3773 IMEaandag lö Januari. A0. 1905. •Courant wordt dagelijks, met uitzondering van (Zon- en feestdagen, uitgegeven. Offieieele Kennisgeving. Genees- en Heelkundige Hnlp FEUILLETON. DE STOMME. N°. LEIISCH DAGBLAD PIUJS DEZER COURANT. Voor Leiden per week 9 Oente; per 8 meenden f 1.10. Bniten Leiden, per looper en weer agenten gevestigd rijn 1.30. Franco per postL65, PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 16 regels 1.06. Iedere regel meer ƒ0.171. Grootere letters naar plaatsruimte. Kleine advertentiën van 30 woorden 40 Oents oontantelk tiental woordan meer 10 Oents. Voor het inoasseeren wordtfO.Oö berekend. KOSTELOOZE aan Onvcrmogeuden. Burgemeester en Wethouders yan Leiden, Gozien de artt. 1, 4 on 5 der Verordening Van 20 December 1900, betreffondo het ver- leonon van kostolooze genees- en heelkundige hulp aan onvormogendon; Brengen ter kennis van hen, die op grond van onvermogen in aanmerking wenschen te komen voor het ontvangen, zoo noodig, van koslclooze genees- en lieclknudige liulp, vau 1 Mei 1905 lol 1 Mei 1900, dat zU zich ter verkrUging van het daartoe strekkend bewijs van onvermogen zullon moeten aanmelden ten Itaadhulze in bet lokaal naast de binnentrap (Trouwkamer), dat die aanmelding zooveel mogelijk zal moeten geschieden door het laoofd des gezlns of indien do belanghebbende ongehuwd is door bem ot baar persoonlijk, on dot gelegenheid daarioo zai worden ge geven gedurende de maand Februari ft. s. on wel op Dinsdag en Vrijdag van elke week van des voormiddaga balfelf tot des namiddags drie uren. Zy waarschuwen voorts den belangheb benden zich op den boven aangegeven tyd aan te melden, zullende zij hel, by niet tydige aanmelding, zich zelvcu te wijten hebben Indien zy in bet ver krijgen van genees- of heelkundige kuip vertraging oudervinden. Burgemeester en Wethouders voornoemd, DL KIDDER, Burgemeester. VAN UEYST, Secretarie. Leiden, 16 Januari 1905. Het hooid der politie is bet met ons eens. Wie No. 9 der „Ingekomen Stukken van den gemeenteraad van Leiden'' van het ■jaar 1905, in onze courant van heden opge nomen, vergelijkt met hetgeen wij kort ge leden over de instelling der controleurs van politio schreven, zal tot de overtuiging komen, dat het voorstel tot opheffing er ,van door B. en Ws. in overeenstemming ,met hot gevoelen van den burgemeester ak hoofd der politie wonderwel klopt met het geen door ons wend geschreven. Het verheugt ons, dat men allebei de 'controleurs een aanstelling wil geven van ^adjunct-inspecteur. Ook voor den jongen intellectueel ontwikkelden Eskens doet ons dil genoegen, omdat op deze wijze bij geble ken kennis van politiczaken ©n tact bij het optreden, d© weg geopend wordt tot pro- .motie, zij het ook in een politiekorps ei nders. Dat d© beide mannen er financieel ook een weinig op vooruitgaan, zal do Raad bun, hopen wij, niet misgunnen. Zij zullen nu ook meer werk moeten doen door zelf standig als politie-mannen op te treden. Vooral ook de aanstelling van vier hoofd- Sgen ten in beter financieel© potitio dan e tegenwoordige agenten 1st© klasse, schijnt ons een goede maatregel. Het schept oen nieuw middel om promotie te maken ^on de agenten vinden weer een prikkel om «zich door ijver, doorzicht en plichtsbetrach ting te onderscheiden. Kiest men voor de hoofdagenten geschik te mannen, die vertrouwd zijn zelfstandig op te treden en op eigen initiatief ook iets t© kunnen en t© durven prestoeren door op ontdekkingstochten uit to gaan om laat ons den politieterm maar cons gebrui ken als „speurhond" op to treden, dan zal men daar heel wat aan hebben. Wij vertrouwen dan ook, dat de Raad zioh met deze reorganisatie volkomen zal kun nen voreenigen. Leiden, 16 Januari. Zooals bekend is, werden onlangs twee controleurs van politie tot andere betrek kingen benoemd. De oontroleur W. Spuy- man vei liet den dienst dezer gemeente op 15 November 190-4 wegens zijn benoeming tob secretaria-boekhoudcr van het armbestuur te Zaandam, terwijl de controleur H. G. Heerma in de gemeenteraadsvergadei ing alhier van 29^December j.l. tot adjunct markt- en havenmeester benoomd weid- In deze vacatures word tot dusver niet voor zien. Het komt daarom den Burgemeester voor, dat het oogenblik gunstig is om te brekea met een instelling bij onze politie, dio el ders onbekend is en ook hier niet beant woordde aan de verwachtingen, die daarvan destijds werden gekoesterd. Zonder zich daarom te willen mengen in de inwendige organisatie van het politiekorps, waarom trent ook naar de meoning van B. en Ws. de beslissing uitsluitend tob do bovoegdkoid van den Burgemeester behoort, zullen zij, daaitoe door den Burgemeester in de gele genheid gesteld, do redenen daarvan korte lings uiteenzetten. Naar de bedoeling van den vorigen Bur gemeester wouden de oontroleurs, wier be trekking in 1895 werd in het loven geroe pen, uitsluitend bola/st zijn met de contróle van bot lagere politiepersoneel. Bij hun aan stelling weid dan ook uitsluitend gelet of zij aan uit dit oogpunt te stellen oischen voldeden. Dit neemt niet weg, dat al spoedig een der controleurs, omdat hij daarvoor de ge schiktheid bezat, tot inspecteur van politie kon worden benoemd. Later geschiedde dit nog tweemalen. Dit vestigdo bij deze amb tenaren do opvatting (gelijk uit het boven staande blijkt echter geheel ten onrechte), dat de betrekking van oontroleur eigenlijk de opleiding gaf tot die van inspecteur en dus met heb elders bestaand ambt van ad- junct-inspecteui op éón lijn kon worden ge steld. Vandaar ontevredenheid, indien bij een inspecteurs-vacature een oontroleur niot voor de vervulling in aanmerking kon wor den gebracht. En aan don anderen kant te vens weinig kans op bevordering voor deze titularissen in andcio gemeenten, omdat men daar, met de instelling van ooDtrolcurs onbekend, aan adjunct-inapccteurs of vo- lontair-inspecteurs 'do voorkeur gaf. Blijkt dus uit het bovenstaando, dat de controleurs zich feitelijk als adjunct-inspec teurs beschouwen, dit kon toch niet verhin deren, dat somwijlen ook weer do afstand van de oontroleurs tot de agenten te klein bleek, wanneer een conti oleur, niet goed in het polifciekadcr passend, niet- behoorlijk zijn prestige over de agenten wist te hand haven. Dientengevolge kon bij do agenten dc meening postvatten, dat zij ook voor den rang van controleur geschikt waren. Een on andor kan uit den aard der zaak niet bevorderlijk zijn voor een goede hand having -dei discipline. Vandaar, dat de Burgemeester thans den rang van controlour wil opheffen en in plaat© daarvan twee niouwe rangen schep pen: dien van adjunct-inspecteur en dien van hoofdagent. Er zullen komen twee adjuncthmspectours en vior hoofdagenten. De adjunct-inspec teurs zullen bij gebleken ijver en geschiktheid de aangowewen personen zijn om inspecteur to worden, hier zoowel als eldei sden agen ten zal een nieuwe gelegenheid geboden wor den om promotie te maken, wanneer aan vior hunner, die zioh het meest onderschei den hebben, do rang van hoofdagent kan worden toegekend. Het- is de bedoeling, dat do beide nog overgobloven controleurs adjunct-inspecteurs z lien worden, terwijl 4 agenten 1st© klasse tot hoofdagent zullea worden bcvoiderd. Dientengevolge zullen evenveel agenten 2de en 3de klasse tot agen ten lste en 2de klasse kunnen worden be vorderd, terwijl alleen het aantal agenten 3de klasse eenige vermindering zal onder gaan. Dit kan echter geen bezwaar opleve ren, waar aan 'de hoofdagenten niet uitslui tend do oontrólo maar tevens gewone poli tiediensten zullon worden opgedragen. Het aantal agenten 3de klasse zal trouwens slechts met 2 verminderen, omdat in de plaats van de 4 oontroleurs zullen komen 2 adjunct-inspecteurs en daardoor nog 2 agen ten 3de klasse zullen kunnen worden aange steld. Eindelijk i6 het de bedoeling het korps uit te breiden met 4 agenten 4de klas se, die cokter slechts tijdelijk (bij ziokte of op aanvrage van partioulioron) zullen wor den in dienst gesteld en geen vaste bezoldi ging zullen genieten maar pea: uur zullon worden betaald. De financieele gevolgen dezer nieuwe ïegc- ling zullen slechts weinig drukkend zijn. Aanvankelijk zal zij geen meerdere uitgave met zich brengen, latei slechts een geringe verhooging. De controleurs genieten thans een woddo van f 800, met éón driojaarlijk- scho vorhooging van 100; aan de betrek king van adjunct-inspootour zou een aan- vangaalaris van f 850 moeten worden ver bonden met twee twecjaarlijkscho verhoo gingen, ieder van f 60. In verband met de- zo verhooging zal het wenschelijk zijn ook den inspecteurs 2de klasse een verhooging van f 50 toe te kennen, waardoor dezen in plaats van f 1000 tot f 1200 een salaris van 1050 tot f 1250 zullen ontvangen. Terwijl thans dé agenten lste klasse een salaris ge nieten ran f 676 tot f 725, achten B. en Ws, heb eindelijk mot den Burgemeester billijk, dat don hoofdagenten een. wedde worde ge geven van f 750, met twee tweejaailijksche verhoogingen, ieder van f 23, alzoo tot een maximum van f 800. Blijkens do ingediende declaration be dragen do kosten van het in November ge houden vergelijkend examen voor de bcnoe ming van een hoofd der meisjesschool 2de klasse, de som van 348.85. Voor de betaling van deze kosten zal de begrootingspoct volgn 149 van 1904 „koeten van examens eo proeflessen der Onderwij zers" moeten worden verhoogd. B. en Ws, bieden den Gemeenteraad te dien einde tei vaststelling aan een staat ten bedrage van in ronde som 348, wolk bedrag kan worden gevonden door af schrijving van den post voor Onvoorziene Uitgaven, waarop nog 391.88$ beöchik. baar is. Eenigen tijd geleden word van Ged. Staten do gemeentebegrooting voor 1905 te rugontvangen, omdat daaroj was uitge trokken een post van f 500 als subsidio voor de verceniging „Schoolkindorvoeding", zonder dat door B. cn Ws. daarover de hoofden der betrokken scholen waren ge raadpleegd. Thans, na aan deze formaliteit te hebben voldaan, stellen B. en Ws. aan den Raad voor, genoemden post weder op de begrooting te brengen. Kon de vorige week wordon medege deeld dat in den toestand van piof. dr. A. P. N. Franchimont in do laatste dagen zoodanige gunstige vorandcring is geconsta teerd, dat de verwachting op volkomen her stel niet langer is buiten geeloten, thans vernemen wij, dat zolfj do mogelijkheid niet ongegrond is, dat de hooglooraar nog gedu rende den loopenden cursus zijn colleges zal kunnen hervatten. B. en Ws. deelcn mede dat or bij bon togen de inwilliging van heb verzoek van den heer J. Kriest Jz. goen bedenkingen bestaan, zoodat zij in overweging gevon aan adressant do bij art. 3b der verordening op heb bouwen en sloopen voreischte ver gunning to verleenen voor bet maken, over eenkomstig de ovorgelegdo toekening, van een houten gebouw tot berging van tuin gereedschappen, enz., op het terrein gelogen aan de Witte Rozenloan No. 25, kadastraal bekend onder Sectie M. Nos. 256 tot en met 263. Ter uitvoering van het besluit, geno men bij de vaststelling van Yolgnr. 118 van do gemeente-begrooting over het loopend dienstjaar, waaibij een bedrag van 800 werd uitgetrokken als jaarwoddo voor den ambtenaar, belast met dc uitvoering van do Woningwet, stellen B. en Ws. voor thans tot de benoeming van bovonbedool 'cn ambtenaar over te gaan cn daartoe te be noemen den heer K. F. ±f. van Hiolc, alhier. De heer Van Hielo is van den aanvang af met de voorbereidende werkzaamheden van defcen tak van dienst belast geweest en heeft als tijdelijk ambtenaar getoond voor deco betrekking alleszins geschikt te zijn. Onder mededeeling, dat noch bij de oom missie van fabricage noch b(j B. en Ws. bezwaar bestaat tegen inwilliging van het verzoek van do heeren I. J. Lolkcs de Beer on H. J. de Haan, mits daaraan de gebrui kelijke voorwaarden worden verbonden, stellen B. en Ws. voor: a. aan adressanten voornoemd, behoudens rechten van derden, vergunning te verlee nen tot het dempen van liet gedeelte sloot langs den Maresingel, ter longto van onge veer 32 M., gelegen vóór het perceel, ka dastraal bekend gemeente Leiden, Sectic K. No. 160—894. b. te besluiten, dat, indien door adres santen van do vergunning tot slootdomping gehiuik wordt gemaakt, bet godempto ge deelte sloot van af don singelwog tot aan den door hen aan te leggen trottoirband, door en voor rekening van d© gemeente zal worden verhard. In den sohouwburg alhier vrord gister avond do nationale tooncol wedstrijd voort» gezet, uitgeschreven door do Leidscho Toch neolvoieeniging „Jacob Cats" bij gelegen heid van haar dertigjarig bestaan. De zojvï wa6 vrij goed bezet. Thans traden op de too- ncolafdeeling „Vriendschap zij ons looi'',' van Rotterdam, mot „Sport", oorspronke lijk blijspel in één bedrijf door J. Êyateaj do letterlievend© voreeniging „J. J. Cre- mei", van Haarlem, met „In politiek," blij- 6pel in één bedrijf, naar het Duitsoh van Gusfcav Kadolberg, en do „Leidscho Dilct- tantenolub" met „Een dienst aan mijn vriend Blanchard", blijspel in één bedrijf, vrij naar het Fransch van Moroau en Dolo- oour. Na de vertooning van dezo stukken werdon d© resp. vereenigingen tei uggoroopen do eerst© 2 maal, d© fcweodo 4 maal cn de dordo 1 maal. Op doze uitspraak van hot publiok volgt er later echter nog een van dc benoemd© jury. Bü de heden gehouden openbare ver kooping van cokes van partljon van 100, 10 en 5 H.L. waren do prijzen f 53, f 5.60 en f 2.75. Men schrijft uit 'e-Gravenhage aan „Da Tel.": Aan het departement van oorlog ie in be werking een woteontworp tot verhooging van do bogiooting voor 1905, in cake de aan schaffing van niouw geschut voor do borodoa artillerie. Daarbij woidt overwogen tevens gelden ar.-\ to vragen voor afschaffing van geweren, in verband met do legeruitbrciding. Ovor dit ontwerp moet nog met hoofden van andere dopartemonten overleg wordon gepleegd. In sommige afdoelingcn van de Eer st© Kaï.ior heeft zioh nog al ernstige tegon- ttand geopenbaard tegen het ontwerp- motorwefc. De tegenstand goldt do snelheids- bepaling, waartegen bezwaar is geopperd op grond van het ontbreken van ©cn ina- ximum-snolhoid. Men zal zich herinneren, dat zulk oon bepaling aanvankolijk in het ontworp( voorkwam doch bij dc behandoling in d<3 Tweede Kamer er uit is verdwenen. („Hbl.") Te Dolft is overleden dr. Th. B. Behrcns, hooglceroar aan dc Polyteohni- soho School. Hij werd geboren 23 Januari 1842 te Buschcr (Holstein). Bij Kooi. befcluit van 5 December 1874 word hij met ingang van 1 Januari 1875 benoomd tot hoogleeraar, in do mineralogie, aardkundo cn mijnont-( ginning. Dit ambt vervulde hij tot 1899, toen door zijn toedoen een gebouw voor,' microchemie aan de Politcchnischc School werd gevoegd in welk vak de overlccYno teen tot hooglccraar word benoemd. Hoewol zeer eenvoudig en bescheiden, werd zijn groot© kennis zeer op prijs ge steld. Zijn colleges werden zeer gewaar deerd. Van zijn hand vcrsohenien, behalve een groot aantal tijdschriftartikelen: „Anlci- tung zur microchomisckon Analyse orga nise hor und anorganisohor Stoffo" cn tor bellen voor hc'; bopalcn van mineralien.: Bovcnc icn bewerkte hij een gedeelte dor Enoyclopedy ekemique van Frémy. fc) „Waar is bet meisje?" „Daarginds, bij dc boerin Molodotna." antwoordde do factor, „een knap, gezoud, flink meisje, maar stom." „Doofstom „Neen, alleen stom." „Uitmuntend!" riep Salvator lachend (Uit. „Je bent werkelijk een l.ei cl uit duizen den, Elias!" „Men doet zijn best." Dooh zoo gemakkelijk zou Rosens teel cr fnict afkomen. Toen hij haastig uit het huis wildo wegsluipen, kreeg Sarka kern tc pak- '^ken. Roscnsteel werd heol klein, terwijl Sar ka scheen te groeien. „Jo hebt zeker al zoo'n deern bij de hand," snauwde de keukenmeid hem toe, „•bet een of ander dom ding, dat een eet- lepol niet van eon meBtschop weet to onder- 6c-hoiden. Jong is zo ook, hé? En knap? Ik natuurlijk, ik ben te oud ©n bovenal tie deugdzaam voor dit huis." Zij sprong als razend heen en weer; ar men en boenen schenen van haar lichaam los te laten en weg te vliegen. „Lieve juf..." „Ik ben geen jufl" „Lieve Sarka 1" Rosensteel kneep de oogen half dicht en trok de schouders op, zoodat zijn hoofd or tussohen verdween. Hij geleek een slak, die in haar schulp weg kruipt. „Voor u zijn oog betrekkingen ge- boeg." „Weet je er some een?" „Gij hebt maar te kiezen." „Praatjes, niets dan praatjes." „Daar heb je al dadelijk de gravin Mo- sarooky, die een keukenmeid zoekt, vervol gens de pastoor van Kusanow, dan do kan tonrechter te Horodenko..," „Zwijg 1 Ik ben in staat en dwing je met het slachtmes in de hand, mijn geheele ham op te eten." „Ik zwijg immers al." „Wat zou dat nu met de gravin?" Rosensteel knipte met de oogen. „Later, juffrouw Sarka, dan ben ik geheel tot uw dienst." Een halfuur later bracht de factor het meisje de groote roode papaver, die straks op het veld van do weduwo Molodotna ge staan had. „Hier is het meisje," sprak hij en keek fier naar Salvator, als eon directeur van een schouwburg, die een nieuw stuk op voert, on, zeker van het sucoes, wacht, dat hot applaus begint. De stomme wat met aanvallige zekerheid binnengetreden en stond net bsecheiden, maar onbevreesd vóór den grondbezitter. Beiden zagen elkaar een oogenblik aan, terwijl de rokken van het meisje ruischten en haar roode schoenen kraakten. Zij had eerst voor zich neer gezien, maar toen sloeg zij kalm de oogen op en blikte Salvator vol in het gelaat. Zij kende hem immers reed6Maar hij beviel haar nog beter, zooals hij daar nu stond, groot, in het minst niet gebogen, gelijk bij lange mentchen gewoonlijk bet geval is, met zijn gestrengon kop, waaruit al echts de oogen goed en trouwhartig rond keken. „Hoe heet go?" vroeg hij. De stomme keek naar den factor. „Barbara Woladkjewiteh," haastte Rosen steel zich te antwoorden. „Ben je werkelijk stom?" Zij knikte even. „Zij spreekt geen woord", bekrachtigde de factor. Dat zij eigenlijk slechts tot de sekt© dor stommen behoorde en ten gevolge van een vrome gelofte een streng stilzwij gen in acht nam, achtte hij niet noodig te zeggen. Waarvoor? De mensch behoort niet alles te weten. „Je bovalt mij," sprak Salvator; „als je hot dus goedvindt, kun je terstond bij mc in dienst treden. Altijd... als de boerin jo laat gaan." Barbare knikte andermaal. Haar rechter hand lag kalm op haar keurslijf, alleen de linker plukte nog wat verlegen aan haar lange sockmawa (schort) van lichtblauw stof. Zij was in haar Zondagsgewaad met het witte, bont afgezette, Russische hemd, do maagdelijke borst met groote roode koralen en gele barnsteenen paielen bedekt, buitengewoon schoon. Er zijn zeker nergens, zelfs in Romaansche Gampagna en in de dalen van den Kaukasus, oooveel schoone boerinnen als in Galicië. Meer dan één ko ninklijke vrouw gaat hier in een echaaps- pels, blootsvoets naar den put, maar dezo was toch te zeer dame, met haar schoon ovaal, haar rechten fijnen neus en haar kleinen, dichtgesloten, als het ware verze gelden mond. Zoo dacht Salvator en hij dampte sterk uit zijn tschieboek (Turksche P»jp). ,Dan zal zij maar dadelijk haar goed gaan halen", zei Rosensteel, terwij! hij met Bar bara weer heenging. Buiten schreeuwde Sarka hun na: „Daar heb je nu dien zielenvcrkooper met zijn mooie waar." Barbara bleef staan en wierp haar een blik toe, die meer zeide dan honderd woor den. Sarka verstomde en ging naar de keuken terug. Salvator was naar buiten gekomen en nu keek Barbara hem nog eens met haar groo te, blauwe oogen aan. Toen boog zij het hoofd en verliet het erf. Staat zij u dus aan V' vroeg Rosensteel zacht. „Ja", gaf Salvator ten antwoord. „Zal de dame meerijden?" zoo wendde de factor zich thans tot Sarka, terwijl hij het hoofd door de keukendeur stak. „Waarvoor zou ik nog hier blijven?" ,,'t Zal mij een eer zijn, juf Sarka." De keukenmeid keek in het rond, alsof zij nog iet© vergeten had, maar haar gepakt© koffer was reeds lang op de huifkar van den factor geladen. Eindelijk ging zij met een zucht naar buiten. Agathon keek haar van den zolder na. Zijn aanblik ontketende nog eenmaal haar gansohe woede. „Kom af, als je courage hebt I" riep zij hem too, don beendorigen arm op de rechterheup zettend. Agathon boog zich uit het dakvenster. „Ik heb heelemaal geen courage", klonk het antwoord; „waarvoor heb ik zo toch noodig, juf Sarka?" „Kom af, ellendeling l" „Ik ben ook volstrekt niet verplicht cou rage te hebben", ging hij gelaten voort. „Ben ik een soldaat? Mijnheer betaalt mij er voor, dat ik zijn kleeren afschuier en zijn laarzen poets, dat ik de kamers veeg en mot was insmeer, dat ik het eten opdion,1 dat ik zijn pijpen sch.onmaak cn zoo at meor, maar voor mijn courage betaalt mij) niemand. Uw dionaar l" i II. Een halfuur, nadat de oude keukenmeid) het huis verlaten had, kwam Barbara. Een! knaap met witblond haar cn verbaasde,' donkere oogen reed haar houten, blauwo, met bloemen beschilderde kist op een krui wagen, terwijl zij zelve een zak en een hoededooe droeg. De knaap hielp haar do kist naar haar kamertje brengen, kreeg van haar een paar muntstukjes, veegde zich don neus met do hemdsmouw af, streek in heb! voorbijgaan over den kop van den lever- kleurigen jachthond en liep toen de binnen-1 plaats af. Barba pakte vlug haar goed uit. Do gel- j heele inrichting dor kamer bestond uit con' eenvoudig bed, eon kleine tafel, een stoel, van wit, ruw hout en een paar haken aan' den wand. Aan dezo haken hing zij haan pels, haar sockmana en haar Bcharafan (ïok). Tegenover haar bed sloeg zij twea' spijkers, den bovensten voor een klein By- rantijnsch beeldje van de Moeder van SmarV ten, dat in zijn strengheid iets verheven^ had; en den ondersten voor een klein lamp-' je van rood glaa Aan de deur kwam ho» kleine wijwatersvat van porselein te han-^ gen. Plotseling bemerkte zij een spiegel, diék zich aohter het openslaande venster aan den muur bevond. Zij nam bem er af cq gaf hem aan Agathon, die juist in de kon* ken de messen poetste. (W.ordi Pinoiffd.)J

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 1