Leefregel voor ouden van dagen. Fier hief de man het hoofd, en hij keerde weer naar do menschenstad met haar wei nig gunst en veel wangunst, en hij werkte td8ar aan zijn kleinen p.icht in dienst van den lichtgeest. Iedereen zal het er wel' mede eens zijn, ,dat oude menschen hun leven met het oog op hun gezondheid anders dienen in te richten dan zij, die nog in de kracht van -hun leven zijn. Oude menscnen laten wij daaronder rekenen allen, die den 65sten .'leaftijd achter den rug hebben. Natuurlijk is er op dien leeftijd geen kwestie meer van groei en ontwikkeling. Hun voeding kan 'dus slechts ten doel hebben de, meestal nog vertraagde, levensfunctiën te onderhouden. Vandaar, dat hun voedsel gewoonlijk zeer eenvoudig kan zijn. Meer dan dat: die een- \*oud is gebiedend noodzakelijk. En even zeer dient er op gelet, dat men matig zij en ©en behoorlijken tijd tusschen de maaltij den late verloopen. Zelfa jongeren ontko men niet aan velerlei nadeelige gevolgen, die het veronachtzamen van den regel met zich medebrengt. Hoeveel te meer stellen dan de ouden van dagen zich er aan bloot, wier spijsverteringsorganen een ietwat ver zwakt zijn. Natuurlijk mag men die niet gaan overladen met te veel of te moeilijk verteerbaar voedseL Hoe meer bejaarde mensclien, zegt dr. Allinson in zijn „Medical Essays," een vleeschloos dieet gaan toepassen, des te ouder zullen zij worden, des te minder pijn zullen zij lijden, en des te gemakkelijker zal •hun einde zijn. Hun ontbijt kan bestaan uit pap met melk, of bruin brood met melk, of 'bruin brood met vruchten, en een *op cacao of melk. Het middagmaal kan men samen stellen uit plantaardige soep met brood, of macaroni met groenten, of groenten met 'saus, of oen eenvoudig vleeschloos gerecht. Dan kunnen gestoofde vruchten met brood 'of wat rijst, sago, tapioca of macaroni-pud ding gebruikt worden. Men moet het is altijd nog dr. Allinson, die het zegt, heel weinig vleesch of visch gebruiken; en altijd zeer matig en dan de meest verteerbare •soorten zooals mager rundvleesch of scha- pen vleesch of gekookte witte visch. Een tweede ontbijt of, zoo men vroeg middag maalt, de koffiemaaltijd, kan bestaan uit .bruin brood met vruchten of gekookte uien, selderij of biet en een l^op cacao, of melk met water. Dat ziet er natuurlijk echt En- ^elsch uit. De aanprijzing van brood met ge kookte uien, selderij of biet is voor onze Hollandsche lezers waarschijnlijk wel over bodig. Soupers dienen vermeden te worden, en geen voedsel moet worden gebruikt min stens drie uren vóór het naar-bed-gaan. Des avonds moeten oude menschen niet drinken, daar hun weefsel gewoonlijk al die vloeistof niet kan behouden. Spoe dig na het gebruik wordt ze daarom in de blaas gestort en dat dwingt de menschen 'er maar toe des naohtg op to staan. Men moet vooral bruin brood eten, daar het verstopping voorkomt, welke bij bejaarde menschen verkeerde gevolgen kan hebben. 'Thee en koffie zijn niet aan te bevelen; ze werken verjamming in de hand, ver-^-- zaken gebrek aan behoorlijke heerschap pij over de ledematen en maken dus het loopen of het zich-bewegen tot een last. Algemeen bekend is het ook, dat zware maaltijden en du8 bij voorkeur die met varkensvleesch, kalfsvleesch en kaas, be roerten na zich kunnen slepen en zelfs den dood kunnen doen intreden. Door matig voedsel te gebruiken, voorkomt men, dat de bloedvaten te vol worden, waardoor .duizeligheid zou kunnen ontstaan, daar^ 't hart de overtollige hoeveelheid bloed niet ■Vn.n voortstuwen. Ook kan de drukking van het bloed in de aderen er te groot door worden, en dan kan er een ader in Jde hersens springen en een beroerte ver oorzaakt worden. Ik beschouw, zegt dr. Allinson, een 'oud lichaam zooals ik een ouden ke tel beschouw, als iets, dat men met omzichtigheid moet gebruiken, anders gaat het stuk. Vruchten en groenten moe ten dagelijks door oude menschen gegeten worden, daar de zuren van vruchten en groenten de kalkzouten uit de weefsels verdrijven en dus een te vroege stijfheid van de gewrichten en andere deelen voor komen. Men moet dagelijks een beetje li chaamsbeweging nemen, in weer en wind; de ingeademde lucht moet zuiver zijn en nacht en dag moeten de ramen een beetje openstaan. Frissch© lucht is het beste middel tegen borstaandoeningen. Nog be ter een kleedingstuk méér aan to doen, dan de frissche lucht uit de kamers te hou den. Baden moeten matig gebruikt worden; een dagelijksche afwrijving van het geheele lichaam met een ruwen handdoek of met de hand is zeer heilzaam en een geheele afwassching met warm water is beter dan een heet bad. De kleederen .be- hooren warm, maar niet zwaar te zijn. En tabak en andere prikkels moeten niet door oude menechen gebruikt worden, wanneer zij van de rest van hun levenstijd zooveel mogelijk willen genieten. Het spel bij de Chineezen en de Japanners. Het spel der Japansche kinderen lijkt zeer veel op dat van onze jongens en meisjes. Blindemannetje, verstoppertje, hoepelen'vallen bij hen zeer in den smaak. Is de winter goed, zoo wordt er ook ijve rig met sneeuwballen gegooid. Men maakt 6en sneeuwman en geeft he.n oógen, neus ec baard van houtskool. Die heet dan naar Daroema, den dikken aanhanger van Boedha, wiens beenen afrotten, zóó lang zat hij gedurende zijn stil gebed. „Wie is bang van den zwarten man?" is een zin, bij de Japanners zeer goed bekend. De augBt voor duivels en den Oni is zeer gioot. Voor den duivel gaan ze allen op den loop. Zulke spe'en zijn dikwijle op teekenin- gen en houtsneefiguren voorgesteld. Met fabelachtige vlugheid loopen, vangen, kee- ren en draaien zij zich daarbij. In het tollen is de Japansche knaap vioeg een meester. Die tollen zijn uit bam boes of uit zeeschelpen gemaakt. Ze zijn met was gevuld en snorren met razende SDelheid rond. Velerlei steltenspelletjes vormen hun grootste vermaak. Deze groteske en on gemakkelijke werktuigen wordeD met de grootste behendigheid aangewend. Ze hee- teo „sangiash", aldus genoemd naar de largbeenige witte reigers, die in de natte rijstvelden rondwandelen. Een aantal fees ten, evenals een bepaald aantal spelen, vol ger- den loop van het Japansche jaar. Met Nieuwjaar trekken de Japansche meisjes haar beste kleeren aan, omsluiten haar middel met de fijnste gordels, be schilderen zich met bonte, schitterende kleuren, poederen haar gezicht en gaan zóó pluimbal-spelen, niet met twee of drie, n.aar in groote partijen. Prachtig is het gezicht in de zonneschittering van die zee van stralende kleederen, die in de luch tige golving telkens nieuwen glans uit lichten. De kleine gouden, gevederde bal- leu vliegen als bonte bloemkronen rond, en de lenige lijven geven de schoonste be wegingen te aanschouwen. In Februari en Maart, als dc wind sterk is, bloeit de lie- velingssport der Japanners: het vlieger- oplaten. De Japansche vliegers zijn ver vaardigd van zeer sterk papier, op een dun bamboes raam vastgemaakt. De meeste heb ben den vorm van een diraak. Doch men treft er ook aan, lijkend op kinderen, vol wassen personen, vogels. Of wel op het pa- pi r zelf zijn oude heidens, duivels en mon sters geschilderd. Groote wedstrijden wor den er gehouden, wiens vlieger wel het hoogste fctijgt. Het vliegertouw wordt met glasscherfjes beplakt, en door een handig manoeuvreeren snijdt men daarmee den vlieger van zijn tegenstander af. Aan dit epel nemen vaak zeer bejaarde lui deel. Het polo-spel evenals het voetbalspel wordt slechte in de hoogste, kringen gespeeld. Het is in de 6de of 7de eeuw in Japan ingevoerd, en gewoonlijk nemen er veertien ruiters aan deel. Ook de Chineezen, die niet zoo vlug in hun bewegingen zijn als de Japanners, en ook niet zooveel bevalligheid en kin derlijken zin als dezen bewaard hebben, bezitten een groote verscheidenheid van volksspelen. Worstelen, waarop de Japanner gewoon-' weg verzot is, en waarvoor een geheele menschenkLas geleid wordt; voetbal,; orioket, in het algemeen de meeste aport, hier te lande, zijn den Chinees een onge kende weelde. PluimbalspeJ en vlieger-oplaten kennen sdj ook. Hun vrouwen, die, zonder iets, uit te richten, binnen haar hutten moeten, blijven, maken haar vrijen tijd zoek met kaartepel en domino. Maar de ijverige, vlugge banden der Chineezen weten op de vernuftigste wijze aardig speelgoed voor het kleine volkje te fabriceeren, o. a. kleine tollen en dobbelsteentj et, toover- lantaarns, kanonnetjes en wapenen. De meeste spelen hebben een ernstig karakter, geheel volgens het Chineeache tempera ment. Zij hebben zekere kleederdrachten en spelen, die op bepaalde tijden van het jaar gebruikt worden. In Januari en den tijd vóór en na den Nieuwjaarsdag is de Chineee zeer vroolijk. Dat it duidelijk merkbaar aan zijn veel vuldige verkleedingen en vermommingen. Zoo doen twee jongens een zonderling leeuwenmasker voor met oen lange leeu-' wenhuid over hoofd en schouders en loo pen dan met lompe schreden een derden na, die met een grooten bal voor den koning der dieren heen en weer springt. Deze eigenaardige vermomming moet ver beelden, dat de leeuw met den baJ speelt. De onhandige wijze, waarop de twee leeu wendragers den bal trachten te vangen, is hoogst vermakelijk. Bovendien staan vele Cbineeeche tpelen in nauw verband met tooneel op voeringen. Mannen springen gewapend om den leeuw rond, voeren spiegelgevechten uit of dra gen een grooten, slangvormigen draak op hamboessrtaken rond. Daarbij moeten zjj bukken, draaien en wenden, zoodat de draak zelf schijnt te kruipen. Hot lijf van den draak, zijn afschuwelijke kop met een paar koeienoogen en zijn openge spalkte muil, zijn geheel en al verlicht Overal schitteren kleine lampjes en met dit kleurig, twijfelachtig licht krijgt deze geheele maskerade iets huiveringwekkends en toch ook door de potsierlijke komiek iets vroolijks. Pluimbal wordt in China slechts door jongens gespeeld en wel niet met rakef- ten, maar door een zeer handig, moeilijk en ingewikkeJd stooten en opvangen met den voet. Het meest beminde hazardspel in Chic* heet Fan-Fan. De houder der Bank neemt van een hoop munten een zeker aanval weg en legt ze onder een soh vil. De meespelers moeten nu raden, h «cvecl er nog van den eersten hoop overblijft, zoo er door vier, drie of twee gedeeld wordt. Allen letten nauwkeurig op, ol er peon' bedrog gepleegd wordt. In China zijn maar weinig balspelen bekend. Voetbal woriH met twee ijze ren ballen gespeeld, waarbij het er op aankomt, dat de eene bal zoo dikwijls mogelijk den anderen raakt. Daarbij gaat het vaak om geld en is er een zekere vorm van hazardspel bij ingevoerd. Zoo krijgt het zware en eentonige spel een aantrekkelijke bekoorlijkheid. De Chineezen vermijden elk spel, dat eenige kachtsinspanning van hen eischt. Daarentegen bezitten zij veel geduld en kunnen urenlang in rustige kalmte met allerlei raadtelopgaven en gelukspelletjcs hun tijd doorbrengen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1905 | | pagina 10