N®. 13936
Maandag 81 Juli.
A®. 1905.
(Eeze Gourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
Eea gemeentelijke Arbeidsbeurs.
Zijn Moeder.
LEIISCH
DA&BIAB
PRIJS DEZER COURANTi
Vooj Leiden pel week 9 Gents j per 8 maanden l l l l f 1.10.
Buiten Leiden, per looper en waar agenten geveBtigd ïjjn l g 1.80.
franco per post1 v 1.66.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Van 16 regels /"1.05. Iedere regel meer Grootere letters naar
plaatsruimte. - Kleine advertentiën ran 30 woorden 40 0ent3 contantelk
tiental woorden meer 10 Gents.Voor het inoasseeren wordt/"0.05 berekend.
I.
In de gemeenteraadszitting van 27 Octo
ber van het vorige jaar werd een motie van
den heer Aalberse aangenomen, om de be
slissing op'het verzoek van den Christelij-
ken Bcstuurdersbond om toekenning eener
subsidie in de kosten van de door hem op
gerichte arbeidsbeurs, aan te houden en
B. en Ws. te verzoeken deze zaak alsnog in
nadere overweging te nemen. Sedert kwa
men omtrent deze zaak nog verschillende
adressen bij den gemeenteraad in, succes
sievelijk in de raadszittingen van 8 Decem
ber en 29 December 1904: een verzoek van
den Christelijk Nationalen Werkmansbond
om alleen dan aan een arbeidsbeurs subsi
die te verleenen, wanneer deze aan eenige
door hem gestelde eischen zou beantwoor
den on wanaoer «ctit niet geschiedde, dan
van gemeentewege een arbeidsbeurs op te
richteneen nader verzoek van den Chris
telijke n Bestuurdersbond om p het ver
zoek van den Christelijkcn Nationalen
Werkmansbond niet in te gaan; en einde
lijk een adres van de afdecling Leiden van
het Algemeen Noderlandsch Werkliedenver
bond om, onder overweging dat het nut van
een arbeidsbeurs voor een stad als Leiden
althans zeer twijfelachtig is, een uitgave uit
de gemeentekas te ontraden, die nutteloos
zou zijn en bovendien in een partijbelang
zou gegeven worden. Bij de overlegging van
laatstgenoemde adressen was de Voorzitter
tevens in de gelegenheid mede te deelen, dat
Burgemeester en Wethouders omtrent deze
aangelegenheid het advies hadden ingewon
nen van het Bureau voor Sociale Adviezen.
Den 28ston Januari van dit jaar kwam
dit advies bij het collego van B. en Ws. in,
en werd sedert, op hun verzoek, gevolgd
door een nader rapport van 3 Maart, inhou
dende ecnigo aanwijzingen en wenken, bij
de op- en inrichting van een arbeidsbeurs
van gemeentewege in acht te nemen.
Blijkt uit deze laatste mededeeling roods,
dat B. en Ws. het denkbeeld om tot de op
richting van een gemeentelijke arbeidsbeurs
over te gaan in beginsel geenszins verwer
pelijk achtten, ten aanzien vXn het bij B.
en Ws. ingekomen verzoek van den Chris
tel ijken Bestuur dersbond heeft het advies
van het centraal-bureau, in Je van B.
en Ws. van mecning te doen veranderen,
hen veeleer in hun overtuiging versterkt,
dat het van den aanvang af te dien aanzien
door hun college ingenomen standpunt als
volkomen juist mag worden beschouwd.
Wat toch waren, kortelings geformuleerd,
de voornaamste bezwaxen van.B. en Ws.
tegen inwidiging van het verzoek? Dat al
leen dan een waarlijk heilzame werking van
een arbeidsbeurs kon warden verwacht,
wanneer daarin personen van verschillende
kleur en richting elkander zouden ontmoe
ten en dat, waar het verzoek om subsidiee-
ring uitging van een veresniging waartoe
fclcchts personen van een bepaalde richting
kunnen toetreden, geon voldoende waarbor
gen aanwezig waren dat de instelling wer
kelijk aan het algemeen gemeentebelang zou
ten goede komen.
En hoe nu luidt het advies van het cen
traal-bureau voor Sociale Adviezen1? Dat
het van het allergrootste belang is alles to
'doen wat mogelijk is om, wordt eenmaal
tot oprichting of steun besloten, de kans
van slagen zoo groot mogelijk te maken;
dat het daarom noodzakelijk is, dat de
beurs, zoover zulks mogelijk is, onpartijdig
zij en het vertrouwen van werklieden en
patroons bezitte en dat dus subsidieering
van een beurs die zich in diepst van een
der partijen op «ie arbeidsmarkt stelt, is
uitgesloten.
En dan laat het volgen: „Maar ook een
regeling, .waarbij de beurs onder beheer van
werklieden of van een werklieden-vereeni-
ging staat, zooals in het tot den Raad ge
richte verzoek van den Ohristelijken Be
stuurdersbond wordt verlangd, verdient
geen aanbeveling. Al geven deze zich de
meeste moeite om onpartijdig te zijn, toch
zal het vertrouwen der patroons niet zoo
groot kunnen zijn, als wanneer patroons en
werklieden in het bestuur samenwerk en of
althans oen vereeniging, die het algemeen
belang wil bevorderen en zich noch tegen
over patroons noch tegenover werklieden
stelt, het bestuur voert.
„Tegen subsidieering van een beurs, on
der beheer van een bepaalde werklieden
vereniging, pleit bov-ndion nog een om
standigheid. Bij de bestaande politieke en
geloofsverdeeldheid onder onzen werkenden
6tand is het te verwachten, dat zulk oen re
geling niet aleen den patroons weinig ver
trouwen zou inboezemen, maar ook gehee-
le groepen vuii vtikheden, die in geloofs-
on politieke zaken van de beheerenden van
inzicht verschillen, zouden vervreemden*
„De beste waarborg van onpartijdigheid
en daarmede de beste kans van slagen moet,
iaar het ons voorkomt, in een regeling
worden gezocht waarbij de beurs wordt be
heerd door een bestuur, samengesteld èn
uit patroons èn uit werklieden, die als ver
tegenwoordigers der beide partijen kunnen
worden beschouwd. Het kan niet worden
ontveinsd dat zulk een regeling niet gemak
kelijk in cou particuliere vereeniging tot
stand h tc brengen."
Waar het oordeel van een bij uitstek be
voegde, als het Centraal-Bureau voor So
ciale Adviezen aldus luidt, zal het niet ver
wonderen, dat B. en Ws. ronder voorbe
houd meenen tc mogen volk arden bij het
den ltaad eenmaal gegeven pracadvies,
waarbij zij voorstei n afwijzend te beschik
ken op het verzoek van den Ohristelijken
Bcstuurdersbond om toekenning van subsi
die in de kosten c ner door l om opgerichte
arbeidsbeurs.
Aan het slot van hun rapport stellen B
en Ws. den gemeenteraad voor:
lo. te besluiten tot het oprichten, bij
wijze van proef, van een gemeentelijke
arbeidsbeurs;
2o. die beurs tc vestigen in een van de
localitoiten van de Stadstimmerwerf
3o. hen te machtigen de dagclijksohe lei
ding van de beurs op te dragen aan den
bewaarder van de Stadstimmerwerf tegen
een jaarlijksche vergoeding van 100
4o. over te gaan tot vaststelling van den
bij het voorstel gaanden staat van af- ou
overschrijving, groot 100, waarbij is ge
rekend op een bedrag van 100 per jair
als presentiegeld voor de leden van het
bestuur, terwijl wordt aangenomen, dat do
beurs met 1 October a. s. zal kunnen wor
den geopend.
Het bestuur der beurs zouden B. en Ws.
willen zien samengesteld uit één lid van
den Raad als Voorzitter cn 6 leden, waar-
van 3 patroons en 3 werklieden, door den
I Raad op aanbeveling van het bestuur te
i benoemen. Tevens zullen 7 plaatsvervangers
moeten worden benoemd. Aan he* bestuur
zal de beambte, met de leiding van de
beurs belast, als secretaris kunnen worden
j toegevoegd.
Voor bureaukosten zal naar B. en Ws,
meenen f 200 's jaars voldoendo zijn, terwijl
oaa de bestuursleden, die ten minste één-
maal 's maands zullen moeten samenkomen,
voor iedere vergadering f 1 presentiegeld
zal kunnen worden toegekend'.
Leiden, 38 Juli.
B. en Ws. geven den Gemeenteraad in
overweging gunstig te beschikken op het
verzoek van mej. L. A. E. van Nouhuys
om, wegens verandering van studie, ont
slag uit hoor betrekking van onderwijzeres
met verplichte hoofdakte aan de oponbarc
Meisjesschool 2de klasse alhier en haar
dat ontslag eervol te verleenen met ingang
van 15 September 1905.
Evenzoo stellen zij voor aan* mej. J. E.
Labree, op haar verzoek, met ingang van
31 Augustus a.8. eervol ontslag te verlee
nen uit haar betrekking van 3de onderwij
zeres in de handwerken aan de openbare
school der 3de klasse No. 4.
Volgens art. 4 der verordening van
18 September 1902, regelende het beheer
van het Openbaar Slachthuis, enz. zijn
onder den directeur van het Slachthuis
werkzaam vier keurmeesters, tevens op
zichters.
Do commissie voor het Openbaar Slaoht-
huis deelt B. en Ws. thans, bij de toezen
ding van de raming van ontvangsten en
uitgaven voor het volgend jaar, mede,
dat dit aantal door de toenemende werk
zaamheden op het Slachthuis niet meer
voldoende kan worden geacht.
De werkzaamheden van de vier keurmees
ters zijn namelijk als volgt verdeeld:
Eén doet dienst in het keurlokaal, één in
do slachthal voor varkens, één in de slaeht-
hal voor runderen en de vierde heeft de
surveillanoe in do stad.
Nu gebeurt het echter vaak, dat de
laatste aan die surveillance moet worden
onttrokken, ten eind© toezicht te houden
bij het slachten in de slaohthal voor paar
den, hetgeen door liet toenemen van den
invoer van uit Engeland afkomstige
slaohtpaarden steeds meer plaats vindt,
of wel om toozicht te houden in de slacht
hal voor ziek vee bij het slachten van ziek
of gestorven vee. Ook is dikwerf zijn hulp
noodig bij de sterilisatie van afgekeurd
vleesch en bij den verkoop van het geste
riliseerde vleescli.
Een en ander doet. ernstig twijfel rijzen
of het toezicht in de stad op den fraud u-
leuzen invoer van vleesch nog wel vol
doende kan heet-en. Mag men aannemen,
dat één keurmeester, daarin bijgestaan
door de politie, dien frauduleuzen invoer
voldoende kan keeren, wanneer die keur
meester steeds meer aan zijn eigenlijke
taak moet worden onttrokken, moet in dat
gemis op andere wijze worden voorzien.
Bedenkt men dan verder, dat de keur
meesters, bohalve als keurmeester, ook als
opzichter veel meer te doen hebben dan
vroeger, omdat door het meerdere gebruik
van het Abattoir ook meer toezicht noodig
i)3, dan geloovcn B. en Ws. met de com
missi© voor het slachthuis, dat er alleszins
reden bestaat om tot uitbreiding van het
personeel met één opzichter, tevens h u 1 p-
keurmcerter, over te gaan.
De vierde keurmeester kan zich dan weer
uitsluitend wijden aan den dienst in de
stad en de hulpkeurmeester zal in het
slachthuis zoowel bij het keuren kunnen
behulpzaam zijn als opziohtersdienston
kunnen verrichten.
Vertrouwende, dat de gemeenteraad met
hon van de behoefte aan dozen nieuwen
beambte overtuigd 2al zijn, is door B. en
Ws. op de begrooting voor 1906 000 voor
een opzichter, tevens hulpkeurmeestor, aan
het openbaar slachthuis uitgetrokken
Wordt deze uitgave toegestaan, dan zal
den Raad daarna een verordening lot wij
ziging van de verordening van 18 Septem
ber 1902 ter vaststelling worden aangebo
den.
Het salaris van dezen hulpkeurmeester
zou, als dat van do andere keurmeesters,
op f 600 kunnen worden bepaald met 2 twee-
Jaarlijksche verhoogingen van f 100, maar
vrije woning zou hem niet behoeven tc wor
den toegekend,
Voor het akte-examen Engelsohc taal
lager onderwijs is te 's-Gravenhage ge
slaagd mej. D. A. Dobbe, to Leiden.
In het afzonderlijk bijvoegsel „Ver
slagen cn Rapporten", dat bij No 177 der
„Staatsoou'rant" wordt verzonden, is op
genomen het verslag der commissie, van 1
Augustus 1904 tot Augustus 1905 te Lei
den belast met afnemen der practische
oxamons van apotheker. (Tweede zitting);
het verslag van den directour en do leer
aren van 's Rijks veearts en ij soli ooi omtrent
het natuurkundig examen voor aanstaande
veeartsen, afgenomen in het jaar 1905, en
het verslag der commissie, te Leiden belast
met het afnemen der practische examens
van arts van 1 Augustus 190-1 tot 1 Augs.
1905.
Voor het examen hoofdakte is tc Am
sterdam geslaagd de heer B. J. de Jongh,
van Haarlemmermeer.
By de boden gekoudon openbaro ver-
kooping van cokes in partijen van 100, r>0,10
en 5 H.L. waren do prezen f CO, 25.50,
f B.'JO en f 2.60.
Z. K. H. de Prins der Nederlanden en
zijn moedor, do Groothertogin van Mcck-
lcnburg-Schwerin woonden gistermorgen
te Zeist de godsdienstoefening bij in de
kerk der Evangelische Broedergemeente
(Moravischo Broeders.) Daarna brachten
zij een bezoek van een half uur aan het
zusterhuis. Om halftwoalf keerden do be
zoekers per rijtuig naar Soestdijk terug.
Ook de nicuwbcnoemdo Commissaris der
Koningin in do provincie Utrecht woonde
de godsdienstoefening bij.
Wijlen mej. S. F. Th. Nieuwenhuis te
Oldenzaol heeft haar gcheele vermogen, ge
schat op een waarde van 34,536 na aftrek
van eenige legaten, vermaakt aan de R.-K.
Kerkgemeente aldaar.
Examens der Nederl. Toonkunslcnaars-
vereenigingVan do 5 candidaten is Zater
dag geslaagd voor Koorgezang mejuffrouw
J W. T. Haverkamp, uit Nijmegen.
Zaterdag 29 Juli was hot 50 jaar ge
leden, dat ds. A. van Herwaarden te Op-
heusden op den kansel door het onv. ader
doodelijk werd getroffen. Zondag werd in
do kerk deze aangrijpende gebeurtenis her
dacht-.
In verband met de plechtige over
brenging indertijd van het stoffelijk over
schot van den Oostonrijksch-Hongaarschen
gezant bij ons Hof, den heer Okoliosanyo
d'Okolionia, uit het sterfhuis naar het sta
tion der Staatsspoor tc 's-Gravenhage, is
door den keizer Franz Joöcph verleend:
het commandeurskruis der Franz Joeeph-
orde aan kolonel baron Van Voorst tot
Voorst, commandant van het regiment
grenadiers en jagers; de ridderorde derdt
klasso van de IJzeren Kroon, aan jhr.
Molvill van Carnbee, legatie-secretaris,
werkzaam aan hot departement van builen,
landsehe zaken; het ridderkruis der Franz
Jozeph-orde aan jhr. Do Stuers, attaché
bij dat departement.
Voorts is toegekend hot zilveren kruis
van verdienste met de Kroon, aan den
bode Van Dyck, bij het ministerie van bui-
fenlandsoho zaken.
Naar wij met zekerheid vernemen, zal
mr. L. baron Michiels van Verduynen eerst
30 September als lid voor de Tweede Ka-
mor ontslag nemen, daar zijn functie als
secretaris van het Hof van Arbitrage met
1 October a. s„ ingaat.
Een tusschentijdsoho verkiezing behoeft
dus in Breda niet plaats te hebben.
(„Tijd.")
Do Koninklijke Familie kwam Zater
dag te ruim zes uren per automobiel van
Het Loo ton paleize Soestdijk aan cn werd
hartelijk verwelkomd door de Koniugin-
Moeder op het bordes.
De minister Kuyper zaj, zoodra hij
van Den Haag vertrek :n kan, op raad
van zijn geneesheer, een badkuur to Kis
singen ondergaan.
Dr. F. J. Los, tc Barncvoid, is b roe
pen tc Yriezeveon.
Te Utrecht wor J Zondag do algemee-
ne vergadering gehouden van de Maat
schappij tot Nut der Israëlieten in Neder
land.
Volgens het juaivorslag ij tc Zutfen ccn
afdecling tot stand gekomen.
Als hoofdbestuursleden werden herkozen
de hecren mr. W. Binger, mr. A. Jiixoira
de Mattos en M. Warendorf,
Het voorstel van de afdecling Amsterdam
om steun tc verleenen aan de vereeniging
„Pro Juvcntutc" werd aangenomen.
De heer Gustavo van Kalcken, te
Haarlem, hoeft in de kerk tc N aarden een
muurschildering ontdekt, voorstellende «Jen
H. Christoffel mot het kindj Jezus en ec
Hollandscb landschap tot achtergrond.
Men vermoedt, dat het uit de school is van
Oostzanon. l„Tijd")
De „Ingenieur" meldt: Naar wij ver
nemen, is de civiel-ingenieur prof. G. H.
van Mourik Broekman, hoogleeraar in do
Waterbouwkunde aan de Universiteit tc
Santiago (Chili), sedert Januari 1905
tevens hoofdingenieur van de Technischo
Afdecling van de Staats inspectie, belast
met het maken van plannen voor de riolee-
ring on de waterleiding te Santiago en met
het voorbereiden vnn de uitvoering daar
van.
Op verzoek van den President der Re
publiek blijft hij zijn colleges aan de Uni
versiteit tegelijkertijd voortzetten.
FEUILLETON.
18)
Hij balde de vuisten op het donzen over
dek, hij stiet dit dek weer van zich, om do
hijgende borst to ontblooten en zoo een
(weinig koelte te krijgen in de koortshitte,
welke hem. verteerde. En wie zijn moeder
geweest was, hij wilde haar wreken op hem
die haar misdadig van haar plicht als
echtgenoot© had afgewendOok de wraak
.was een schuld, welke hij als Victorine's
zoon had te voldoen.
Daar rees het beeld van een elegant,
bevallig wezen voor hem op. Ellen „Gij,
lieve knop, die aan den oerouden, maar
zedelijk rotten stam der Branks zijt ont
wikkeld Als ik uw vader in een tweege--
yecht dood, dan zijt gij voor mij voor altijd
verloren; en als hij mij nederechiet, nu,
Idan kunt gij mij ten minste, als ik u wer
kelijk niet geheel onverschillig ben, een
heimelijken traan wijden. Onzin 1 zoo ver
breekt hij dezen gedaclitengang; het zal
haar onverschillig zijn, of William Tell
nog onder de levenden wandelt of afdaalt
in dc schaduwen der onderwereld; zij is het
kind van haar vader, wat kan voor haar, de
prinses met het blauwe bloed, een burger
man, een aktenruiter met den leelijken
naam Teil beteekenen?"
Zoo verdrongen zich de beelden en de
gedachten en eerst tegen den morgen viel
hij in een korten, zwaren slaap, waaruit
hij reeds tegen zeyen uren weder ontwack-
èe, want hij wist, dat tegen acht uren de
aigczant van den vrijheer bij hem zou ziju. I
Ofschoon het heden de dag niet was om
zich te scheren, begint hij toch de voor
bereidingen voor dit werk; hij wil heden
toilet maken om den heer von Tollen als
eer- elegant cavalier onder de oogen te ko
men. Terwijl hij echter het mes over de
ingezeepte wangen strijkt, grijnst hij zijn
spiegelbeeld verachtelijk aan. Hidalgo trots,
denkt hij in stilte. Gij zult niet voorna
mer worden voor die adellijke heeren, ook
al zijt gij glad geschoren.
Met militaire promptheid komt de heer
von Tollen op het aangewezen ir.r bij hem
over den drempel.
„Het doet mij leed, mijnheer de officier"
zegt hij, „dat het geen aangename aanlei
ding is, die mij reeds zoo vroeg bij u
brengt. Wilt en kunt u het zware verwijt,
dat u gisteren den heer von Brank gedaan
hebt, terugnemen? Heeft misschien da wijn
u tot een uitlating bewogen, waarvan uw
hoofd en uw hart niets wisten? Het zou mij
buitengewoon aangenaam zijn, als wij op
grond van zulk een verklaring wederzijds
den vrede konden herstellen."
„Het spijt mij, mijnheer von Tollen, aan
deze verwachtingen niet te kunnen voldoen.
Ilc ben het eerst beleedigd. In dit oogen-
blik is mijn getuige, schilder Yölkcr, bij den
heer von Brank, om aan hem mijn uitda
ging over tc brengen. Eerst als - - voldoe
ning gekregen heb, zou ik in staat zijn op
uw vragen antwoord te geven."
„Zijt u de beleedigde? Dat begrijp ik in
derdaad niet; als oog- en oorgetuige heb ik
niet bespeurd, dat de heer von Brank u op
de een of andere wijze beleedigd heeft."
„En toch is het zoo. Ik wil liever daar
over geen nadere verklaringen geven."
„U zult dat niet kunnen nalaten, als u
niet den schijn op u wilt laden, dat u met
opzet twist zoekt met een man, die u niets
gedaan heeft.''
„Deaen schijn zal mijn getuige ophelderen,
die, hoop ik, op dit oogenblik bij den heer
von Brank is."
Tollen dacht na cn na een poos zeido hij
„Goed. Het zal er weinig aan afdoen, wie
in dit geval dc uitdager of de uitgedaagde
is het is voldoende, dat iedere partij der
andere voldoening wil geven. Dc heer von
Brank verkiest pistolen; vindt u "dat war
pen goed?"
„Mijn getuige zal hetzelfde wapen voor
stellen."
„Dan stel ik voor, dat u en de heer von
Brank èf om het eerste schoot loot 6f op
commando te gelijk vuurt."
„Mij is alles gelijk; de heer Yölker kan
de nadere omstandigheden met u regelen."
„Ik zal tien pas afsfcands vorderen."
„Aangenomen."
Na nog eenige besprekingen gaat Tollen
heen cn laat Teil in diep gepeins achter.
Weder rijzen allerLci beelden uit het
verleden voor hem op en telkens denkt hij
aan zijn moeder, die daar in het verre
Westen zulk een tragisohen dood heeft ge
vonden en wier beleedigde eer hij nu op
het punt is te wreken. In dat peinzen
wordt hij gestoord door de aandiening van
Friedrioh Just. Deze, die reeds zoo vroeg
een bezoek komt brengen, wil over een
paar uur voor eenigen tijd de stad verlaten
en niet heengaan, voordat hij van zijn
beschermeling, zooals hij in zijn gedachten
Teil steeds noemt, afscheid heeft genomen.
De bezorgde blik van William treft den
goeden oude, en hij laat don ook niet na
te informeeren, wat Teil schort. Deze
blijft evenwel ontwijkende antwoorden ge
ven, zoodat Just eensklaps vraagt, of er
soms een duel op handen is. Dit ontkent
William, maar de oude blijft toch wan
trouwend den ander aanzien en gaat ten
slotte vrij koel heen.
„Zonderlinge man," zeide Teil, toen
Just was vertrokken; „hij zou voor mij
door het vuur loopen."
Dan begeeft hij zich naar zijn schrijfta
fel cn begint met vliegende hand brieven
te schrijven.
V.
Het was een wolkenlooze Aprildag.
Over 'den Kurfürsten-Damm rtoldc een
gesloten rijtuig, door welks portierraam
pje de officier van justitie William Te'i
tuurde in het gouden morgenlicht. Aan
struiken en boomen in de voortuinen zwol
len reeds de knoppen in klevcrigen glans.
„Ei, daar komen reeds 'de fiere hyacin
ten te voorschijnriep Völker opgewekt.
Hij zat naast den officier on zag het
andere raampje uit. Maar dadelijk besefte
hij, dat deze blijde woorden niet pasten
bij den toestandwelk belang kon iemand
stellen in lentebloemen, hij, die naar i
duel reed, waarbij om zijn leven gedobbeld
zou worden? Hij hoestte en wendde zich
sne] tot zijn vis-a-vis, een jong dokter, die
als vierde in het rijtuig zat: „Hinder ik
u niet met mijn lange beenen, dokter?"
Hij bedoelde het ironisch, want zijn gestal
te was tamelijk kort. „Wij willen er ons
gemak van nerneneen kwartiertje zal de
rit nog duren."
Het rijtuig rolde in gelijkmatig snelle,
licht schuddende beweging voort.
William Tell bespeurde eon lijster die
sierlijk over den weg trippelde, cn toen
het rijtuig te dicht in de nabijheid kwam,
de vleugels uitbreidde cn vroolijk wegvloog
Juist reed men een koffiehuis voorbij, dat
op de grens van het Grhnwald zijn helde
ren gevel in den lichten morgen verhief.
Een musch fladderde van dc straat naar
hot dak van het huis en sleepte in haar
snaveltje verscheiden stroohalrnen met zich,
een last, die haar blijkbaar moeilijk viel.
Do officier glimlachte weemoedig; de klei
ne vogel is met het bouwen van cori nest
bezig, dacht hij, en heeft reeds van te vo
ren genoegen, en gij rijdt hier naar buiten
in het woud, om de beschadigde eer van
uw overleden moeder niet een pistoolschot
te herstellen, dat u op de oen of andcro
manier noodlottig moet worden.
De verbittering over don ellondigcn
toestand, waarin hij onverdiend geraakt
was, verteerde hem. Was hij niet een on
derwerp van medelijden? Hij, een officier
van justitie, de strenge hoeder der wet, do
geroepen aanklager van ieder, die zich be
zondigde aan de paragrafen der strafwet,
hij bevond zich op weg naar een tweege
vecht 1 Kon er schriller contrast zijn? Ver
diende hij niet, dat elk oordeelkundige met
dc vingers naar hem wees? En toch, wat
bleef hem anders over? Verkeerde hij niet in
een maatschappij, welker gebruiken en
orerleverin gen veel dringerden waren dan
de geschreven wet? En wildo hij zich dan
r.iet wreken? Wreken op hem, die hora het
geloof aan zijn eigen moeder zoo brutaal
vernield had? Kon hij een ander© bevredi
ging van zijn behoeft© naar wraak vinden
dan met het wapen in de hand?
(Wordt vervolgd.)