LIIDSCH DAGBLAD. ZATERDAC 22 APRIL. - TWEEDE BLAD. PERSOVERZICHT. FEUILLETON. I>e Banneling. No. 13855 Ajido 1903. Dezer dagen werd door de „Arnhem- gche Oourant" bericht, da* het oen- fcraal-bestuur der Katholieke kiesvereeniging te Arnhem een verzoek om geldelijken steun tot zijn geloofsgenooten aldaar had gericht, om den strijd voor het behoud van het Ka binet te kunnen voeren, en dat het schrij ven, waarbij dit geschiedde, mede onder teekend is door de pastoors der vier po- rochiën, waarin Arnhem verdeeld is. Naar aanleiding daarvan schrijft de „Nieuwe Rotterdamt;che Oou rant" ,,De inmenging der geestelijk heid in den politie ken strijd ie ook bij ons te lande niets vreemds meer. Men heeft daarvan in Rotterdam om van ande re plaatsen niet te spreken herhaaldelijk voorbeelden gezien; nog verleden jaar, bij den strijd aan de provinciale ttembus, waren wij in de gelegenheid, een paar treffende 6taaltjes van dio inmenging mede te deelon. Ooi- is het voorgekomen, hier en eldors, dat de politiek op den kansel word gebracht. Maar toch, zoó openlijk, wij zouden haast zeggen zóó ongegeneerd als nu te Arnhem geschiedde, had men de geestelijkheid nog aiet zien optreden. De gezamenlijke hoof den van par; hièn in een stad, met hun de ken aan het hoofd, rich in een openbaar schrijven endende tot hun geloovigen om bijdragen te vragen voor de politieke „krijgskas" tot behoud van het bestaande Kabinet, dat bewijst wel, dat alle sohroom Is afgelegd, met de gereserveerde houding van vroegere dagen geheel gebroken is. Kort geleden heeft men kunnen zien, hoe bij de oprichting van een paar naamlooze vennootschappen tot voortzetting der uit gaaf van Katholieke dagbladen met sterk militant karakter de aandeelen voor een zeer groot deel in handon van geestelijken waren. Trouwens, dat de Katholieke pers onder het strongo toezicht der geestelijkheid btaat en tegenover de Kerk alle zelfstandig heid mist, wist men vanouds. Maar toch, al heeft in ons politieke leven de geestelijkheid haar invloed steeds doen gelden, wat nu te Arnhem gebeurt, is nog iets anders- dan wat men tot heden waar nam. Zoo er nog eenige scrupule wat, dan schijnt die nu verdwenen te zijn en de inmen- gig van het geestelijk gezag in den politie- ken strijd reecla beschouwd te worden als een heel gewone zaak. Het is overigens de Rooinsche geestelijk heid niet alleen die zich bij den strijd voor het behoud van hot huidige Kabinet op den voorgrond plaatst Ook van den kant dor anbi-rovolutionnairen treden do bedienaars van den godsdienst meer en meer naar vo ren. In het centraal-oomité der partij vormt na de bestuursverkiezing van deze week het theologisch element de meardorhoid, wat tot heden nooit geweest is, al was dan ook vroe ger, als nu, de voorzitter een theoloog. In de Tweede Kamer is do woordvoerder dor par tij, die zich het meest roert, meer dan eenig ander bij de debatten de leiding neemt, een predikant. En zien wij niet in het land, over aJ, waar vanwege deao partij do kiezers bij eengeroepen worden, dc predikanten het hoogste woord voeren 1 In geen vroegere pe riode hebben deze heeren zich zóó geducht doen gelden als tegenwoordig. Het heeft er veel van, alsof heb werk dor politieke propa ganda onafscheidelijk deel uitmaakte van het predikambt. Als een vlucht zwarte vo gels ziet men de Calvinistische predikheer en over het land trekken en overal neerstrijken waar voor do politiek van hun leider zielon te winnen zijn. Waar gaan wij heen Ten slotte zal hot lee- ken-element niote meoT in don Staat in te brengen hebben on ^al men zich gedwee heb ben te onderwerpen aan de inzichten der geestelijke leiders." In de ,,N e d e r 1 a n d s c h e Stern al o n", orgaan der nationaal-historisohb partij, die meer en meer de rechterzijde nadert, vonden we een bespreking der o n- derwijsnov.elle, waaraan het volgen de is ontleend: Het grondwettig vraagstuk. Het open baar onderwijs is een voorwerp van de 8) Waarlijk, de jaloorsohe blikken van me juffrouw Will ma-na, van de Ncredschoffs en van zoovele andere kennissen uit haar kring gaven duidelijk genoeg te konncn, dat men den giaaf zeer ernstige bedoelin gen met betrekking tot deze kleine Fin- landsche Strómholt toeschreef- AI dio rijke burgerdochters, die aanvankelijk mot den graaf erg gccoquotteervi hadden, begonnen hem daarom op verre na niet meer zoo interessant te vinden en Elli vermaakte zich daarmede reeds geruimen tijd, juist omdat haar halt volstrekt vrij gebleven was. Zeker, Ludeskoy was een aangenaam man in gezelschap en had veel in de we reld rondgezworven. Toen hij na den iaat- eten Turksohen oorlog in 'de Petereburger kringen vooi den dag was gekomen, om zweefde hem de glorie van een held; de Tsaar had hem, naar men zeide, na de bestorming van Plevna eigenhandig dc orde van St.-George op de borst gehecht; men wist ook, 'dat hij in het buitenland zeer gevierd was en daarbij vooi rijk gehouden word; men sprak ten minste van goede ren, waarom hij sedert eenige jaren pro- oreerde ©d die hem spoedig toegewezen •ouden worden; kortom, de man 6tond te goeder naam en faam bekend, cn de bur gerkringen, waarin hij met een zekere voorliefde scheen te verkeoren, voelden rich daardoor hoogst vereerd. De heer Wtddemar Arwed Strömholfc, 'de rijke be- aanhoudende zorg der Regeering, zegt ar tikel 192 der Grondwet; en het voegt er bij, dat overal in het Rijk van overheids wege voldoend openbaar lager onderwijs wordt gegeven. En daarna volgt dan de vrijverklaring tot het geven van onderwijs, behoudens de bij de Grondwet gestelde voorwaarden. Het is nu niet de vraag wat wenschelijk, rechtvaardig ia Hoe wij over het onder wijsvraagstuk denken, kan voldoende blij- ke>n uit het program van beginselen van onze partij ea de daarbij beh oorend e toe lichting. Doch wat bij het maken of wijzigen van een wet, naar aanleiding van grondwette lijke bepalingen, op den voorgrond moet staan, is dit: Wat wil de Grondwet? Waar nu de zorg der overheid voor het openbaar lager onderwijs voorop wordt gesteld, daar kan niet gezegd worden, dat het door de Grondwet geëischt wordt om het bijzonder onderwijs daarmede, inzonderheid op fi nancieel gebied, gelijk te stellen. Met den besten wil kunnen wij dan ook niet in stemmen met hetgeen door minister Kuy- per is gezegd, al beriep hij zich ook, voor zijn grondwetsuitlegging, op het gezag van prof. Buys. Diit neemt echter niet weg, dat het geenszins met letter en geest van de Grondwet in strijd kan worden geacht, om, waar men de vrijheid van onderwijs heeft erkend, ook de bezwaren uit den weg te ruimen, die aan een onbelemmerde ontwik keling van die vrijheid in den weg Btaan. En waar men nu reeds in 1889, om tot een bevredigende oplossing van het onderwijs vraagstuk te geraken, den weg van. subsi- dieering van het bijzonder onderwijs heeft ingeslagen, kan men ook geen overwegend Bezwaar doen gelden tegen verhooging van dat subsidie. Do 8ubsidieverhooging voor de bijzon dere scholen kan dan ook, naar onze mee ning, op geen redelijke, althans geen af doende redenen worden bestreden. Het beginsel is reeds vijftien jaren geleden door de verschillende partijen aangenomen; er wordt nu slechte op voortgebouwd. Daarbij was het zeker van de Regeermg goed go- zien om bij deze gelegenheid voorschriften in de wet op te nemen, waardoor de rechtspositie van den bijzonderen onderwij zer wordt verbeterd. Is dus de redactie der „Noderland- sohe Stemmen" ten opzichte der hoo- gere subsidion zeer gunstig gestemd, zij meent, dat de zoogenaamde verrekening" had moeten achterwege blijven. In het Aprilnummer van hot .Maand blad tegen de Kwakzalverij" le zen wij onder het hoofd „Brutaal" het volgende In een der nommers van Maart van do Nieuwe Botter damsehe Oou rant" kan men de onderstaande adverten tie lezen „GENEESHEER." Voor terstond gezocht een Arts, genegen ©en volgens de wot onbevoegde met een ©norm drukke praktijk (vijf dagen per week) te assisteeren en tevenB als hoofd eener inrichting. Br., mot opg. verlangd salaris, onder het No. dezer advertentie^ aan het bureau de zer Oourant." De steller weet, d&t hij zich schuldig maakt aan wetsovertreding. Waartoe zou hij anders een bevoegde ter bijwoning zij ner spreekuren vragen i Hij hoeft een zeer drukke geneeskundige praktijk en het ia dus niet wel mogelijk, dat hij heimelijk cou te werk gaan, dat niemand er iets van bemerkt dan de patiënten alleen, die zijn hulp inroepen. Het publiek ia er blijkbaar mee bekend en vandaar zijn toeloop. Wij vragen echter niet- Waar zijn de rechterlijke ambtenaren, wior plioht het is toe te zien op overtreding der wetten in het algemeen? omdat het ons bekend is, dat overtreding der onnoozelste politie-veror- dening bij hen dikwijls zwaarder weegt dan do meeat brutale inbreuk op do wetten, ro- geledende de uitoefening der genees, en artsenij bereidkunde; maar wel vragen we, e>n met aandrang: Waar zijn de processen- verbaal, door den hoofd-inspocteur of de inspecteurs van het Staatstoezicht op de zitter van smeltovens, die zich anders zoo troteoh „den Ridder van den Arbeid" noemde, was niet «de laatse geweest, die den voornamen heer zijn opwachting had gemaakt, ten einde zijn huis door diens vriendschap meer aanzien te geven! Waarlijk, Oscar zou zoo goed als blind moeten geweest zijn voor de vroegere speelgenoot zijner jougd, als hij niet be merkte, wat toch aan allen reeds lang was opgevallen. Zonder twijfel bezwaarde het Elli wel een weinig, als zij overdacht, hoe in den laat- 6ben tijd de omgang van haar en haar va der met den graaf Ludeskoy als het ware achter den rug van Oaoai plaata had. Voor al wae haar de gedachte pijnlijk aan een zekere namiddagpartij, die 'do vorige week gehouden was in den Alexander tuin. De Willmans waren daar natuurlijk ook weder bij tegen wool dig geweest en «-e drie zusters Neredeckoff met haar gehpelen aanhang. Doch O soar Olfera, dien had pa pa vergeten uit, te noodigen. „Was dat niet Laag geweest?" En als de goede jon gen nu eens gezien had, wat er gebeurd wob 1 Elli maakte een gebaar, alsof zij zich iets zeer onaangenaams herinnerde. Inder daad, al bleef Osoar ook geheel en al bui ten spel, de gebeurtenissen van dien dag waren op zichzelf belangrijk genoeg. D© jongelui hadden een hoepelspel ge arrangeerd, natuurlijk onder leiding van den beroemden graaf Fedor Davidowitsch Ludeskoy, die in alle dingen, op lichaams oefening en sport betrekking hebbende, een meester wae. Spoedig ging het op het groote grasveld in het heerlijke park luid en vroolijk toe. De bonte fladderende zo merkleedjes, het heldeie lachen, het opwek- Volksgezondheid opgemaakt, wegens over treding der geneeskundige wet, waarvan zij niet onkundig kunnen zijn, omdat de toeloop van het publiek hun den weg moet wijzen? Worden die processen-verbaal door den officier van justitie eenvoudig ter zijde gelegd of verzuimen zij zelf iedere poging, om de wet, welker handhaving in het bij zonder aan hun zorg is toevertrouwd, te helpen eerbiedigen HelaasDoor lange ervaring hunner voorgangers geleerd, vree zen wij het antwoord te kennen. Nog een andere vraag dringt zich op; Wat zou er niet al gebeuren, hoe zouden de politiebeambten aan het werk worden gesteld, indien iemand op zoo'n manier openlijk aanwees zijn gewoonte om een an dere wet te overtreden, rakend© bijv. den eigendom, de belasting, smokkelarij, enz., of zelfs eenvoudig de drankwet of de jacht wet? De steller der advertentie kon verze kerd zijn binnen een etmaal te zijn opge spoord en geregeld de politieagenten aan zijn deur te hebben. Het „Friesohe Dagblad" schrijft: Voor het aanstaand congres der S -D. A.-{P. heeft do afdeeling Maastricht het voorstel gedaan, om aan de Kamerfractie op te dragen, er bij 'do Regeering op aan te dringen de verkiezingen voor de Tweede Kamer te doon plaate hebben op Zondag. Uit dit voorstel blijkt, wat er bij de socialisten omgaat. Zij weten zeer goed, ook in Maastrioht, dat do anti-revolutionairen gemoedsbezwa ren hebben tegen het gebruiken van den Zondag voor het verkiozingsweo-k. Voor- •atandere noemen zij ziek van algemeen kiesrecht, maar in kun ofdeelingen wordt een voorstel geboren, waardoor tien dui- zonden kiezers feitelijk van hun kiesrecht worden beroofd. En wat zou er op de verkiezingsdagen overblijven van do Zondagsrust? Niets I Op zulk eon verkiezings-Zondag zou er in de groote steden oen ongehoorde verkieringa- herrio ge» uuaikt worden. Do afdeeling Dordrecht steunt dit fraaie voorstel. Leeuwarden eo Rotterdam II trachten het eenigsri- te verzachten, door b.j don Zondag nog een anderen weekdag (Loeuwar den stelt voor Maandag) te voegen; of schoon Maandag om bekende redenen voor ons de allerongeschiktete weekdag is. Die verzachtingen komen dan daarop neer, dat de anti-revolutionairen slechts op éón dag kunnen 9temmen en do andere partijen op twee dagen. En 'de Zondags rust moet verdwijnen. Toen er in Harderwijk onlangB een stem ming op Zaterdag bepaald was, kwam „Hot Volk" op voor de Joden, cn mi nister Kuyper noodigde autoriteiten uit, een anderen dag vaat te stellen. Voor -do gemoedsbezwaren der Calvinisten schijnen de heeren minder te voelen. Som migen willen er eenvoudig mot de klompen overheen loopon. Als gevolgen dor nieuwe on derwijswet noemt „Onze 8ohool": De hooge subsidie, die aan de besturen van bijzondere sriiolen volgens de nieuwe onderwijswet zal worden gegeven, zal tot eerste gevolg hebben een sterk uitbreiden van het bijzonder onderwijs van allerlei riokting, natuurlijk ten koste van het neu traal openbaar onderwijs. En do overige gevolgen? Met het bijzonder onderwijs zal zich uit breiden de geest van onverdraagzaamheid tusscken kinderen on tusschen ouderen. Mot het bijzonder onderwijs zal zich uit breiden het aantal sohooltjes met 1 en 8 onderwijzers voor 6 klassen, tot .onnoemelij ke 6chade van het onderwijs. Met het bij-onder onderwijs zaJ zioh uit breiden het aantal slecht ingerichte sohool gebouwen. Met het bijzonder onderwijs zal zich uit breiden het aantal slecht opgeleide onder wijzers. Met het bijzonder onderwijs zal zich uit breiden het aantal onzelfstandige en slaaf- sohe onderwijzers, afhankelijk als ze worden van geestelijkheid en schoolbestuur. kende heen en weer loopen, dat don deel nemers het jonge bloed in gisting bracht, dat alles lokt© natuurlijk een groote me nigte toeschouwers, die zich verdrongen aan de afsluiting van de spcelplaate. Eens klaps deed deze anders zoo knappe graaf den hoepol, dien hij Elli, zijn buurvrouw ter linkerzijde, moest toewerpen, in veel te grooten bocht door de lucht vliegen. Tevergeefs zwaaide Elli haar houten ra pier zoo hoog mogelijk boven het hoofd, Ue hoerpel vloog over haan heen en vietf in een veiwijderd boechje. Ware zij op dat oogenblik een weinig meer nadenkend geweest, dan had zij het aan iemand an dere overgelaten om den verloren hoepel te gaan opzoeken. Maar in haar drift docht zij er slechts aan deze kleine stoornis zoo spoedig mogelijk zelve uit den weg te ruimen en liep met opgenomen kleed naai de plaats, waar de hoepel verdwenen was. Met een vuurrood gezicht baande ze zich een weg door de struiken; davr kwam plotseling Fedor Davidowitsch te voor schijn, natuurlijk, om haai te helpen zoo ken... Zo zochten ook inderdaad te zamen, zij schudden do takkenzij laohten en praatten allerlei onzin. Elli zou zich lator geen harer woorden meer hebben kunnen herinneren; zij wist alleen, dat rij vei ba zend warm was en dat Ludeskoy haar met eigenaardig flikkerende oogen aankeek. Tooh vonden zij eindelijk den hoepel, gre pen ©r gelijktijdig naar, en... daar lag de mATi plotseling aan haar voeten, drukte een kus op haai hand, in wieT vingers de hoepel zich bevond, en daar zij in hot eer ste oogenblik rich niet dadelijk tegen rijn vermetelheid verzetten kon, had hij de on beschaamdheid rijn arm om haar middel Met liet bijzonder onderwijs zal zich uit breiden h©t aantal analfabeten, waarvan België een afschrikwekkend beeld geeft. Met het bijzonder onderwijs zal zich uit breiden de geest van domheid cn bekrom penheid. Met het bijzonder on.lerwijs zal zich uit breiden het aantal standenscholen. Met het bijzonder onderwijs zal zioh uit breiden het aantal openbare onderwijzers zonder betrekking. Met het bijzonder onderwijs ton slotte zal ons volk in eenheid en kracht, in geluk en voorspoed niet te berekenen, schado lijdon. Onder het opschrift: „Een leuk amendement'' schreef „De Maas bode": Ds heeren Goeman Borgesius, Tydoman, Dolk en Smidt hebben op do edioolwet- novello een amendement ingediend, bepalen de, „dat do wijziging aer s oh ooi- wet in werking zal treden op een door de Kroon te bepalen tijdstip." Dit amendement, oftewel „verbetering", heeft natuurlijke een leolijkeo bijsmaak. Hot vigileert op een mogelijken terug keer van een liberaal bewind na Juni. Zooals het ontwerp nu luidt, is bepaald, dat de wet in werking zal treden op 1 Ja nuari 1906. Valt nu hot ministerie-Kuyper en komt bijv. do heer Borgesius or weor boven op om gelukkig nog bijtijds het zinkende schip van Staat te redden, dan is het wel heel zeker, dat het „tijdstip", door do Kroon te bepalen, zal versohoven worden... ad Kalondae Graecus. Vriend Borgesius c.s. is wel hardloersch. Na hot schorpziunigo en afdoendo ant woord, dat hij verleden week ontving van minister Hart©, op zijn vraag n.l. waar hot geld voor deze wet vandaan moest komen, po-obeert de oud-minister het thans maar weer met een amendement, dat zioh evenwel precies op dezelfde gronden baseert als zijn interpellatie tot den heer Harte. Infeusschon, wo kunnen gerust rijn. Het amendement bezit geen enkel moment levenskracht. 't Is zelfs niot eens een embryo. Gelet op de politieke kleu - van de amen- deereode heeren, dio uit ieder der cLrio vrij zinnige groepen mot hun amendement naar voren komen, zal Lot verworpen worden, rechts tegen links. Iets, wat in onzo dagen meer pleegt te ge beuren. ,,D e Nederlander" heeft uiteengezet hoo hot komt, dat het Voorloopig Verslag dor tweede Kamer betroffen do de Vacci- n ow et reeds lang (22 maanden) in handen van den Minister van Binnonlandsche Za ken is en waarom de behandeling van dit ontwerp geen voortgang kan hebben. De liberale verzettên zioh nl. eenstemmig tegen het voorstel tot benoeming eener com missie, dio zaJ hebben na te gaan, welken invloed do afschaffing van den vaccine dwang op do volksgezondheid zou hebben. En voorts hebben meerdere roomsoh-katho- liekcn tot dusver een vaat geloof in de nood zakelijkheid der verplichte vaccine. Het is derhalve zoogoed als zeker, dat, inuicn de. Minister th a n s heb ontwerp voor openba re behandeling gereed gemaakt had, er geou wet zon zijn gekomen. Daarop ware wel kans geweest, zegt „D e Nederlander" indien de libera len geheel de kwestie niet tot een politiek shibboleth hadden gemaak. Het blad hoopt eohter, dat dó katholieken, na kennis te heb ben genomen van het verslag, zullen erken nen, dat de noodzakclijkhed van den vaccine- dwang niet is bewezen. Maar daarvoor k' eenige tijd noodig. Men moet zich den tijd gun om de kwestie kalm onder de oogen te zien Mocht dit Kabinet moeten plaate makoD voor een liberaal Kabinet, dan zal zeker de kwestie niet worden ter hand genomen. Blijft echter dit Kabinet dan zal, hopen wij, do lange arbeid door de Commissie van Voorbereiding verricht, een zaad blijken te zijn, dat te rijner tijd vruchten draagt. De „Nieuwe Roterdamsche Cou rant" vraag1 naar aanleiding van dit bo te slaan en haar naar zich toe te trekken- Zij hoorde niet, wat hij 'daarbij zeide. Zij voelde slechts, dat rij wankelde, zoowel dooi zijn vluggen aanval, als door den schrik, dion zij ondervond. Haar tong weigerde den dionst; zij kon geen geluid voortbrengen. Daar versoheen voor haar blik, die als om hulpe zoekend in het ronde zweefde eensklaps een viouwelijke gestalte; dat wil zeggen, er was een geruimen tijd noodig, voordat zij gewaar word, dat zij met een vrouwelijk wezen te doen had, want in het eerste oogenblik geloofde zij eer een dui- velsch gezioht dan een vrouwelijk gelaat te zien. Het was een zwart, mager gezicht, vol rimpels en plooien, bedekt met littee- kens, do leelijkc sporen dor pokken. De donkerzwarte oogen, die uit dit afzichtelijk misvormde gericht to voorschijn kwamen, zouden op zichzelf misschien mooi te noe men zijn, maar hier schenen ze de leelijk- heid nog grooter te maken. Het was 'dui delijk een vrouw uit de menigte dei toe schouwers; zij was, nieuwsgieriger dan al le anderen, tot in de nabijheid van dc ope- lenden doorgedrongen en kwam juist van pas, om getuige van Ludeskoy's driestheid te zijn, doch ook om hem vrees aan te jar gen. Zij wierp den man werkelijk zulk een dooi dringenden, van toorn vlammcndcn blik toe, dat hij E-lli onwiJlekourig losliet. Hij sprong op en wendde zich in het Fransch tot Elli, die nog altijd door het onverwachte gericht van 'deze onbehaaglijk uitziende vrouw een weinig ontroerd scheen. Het vreemde van deze zoo plotse ling verschijnende, afschuwelijke gestalte gaf hem gelegenheid het pijnlijke van het gestoorde vooi val te doen verdwijnen. toog, waarom in de Troonrede van 1002 d» wet tot „inperking" plechtig werd toegezegd en aldus de menschen van de gemoedsbezwa ren werden verblijd, wanneer de tijd om di kwestie kalm onder de oogen te zi, n te kort is? Waarom dit wetje in de Kamer aan eet onderzoek onderworpen en zich do moeit*, van den arbeid eener Commissie van Voor* bereiding getroost? En wat de bewering betreft, dat een even tueel liberaal Kabinet do kwestie niet zal tor hand nemen, de „Ni ouwe Rotterd a m- s oho Oourant" zou juifct meenen, dal dit een reden had moeten rijn om met do af doening er van wat meor spoed te G3nA.cn. Blijft eohter dit Kftbinot, ook dan ziet d® „Nieuwe Ai-otterdamsoh© Cou rant" nog niet, dat de arbeid dor Com- misfcie van Voorbereiding spoedig vrucht zal dragen. Dit vorsohuivon van de zaak naar later sohrijft hot blad zonder dat men wiet of het ministerie tijd van leven zal hebben on met de zekerheid, dat een eventueel opvol gend Kabinet de zaak niot ter hand zal n<v men, it- te opmorkolijker, nademaal „Da Nederlander" zelf schrijft: „Wij wan hopen er volstrekt niet aan, dat do r -katho lieken, na kennis te hebben genomen van het verslag, rullen erkennen, dat, ook al stel» men ton volle geloof in het nut der inenting, de noodzakelijkheid van dwang ziet is bewe zen dat er zelfs gronden zijn om aan te ne men dat de algemcenhoid der inenting niet bevorderlijk is voor de bestrijding der ziekte en eindelijk, dab de inënting wel degelijk veel meor en veel grooter gevaren voor loven en gezondheid doet ontstaan, dan der goede gemeente wordt diets gemaakt." Ak gij deze litwerking van uw verslag ver wacht, dan is het. immers van uw standpunt onverantwoordelijk, dat gij het achterwege houdt of er in berust, dat de Minister he» opbergt, i-.a stuk van zóó overtuigende kracht waarbij dar. nog alllicht de Min. in zijn antwoord eên'ge argumenten van gelij ke uitwerking kan voegen zou missohion zel£| bij machte wezen om de medische wereld van haar „eenzijdigheid cn vooringenomen heid" to genezen. Over dr. Kuypers oude plunje (Hooger-Onderwijs-wot) wordt van geachte zijde aan de „Arnhemscbc Coura nt" geschreven: Voor bet museum van dr. Kuyper's oude plunje wordt hierbij eerbiediglijk aangebo den een in 1888 door hem uitgesproken mcening omtrent het minimum-aantal pro fessoren voor óén faculteit- Op den 28sten October van dat jaar droeg dc aftredende rector-magnificus der Vrij* Universiteit, dr. A. Kuyper, zijn ambt aan dr. F. L. Rutgers over, ua het houden van een rede, getiteld: „Het Calvinisme en d® kunst". Een van do beste redevoeringen zeker» die ooit van een academischen kausel wer den gehouden. Een principieele uiteenzofc. ting van wat hot Calvinismo, krachtens zijn geeste8inrichting, voor do kunst is gewcert en moest zijn. In een proza, oven glinste rend als het door den redenaar geprezen „taaidamast en taaikristal" van een Vondel cn een Bilderdijk. Aan het slot sprak de hoogleer aar o. a. zijn ambtgenooton toe. De herdenking van het afgeloopen acade miejaar wekte ook sniarte. Er was droefonlf onder de broederen over oen breuke. Dn boozo kerkelijke demon had een nevel geto gen voor hot oog van dr. Hocdemoker. Hij, nog wel een der stichters van de Vrij® Universiteit, had haar den rug toegekeerd. Het zevental hoogleoraren was daardoof tot zes geslonken. Wat den affcredenden rootor tot zij» ambtgenooton deed zeggen: „,We zijn té weinig in aantal. Er wordt van elk onzer te veel gevergd. Voor elk onzer drie facul teiten slechts een tweetal katheders, is h®| niot haast een bespotting van ons beginsel cn onze wetenschap? Die bopcrkthcid drukk. En u als mij is het een gestadigo zielshin- der, niet ter helfte te kunnen doen, wat w® weten, dat gedaan moet; schier oen cons- cientiegricf, zelfs bij dat halve werk nog keer op keer te kort te schieten in wat de gelijkheid cn volledigheid vergen kon. Ik „De Hemel helpe mij!" riep hij met een gemaakt lachen. „Wat ia dat toch voor, een spook Dat ziet er uit als een Zigeu- ncrin, als een heks of als een waarzegster. Men zou er bijna bang voor worden." De oude begon toen afschuwelijk te Lp»- chen. Elli rilde ovei haar geheele lichaam. Bovendien zeide zij tot zichzelve, dat cl® vrouw zeer goed do opmerking van dea graaf kon vorstaan hebben. Naar haar. uiterlijk te oordeolcn, zou men eohter nio» gozegd hebben, dat zij eenige ken is van de Fiansche ta&l had. Zij maakte in heè meer dan eenvoudigo zwarte wollen klcoc^ dat haar groote, magere gestalte omsloot, den indruk van een armoodig burgor- vrouwtje. Bij nadero beschouwing evenwel meende Elli ook veiatand en bovenal ener gie in haar flikkerende oogen te ontdek ken, en weud tevens gewaar, dat zij kort. afgesneden haar droeg, zooala de vrouwe- lijke studenten, die van do Zwitsersohe. universiteiten in haar Russisch vadeilan<J terugkeoron. Het was dik, vol, koolzwart, haar, evenwel niet gekruld, maar stijf, bijna overeind staande, zoodat h©t evencea® slechts diende om de leelijkheid van dio vrouw te vermeel deren, Daar stond echte* tegenover, dat deze vrouw voor een vrou welijke studente niet jong genoog was. Ng verhief zij haar stem, een harde als me taal klinkende stem, dio Elli evenwel nisÉ tnwclluidend von J, (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 5