Geheel nieuwe EÉlnrts. Orgels. VAN WAVERSN's BOCK. BLANCKAERTS Co., Grand Café-Restaurant DEN VERGULDEN TURK". 3 Breestraat 3. H. J. BIK. RIJWIELEN. huisvesting en leiding AANGEBODEN: LËIDSCK DAGBLAD, DONDERDAG 22 FEBRUARI. - TWlEDE BLAD. Rubriek yoor de Jeugd. Onverzoenlijk. De Lawine. Zyn eenig-© vriend. Anekdoten. Vervolg Advertentiën. J. HENRI BERKELJON, Lange Mare 40 LEDEN. Wijnhandel, ireesfraa! 34. PETITE BOURGOGNE MUIT ST.-CtEOR&E OéJs&isispsj Diners en Soupers. Plats dn Jour en Plats du Soir. Zalen voor Vergaderingon. „Toulet" et „St-Martia". r= Te Huur, 0E6ST8EEST. JACOB DE GROOT, Brnnckhorstslraat 47, Nosnlwijk-Binnen. De Nieuwe Verfwinkel, 7 Stuks mooie Amerik. Orgels worden tegen fabrieksprijzen uitverkocht, alsmede 2dc-hands-Pianino's. Nieuwe van af f 225. F. L VAN DSüflSEN, Haarl.straat 248, nabij de Haven. So. «Ill Anno 1906 Ycor hot venster van een groot heeren- huis lag op een rustbank een veertienjarige knaap uitgestrekt. Zijn ouders moesten wel heel rijk zijn, want de bank was geheel opzettelijk voor hem geteekend en vervaar digd geworden. Hij behoefde slechts aan een handvatsel te draaien en onmiddellijk lag hij veel hooger. Het meubel kon in allo richtingen worden bewogen en gekeerd, ronder dat René iemands hulp behoefde in te roepen. Zijn ouders hadden dit aldus gewild en beraamd, wel wetende, dat niets hun eenig kind zoozeer kwedde als zijn afhan kelijkheid. Thans was zijn bt'eek gelaat naar buiten gewend, staarden de groote, donker© oogen vol brandend verlangen naar een bende fetraatjongens, die uit al hun macht snccuw- bullen wierpen. OI als hijzelf aan dat ver maak kon deelnemenDen vorigen winter had hij daar nog gestaan, op datzelfdo mooie plein, met blozende wangen en het toonbeeld van gezondheid en nu was hij gebrekkig en lijdend en zwakvoor het leven lang Hij gevoelde dat maar al te goed, al trachtte zijn lieve moedor hem ook nog altijd hoop in te spreken. Een enkele zomerdag had zijn levens vreugde vernietigd. De familie Yc'orhoven had een buitenpartij gegeven. René was met een aantal zijner schoolmakkers daarop uitgenoodigd geworden en terwijl rij op een hooiberg geklauterd waren, had Jakob Voorhoven hem een duw toegebracht, die hem achterover va!**de hoogte af deod tui melen. In den aanvang had men gevreesd, dat hij sterven zou, maar zoo zijn leven gered werd, bleef hij toch vorlamd. Do ruggegraat was onherroepelijk gekwetst. Terwijl de knaap daar zoo lag, kwam er plotseling een flikkering van haat in zijü oogen Hij had Jakob horkend, die met zijn boeken onder den arm voorbij liep. Het was voor do eerste maal, dat hij hem weor- eag, want ofschoon zijn voormalige vriend hern in den aanvang brief op brief had ge schreven, om hem te zeggen hoe ongeluk kig hij over het gebeurde was en hem te smeeken hem te mogen opzoeken, hij had steeds opnieuw zijn moeder verzocht een weigerend antwoord te zendon en zelf taal noch teeken van zich laten hooren. Ik zal hem nooit vergeven, moeder, nooit 1 had hij de eerste maal uitgeroepen. Maar lieve jongen, hij deed het bij ongeluk. Al de anderen hebben dat getuigd 1 Dat kan wel zijn, maar ik heb al mijn ellende aan hem te danken. Ik haat hem. Alloa wat men «Laa-rtcgon zoido waa tever geefs. De vader had trouwens verboden, dat men hem daarmede langer zou kwellen. Hij leefde nog slechts tot het vervullen der minste wenschen vc'or zijn ongelukkig kind. Maar wat kon hij eigenlijk voor hem Wat baatte het, of hij hom thans al tien gulden (weekgeld gaf? René kon immers niet uit gaan om er iets voor te koopen en norgen» toonde hij meer genoegen in te hebben j naar zijn verzamelingen keek hij niet meer om. Een week nadat de sneeuw weder van het plein verdwenen was, kwam zijn vader met heel ernstig gelaat bij hem zitten en zeide: Ik moet je iets vertellen, beste jongen. Mijnheer Voorhoven is plotseling doodarm geworden door do Cneerlijkheid van ande ren. Ze weten niet ,wat te beginnen met hun talrijk gezin. Jakobs toekomst is than! eveneens vernietigd. Er flikkerde iets in René's oogen. Toen sloot hij ze en hij bleef zoolang roerloos lig gen, dab zijn vader hem ingeslapen waan de en opstond om heen te gaan, zijn juist binnentredende vrouw een wenk gevende, heel stil te doen. Maar opeens omklemd© een kleine vermagerde hand do zijne en zeg zijn zc/on hem smeekend aan. Vader, zeide hij, op trillenden toon, wilt u mij een groot pleizier doen? Spreek slechts, besto jongen, alles, al les, wat jo wilt 1 Dus, u belooft het vooraf? Onvoorwaardelijk! Waarom zou do rijke en toch zoo arme man dat niet gedaan hebben? Het was de eerste maal, dat zijn lieveling weer een verlangen uiteprak. Geef dan voortaan het gouden tientje elke week aan Jakob, vader, klonk het zacht, als had een engelen stem het uitge sproken, dan kan hij door blijven leer enhet is zoo vleselijk als men geen toekomst meer hoeft. Ontroerd en bijna eerbiedig beloofde de vader het. De moeder omhelsde weenend haar jongen, maar beiden voelden zich voor do eerste maal weer gelukkig. Ook dit jaar hebben er weer hevige sneeuwvallen in Zwitserland en andere bergstreken plaats gehad. Omtrent een dier rampen vernemen wij het volgende. Een sterke, gezonde man bewoonde met zijn vrouw en vijf kinderen een mooi, goed gebouwd huisje. Toen de sneeuwval plaat-s had, was hij met de zijnen in den tuin, bezig de door een storm neergeslagen vruchten struiken weder op to binden Op eens de lawi.ie ziende aankomen, greep hij, zonder zich een oogwenk to bedenken, zijn beide oudste zoontjes in de armen en snel de met hen naar een tegenover hem lig gende® heuvel, zijn vrouw toeroepende mot do kleinere kinderen te volgen. De moeder, die haar jongste dochtertje, dat pas elf maanden oud was en in huis lag to sla pen, niet aan haar lot wilde overlaten, vloog do woning binnen om haar te red den. Zij werd gevolgd door het dienst meisje Franciska met de vijfjarige Mari anne. Op hot oogenblik zelf, dat dezen do kamer binnenkwamen, waar de kleine rustte, werd het plotseling nacht om do ongelukhigen bec® en stortte het huis on eer een vreeselijk gekraak in. Franciska werd op don grond geslingerd en meendo daarna in een bodemloozen af grond te rollen; rij verloor het bewustzijn. Toen zij weder bijkwam, kon zij zich niet verroeren en voelde zij zich ingesloten door koud, vochtig slijk. Alleen haar gelaat was vrij, zoodat zij adem kon halen. De jonge dienstbode geloofde niet anders of de we reld was vergaan en zij alleen was nog in leven gebleven van heel hot menschdom. In haar doodsangst hoorde zij opeens een steeds hooger stijgend gekreun. Zij begon nu te roepen en te vragen en bemerkte weldra, dat het de kleine Marianne was, dio zoo kermde. Hoe ontzettend de toestand ook mocht wezen, voelde Franciska tooh een onbe schrijfelijke vreugde, te weten, dat ten oiinsfco édn wozen, d-o-fc h&Ar dierbaar was, zioh in de nabijheid bevond en nog leefde. Zij begonnen met elkander te spreken. Ma- rianno vertelde, dat zij op den rug lag tuaschon allerlei stokken en zich niet kon bewegen; wel kon zij door een reet in de duisternis een klein gedeelte van een bosch rien. Onder voortdurend bidden en weenen ver streek een groot deel van den dag. Daar hoorden beiden opeens klokkenge lui Het was de avondklok vaD den Stei- nerberg, die tot gebed opriep. Het moest dus zeven uur rijn. Fraooiska begreep tfca-n» voor bet eerst, dat de wereld nog niet vergaan was; immers, er waren nog menschen over om de kiok te luiden, en een flauwe hoop op redding begon op te wellen in haar ziel. Beiden riepen nu ook om hulp. Tevorgeefs 1 Een doodsche stilte heersohte om haar hoen. Levend begra ven 1" dacht het arme meisje klappertan dend. Maar rij zag in, dat zij haar angst voor het kind verbergen moest cd be dwong baar snikken. Eenige uren later voelde de kleine hevige pijnen in haar onderste ledematen en een knagen den honger. Franciska poogde haar op te beuren met allerlei bemoedigende voorspiegelingen, tot zij er zelf aan begon te gelooven; maar het gekerm van het kind werd al zwakker, meer afgebroken en hield eindelijk geheel en al op. ,,Gode rij dankl Zij heeft opgehouden te lijden 1" snikte het trouwe meisje en bereid de zichzelf voor op den dood; want ook rij had thans bijna onduidelijke pijnen. Na tal van pogingen gelukte het haar ton slotte haar voeten een weinig los te woe len, zoodat zij ze kon bewegeD en daardoor haar bloed in omloop kon brengen. Maar voor het overige totroerloosheid gedwon gen, bracht rij den nacht door. De mor- genklok luidde en schonk haar juist weer eenige hoop, toen zij door een wonder op nieuw Marianne's stem opving, die over honger en pijn klaagde en haar om hulp smeekte. Intussohen had de huisvader onafgebro ken met vrienden in de sneeuw gegraven naar de zijnen. Na eindelooze uren zag hij eindelijk een voet te voorschijn komen, vond hij zijn lieve vrouw dood met de twee jongste kinderen aan het hart geklemd. Hij verloor het bewustzijn; maar bij zijn terug keer tot het leven lag rijn kleine Marianne behouden naast hem Zijö vrienden hadden Franciska's geroep gehoord en beiden ge red. De beroemde Russische dichter Dosto- jewski, die in zijn jeugd, ten gevolge van een staatkundig vergrijp, tot levenslange dwangarbeid in Siberië veroordeeld werd, maar sedert gratie ontving, heeft een boek geschreven, waarin hij zijn leven als gevan gene schildert en ook oen treffend voor beeld mededeelt ran dankbaarheid bij eeu hond. Na verhaald te hebben hoeveel onvrien delijkheid, spotternij en belcedigingen hij te verduren haxi, tot zelfs van zijn on gelukkige lotgenooton, schrijft hij het vol gende Toen ik voor het eerst dien avond na afloop van hot werk, doodelijk uitgeput en terneergeslagen naar do gevangenis te- rugstrompelde, werd ik aangegrepen door een diepe zwaarmoedigheid, vroeg ik mij- zelven somber af: Hoeveel duizend da- gen blijven je hier nog te doorleven? Zul len zij alle op dezen dag gelijken?" Zwijgend liep ik in dc avondschemering op en ueer langs de houten schutting ach ter de kazerne, toen ik plotseling den hond der gevangenis, Sjarik, in het oog kreeg, die mij tegemoet kwam loopen. Hij had al sedert lang om en bij de gevangenis geleefd, zonder eigenlijk aan iemand toe to behooren, en zich alleon gevoed met wat er uit de keuken werd weggeworpen. Het was een groote, zwarte hond mot wit te vlekken en de mooiste oogen, die men zich kon voorstellen. Den eersten dag, toen ik was aangeko men, streelde ik het dier en gai ik het een stukje brood. Sjarik bleef stilstaan en liet mij toe, hem te liefkoozen, terwijl hij mij een trouwen blik fcoewiorp cn met den staart kwispelde. Sedort velo jaren was ik de eenige, die rich om hom bekommerde en dat vergat hij niet meer. Toen hij mij dien avond zoo terneerge drukt zag, sprong hij onder luid geblaf to gen mij op. Ik weet niet wat er op dat oogenblik bij mij omging, maar de liefde vad het dier deed mij zóó weldadig aan, dat ik zijn kop vast greep en dien kuate. Sja rik kwispelstaartte en legde de voorpoo- ten op mijn schouders, om mij in het ge laat te likken. Ziehier een vriend, dio mij door do Voorzienigheid wordt toegezonden,'' dacht ik en zoo vaak ik die eerste maanden te rugkeerdc van het werk, haxstto ik mij, achter de kazerne om te loopen, om mijn vriend, mijn besten Sjarik weer to vinden, die mij daar onveranderlijk opwachtte en door mij omhelsd werd, zooals ik het een boezemvriend zou gedaan hebben. Het was mij telken» wederom een vreugde, al schonk het mij ook een weemoedig gevoel, to bodenken, dat ik in heel do wijae we reld geen sterveling bezat, dio van mij hield goen andoren vriend'dan den trou wen Sjarik. De ongelukkige dichter had meer dan deze vreugde aan Sjarik te danken. Hel bezit van dien vriend ontnam hem de ver bittering, die zich van hem meester had gemaakt in zijn ellende. Hij zag het geduld van den hond, die zoo vaak op ruwe wijze werd behandeld, en zijn voorbeeld maakte hem beschaamd, bracht hem or zelf toe minder opvliegend to worden, waardoor als vanzelf de anderen ook zachtor tegenover hem werden gestemd, maar bovenal reddo Sjarik zijn veretand. Do man, dio zijn ge nie verloren zag gaan in die streken van vertwijfeling, waar papieren noch booken onder zijn bereik konden komen, do teer gevoelige dichter, die veroordeeld was te leven onder boeven van de ergste soort, to midden van ruwe, onbeschaafdo bewakers, dio niets van zijn gedachten hadden kun nen verstaan, ook al hadden zij liet be proefd, zou krankzinnig zijn geworden, in dien hij zich, zonder eenige vreugde voor zijn hart, had moeten blijven afsloven in do mijnen. Nu echter had hij een doel gevon den, hij zorgde er voor dat de hond geon honger meer leed, daartoe zijn oigen voed sel sparendo. Hij verkreeg de toestem ming van oude planken een hok voor hem te maken in zijn korten rusttijd. Hij bedekte dat zooveel mogelijk met klei en dorro bla deren, om het warm daarbinnen to maken, kortom, hij had een lovend wezen om voor te zorgen, iets voor op te offeren. Gypsy en Ruff. Gypsy was een groot zwart paard, dat op een boerderij woonde, en Ru ff een luie, leelijko waakhond, die in een hoek van zijn stal sliep. Ruff en Gypsy waren groote vrienden gov/orden cn de hond sohecn al tijd vol belanstolling toe te kijken naar het geen rijn makkor at en dat hem zoo goed scheen te smakonhij begreep maar niet, boo men moor van haver en rauwe worte len kon houden dan van kluifjes en melk en brood. Dat was het eenige punt, waar op hij zijn vriend niet verstond. Maar ieder heeft rijn zwakheden. Op zekeren dag had een der boerenar beiders wortclon uitgehaald on een mand daarmede gevuld, die op do binnenplaats staan bleef. Eenigo uren later keerde de man terug, do korf zou naar do sohuur ge bracht worden. Do mand was echter ledig. De arbeider ging het aan zijn meester zeg gen en iedereen werd heel boos, overt igd dat zich ergens een dief had' schuil g.hou den. Ga weer wortelen plukken, zeido ein delijk do boer, dan zullon wij op do wacht gaan staan. Zoo gezegd, zoo gedaan. Do arbeider volgde het bevel op cn ging zioh toen ver schuilen. Enkelo minuten later kwam Ruff kwispelstaartend on blijkbaar zeer vol daan over zichzelf aanloopcn. Hij greep een wortel in den bek, zwaaide met den staart cn draafde naar den stal. Maar honden eten geon rauwe groenten, zijn vreugde over rijn vondst kwam dut heel vreemd voor en de boer on zijn knecht volgden bool stilletjes, om te zien wat hij er mede uit zou voeren. Hij liep regelrecht op Gypsy toe en legdo zijn buit neder voo? hot paard, dat aanstonds begon te eten, terwijl Ruff wegliep om nog meer Nadat de mannen dit herhaalde malen hadden zien gebeuren, wilde do arbeider, die de moeite van 't plukken had gehad, Ruff eon flink pak slaag toedienen, maar zijn meeater zoi: Berg liever voortaan je mand' terstond weg, ik verkies niet dat men den hond zal straffen voor zijn zorgen voor den goeden ouden Gyp I Niet dom. De kantoorjongen van een groote uitge versfirma was een flinke knaap en kort ge leden naar do drukkerij gezonden zijnde met een boodschap, zag hij, die gewoon was goed uit zijn oogen te kijken, dat er iets haperde aan de machinerie. Hij snelde terug naar het kantoor, waarschuwde een der klerken on voorkwam daardoor niet alleen groote schade, maar ook gevaar voor mensohenlevens. Zoodra dit feit aan het hoofd der firma werd medegedeeld, liet dezo den jongen bij zich komen. ,,Je hebt mij een grooten dienst bewezen, Bornard", zeide hij, „voortaan zal je loon twee gulden moer per weck bedragen." ,,Ik dank u wel mijnbocr, antwoordde het aardige kereltje, ik zal mijn best doen mij dat waarcï to toonen cn u goed to dienen." Dat antwoord trof don ohcf bijna even zeer als de dienst hem door den knaap bewezen. ,,Dat is de rechte geest, mijn jongen", zeiuo hij geroerd. In al do jaren, dat ik in zaken ben, heeft nog niemand mij op dezo manier bedankt- Ik zal jo opslag dan ook tot drio gulden maken in plaats van tweo. Wat zeg jo daarop well" „Ja, mijnheer", antwoordde do knaap oa een korto aarzeling, ,,zou ik het misschien nog eens over mogen zeggen 1" Medelijden by dieren. Ik hoorde laatst eenige voorbeelden van naastenliefde bij dieren. Onlangs las ik or nog eenige voorbeelden vnn en vertel zo jullie hier. Een steen adelaar broedde eens tweo kiekens uit cn voeddo zo heel goed mot vleescb van ratten. Met moederlijke teederhoid zorgde ze -oor dc vr 'cmdelingo- tjes. Ook was or 3rs een grauwe papagaai, dio Polly genoemd word. Hij zag op zekrrea dag een vinkennesi, in den tuin. Als hij in den tuin rondhuppelde, trachtte hij hot ge luid der vinkon na to doen. Ook wierp hij de kleine vogelt jee, die den snavel uit hot nest staken, ran zijn eigen voedsel efcu-. *s toe. Do oudo vinkou waron bang voor don grooten vreemden vogel en vlogen ver schrikt weg Polly bleek echter oen goed hart to hebben. Hij zorgde voor do kleine weczen, Bpceld'e met hen, bracht, hun voed sel, en deed alles wat hij maar dacht, dat goed voor hen zou zijn. Toen dc' kleine diertjes begonnen to vliegen, gingen zo heel vertrouwelijk met hun pleegvader om. Zo gingen hem op den rug cn op den nek zitten. Dan stapto Polly heel deftig iet zijn piepende last door den tuin Het was of hij trotse!) wns op zijn plccgkindcrtjos. Een ander verhaal gaat van con pocsjo, dat voor jonge hondjes zorgde. Een dame had een prachtigon, maar zwak gebouwdon hond, dio vijf jongen had. Men vrcesdo echter dat de moedor, dio zooals ik zei- do Diet erg sterk was, zooveel jongen niot i kunnen grootbrengen Do damo wil- echter niet gaarne een paar van dio lieve jongo diertjes laten dooden. Maar hoo moest zc cr dan mee aan Goede raad was duur Plotseling dacht ze or aaD, dat men de kat hnar jongen had ontnomen Als dio nu eens de jonge hondjeo wilde groot brengen? Geprobeerd I En jav de oudo kat zorgde voor do tweo kleino hondjes alsof hot haar ei en jongen waren Do diertjes groeiden prachtig cn zo werden zelfs veel sterker dari de andoro drie. dio bij do oudo waren gebleven. Do kat speel de cr namelijk mee, net als ze met haar cigOD kleino poesjes deed cn daardoor wcr- n do twee jongo hondjes veel leniger cn vlugger dan do andere. Toen mem eindelijk cl» beido hondjes wegnam was poes ontroost baar. Ze zocht zc overal en vond ze eindelijk b'j den ouderen hond. Daarmede had zo nu 'n verbitterden strijd te voeren Maar ze gaf niet op. Zc vocht net zoo lang, tot zo do twee hondjes weer uitgezocht had cn moo genomen naar lianr eigen nes-jo. Daar werden do beido hondjes uiterst teodcr behandeld, afgelekt en gestroeld Poesjo toonde evenveel van do tweo tc houden als de hond van do anderó drio. (Ingez, door Gerrit Hcndriksen te Leiden.) Op een kantoor. Chef: „Och, vraag eens even aan Mijn heer PennemaD, om mijn ,,De Vries cn To Winkel". Jongste bediende, tot Pcnncman,„Mijn heer, Compliment van Mijnheer en of Mijnheer Do Vries ook iD den winkel is? Prima Vette Edammerkaasje». Wed. J. STEENH1UEU Zo., Mandenmakera»teeg 4, by de Waag. Prima adres voor Zuivere Natuur boter, Goudscko, Leldsche en echte Edammerkaas. 1915 6 Leeraar voor Piano. 3625 5 INTERC. TELEFN. 568. Aanbevolen) 8543 82 en 95 Cts, pen flesch. 4 f 1.75 pen flesch. Yoor eene JoDgedame wordt voor eenlgen tyd gezocht in oen beschaafd gezin, te Lelden of omgeving. Brieven met Inlichtingen en voorwaarden aan dit Blad No. 1730. 9 van h»t Huis Steonschuur No. 2 Het BENEDEN8ALON en de B E,Ij -Ë TAG bevattende 8alon, Balkon, Earner, Tuinkamer, Slaap- en Badkamer en Keuken. Te bevragen: Woninggids, Boommarkt 11. 1619 10 Te koop of te huur gevraagd: een Burger woonhuis «1 500 91* Bouwgrond. Aanbiedingen met pry» per M1 en Juiste ligging Bureel van dit Blad No. 2013. 7 100 Kilo TUINBOON EN, voor Zaad, witbloeiende, nieuw soort, biyven met koken geheel blank. I960 10 TE HUUR, 1947 7 1 Mel a.8. of eerder- het afz. Be nedenhuis met Tuin, aan don Morschwog No. F 28c, bev.4 Ka mers, Kouken en Zolder. Te bovragen by A. L. VËBSIOOG, Rapon burg 115. Tolefoon Intorc. 636. lloogcwocrd l> d. HIJn.trant. Geschaafde gele Was (zuivere liijenwas) 25 Cts. per ons. 1965 7 W. VIS. 1044 40 Mlet naar da VEII.IXG, maar Daar de ilnnrlemraer.trnnt 24H. Daar koopt men a.n. Vi(J lag cn Zaterdag de Wereldberoemde lete klaa Rijwielen (merk) „Excelsior", tegen don laagst mogeluken prUa. Ook de goedkoop. Rijwielen zl)o beslist goed, geen gegoten rommel, doze zl)n ook zoo laag gerri)6d, dat een leder koopen kan. Al mijn Kijwielcu zjjn Vrijdag en Zaterdag in ml|n WlDkel geprljml, zoodat IttJwiol en Prijs goed zichtbaar zullen zlln. belec/d aanbevelend, !0li lt

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1906 | | pagina 5