N#. 13894 Vrijdag O JunL A° 1905. feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering van §pn- en feestdagen, uitgegeven. Offleieele Kennisgeylnfl. Onder onze vroede Vaderen. FEUILLETON. Een Kinderhandsolioen. LEIISCH DAG-BLAD PRIJS DEZER COURANT1 Tooi Leiden pei week 0 Gents per 8 maanden l f LlO. Bulten Leiden, per looper en waar agenten gevestigd ij]n l L3Q. Franco per post 1.65. PRIJS DER ADVERTENTIE^! Van 16 regele /1.06. Iedere regel meer /"0.17J. Groolere letters mar plaatsruimte. Kleine advertentiên van 30 woorden 40 Oente oontantelk tiental woorden meer 10 Oente.-Voor het inoasseeren wordt/"0.05 berekend. Burgemeester en Wethouders van Lei- jden brengen ter algemeene kennis, 'dat de |Geneeskundige Armendienst in lliezo gemeento thans geregeld is als volgt: Wijk I, II en XII: Dr. W. Th. M WEE- •BERS, wonende Hooigracht No. 61. Wijk III, IV en het gedeelte van Wijk pC van do SiDgelstroat tot en met de Rijn kade: Dr. W. DE JONG, wonende Noord- einde No. 46. Wijk V en IX: de heer H. W. BLöTE, jronende Langebrug No. 58. Wijk VI en X tot do Gasthuislaan: do lieer A. KIST, wonende Haarlemmerstraat No. 52. Wijk VII Cn XI: Dr. A. C. HARTE- VELT, wonende Rapenburg No. 66. Wijk VIII en X van en met de Gasthuis laan toten met de Singelstraat: do heer J. A. SCHREUDER, wonende Hooigracht No. 40. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DE RIDDER, Burgemeester VAN HEYST, Secretaris. Leiden, 9 Juni 1905. Na do vorige week twee dagen aaneen te hebben vergaderd, kwam onze vroed schap gisternamiddag alweder bijeen. En dat moest wel. De stembureelon moesten iworden samengesteld en daartoe drong de tijd, evenals ook voor h<et vaststellen van het kohier voor de plaatselijke directe be lasting. Hoe vlugger de Raad daar bij is, hoG spoediger de belastingbetalonden bun biljetten thuis krijgen en hoe langer tijd zij hebben voor het afdoen der belasting- penningen. Tusschen cbzo twee kon men licht eenige huishoudelijke punten op do -.Tn^enda plaatsen, die, al hadden ze nu wel niet veel om het lijf, toch moeten worden afgedaan. En zoo geviel het gisteren, dat de Raad '.liet niet druk had. Dó Voorzitter had nog hec voornemen te kennen gegeven, de mo tie van mr. Aalberse, luidende: „De Raad, gehoord de bespreking over art. 8 (van het Werklieden reglement), noodigt Burgemees ter en Wethouders uit een nader voorstel tot regeling der rusttijden bij den Raad in te dienen", te doen behandelen en daar over had men, indien hot een beetje los liep, wel den achtermiddag kunnen volpra- ten. Maar de heer Aalberse was afwezig, zooals nog negen collega's van hem. Nu de voorsteller er niet was, vond de Voorzitter het maar beter, het punt in quaestic van 'de agenda af tc voeren en de Raad ging daarmee accoord. Natuurlijk, wat heb je aau hazenpeper zonder de haas. Ingekomen Stukken waren er ook wei nig en die er waren, vaa luttele beteeke- nis. De benoeming van do leden cn plaats vervangende leden van de stembureelen, mitsgaders van het lid van den gemeente raad, die, zoo noodig, den burgemeester als voorzitter van het hoofdstefenburcol kan vervangen, ging heel vlug en gemak kelijk toe. De heeren hadden slechts een gedrukte lijst der namon, door B. en Ws. pasklaar gemaakt, aan den bode te overhandigen eu even later deelde de voorzitter der s te mopnemers aan den voorzitter van den Raad en deze op zijn beurt aan de raads leden mede, dat al de heeren, zooals ze op het papiertje gedrukt stonden, waren be noemd. Toen ging de hamer van den voorzitter klopklopen bij ieder tikje was er weer een punt afgehandeld. Eindelijk bij punt 10 verzoek van Len- terman c.s. om vergunning tot het dempen van een gedeelte sloot langs de Haarlem mer trekvaart verbrak de heer Pera de stilte met een opmerking, die hij ook wel achterwege had kunnen houden, indien hij do vergunningsvoorwaarden goed had gele zen. De Voorzitter kon den spreker dan ook spoedig tevreden stellen, door er op te wijzen, dat de bepaling, die hij wilde, reeds in de voorwaarden stond. B. en Ws. hadden voorgesteld to beslui ten tot de aanstelling van een opzichter van de bouwpolitie op een jaarwedde van f 900, omdat de inspecteur van dezen tak van dienst het onmogelijk meer af kan. Daarmede was de heer Witmans het volko men eons en hij ging dan ook in zooverre met het Dag. Bestuur mede, maar zag niet in, waarom deze ambtenaar door dit Ooi lege en niet door den Raad moest worden benoemd. Ja, repliceerde de Voorzitter, mai.r de Raad heeft ons indertijd het recht gelaten den inspecteur zelf to benoemen en nu heeft, het eigenlijk geen zin een lageron ambtenaar weer door den Raad te doen aanstellen. Het voornaamste argument, waarom indertijd de benoeming aan het College van B. en Ws. was gelaten, was, dat voornamelijk technische ambtenaren beter door een klein ooilego dan door een groote vergadering benoemd worden. De heer Witmans liet het er verder bij en d^ Raad toonde overigens geen jaloersch- heid tegen B. en Ws., aan wie het recht om den bedoelden opzichter te benoemen werd verleend. Bij het voorstel inzake verhooging van de jaarwedden van eenige ambtenaren ter gemeente-secretarie, in verband met het eervol ontslag, verleend aan den ambte naar ter secretarie, chef der afdeeling Algemeene Zaken", den heer F. W. Eyndhoven, had de heer Witmans nog maals iets op het hart. Voor we aan het voorstel en het daarover gevloerde debat een enkel woord wijden, willen we aan de officieele dankbetuiging ,,voor de 'vele cn goede diensten, door hem ruim 38 jaren aan de gemeente bewezen", waaronder B. on Ws. het eervol ontslag aan den heer Eyndhoven verleenden, ook onzerzijds, als spreekbuis van „publiek", dat in do lange reeks van jaren den heer Eyndhoven leer de kennen als een welwillend ambtenaar, die nooit weigerde menschen, die inlich tingen vroegen of hulp noodig hadden, tei secretarie met raad en daad bij te staan, den plichtgetrouwen en hulpvaardigen chef bij zijn heengaan een woord van hulde brengen en den wensch uitspreken dat hij nog lang van zijn rust zal mogen genieten, waarop hij na de lange en moeilijke loop baan groote aanspraak heeft. B. cn Ws. wilden nu den heer F. G. Ro sier, dio krap 25 jaren aan de secretarie verbonden is, tot chef eter afdeeling benoe men en in verband daarmee zijn salaris van f 1500 op 1800 brengen en aan ieder der heeren Van der Valk Bouman, Van Unen en Poelman een verhooging vau 100 toekennen. En om het stel ambtenaren voltallig te maken wilden ze een ambtenaar ter secre tarie aanstellen op een jaarwedde van f 1000. Voorts wenschten ze aan den heer Sinc lair de Rochemont, belast met de behande ling dier zaken betreffend» do schutterij, ep aan den heer Boor, die aan de finan- cieele afdeeling werkzaam ia, ieder een verhooging van f 100 toe te kennen. Verhooging van don begrootingspost zou dit niet ten gevolge hebben. De gezamen lijke verhoogingon bedragen f 800; dit ge voegd bij het salaris van 1000, zal nog f 200 minder zijn dan het bedrag van f 2000, hetwelk door het ontslag van den heef Eyndhoven vrij zaJ vallen. Voorloopig dus een klein voordeeltje, doch als mon een maal weer eens aan het verhoogon gaat, waar het later nog wel eens toe komen zal, zal die vrijvallende 200 wel niet voldoen de zijn, zoodat op den duur er toch ieta Bij zal moeten. Tegen heb maken van promotie door de ambtenaren afdeeling al gemeen o zaken, had de heer Witmans niets, vooral juiohte hij het toe dat de heer Rosier chef der af deeling werd. Maar moest er nu een op roeping gedaan worden voor een nieuw ambtenaar, en was daarvoor geen geschikt man tor secretarie t<o vinden onacr de min dere ambtenaren of de volontairs! De Voorzitter verklaarde op gezag van den secretaris van niet. Verder scheen het ons toe, dat de heer Witmans wel iets had tegen de salarisver- hooging der ambtenaren buiten „algemeene zaken". Hij deed daaromtrent echter zeer algemeene aanduidingen, zoodab er blijk baar eenig misverstand tusschen hem en don Voorzitter ontstond. De laatste merkte toch op dat,indien hij begrepen had dat de heer Witmans een andere afdeeling op het oog had gehad, hij dan daarover geen debat zou hebben toegelaten. De hoofdzaak van des heeren Witmans betoog liep echter tegen het stel&ellooze in de. promotie dezer ambtenaren. Hij aarzei- do niet van misstanden tc spreken en wenschtc een bepaalde regeling voor deze salarieering en verweee te dien einde naar een reglement regelende de rechtspositie der gemeente-ambtenaren in de gemeente Maastricht, ontworpen door niemand min der dan den oud-minister jhr. mr. Ruys van Beerenhroeck. De Voorzitter wees er op, dat zoo if?ts al meermalen in dezen ge meenteraad te berde is gebracht, maar dat daarbij nimmer is gebleken dat de Raad een zoodanige regeling begeerlijk acht en men kan daarom van B. en Ws. ook niet een voorstel in clien geest verwachten. En wat do regeling in Maastricht betreft, daarmede kan do Voorzitter zich niot ge heel vereenigen. Z. i. wordt daarin te veel gegeneraliseerd. Doch laat de heer Wit mans bij de volgende gemeenebegrooling do quacstie nog eens aan do orde stelten. De heer Witmans beloofde het te doen. Nadat vervolgens nog eenige punten zon der discussie en hoofdelijke stemming de revue waren gepasseerd, maakten de hoe ren Pera en Van Dissel een paar opmer kingen van ondergeschikt belang naar aanleiding van de gewijzigde verordening op het Bouwen en Sloopen. Het is een toer met deze verordening bij Ged. Staten in het reine te komen. Ook ditmaal is ook niet aan alle wenschen en wenken van dit College toegegeven, voornamelijk waar Gted. Staten naar het oordeel van B. on Wa. verzuimden rokening te houden met de plaatselijke toestanden. Of men na deze onveranderde vaststelling er nu voorgoed mee klaar zal zijn, durven wij nog niet grif voorspellend. Iten voorstel om ter voorziening in do behoefte aan kasgeld een tijdelijke leening aan te gaan van f 100,000 ging er ook zon der eenige strubbeling door. Blijkens de toelichting zou men voorloopig wel met f 50,000 kunnen volstaan, maar dan zou vermoedelijk binnen zeer korten tijd ander maal versterking van den post noodig blij ken. Als het een particulier gold zou men er tegen kunnen opzien, iemand in het aan gezicht van cte schitterende feesten zoo'n overvloedige kas too te vertrouwen, maar van de gemeente weten we nu eenmaal dal zij altija zuinig is, nietwaar? Voor 'haar kan heb geen kwaad. Een der redenen, waarom de kas spoedig den bodem zal laten zien is dat het aan deel van de winst die do gemeente van de Duinwater-maatschappij geniet, ton bedra gs van f 30,000, nog niet zal worden ont vangen. B. en Ws. hebben de rekening der Duinwatei^maatschappij niet willen goed keuren, omdat naar hun oordeel bij de voorgestelde afschrijvingen geen voldoende rekening wordt gehouden met de belangen dor gemeente. Wij kunnen, onidat wij, be houdens deze mededeeling, niets van do zaak weten, daarover geen oordeel uitspre ken, maar juichen het in het algemeen zeer toe dat B. en Wa. flink opkomen voor de belangen dor gemeente *en in een geval tegen de Duinwater-maatschappij, die zoo goed aan do gemeente verdient, doen wij die in het bijzonder. Ten slotte kwam do Voorzitter nog met een voorstel om aan de Gebrs. Van Uldcil vrijheid te geven tot de onderhuur van een gedeelte van hot Raamland aan do Vereeniging voor de oprichting van Volks speeltuinen, natuurlijk ton behoeve van. een volksspeeltuin. Langs een omwegje zal do Vereeniging dan toch bereiken wat de gemeenternua haar zelf niet wilde toestaan. Het gevolg zal zijn dat zij voor het ter rein 50 h f 100 meer zal betalen, want de pachters zullen deze gelegenheid ntet laten voorbijgaan or eenige winst uit te slaan. Maar daarvoor wil do gemeente dan wei een subsidie geven. De heer Dc Goejo vroeg nu reeds of cr meteen subsidieaan vrage van de Vereeniging was ingekomen. Wij zullen nu ongeveer dit geval krijgen: Di gemeente ontvangt van de pachters van hot Raamland voor een gedeelte van dis land bijv. f 150. De pachters verhu ren dit terrein weer aan de vereeniging voor Volksspeeltuincn voor bijv. f 250. De gemeente geeft echter een bedrag van 250 als subsidie aan dc vereeniging. Wat hierop neerkomt, dat do gemeente aan de pachters jaarlijks cadeau doet 100. Want zij had het terrein ook zelvo aan de vereeniging kunnen afstaan, die daarom vroeg. Doch daartegen waren principioele be zwaren, doch zoo'n principo is toch ook wel f 100 in het jaar waard. Vóór de vergadering word voranderd in een met gesloten deuren ter behandeling van het kohier der plaatselijke directe be lasting, verkreeg dc heer Sijtsma verlof tot het houden eener reeds vroeger aange vraagde interpellatie over de regeling van het onderwijs aan de o.l. school 2de klasse voor Jongens en Meisjes, in verband met de aansluiting aan het onderwijs dor ande re scholen. De Voorzitter achtte het door den heer S. aangevoerde belangrijk genoeg om het eerst aan het oordécl van do school commissie te onderwerpen alvorens er ant woord op te geven. Niettemin voorde de heer Pera er oen en ander tegen aan, waarop wij nu dc zaak toch spoedig weder aan de orde komt, thans niet behoeven terug te komen. Daarop werden do deuren gesloten en n.v heropening over een halfuurtje bleek, dat het belastbaar ink. men met een be drag van f 25.0S0 was verhdogd en dl -» was geklommen tot f 7,106,9-19 waard or het voorgestelde heffingsprocent kon wc don verminderd van 4.12 lot 4.11. Aid werd het kohier vastgesteld. Valt het met do suppletoirc kohieren w wat mee, dan bestaat cr o.i. alle kani, tl vt het belastingproccnt tot 4 pCt. wordt te ruggebracht. Hiermede was do arbeid voor dezen du' nfgcloopen. Met hot oog op de festiwteitor die in uitzicht zijn, is het te voorzien, da do Raad niet zoo heel spoedig weer bijeen zal komen. Wel zullen dc heeren den 21 sten H. M. d-ï Koningin cn Z K. H. Prins Hendrik ontvangen, maar of daaraan de schrijver van „Onder onze vroede vaderen" stof voor overzicht mug ontlecnen zal te bezien slaan. Leiden, 9 Juni. Door 'don heer H. J. van Leeuwen Jr. is gisteravond in do Collogiumikamer aan het bestuur van het Lcidsoh Studenten korps aangeboden een ook door hem ge- oomponeerdo Maskerado-marsch, nebjes gepen te ekend en besloten in een pracht band in do stadiiklcureu cn met oranje linten. Do „Vrijzinnige Kicevcreeniging" al hier houdt hedenavond een ledenvergade ring tot het c tellen van candidaten voor het lidmaatschap van den Gemeenteraad. Als voorloopigo candidaten zijn bij den Algcmeoncn Voorzitter, ingevolge art. 15, opgegeven de hcoren J, van Beveren, S. do Boer Azn., J. Botcrmans, Abr. Corte, mr. H. L. uckcr, Jr. E. F. van Dissel (aftr.), mr. S. J. Fockema Andrcae (aftr.), mr. A. J. Fokker, dr. Th. W. van Lidth do Jeudo (aftr.), H. Paul (aftr A. L. Reimcringer, J. Roem, W. van Rossum du Chattel, dr. D. Stigter, mr. O. W. Sip- kes, mr. P. A. Tichelaar, J. Th. C. Viru- ly, W. F. Verhey van Wijk (aftr.), mr. E. do Vries (aftr.) J. C. Zaalberg cn dr. H. J. Zwiers. Behalve de hierboven aangeduide loden zijn ook nog aan do beurt van aftreden de heeren W. Pera, P. J.'M. Aalberse, mr. L. M. J. H. Kerstens on J. P. Vergou wen. Niettegenstaande ds. Wisse door een vrij hevige oogontsteking is getroffen, waardoor Z.E.W. tijdelijk loet gezicht ge deeltelijk mist, neemt hij toch" ernstig deel aan den verkiezingsstrijd. Zoo trad hij 'deze week een paar malen op voor stamp volle zalen in hot district Enkhuizen, on debatteerdo met dc liberalen. En zoo hoopt 3) Mijn meisjes moesten hem helpen; zij de den het graag. Want tot besluit kregen zij iederen keer chocolade. Doch niet alleen daarom hielden zij van hem; hij had reeds haar hart gestolen door de vroolijke ge schiedenissen, welke hij haar vertelde. Als hij zoo met de kinderen bezig was, zou men hem haast niet herkennon. Dan toonde hij een bijna vrouwelijke teederheid en zacht heid- Zooals bij alle fijn georganiseerde naturen, leefden ook in hem twee mensche.i. m Die bebbeu ook zeker ten slotte met elkaar gestreden, toen op eenmaal dc storm boven hem losbarstte. En deze eeno, deze f* r'e maal behield de zachtheid de overwinning en trok hem naar den grond. Gedurende cle manoeuvres werd het leeg in het stadje. Alleen de Walkcnrieds en wij bicven thuis. De Walkenrieus bleven over het algemeen altijd thuis. Uit do zeer een voudige inrichting van het huishouden had ik reeds lang bemerkt, dat zij niet bemid deld waren. En de oude heer had eens tegen mij gezegd: „Arm zijn wij nu wel niet; door mijn groot pensioen zouden wij veel beter kunnen leven, maar ik spaar voor mijn dochters; die moeten zonder zorgen cn goed kunnen leven, wanneer ik kom te sterven." Over zijn overleden vrouw sprak hij nooit, maar van de dochters hoorde ik, dat zij zeer teer en zenuwachtig geweest was en vroeg was gestorven. Er hing een groot portret van haar in de slaapkamer der da mes, waarover ik mij in stilte altijd ver wonderde. Daar er nooit over haar gespro ken werd, maakte ik de gevolgtrekking, dat het huwelijk ongelukkig moe6t zijn geweest. Daarna vergat ik door de te verwachten ge beurtenis de familie Walkenried. En in het najaar, toen de eerste verdor de bladeren van de boomen vielen, lag er weer een spartelende baby in onze maho niehouten wieg. En ook ditmaal was het een meisje. Het duurde lang, voor mijn man over de teleurstelling heen was; hij had zich zoo op de komst van een jongen verheugd Ook ik had slechts van een zoon gedroomd, doch toen ik het kleine, onschuldige ding in de armen hield, was ik toch innig gelukkig. Zijn Excellentie was bijzonder hartelijk voor mij; hij overlaadde mij bijna met bloe men. Daarom gold mijn eerste bezoek ook hem. Ditmaal zaten wij niet, zooals gewoon lijk in het schemeruurtje, in het hoekje bij de kachel. Ik zat op de sofa en hij zat vóór mij op zijn schrijftafelstoel. Hij was zeer goed geluimd en feliciteerde mij altijd opnieuw weer. „Ik heb er mij toch zoo har telijk over verheugd," zeide hij. „En nu heb ik nog één verzoek: Laat mij peet zijn over uw dochtertje," Ik dankte hem verheugd. „Wij hebbeD u dit niet durven vragen, Excellentie, omdat het maar een meisje is; was het een jongen geweest, dan zouden wij het zeker gedaan hebben." Weer zag ik plotseling dien doffen blik in Jöijn oogen. Hij antwoordde niet, zat rechtop in zijn stoel en trommelde met de vingers op tafel. Ik was boos op mijzelve. Hoe had ik de vorige geschiedenis kunnen vergeten 1 En ik wist niet hoe ik de zaak ongedaan zou kun nen maken en keek hem nog steeds ver schrikt aan. Daar drong van buiten het geluid van een heldere kinderstem tot ons door. Die bracht leven en wekte ons beiden op. „Ik zal u een geschiedenis vertellen," zeide de oude heer langzaam. „U zult ze misschien toch wel \an anderen hooren en u zult dan niet weer „maar een meisjo" zeggen; u zult tevreden zijn." Dit laatste klonk boos bijna dreigend. Hij wachtte oven, alsof hij het begin moest bedenken. „Mijn huwelijk was niet gelukkig", zeide hij toen. „Wie schuld had? Beiden. Zoo is he; immers altijd! Wij waren op elkaar verliefd geworden. Misschien juist omdat wij zulke groote contrasten waren. Mon zegt, dat dergelijke huwelijken het geluk kigst zijn. Dat is niet waar, dat is onzin. Wederom wachtte hij even. „Ik J:on mijn stir en go levensopvatting niet opgeven; ik kan hot ook nu nog niet. U moet het mij dus niet kwalijk nemen." Een vriendelijke blik trof mij. Toen werd hij weer ernstig „Nu en zij, zij had geheel an dere ideeën; zij was lichtzinnig on zij deed nooit wat zij beloofde; het lag zoo in haar natuur; zij kon niet anders.*' „En", hij hield even op, begon weer op nieuw, toen ten slotte: „En dat had de jongen van haar geerfd." Nu was het er uit. Hij had over het algemeen veel van haar geërfd, haar slanke, elegante gestalte, hst mooie gezicht cn haar betooverende lieftal ligheid." Hij schoof zijn stoel een eind vooruit en sloeg de handen in ©lkaar. Een heerlijke j horinnering deed zijn oogen schitteren. „Wat was ik gelukkig, toen dc jongen ge boren werd 1 Ik was half krankzinnig van vreugde. Ik kende een gedicht, dat op de volgende wijze begon: „Sonne, komm rasch an mein Fenster gesprongen I Laclie mit mir, ich hab' einen Jungen 1" cn dat zong ik den j^oheelon dag. Ik noemde mijn zoon naar mijn hoogvereerden ouden Keizer, die mij eigenhandig het ijzeren kruis op de borst bevestigd had I Ik droom de, ja wat droomde ik al nietl Dat cene alleen wist ik: een echte Pruisische edel man moest hij worden en mijn ouden naam zou hij nog meer tot aanzien brengen, dan ik ooit had vermocht." Opnieuw werd het stil. Toen stond hij op, met moeite cn wanke lend- Langzaam ging hij naar het rookta feltje en nam den kleinen bruinen hand schoen. Even langzaam kwam hij terug. „Dat is alles, wat ik nog van hem heb," zoidc hij, mij don handschoen toonend. Hij wierp er eon teederen blik op. „Wat was hij lief en aanvallig toen. Het was een eigenaardigheid van hem, dat hij nooit handschoenen dragen wildo. Altijd, vóór hij met zijn Fransche gouvernante ging wandelen, kwam hij bij mij: „Vader, moet ik nu heusch handschoenen aantrekken? Ik vind het niets prettig; zie zelf maar eens hoe leelijk het staat 1" En daarbij stak hij mij zijn klein?, bruino vuistjes toe. „Ja, maar dat moot toch l" antwoordde ik hem; „gehoorzame kinderen moeten op straat altijd netjes gokleed zijn." Eena op een dag liet hij een van de handschoenen in mijn kamer liggen. Ik bemerkte het eerst, toen hij al lang weg was. Zonder er veel bij na te denken borg ik hem in mijn schrijftafel op on vergat hem. En toen, toon," hij aarzelde lang, „toen vond ik hem tooh weer terug, in het donkerste uur van mijn leven, toen ik alles, wat mij aan hem herinnerde, vernio-1 tigd had; toen zijn laatste portret vor- brand was; toen vond ik dit ldeinc, bruine' ding in mijn schrijftafel tusschen k>udo papieren, en ik kon niet besluiten om dat ook nog te vernietigen. Er was daaraan een horinnering verbonden uit don zonni- gen tijd, toen ik nog zoo trotsch op h»m was. „Sedert dien tijd ligt hij hier op het rooktafeltje en zegt mij ieder uur, dat ik toch ook nog eenmaal zoo recht gelukkig' geweest ben. Want toen hij geboren was, ziet u, ging alles góeü; wij waren niet meer zoo ongo-, lukkig mot olkaar; ik was toegevender go-,' worden, want zij had mij immers mijui' zoon geschonken. Toen vatte zij koude,- kreeg een longontsteking en 6tierf no£f vóór de jongen naar r.ohool ging." Zijn hand leunde zwaar op do tafelJ „God weet, dat ik alles gedaan heb, otti van hem iets £ocds te maken. Do jongoij was mij nog liever dan mijn beroep. Ed toch hebben zo hem bedorven." i Deze Laatste woonden werden bijna snikli kond uitgesproken. (Slul

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 1