Raadgeving. RECEPT. Stofgoud. Nag eens: Wering van Mieren. jaar krijgt de CongTesbibliotheek de be schikking over ruimer middelen. In 1903/04 gaf zij alleen voor boekenaankoop 100,000 dollar uit, terwijl de rijkste bibliotheek in Europa, die te BerlijD, voor den aankoop van boeken en handschriften, met inbegrip van het inbinden, slechts 150,000 mark be- ebecdde. @3 fe-SFsisüig van alcohol speelt een rol van den eersten rang in de nieuwere industrie, niet alleen om te voldoen aan de helaas zoo intense behoeften van de drinkers van alcohol of alcoholische likeuren, maar ook omdat tegenwoordig vele bedrijven alcohol ala grondstof of hulpmiddel noodig hebben. Een OoGtcnrijksch technicus dr. Wiesier, van Praag, heeft te dezer zake belangwek kende gegevens verzameld, vooral ter gele genheid van do te Weenen gohouden tentoon stelling van alcohol-en gist-mdustrieën. Wat aan <tie gegevens hier is ontleend heeft hoofdzakelijk betrekking op de productie van alcohol in Europa. Alleen in Duitschland bereikte de produc tie in de laatete jaren een totaal van 400 millioen liters en meer per jaar. Het tech nisch gebruik, zooals men het weil noemt in tegenstelling met het zoogenaamd vocdings- gebruik, bedroeg in 1888 slechts 12 pCt. van het totaal gebruik; tegenwoordig is die ver houding reeds 38 pCt. In het jaar 1803 heeft in Duitschland de chemische industrie niet minder dan 21 millioen liters gebruikt en 88 millioen liters waren noodig voor be weegkracht, verlichting en verwarming. Al leen voor motoren werden in 1903 3,650,000 liters spiritus verbruikt, en 21 mill, liters werden verbrand voor verwarming en ver lichting. De Staatsspoorwegen verbruikten 1,700,000 liters alcohol voor de verlichting van hun stations. In de algomeone productie komt aan Duitschland de eerste plaats too, met 22 pCt. van het totaal; dan komt Rusland met een bijna gelijk percentage, 21.6 pCt. Hot aan deel van Oost.-Hongarije is 16.5, dat van Frankrijk 16, gelijk aan dat der Ycreenig- do Staten; terwijl Groot-Britannië beslag legt op 10 pCt. Van technische doeleinden absorbeert Frankrijk 16 pCt. van do productie, O.-Hon- garije 12 pCt., Gr.-Britannië minder dan 6 pCt. Tegenover 100 liters als drank gekocht staan in Duitschland 54 liters voor technische doeleinden, 19 in Oostenrijk, 18 in Frank rijk, 13 a 14 in Engeland. Duitschland en Oostenrijk gebruiken hoofd zakelijk aardappelen als grondstof om er alcohol uit te fctoken, en wel voor 80 en 60 pCt. respectievelijk voor beide landen; die proporbie is voor Rusland 50 pCt., voor Frankrijk 20 pCt., en Engeland bereidt in het geheel geen alcohol nit aardappelen. Daar is graan de grondstof, evenals in Spanje en Italië. De melasse en de beetwor tel geven i_. Frankrijk meer dan 75 pCt. de rest wordt uit wijn en vruchten gestookt, Om kachels voor rotsten ta towaran, wanneer men ze na den winter op zol der zet, doe men het volgende: Neem 5 cents rood was, 2^ cent ter pentijn en cent zwartsel. Dat smelt men door elkaar en smeert er do kachelpijpen met een kwast goed mee in. 1 Het volgend jaar behoeft ge ze maar uit te poetsen met ec drogen schuierdaarbij zult ge geen lest hebben van rook of on- gename lucht in keuken of kamer. Paaschgorecht, Twee theekopjes rijst, goed afgewasschen, worden in drie kopjes water on drie kopjes melk met een tikje zout heel langzaam ge kookt, totdat ze gaar is- Men kan er een stukje vanialjo bij doen- Men doet ze nog warm in een steenen vorm, en giet er bij het opdoen de volgende saus overneen: Men laat een stukje vanielje (half stokje) in een hal ven liter melk of room een poosje trekken, daarna roert men er een theelepel tje bloem, dat eerst moet zijn aangelengd, zachtjes doorheen, vervolgens vier eier dooiers en suiker naar smaak, en laat het onder gestadig roeren aan don kook komen men neemt er dan het vanieljestokje uit, dat, goed «afgewasschen on gedroogd, nog eens gebruikt kan worden. Men kan dit gerecht naar verkiezing koud of warm opdienen. Het ware Christendom ligt niet achter, maar vóór ons. Parker. Y/anneer de menscben bang zijn voor do waarheid, is er overvloedig reden om te vreezen, dat de waarheid tegen hen is. Spurgeon. Het zaad ontkiemt, al draagt de wind het ver weg, te ver, dan dat wij zien kun nen waar het neervalt. A. S. C. Wallis. Wcke!4ï—sche Kalender. Ze 3 dag. Y/at zoekt gij den lovende bij do dooden? Onzichtbaar maar gezien nochtans Vertoont zijn beeld op aarde, Alom mst onvordoofbren glans, De paail van groote waarde. v O J Ieder mensoh doet een huw'lijk beneden zijn stand, Al. zijn ziel zich can 't stof dczor earde verpandt. sg. Een krachtige natuur, die tot het kwade vervalt, heeft kans tot het goede te worden teruggebrachtmaar ovei een zwakko natuur heeft niemand macht ter verbetering. Treuren om een doode ia een edol ego- isme. Eet is een dwaling te meenen, dat gees telijke inspanning na arbeid vermoeien of vervelen moet. Vernieuwde inspanning, in een andere richting dan die van het dagwerk, zal juist don geest verfrisschen en versterken. o CGt€T<Sas, Geen vermomming is in staat langen tijd een liofdo te vei bergen, waar zij is, of haar te veinzen, waar zij niet is. AIJiSÏE&IJESI. Ook een definitie. Boerenjon- gen (voor een vegetarisch restaurant tot zijn vader): Vader, wat is dat voor een huis?" Boer: „Dat is een herborg. Als je er in gaat en je vraagt een stuk leverworst, dan krijg jo een komkommer." Slinksohe critiek. Mevrouw: ,,Maar, Antje, waarom eet je tooh jo vleesch I niot op?" J Dienstmeisjo: „Het is nog te heet, me- I vrouw." I „Mevrouw: „Nu, dan kun je toch bla- 1 ren 1"- Dienstmeisje: „Ja, maar ik ben bang, dat het dan wegvliegt." Twee handelsreizigers vertelden elkaar in den trein hun wedervaren. Beiden wa ren niet erg tevreden. „Ik ben vier weken op reis geweest", zei de eerste, „en ik heb maar vier orders gekregen." „Ik heb in vier weken maar één order gekregen," merkte de ander op, „en dat wat- een van de firma zelf om eenige oogen- blikken terug te komen Mejuffro uw Mineur, na het concert, „Dio artiste speelt met veel expressie, nietwaar mevrouw? Maar wat dunkt u van haar techniek?" Mevrouw "Jroening: „Maar, kind lief I Ik heb niet eens gezien, dat ze er een n.a.n had. Engelseh. Twee heeren in Londen ontmoetten elkaar, zelf hun rijtuigen men nend, in een nauwe straat. Natuurlijk wilde geen van beiden uitwijken. Eindelijk bond de eon do leidsels aan den bok, nam een krant uit den zak en ging zitten lozen. De ander, daardoor heelemaal niet ongeduldig gemaakt, riep hem toe: „Als ge de krant uit hebt, mag ik haar dan eens inzien üp de Vraag in het voorlaatste Zondags blad kwam als antwoord nog in het vol gende schrijven, goricht tot hem, die door middel van ons blad de vraag stelde: Geachte Abennél Het deed me nog aan mijn schooljaren denken, bij het lezen van Uw vraag in liet „Leklsch Dagblad"' No. 13844, dd- 84'05. Niettegenstaande ik wol zal vermoeden dat er meer verschillende methoden zijn doch welke ik niot ken, hoop ik U toch aan Uw verdoek te kunnen helpen. Ik moest nl. in mijn schooljaren reeds vroeg in het voorjaar tabakssttof halen, hetwelk men ook hier vermoedelijk wel gratis bij een tabakskerver kan halenten minste ik kreeg zulks immer gratis, doch zulks was niet Leiden. Mijn moeder, die mij zulks bevolen had (cn die zeer veel liefhebberij had om baar tuintje zoo mooi mogelijk te maken en tevens zoo te houden), ging dit tabaksstof trekken met water zooals men de thee zet. Des avonds dan, wanneer de zon reeda onder was, ging ze de bloemen, doch hoofdzakelijk den ge- keolcn tuin met dat tabakswater met den gieter begieten. De uitgotrokken tabak ging echter ook niot verloren, doch kwam we- dor om de planten of boomen te liggen. Ja, soms was het geheele perk bruin van de tabak. Ik geloof echter wel, dat deze methode helpt, want telken jare had ik de eer ta baksstof te mogen halen, on ik vermoed ook wel, dat deze methode nog door mijn moeder wordt gevolgd; enfin, ik hoop U hiermede geholpen to hebben. Uit Zoeterwoude schrijft iemand: Naar aanleiding van uw vraag omtrent mieren, geef ik dc volgende middeltjes, die ik aan het tijdschrift „De Natuur" van 15 Juli 1902 ontleend hel). Inspuiting van hun gangon met verdund carbolzu_r. Tomatonbladoren leggen op de opening. Een aftreksel van notenbladeren, naphtha of petroleum gieten of goudsbloemen plan ten dciar, waar de mieren verkeeren. Stukjes versche houtskool, houtzaagsel, koffiedik of keukenzout strooien op de be zochte plaatsen. Met suiker of honig als lokmiddel, in een bord met water; de daarmede gevangen mieren dooden met heet water en daarna alles met bord en suiker weer op dezelfde plaats zetten. Ons dunkt, nn zal de steller der Yraag wel tevreden en voldaan zijn-

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 14