig
heid zelve. Hij zou geen vlieg kwaad hebben
gedaan. Onder het loopen trachtte hij steeds
to voorkomen den voet te zetten op een
mier.
Do klokkenluider dreef gewoonlijk den
spot mot zooveel zachtmoedigheid en dien
avond vroeg hij:
„Wat begin jij morgen, Ferré, als do
'Engolschon onze. wallen bestormen?"
Dö reus gaf geen antwoord.
„Ik wxiet wel wat jij doen zult," her
nam Eustaobe. „Heel beleefd en goedig ala
altijd zal jo do muts afnemen en zeggen:
Treedt binnen, heeren, gij zijt welkom. Ja,
zoo zult gij spreken; want in liet lichaam
van een Simson draag je het hart van een
lam."
,,Het ware to wenschen," riep do aan
voerder, „dat wij allen Ferré'e hart en
lengte bezaten 1"
„Zijn lengte 1 Daar geef ik wat oml" ant
woordde do klokkenluider: ,,ecn mug kan
een os iu beweging zetten."
„EustaobeI" vermaande de prior; „houd
op met Ferré te plagen. De vreedzaamste
lieden verdedigen ook uit allo macht hét
land' hunner vaderen 1"
Do klokkenluider antwoordde niet - Hij
voeldo zich beschaamd en zou gaarno zijn
voordeu hebben teruggenomen; maar daar
toe was het thans te laat.
Bij het opgaan van do zon stonden do
mannen van Saint-Corneille om hun chef
gerangschikt, terwijl aller oogen de vlakte
raadpleegden, om to zien of de vijand niet
in aantocht was. Maar uren achtereen viel
er niets in den omtrek te bespeuren. Ten
laatste mompeldo aanvoerder opeens:
„Ik meen, dat ik daar iets ontdek achter
do windmolens, op den weg vau Grcil. Ja,
op uw post, gij allen, daar zijn do Engel
sehen 1 Wij moeten toonen wat een Franscho
boer waard is 1''
Op bun grot te, fraai geharnaste paarden
kwamen do vijanden aanstormen als een
wervelwind. Hun aanval was zóó woest,
dat zij reeds terstond een deel van de schans
omverwierpen en door do opening naar
binnen drongen. De boeren blikten elkander
versteld aan en velen hunner deinsden
doodsbleek terug.
„Vooruit 1" riep Guillaume, op do Engel
schen toesnellende en eon geheel in het
staal ge hulden ridder necrvellendo.
De boeren vatten weer moed en wilden
zioh bij hun chef voegen, die naar voren
was gedrongen. Dc wakkere man was ech
ter to ver gegaan; hij zag zien reeds ora-
singelu door den vijandl Van allo kanten
regen do het slagen op hem. Gcon duim
breed bleef van zijn lichaam ongedeerd.
Een fijne dolk tr hom tusschen de schou
ders en hij zonk tra aard©.
Andermaal verloren de Fnanschen den
moed en zij zouden den strijd opgegeven
hebbeD, had niet plotseling Ferré met zijn
rustige stem gezegd:
„Nu wordt liet mijn beurt 1"
Onmiddellijk daarop trad hij naar voren
en begon met een zwanen knuppel op de
'Engelschen los te slaan. Het waa een vree-
selijk schouwspel- Armen ©n hoofden wer
den verbrijzeld; de helmen spleten als note-
do p pen; de lansen braken ala strookalmen.
Met een enkelen slag wierp de reus de
paarden en hun ruiters om, cn naderde
men hem te dicht, dan liet hij zijn bijl
door do lucht zwaaien. De vijand begon
te wijken, en, dit ziende, stormden de boe
ren op hen los. Nu namen do Engelschen
do vlucht cn een oogenblik later bleven er
slechts ciooden cn gekwetsten op het ter
rein over.
„Maar waar is dan de klokkenluider
toch?" vroqg een der Franschen.
„De Hemel sta hem bij 1" mompeldo do
prior. „Laat ons voor hem biddenmen
gaat bom ophangen I Ziet gij wel bij dien
olmboom dio mannen staan? Dat kleino,
heelo kleine kereltje is hij."
„Eu stache?"
„Hijzelf. D© twee anderen zijn Engel
schen. Zij zullen hem in hun vlucht hebben
meegesleept, cn nu zij zich ver genoeg van
ons verwijderd weten, zullen zij den onge
lukkige ckxxlen, om zioh tc wreken over
hun nederlaag. Ziet maar, zij maken een
touw gereed 1"
De prior had nog niet uitgesproken, of
Ferré verliet do schans. Met reuzenpass'en
snelde hij op den boom toe.
Do krijgslieden waren zoo druk bezig
met het maken van hun strop en het uit
kiezen van een sterkeu tak, dat zij den
boer niet zagen naderen. De reus hief rijn
beido vuisten omhoog cn twee schedels wa
ren verpletterd.
Na defeo daad keerde Ferré naar het
kamp terug, vergezeld van Eustache, die
over al zijn leden beefde.
„Kameraad," stotterde bet arme ventje,
„zoncler u zou ik aan een ander koord' dan
die van mijn klokken hebben gehangen!
Na God hebt gij mij het leven gered I"
„Men moet elkaar helpen als do gele
genheid zich voordoet 1"
„Gij weet niet, hoezeer ik mijn woorden
van gisteren betreur! Ik zou mijn tong
moeten afsnijden, dio voortdurend goede
menschen kwelt. Maar ik werd bitter go-
straft voor mijn spotzucht!"
Eustache l>oog het hoofd op de borst ©n
begon to wecnen.
Do boeren verspreidden zich nu en ieder
toog naar huis, overtuigd, dat de vijand
zich vooreerst niet weder zou vertoonen.
Mot zijn bijl over den schouder, zooals
een houthakker, die zijn taak volbracht
liecfb, sloeg do groot© Ferré den weg naar
zijn hut in. Onderweg hield hij stil om uit
een bron te drinken. Het water stroomde
kristalhelder tusschen de wilgen voort.
Nog bedekt met zweet, dronk do reus met
volle teugen daarvan.
Thuisgekomen, at hij zijn brood cn legde
zich ter ruste. Den volgenden morgen ge
voelde hij zioh ziek en begreep hij, dat hij,
zoo bezweet als hij was, niet dat ijskoude
water had mogen drinken.
Hij werd door koorts aangetast, een he
vige» hoest verscheurde zijn borst. Na ver
loop van een week liet hot geen twijfel
meer over of zijn einde waa nabij. Hij on
derwierp zich zeer gelaten aan zijn lot.
Zijn makke wilden hem om het hardst
komen verplegen; maar aangezien het in
den oogsttijd was, zond hij hen naar hun
velden terug, niemand dan den prior bij
zich houdende.
Op zekeren morgen hief Ferré zich op
rijn le-gersjede overeind en zeide tot den
priester
„Ik aal hot einde van dezen dag niet
zien 1"
Terwijl hij nog sprak, werd d'o deur van
rijn hut opengerukt en stormde de klok
kenluider binnen met den kreet:
„Do Engelschen zijn in aantocht I"
„Do Engelschen V'
„Ik heb ze gezien. Ik was in den toren
geklommen om do klok te luiden en ik heb
ze zien aankomen. Het zijn er twaalf.
Twaalf, groot© gewapende kerels en zij ko
men dezen kant uit. Zij hebben zeker van
Ferré's ziekte gehoord, en, wetende, dat
onze mannen aan den arbeid rijn, en hij
zelf zioh' ni'et kan verdodigón, (zullen zij
hem willen vangen cnHoort gij bun
voetstappen niet?"
Eustache bewaarde, geheel verslagen hot
stilzwijgen. De prior boog zuchtend het
hoofd.
„Is bet niet waar, heer/' vroeg Ferré
hem, „dat men het recht heeft zich te ver
dedigen, als men aangevallen wordt?"
„Zeer zeker, mijn arme vriend!"
„En als men dienen straft, die laag
heden begaan, heeft men dan gelijk of on
gelijk!"
„Gelijk, zonder twijfel 1"
„Gelooft gij niet, dat hot een misdaad
is, een man aan te vallen op het oogen
blik, dat hij met den dood strijdt?"
„Een afschuwelijke misdaad V-
„Dan zult gij wat zien 1"
Ferré spande rijn Laatste krachten in en
sprong uit bed, greep zijn bijl, dio aan
den muur hing, liep op oe 'deur too cn
bleef in zijn volle lengte op den drempel
staan.
De Engelschen naderden- Zesmaal hief
hij zijn bijl omhoog om weder neder te da
len. Zes Engelsch n werden op den grond
uitgestrekt. Bun kameraden kozen het ha
zenpad, en daarop sleepte do reus! zich
weer naar zijn legerstede, waar hij op
nedorzonk met de woorden:
„Bid voor mijn ziel, heer! Mijn oogen
raken beneveld I Ik geloof, dat het gedaan
is met mij 1"
Ingez. door Elizabeth Jttiebeok, to Leiden.
Gevaarlijk.
Op zekeren dag reed een boer met zijn
kar over een smallen dijk, toen hij een heer
in een open rijtuig met twee paarden zag
aankomen. Toen deze hem dicht genoeg ge
naderd was, riep de boer: „Op zij, wijk
uit, of ik zweer je, dat ik je zal oehande-
len, zooals ik gisteren een ander gedaan
heb."
Do heer, door dmo bedreiging erg ont
steld, reed met zijn rijtuig met de groot
ste moeite zoover op de helling van den
dijk, dat de boer hem rakelingB pas se or en
kon. Daar hij echter uit de woorden vau
den boer een of andere misdadige hande
ling bevroedde, vroog hij, terwijl deze hem
voorbij sukkelde: „Hoe heb je die dan be
handeld, vriend
„Wel," antwoordde de boer lachend,
„toen ben ik op zij gegaan/'
Ingez. door Jacoba Riebeek, tc Leiden.
Een goede jongen.
„Karei, waar is dat groote stuk koek
gebleven, dat nog op de tafel lag?"
„Dat heb ik aan een armen jongen ge
geven, die zoo'n honger had."
,,Zoo, dat is braaf van je. Wie was die
jongen V'
„Ik zelf, ma."
Ingez. door Nioolaas Tienstra, te Leiden.
I.
't Geheel is een Italiaansohe stad.
3 4 5 6 maakt men van een tijge-rkat.
3 2 1 gebr ikt men om er iets in te koken,
Doch eerst moet men er een vuur onder
stoken.
IL
Tweemaal e en eenmaal g;
Tweemaal n en eenmaal ij en m moeten
ook nog mee.
Dat maakt te zomen een stad in Gelder
land..
Ingez. door Di"k Noll, te Leiden.
III.
Men haalt y:mij vandaan
Heel malsche kaasjes, fijn en vet,
Maar zet mijn eerste achteraan,
Dan ben 'k een juffrouw chique cn net.
Ingez. door Piet Leyenaar, te Leiden.
Verborgen plaatsnamen.
IV. v
Zij zouden het zand voortaan naar boven
dragen, daar h't mo?ilijk was tegen den
berg op te l ijden..
Wij zouden naar den nieuwen speeltuin
gaan, maar het regende to hard.
De winkelier zei tegen den boer: Dit
goed kost u riechts 35 ets. de el, burgers
kost het 40 ets.
ftlet rijn hengel onder den arm stapte
hij voort.
Jk reed Amsterdam voorbij, toen wij een
rij toertje deden.
-Ingez. door Marietja Boers, te Den Haag.
V.
Verborgen dierennamen.
Dezo laan is zeldzaam schoon, laten wij
er eens in wandelen.
D© soldaten schoten met los kruit.
Wij zagen gisteren een der leden van het
Vorstelijk HuK
Er waren gisteren honderden menschen
in den dierentuin; het was er kermis.
L
Del den.
iL
Drie rijksdaalders, zes kwartjes en één en
negentig guldens.
III.
Onze tanden.
IV.
Zevenaar-
V.
Ameide.
C. van Dorsten, Lina en Dik Noll, Chns-
ti-aan Gans, Lecndert Schilthuyzen, Corcie
en Bram Ballego, Genarda Verbij Dora
do Wilde, Jacoba en Piet Leyenaar, Jacob*
van Weeron, Hens van Nifteiik, Maria, Ca-
tharina cn Martina Verhoeven, Gerrit en
Sophia Hendriks, Martha Stroebei, Dina
Verheggen, Jiacoba en Elizabeth Riebeek,
Willem Laterveer, Jan, Anna en Bertha
Hoogoveen, Hendrik Eggink, Jannio en
Coba Eggnk, Marie en Jan Klesser, Toos
en Frans Boom,: 'Jan Leyenaar, Cornelia
en Jo Holm, Elise Zurloh, Tine v. d. Werf,
August en Anthonia Mulder, Jacques van
Heusden, Suze Dekker, Toos Aniba, N. Tb.
de Jong, Jansjo de Boer, Jacques van Har-
teveld, Ida Dirkso, Cecilia en Gerard Pau-
lides, Jo, Jacob, Antoon en Gerard Righart
van Gelder, Maria de Vrind, Piet Overduin,
Gretba Kurrels, Al-etta, Maria, Hendrik en
Philippus de Nie, Maria en Johanna v. d.
Niouwendijk, Truida Bleek'stijn, Jan de
Wilde, allen te Leiden.
Adriaan on Maria Fortgens te Hazers-
w o u de.
Betsy, Karei en Marietje Boers te D e n
Haag.
Marie van Haastrecht, Maria Roos, Ger-
ritjo Roos, R. van Nieuwkoop, Jan on Dirk
van Wieringen, Cornelia de Vries, Willem
van der Veer, allen te Haarlem m er
mee r.
Cornelia Vlugt, Jacob cn Joh. van
Nieuwkoop, Koost Gorritje en Agnes Does-
wijk, Johanna cn Corn. Spaargaren, Jo
hanna Lemmerzaal, Antjeen Cor van Veen,
Joh. van Nieuwkoop, Marie van der Horst,
Hazina cn Mientje Lemmerzaal, Mietje cn
Cornelia Koek, Leen Loogman, allen te
K a a g.
C. Oaspers, W. Verloop, Antjo van der
Voort, Cor Haasnoot, Piet van Lueuwen,
Gerand Alkemadc, allen te Katw ij k.
Jansj© Hecnk te Leimuiden.
Anna de Mooy, Adr. H. cn Helena de
MoOy, te R ij n s b ur g.
Margaretha Rutgers, Anna en Jasper van
Haaster, J. en A. Breukink, te Voor-
se h ot e n.
Jo Bergman, Gerard Bergman, Dirk van
Tinus, to Warmond.
Coba en Mina Hijzelendoorn, to Nieu-
wewetering.
Cornelia en Mientje Hcndriksen, te Zoe
te r w o u d' e.
Prijzen vielen ten deel aan:
Elise Zurloh en Toos Aniba te
Lo id en.
Betsy, Karei on Mariétjo'
Boers te 'e-Gravcnhagc. Inderdaad wa© het j
te laat ontvangen van jo briefje, oorzaak
dat jo namen niet onder d'o inzenders vatf
gooao opIoBsitagen vcatoJe&d waren en je
geen babbeltje van mij in do rubriek
vondfc.
Ik kan me voorstellen hoe jullie je reecbij
nu verheugt in het vooruitzicht in do groot
te vacantie beurtelings bij je tante te Lei-'
den t© mogen loge eren on dan je vriend joS
en vriendinnetjes van vroeger weer eons te
kunnen ontmoeten; de tijd begint al aardig
op to schieten. Hoo gaat 't op school?
Vriendelijke groetjes.
Gorritje Docswijk en C. Spaar
garen te Kaag. In dank ontving ik je in
gezonden bijdragen, die ik in het e. v.
nummer een plaatsje zal verleenen. Voor
verdere toezending houd ik mij gaarno aan
bevolen.
Elizabeth en J acoba Riebeek
to Leiden. Neen meisjes, ik neem 't jullie
volstrekt niet kwalijk, datjo't 2de raadsel
niet hebt kunnen oplossen en daar 't nogal
moeilijk was en velen mijner vriendinne
tjes er moeite mee gehad hebben, heb ik
het jullie maar geschonken. Jo boloofdo
raadsels zie ik gaarne te gemoet, daar het
met den voorraad treurig gesteld is.
Jansjo Heenk te Leimuiden. Vrien
delijk dank, voor de mooi© prentkaart vftn
de Dorpsstraat; ik vind het een bijzonder
mooi kiekje.
Toos Aniba te Lei don. Wanneer je
zoo gaarne een verhaaltje wilt inzonden,
heb ik daar niets op tegen, doch ik moet
jo doen opmerken dat verhaaltjes, die uit
school-, lees- of andere boeken zijn overge
schreven, niet in onze rubriek kunnen wor
den opgenomen; 't moet dus eigen werk
zijn.
Marie K lessor te Leid-ii. Je inge
zonden raadsel kan voor plaatsing niet ia
aanmerking komen, aangezien het voor
tweeërlei uitleg vatbaar en niet voldoende
omschreven is. Wil je nog eens iets andera
bedenken
Leen dert Schilthuizen te Lei
den. Je ingezonden raadsel is niet onaar
dig gevonden, doch ik vrees, dot het voor
onze vriendjes en vriendinnetjes te moeilijk
zal zijn. Ik wil echter trachten het met
een kleino wijziging geschikt te makeng©~
duld dus vriendje.
Dik Noll, te Leiden. Wanneer }LK.o
eerste keer is dat je aan een schoolreisje
deel neemt, kan ik mij voorstellen, dat je
er erg naar verlangt; dio uitstapjes zijn
don ook heol aardig. Ben je al eens meer
in do hoofdstad des Rijke geweest? Ik
hoop later eens van jo te vernemen wat jo'
alzoo gezien hebt.
Martha S t roebe 1 te Leiden. Oe:.
meisjo-lief, wat spijt het mij dat ik je te
leurstellen moest; doch bet is een paan
maal voorgekomen, dat jo mij raadsels
toezonclt die weliswaar geschikt waren,
doch waarvan mij bij nader inzien bleek,
dat ze reeds vroeger in de rubriek gestaan
hadden on dat moet ik natuurlijk zooveel
mogelijk vermijden. Als je. nu echter eens
wilt trachten eenigo goede zinnen saam te
stellen, waarin zich verborgen plaatsnamen;
bevinden, dan loop je daarbij weinig of geen!
kans in herhaling te treden. Ik hoop, dat
je mij goed begrepen hebt cn nog eene jo
best zult willen doen. Vriendelijke groet
jes.
MARIE VAN AMSTEL.
BERSCHT.
Alle kinderen van Abonné's op het
„Leidsch Dagblad" mogen aan de „Kinder
rubriek" medewerken, zonder daartoe voor-"
af verlof te vragen.
De Redaotrice.
Tweede Kamer.
Vervolg der zitting van Woensdagna
middag..
Arboidscontract,
Op artikel 125o (inwinning van het ad
vies van een Kamex van Arbeid) licht de
boer Do Ridder een amendement toe,
om bij den rechter to laten do zelfstandige
beslissing of het advies van een Kamer
yan Arbeid zal worden ingewonnen.
De heer Van Idsinga wil in plaats
van „advice" lezen: „bericht'' on voorts
zien bepaald dat waarborgen worden ge
geven dat het advie6 ter kennis van par
tijen word gebracht.
Do heer De Klerk bestrijdt bet amen
dement en betreurt, dat de Kamera van Ar
beid niet het recht hebben personen te
noodzaken voor baar te verschijnen.
Dc heer Van Voen verdedigt het
amendement-Do Ridder.,
De M i n i ster betoogt dat de kanton
rechter aan do voorlichting der Kamers
van Arbeid niet gebonden is, zoodat hij
geen bezwaar heeft het woord „bericht"
in plaats van „advies" te bezigen.
Do Minister neemt het dubbele amendo
ment-Van Idsinga over.
Het amondoment-De Ridder wordt ver
worpen met 40 tegen 20 stemmen.
Bij artikel 872 lichtte de heer Okma
een amend em en t toe om kostolooze proce
dure ook voor den werkgever toe te laten
De heer Troelstra bestrijdt het.
Do Minister ontraadt het amende-
mcnt-Okma terwijl de hoer Lohman bet
aanbeveelt..
Het amcndement-Okma wordt goedgo-
■keurd met 38 tegen 30, het artikel met 38
tegen 28 stemmen.
De verdere beraadslaging wordt verdaagd
tot hedenmorgen 11 uren.
Gemeenteraad ran Alfen.
Voorzitter de burgemeester.
Afwezig do heeren Van Leeuwen, met
kennisgeving, en Visser.
Do notulen der vorigo vergadering wor
den voorgelezen en on,veranderd goedge
keurd en vastgesteld.
Wordt voorlozing gedaan van:
Een missive van Ged. Staten, inhoudende
hun goedkeuring over eenigo genomen
Raadsbesl uiten.
Do voorzitter deelt mede, dat hij een
schrijven ontvangen heeft van God. Staten,
waarin zijn E.Achtb. verlof heeft ontvan
gen om zich 4 weken buiten do gemeente
op te houden.
Komt ter behandeling:
1. Wijziging der Bouw- en Woningveror
dening voor deze gemeente.
Het Dagelijksoh Bestuur etelt voor om
volgens heb oordeel der commissie voor het
ontwerpen van strafverordeningen, do bei
de aangehouden artikelen der Bouw- en Wo-
ningvorordening als volgt te doen luiden:
Art. 19. Het is verboden huizen te bou
wen op terreinen niet door wegen, welke
voor den openbaren dienst bestemd zijn,
gemeenschap hebbende met bestaande open
bare wegen, voordat detze gemeenschap is
ïot etend gebracht op dc wijae als do Ge
meenteraad in elk bijzonder geval zal
voorschrijven. Eigenaars van zoodanige
wegen zijn verplicht deze in goeden 'rfaafc
te onderhouden ten genoege van en over.
eenkomstig dooi* Burgemeester en Wethou
ders aan to geven peil, zoomede dezo wegen
voor het openbaar verkeer steeds geopend
to hebben.
Art. 72- In het eerste lid te lezen: „0.10
M-" in plaats van 0.15 M.
Het 2de lid te lezen: Het trasraam' moet
van niet gescheurde klinkers of harden
mondsteen worden gemaakt in sterke tras
of sterke cementspccie.
Hetzelfde geldt voor gronókeerende mu
ren met uitzondering, dat daarbij gescheur
de klinkers kunnen worden toegelaten.
Zonder hoofdelijk© stemming wordt dit
voorstel aangenomen.
2. Adres van Cornells de Jong, het ver
zoek bevattende de hem toegezegde bijdrage
te mogen gebruiken voor hot inrichten
van een overzetveer of iets dergelijks. De
voorzitter deelt den Raad mede, in welke
positie genoemd persoon verkeert. Hij is nL
werkman bij den heea- Boot en lijdt aan
een ongeneeslijke oogziekte, zoodat De Jong
zijn werk moet neerleggen en het dage
lijks ch brood voor rijn zieke vrouw en tweo
kinderen niet meer kan verdienen. Nu had
het D. B. hem voor het oprichten van een
zaakje 100 gulden toegezegd, doch nu hij
het wil gebruiken voor een overzetveer,
willen do wethouders dit bedrag intrekken-
De burgemeester, in do minderheid', stelt
vóór hem dit te doen behouden, daar De
Jong anders nog de toegezegde 100 gulden
van'H. M. de Koningin zou missen cn te
vens, omdat hij dan, geheel behoeftig zijn
de, voor rekening zou komen van het Gem.
Armbestuur. Een lijst, rondgegaan bij de
ingezetenen liad opgebracht f 194.01$ Had
ihij nu ckvt gekl met do 100 guldon van H.
M do Koningin en 100 gulden van de ge
meente, dan zou hij in een zaakje gezet
kunnen worden, dat voor 400 gulden te koop
is. De heer Boot wil het ontbrekende dan
bijleggen. Nu stelt de burgemeester in
minderheid voor De Jong de 100 gulden te
doen behouden. De heeren Sprey en Van
der Linden zijn het met het voorstel van
den voorzitter volkomen eens. De heer
Ovetree verzoekt hoofdelijke stemming. In
stemming gebracht wordt het voorstel van
den voorzitter met 7 togen 2 stemmen aan
genomen. Tegen waren de heeren O veras en
Los.
Uitspraken van het Kanton
gerecht) te Leiden.
De kantonrechter te Leiden veroordeelde:
G. v. 't H., te Noordwijb, wegens straat
schenderij, tot zes gulden of drie dagen.
J. P. O., te Sassenheim, wegens een op
den weg geplaatst voorwerp bij avond nieo
voldoende verlichten, tot twee gulden of
één dag.
J. L., te Leiden, wegens burengerucht, tot
dri© gulden of drie dagen.
Th. F.t W. van W- en D. J. van P-> allen
te Leiden, wegens idem, tot vijf gulden of
twee dagen ieder.
A. L., te Leiden, wegens visschen zonder
Ofvto en zonder vergunning, tot viermaal 3
gulden of viermaal twee dagen.
G. v. L., te Leiden, wegens visschen zoö-
der vergunning en in verboden vischtijcf,
tot 2 maal 2 of 2 maal 2 cL
Corns, de R., te Voorschoten, wegens
visschen in gesloten yischtijd, tot 2 of 2
dagem
C. S.t te Leiden, wegens voorhanden'
hebben van sterken drank in een verloflo-
kaal tot 10 of 10 dagen.
A. B. T. wegens het door een' vrouw te
laat laten werken, tot f 6 of 3 dagen.
M. J. H. C. N., te Oegstgeest, wegens Hefi
niet duidelijk dragon van een nummer aan
een motorrijtuig, tot 6 of 2 dagen.
H. v. d. K.x te Voorschoten, wegens
baggeren in Rijnlands boezemwater, tot 3
of 3 dagen.
Th. R., te Sassenheim', wegens overtre
ding dor bouwverordening aldaar, tot 6.
of 2 dagen.
V r ij gesproken werden:
P. S. van R., to Warmond, ten laste gó-
legd niet aanhouden van het nacht register;
als hotelhouder.
G. v. d. K., te Oegstgeest, ten laste ge*
legd met rijwiel een klinkerpad berijden.
Het Vredespaleis.
Het „Yad." meldt: Na onderzoek kim-*i
nen wij het bericht van de „Daily Tel:ëk?
graph", als zou het bestuur dor CarneH:
gie-stdchting zioh met geen enkel dor onfrd
werpen voor do oprichting van het Vre*J
despalois kunnen voreenigen on nieuwe ad*
viezen aan mededingers, wier plannen vaüi'
den eindkamp waren uitgesloten, gevraagd;
zijn, met beslistheid tegenspreken.
R^DSburg. De gisteren gehouden pana^
denmarkt 1 ïeeft voor den heer O. R. alhier',,
een minder aangename zijde gehad. Gedu*
rondo zijn afwezigheid van huis werden'
hem ongeveer 500 ontvreemd. Rijks- otf;
gome entepoli tic stellen alles in het werk
den dader of de daders op te sporen. Reed*
zijn eenigo personen door. hen verhoorde