Moderne Armbanden. De Lynch-w-et. In ©en groot hoteL In de laatste vijf jaien zijn de vrouwen meesterlijk in de kunst geslaagd, allerlei en talloozc sieraden bij haar toiletten to voegen; gespen, broches, oorbellen, kettin gen, ringen, ve.^ieTtlc haark. oir deden onverwacht hun in toe' t. Alleen de armen bleven onversierd. De armband was van de lijst van begeerenaw aardige sieraden ge schrapt. aarvoor moet em bepaalde oor zaak zijn. "V. anneer men deze traent te doorgronden, komt men tot de erkenning, dat er ook in de mode een zeke - logica bestaat, hoevelen dit ook willen tegenspreken. Wat me'j voor wispelturigheid en tucht naar afwisseling aanziet, blijkt bij oen mier nauwkeurige besohouwing slechts een zeer geleidelijke ontwikkeling to zijn. Do an iband was van bet tooneel verdwenen en word alleen nog in h'.l teriekiatjes en achter vitrines be waard, alleen omdat de lange mouwen fa toiletten dit versiersel overbodig maakten- Bij bet in-deo-smaak-komen der kleder dracht 1830, die hoe l_7.ger boo meer ingang vindt, doet ook de halflange mouw baar intrede. En plotseling, alsof do dames een onderlinge afspraak gemaakt hadden en de juweliers allen i.i hei. geheim voorbereid waren op het plotselinge plan den armband weder ce te herstellen, Joet dit sie raad weer een zegenrijken intocht en prijkt weder aan talrijke armen. Men behoeft oj straat maar een beetje acht to ge »en om op te merken, dat de arm d~r meeste voorbij- gangsters met een ketting versierd is. Er rijn mannen, die den terugkeer yan den armband niet alleen aan het dragen van korte mouwen toeschrijven. Zij zien daarin een diepere oorzaak. Zooals zij beweren, zag men in oude tijden in bet dragen van den armband een teeken der slavernij. Onafhan kelijke vrouwen wachtten zich wel, baar armen boeien aan te leggen; en nu meent men, dat gedurende de jaren, waarin de vrouwenbeweging op het toppunt van bloei stond, de „vrije" vrouw bet dragen van armbanden vermeed. Nu echter, nu de vrouw een weinig van baar vrijbeidfl- sehwarmerei terugkomt, grijpt zij weer naar de slavenketen. Dit is echter een uitlegging, 'die natuur lijk allen vasten grond mist. De armband is nu in den vorm van een ketting ingevoerd, niet uit psychologische, maar uit aestheti- scbe gronden. En als men een contract wil vormen met bet idee van dienstbaarheid der vrouw, behoeft men slechts te wijzen op de beteekenis, die de armband in de 10de en 11de eeuw in Duiteohlamd had. Zooala Slot- tenroth verbaalt, droeg koning Konrad I, de laatste Karolinger, op zijn sterfbed zijn broeder Eberhard op, Heinrich van Saksen de rijkssieraden over te dragen: de hei lige lans, do gouden armbanden, enz. Deze keizerlijke armbanden, waarvan nog afbeeldingen bestaan, Bdhijnen, naar bun bewerking te öoideelen, in do laatste helft der twaalfde eeuw in Duitsohe werk plaatsen vervaardigd te zijn. Iedere arm band was 19 c.M. lang, 13 c.M. breed en slechts matig gebogen, zoodat hij den bo venarm bedekte, van onderen echter slechte weinig aansloot. In ieder der vier hoeken was een klein gaatje, daarenboven in iede re n ondersten hoek eon oogje. Door dezo oogjes en gaatjes werden gouden riempjes gestoken, waarmee de armband werd vast gemaakt. De onderzijde was met parelen be zet. Voorstellingen u-t de Heilige Schrr.- versierden de oppervlakte. Do figuren wa ren krachtig geteekend ca in het vuur ver guld. Het sohijnt, dat deze armbanden niet cot bet kerkelijk ornaat van den Keizer, maar tot rijn oorlogsuitrusting behoorden. Zij waren geen vast symbool der koninklijke waardigheid, maar werden tot de dracht der aanzienlijken gerekend. Ook Karei de Kale voerde in zijn tochten tegen de Noor mannen armbanden met rich. De vorm dor armbanden heeft rich in den loop der eeuwen veel en dikwijls gewijzigd. De tegenwoordige armband is niet zoozeer band dan wel ketting. Hij wordt uit gouden schakels samengesteld; of verschillende edelstcenen. in afwisselende kleuren, in metaal gezet, vormen de schakels.- Gewoon lijk gebruikt mem goud voor het zetten der steenen; doch een enkele maal wordt hier voor platina gebezigd, dat, zooals men weet, het duurste metaal is. Door het zetten in platina wordt vooral de witheid van den steen sterk op den VorgTond geplaatst, terwijl goud er een meer gcelachtigen, soms mooieren. glan6 aan geeft. Gekleedo avondtoiletten worden veel ge garneerd met borduursel van kristal, goud, zilver, kdpey gekleurde kralen. Antwoord Vraag „Zondagsblad." Op de Vraag in ons vorig Zondagsblad ontvingen wij bet volgende antwoord: Het beste middel om wijnvlek ken van kleederen to verw ij de ren is Javellewater, dat indien men met overleg te werk gaat, de stof onbesohadigd laat. Nadat de vlek vooraf gewasschen is met witte zeep, laat men de plek e enigen tijd 6 taan weeken in helder water, waaraan men een weinig Ja vellewater heeft toegevoegd. Gewoonlijk neemt mem drie vierden gewoon koud wa ter tegen één vierde Javellewater. Indien het blijkt, dat dit niet voldoende is, wordt het mengsel een weinig sterker gemaakt. Men zij vooral indachtig, dat mem de kom, waarin het goed ligt, niet aan de werking vam de lucht blootstelle, opdat do kracht niet vervliege, maar men behoort de kom te bedekken en het goed, nadat het er is uitgehaald, in lauw zeepsop uit to epoelem. Over den oorsprong van de in sommige doelen, van de Vereenigde Staten nog van tijd tot tijd voorkomende eigenmachtige rechtspleging, die men toepassing der „Lynch-wet" noemt, bestond tot dusver groote onzekerheid. Men heeft haar zelfs willen terugvinden in het eind der 15de eeuw, toen een burgemeester van Galway, in Ierland, Lynch geheeten, als een nieu we Brutus, zijn eigen zoon wegens een be- ganen moo^d ter dood veroordeel en liet ophangen. Als zeker was bekend, dat de Lynch-wet in de tegenwoordige beteekenis, rechtspleging bij kort proces zonder rech terlijk vonnis, het eerst in het eind der 18de eeuw in Amerika vermeld werd. De naam werd veelal in verbinding gebracht met dien van een reohter in Virginia, die in 1782 door een wet wend' buiten vervol ging gesteld na de aanklacht, dat hij twee jaren te voren een aantal staatkundige te genstanders onrechtmatig had laten gevan gen zetten. Thans is naar „The Athe naeum" meldt in Amerika een werk over het onderwerp verschonen van dr. Cutler, d.i in do geschriften eener ge schiedkundige vereeniging eon verhaal heeft opgespoord, in 1842 door kolonel Martin daarin geplaatst. Deze vertelt n.l., dat in het eind der 18de eeuw op de grenzen van Virginia de landlieden veel te lijden haddel van die venbenden en daarom een soort van gewa pende macht oprichtten, die uit haar mid den drie of vier rechters koos, om alle ver dachte personen, die aangehouden waren, te vonnissen. De Btraffen bestonden in zweepslagen en uitzetting, soms ook in boeten, als de veroordeelden die kondon betalen. Het eerst nu, zoo verhaalt kolonel Martin, werd dit strafstelsel toegepast door kolonel Lync.» van Bedford, in Vir ginia, een vriend van zijn vader, en wel ongeveer 70 of 80 jaar vroeger, dus om streeks 1770. Allengs werd dit stelsel ook in andere streken gevolgd, totdat het we gens krachtiger optreden van de gewone landjustitie onnoodig werd. Naar dien ko lonel Lynch werd het stelsel genoemd, en de naam „Lynch-met" ten slotte ook gebe zigd voor andere gevallen van bestraffing buiten de web om. Op grond van dit ver haal komt dr. Cutler, na verder onder zoek, tot de slotso dat inderd-d bij kolonel Lynch de oorsprong is to vinden' van deze allengs ruwer toegepaste wijze van bestraffing. Chineesche spreuken. Aan een boekje met Chineesokc spreuken, verzameld door Bruno Navarra (Heidelberg, Carl Winter), is het volgende ontleend: Beter niet te rijn dan niets to - 'jn. Berouw is het morgenrood der deugd. Elk mislukken is een stap verder op deo weg naar het slagen. Een halfvolle emmer zwaait het meest heen en weer. Ook de hoogste torens staan op [desf grond. De man indent, dat h:j alles weet, maat de vrouw weet het beter. Ook de Vol it des lands beeft arme hloed- verwanten. Juweelen koopt men het laatst en ver koopt men het eerst. Geen gc-anboeldenfinijder bidt tot die gó den; bij weet waarvan zij zijn gemaakt. Een dag van rouw is langer dan een maand van vreugde. Wie zelf niets te doen heeft, idie geeft an deren het meest te dc.n. Wie koopt wat hij niet noodig heeft, zal weldra noodig hebben, wat hij niet kan koopen. Het beste middel tegen dronkenschap be staat daarin, dat men beschonkenen gade slaat, terwijl men nuchter is. Iemand, wien het vergund werd een kijk je „achter de Bchormcn" te nemen, zooals hij het terecht noemt, in een der groote Londensche hotels, vertelde daarvan het Volgende In het sousterrain, waar ik met mijn ge leider het eorst kwam, werkte de machine rie van hot reuzenhotel met automatische juistheid. Honderdon gedaanten, koks, hel pers, kellners, jongens, gingen vlug en zwij gend op en neer, elk zijn plicht vervullend, als de deelen van een groot raderwerk. „Laten wij eorst eon van de keukens gaan kijken," zei mijn gids. Wij traden binnen in een ruimte als een zaal, vol etensgeuren een legertje van koks was aan het werk .voor reusachtige fornuizen met het gereed maken der kostelijke gerechten, die boven in de zalen werden genoten. De schotel», die gereed waren, werden gezet op oen rok van verwarmde buizen, een reuzenkomfoor, van waar de bedienden ze wegnamen, om Bé aan de kellners te geven. Er waren vijf eetzalen in het hotel en el- ko zaal had haar eigen keuken, met volle dige inrichting van al wat daar bij behoort; ook afzonderlijk glas en aardewerk en ta felgereedschap. Yan de keukep kwamen wij in de slachte rij, waar de geslacht© beesten vlug en han dig verwerkt werden voor de versohlllende vleeschsoortenin de yischkamer lagen ziL ver-glinsterendo visschen in lange rijen op blokkon ijsin de bakkerij werd brood ge bakken, of een belegerde vesting moest worden voorzien; in de aangrenzende ban ketbakkerij vervaardigden vlugge vinger* allerlei heerlijkheden, die zoowel door vorm als smaak de gasten moeten etreelen. Zeer merkwaardig was ook do wasscherij, waa*e met toepassing van de nieuwste hulpmidde len, de gehcele wasch wordt gedaan van hot hotel en zijn talrijke gasten. Een afzonderlijke meubelmakerij met stoffeerderij zorgt voor het onderhoud der meubelen; een andere werkplaats is inge richt voor 8oldeeren en repareeren yan me talen voorwerpen. Het is niet moge. de wonderen te be schrijven van den wijnkelder, waar op de rekken duizenden flesschen wijn lagen; de kamers voor het zilverwerk, met ontelbare rijen koffie-, thee- en suikerpotten, duizen den messen, lepels en vorken; van de groo te hydraulische pijpen, voor waterleiding en liftenvan de dynamo*s voor hot eleo- trisch licht, kortom van al wat dient om den gasten do meest mogelijke gomakken ie

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 13