Anno 1904. Uit de Rechtzaal. FEUILLETON. De liiamanceiidiefstal. No. 13689. LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAG 8 OCTOBER. - VIJFDE BLAD. PERSOVERZICHT. Onder het opschrift D r&nkwefc-mij- m e r i n g bevatte de Nieuwe Rotterdam- schc Courant een viertal artikelen, waar in opmerkingen werden gemaakt omtrent verschillende bepalingen der Drankwet. In het Laatste artikel verweert het blad zich krachtig tegen het mogelijke verwijt in bladen der rechterzijde, dat deze arti kelen met zekere politieke bijbedoelingen zouden zijn geschreven. Een actie tegen de Drankwet zou op dit oogenblik niet baten. Geen oogenblik heoft de Nieuwe Rotter- damsche Courant er dan ook aan gedacht, dat de Eerste Kamer de wet zou afstem men. Dat kan niet en dat zal ook niet Maar, omdat het blad verwacht^ dat de volgende week, bij de openhare behande ling dei wet geenszins een dienstvaardige ondergeschiktheid, geen smoren va® ge dachten wisseling, maar een ruim en breed opgevat debat zal plaats vinden, daarom heeft het gemeend zijn opmerkingen te moeten maken Een vruchtbaar debat kan ook verwacht worden, omdat het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer, hoewel in de grooto punten niet onvolledig, toch heeft te kennen gege ven, dat verschillende leden bij de openba re behandeling bedenkingen zullen ter sprake brengen, welke niet in het verslag van het afdeclingaondcrzoek zijn opgeno men. De Nieuwe Rotterdamsche Courant ver wacht echter niet, dat daarbij de tegen standers van de Drankwet de overwinning zouden kunnen behalen. Dat ligt niet hier aan, dat hun argumenten te zwak zouden zijn. Integendeel. Do reden ligt buiten het ontwerp. ,,Als de Drankwet door de Eerste Kamer verworpen werd, zou er opnieuw zijn een conflict. Dit is op zichzelf zoo vreeselijk niet. Wat de zaak evenwel een hoogst ern stig karakter zou geven, ïe, dat de Regee- ring gelijk reeds door den beer Van Houten in de Eeiste Kamer werd aange stipt op het oogenhMk geen anderen uitweg schijnt te weten, om uit een con flict met dc Eerste Kamer te geraken, dan: ^thinding. De Itege-r g heeft er op gezonnen, zij V er op gesuft, doch zij weet niets beters. Wij begrijpen voors hands nog niet, boe nu een nieuwe ont binding zou kunnen baten, doch dat is onze zaak ook niet. Een feit is, dat de Re- geering er niets anders op zou weten. Men kan rich daarover verbazen, doob daarin valt voor derden niets te veranderen. Op een nieuwe ontbinding nu, zal, mee- nen wij, de Kam^r het onder geen voor waarden thans opnieuw laten aankomen. Welnu, om die reden, en om die alleen gaven wij te kennen, dat de wet niet zou kunnen worden verworpen." Naar aanleiding van de in het Voorloo- pig Verslas* gestold© vraag, welke dc toe stand zou worden. indien het ontwerp niet tot stand kwam, schrijft de Nieuwe Rottc.rdamir.he Courant: ,,Hoe zou met dc bestaande vei gunnin gen boven het maximum moeten worden gehandeld? Sterven zij uit, of vervallen zij aanstonds als de overgangsbepalingen der bestaande wet hebben uitgewerkt? Er wanen leden die hoewel in het fond der zaak tegen do wet geneigd waren zich bij de wet neer to leggen, omdat dan al thans aan deze rechtsonzekerheid een einde zou worden gemaakt. Wij meenon er hier de aandacht op te mogen vestigen, dat de •fatale termijn, die dc ongelegen!. .d zal brengen, w -rop he« Voorloopig Verslag doelt, eerst op 1 Mei 1905 verschijnt. Zoo is ten minste in dc Tweede Karaci aange nomen en er is alom in den lande naar ge handeld. Vóór 1 Mei 1905 nu, is tot indie ning en behandeling van een noodwetje nog ruim- en ruimschoots tijd. Dat oude twistpunt mag daarom, •/.ouden wij zeggen, voor hen. die tegen do wet gekant zijn, geen reden wezen, om haar toch to aan vaarden. Er blijft nog dubbel en dwars ge legenheid, om de moeilijkheid naar aller ge noegen uit den weg te ruimen." De Regeering spreekt in haar Memorie van Antwoord welke de Nieuwe Rotter- damsehe Courant na het schrijven van het artikel in handen kwam niet van een noodwetje. Volgens haar zou „bestendiging van rechtsonzekerheid" te ducaten zijn, in dien een herziening niet voor 1 Mei 1905 tot stand kwam. Evenwel blijkt uit het ant woord der Regeering, dat ook zij een nood wetje zeer wel mogelijk zou achten. Zelfs meent rij, dat de herziening der Drankwet daardoor slechts met een jaar zou worden vertraagd. Daarom besluit het blad: „De Kamer make de beslissing dus niet onnoodig moeilijker dan zij reeds wezen moet. L.dien zij bij de stemming niet vrij zal zijn, dan komt dat, naar ons beschei den oordeel, alleen voort uit de zeer ernsti ge gevolgen, die van verwerping te duch ten zij.i. Bij de behandeling der Hoogcr- Onderwijs-wet heeft de heer Rengers dozen ondergrond, die zeker door de Eerste Ka mer niet uit het oog verloren worden zal, d oor woel d. Zou niet ook aanstaande week dit punt eens kunnen worden besproken? Wij geven toe, wij verwachten er niet veel van; maar hot zou tooh kunnen zijn. dat sedert de laatste ontbinding de Rogeering tot andere gedachten is gekomen. Kan haar de verklaring worden ontlokt, dat na ver werping der wet voor ontbinding der Ka mer ditmaal eens geen aanleiding zou zijn, er ware zeer veel gewonnen. Niemand die zich daarin oprechter zou vei heugen dan wij. Wij zouden het toch een groot voordeel rekenen, indien de Kamer bij haar eind oordeel, gelijk het behoort, volkomen vrij zou kunnen staan. Zij had dan slechts te vragen, of de wet zelve de belangen van hot land zal schaden, dan wel bevorde ren Meende zij het laatste, zij kon haar zonder wroeging aanvaarde®achtte zij het eerste het geval, zij kon haar vrijelijk verwerpen." Brieven van een Leidenaar. LXXI. W. is nog eens teruggekomen op mijn laatsten brief in een lang stuk, dat de Re dactie mij toostuuide om, als het noodig was, er nog een paar woorden van te zeg gen. veel ruimte kon zij niet meer af- srtaan voor deze zaak. Het ttuk bevat geen nieuwe gezichtspunten, alleen meent W., dat ik ten onrechte het hengelen stel boven het peuren. Hengelaars kunnen op hun beurfc de flesch ook nogal aanspreken, zegt hij, wat ik niet logenstraffen kan, doch het zwaartepunt van mijn betoog log iD het feit, dat het peuien des nachts moet plaats hebben. Niet volstrekt noodzakelijke nachtarbeid schaffen wij hoe langer zoo meer af ter wille van de personen, die dien arbeid doen zoowel als voor hun gezinnen. En nu blijft het bij mij altijd waart dat peuren niet volstrekt noodzakelijk is. Ik heb uit zijn schrijven gemerkt, d.it W. een veistandig man is en daarom vertrouw ik, dat hij mij hierom alleen reeds gelijk geeft, al blijven wij overigens over de be oordeeling van het peuren en zijn gevol gen verschillen. Dit staat bij mij vast, dat, hoe meer de arbeider zich mensch gaat gevoelen, hoe minder hij naar den peurttok zal talen. Zoo is dit vischtuig m.i. bestemd om eenmaal in een veizamcling van oudheden terecht te komen. AL het kleinkind van den tegenwoordigen pcueraar dan vraagt was voor ding het is zal zijn vader hem zeggen: daar vischte je grootvader des nachts mee. Van dit onderwerp te stappen naar het Slachthuis, is een beele tpiong. Ik had ge dacht daar voorloopig weg te kunnen blij ven. Wij hebben van het Slachthuis eerst was het altijd abattoir,, wat volgens sommigen deftiger klinkt vroeger al zooveel gehoord, dat ik ook maar liever de zaken er stil haar gang zon zien gaan. Deze inrichting is hier lang niet met alge- meene instemming gekomen Ik ben ei nooit een erge tegenstander van geweest. Ik laat nu daar, of de opzet niet wat te groot wat' en of we 't niet met een kleiner Slachthuis hadden kunnen doen, of de re geling ifij zooals rij behoort te wezen, ook daar blijf ik buiten, maar 't is mijn mee ning, dat men voor de gezondheia van de menschen niet licht te veel doet. Men mag een maatregel van gezondheid nooit veroordeelen, omdat hij veel geld koet. Gezondheid en geld zijn twee onge lijksoortige giootheden, om een wiskundi ge term te gebruiken. Een van Warmonds vroede vaderen moet dezer dagen gezegd hebben, toon B. en Ws. een crediet vroegen voor onderzoek naar goed drinkwater^ dab hij even lief fctieif door het gebruik van slecht water dan uit geldgebrek. Die tegenstelling had geen zin, evenmin als men zegt: een Slachtnuis deugt niet voor onze Gemeente, want heb L te duur. Wat werkelijk den gezondheidstoestand bevorderen kan en schadelijke oorzaken wegnemen, is nooit te duur. Maar dan moet men daaiin ook volkomen kunnen vertrouwen en er moet worden gezorgd, dat dit vertrouwen in geen enkel opzicht wordt geschokt. Dit laatste moet nu, wat ons Slachthuis betreft, dezor dagen zijn geschied. Er is gesteriliseerd vlceoch verkocht, zooals mcei malen geschiedt. Want en dit is ook een voordeel van een Slacht huis dit vleesch, afkomstig van niet volkomen gezond vee, is door deze bewer king voor de gezondheid onschadelijk ge- I maakt. Men kan het zonder eenig be zwaar gebruiken en door sterilisatie wordt het zacht, malsch en smakelijk. Er is dan ook, als zulk vleesch er te koop wordt i aangeboden, veel animo en veelal kan aan alle aanvragen niet worden voldaan. Een mensch met een klein inkomen kan op de ze wijze vooi weinig geld nog eens aan een smakelijk «tuigje vleesch komen. Doch verleden Zaterdag haalden do menschen weer hun vleesch, voor den Zon dag wellicht en nu moet gebleken zijn, dat hetreeds bedorven was. Een der koopsters kwam bij een lid der Gezondheidscommissie, teveny deskundige, en een ondcizock moet hebben geleerd, dat het vleesoh voor gebruik volstrekt moest worden aigekourd. Dit gold het op dien dag aan het Slachthuis verkocht var ken svl eet ch doch ook het rund vleesch, te gelijk verkocht^ werd als niet bruikbaar beschouwd. De diicctie van het Slachthuis moet dan ook het vleesch weder hebben terug genomen en heb geld aan de koopers ge restitueerd. Een blijk van schuld, dunkt me. Als het geval niet ernstig was, zou men het komisch kunnen noemen, dat een inrichting, in het leven geroepen om te voorkomen, dab voor de consumptie schor- delijk vleetch wordt ingevoerd en verkocht, zelf zulk vleesch aan den man brengt. Natuurlijk zaJ dit geval tot de groote uit zonderingen bchooren, maar men mag vra gen of het ooit zou mogen voorkomen. Aan het hoofd van hot Slachthuis staat een op dat gebied door en door kundig man; hij behoeft, wij zouden haast zeggen slechts de schaduw van hot vleesch te zien, om te weten, hoe het is; naast dozen direc teur staat een adjunct-directeur, die als veekenner ook volkome® vertrouwd is het j vleesch te keuren, en deze t/wco mannen heb- I ben om zich een staf van practische keur meesters. Men vraagt zich af hoe het mogelijk is geweest. En als ik niet van volkome® ver trouwde menschen had gehoord dat het zoo gebeurd is, zou ik het niet kunne® geloove®. Er mag in Leiden geen dier worde® ge slacht, gee® stuk vleesch worden ingevoerd of het moet worde® gekeurd e® wat den strengen toets der keurmeesters niet kan doorstaan, wordt onherroepelijk afgekeurd, slager of koopman gestraft, e® zeer te recht doch hoe ka® men dan zelf vleesch verkoopen dat op zijn minst niet voor het gebruik meer geschikt is? Moet de directie van het Slachthuis nu zelf ook niet een boete worden opgelegd? Natuurlijk zullen de slagers en anderen, die het Slachthuis niet sympathiek rijn, dit geval als een wapen to^on de inrichting gebruiken. Het vertrouwen zal er door worden ge schokt. Het komt mij voor dat doc*r de Com missie va® het Slachthuis ee® onderzoek iuoet worden ingesteld on blijkt hot dat hier nalatigheid of plichtsverzuim in het spel is, dan moet er voor gezorgd worden dat dit niet weder ka® voorkomen. Ik zal met belangstelling dit onderzoek tegemoet zien en ik hoop dat noch de directie, noch de beambten en bedienden va® het Slacht huis aan dit feit- schuldig staan. Zoo ka® ik dit onderwerp voorloopig verder laten rusten. Toch ben ik er va® verzokord dat hier mede in deze zaak het laatste woord nog niet is gesproken. Maar nu zou ik do men sche®, die recht streeks bij het Slachthuis betrokken zijn en hun die alleen vleesch betrekke® van vee dat er geslacht wordt, dit willen zoggen: Bechuldigt er veroordeelt voorshands nie mand, en blijft zoo goed als altijd vertrou wen stellen in het Slachthuis. Natuurlijk zullen feiten als nu zijn ge beurd, tot do grootste zeldzaamheid bchoo ren en nadat het eonmaa! gebeurd is, zal het, dunkt mij, nimmer weer voorkomen. Door schade en schande zijn meer men schen wijs geworden. 20-jarig beslaan van „Hercules". 1 November a. s. hoopt do Lei dB oho Gymnastdok- on Schorm-Yereeniging „Her cules" haar 20-jarig bestaan te herdenken en met het oog hierop is door hot bestuur ee® reeks van feesten georganiseerd, waar- va® het programma hier volgt: Zaterdag 5 November 'savonds: Uit voering dor fecstvioronde Vereen iging, ge volgd door een bal. Het programma dor uitvoering omvat hoofdzakelijk fa®tasie-nummers, als: athlc- tischo standen, plastische standen, tabloaux- vivants, enz. Het bal zal door zijn samenstelling en orkest-bezetting geheel van dc vorige afwij ken. In de pauze dor uitvoering houdt hot be stuur receptie in den Foyer. Zonc.ag 6 November: 10 u. 30 m tot 12 u. Nationale Wedstrijd in stokocfenin- geri voor Dames-Gymnastiok-Vereonigingcn. Ingeschreven 7 Vorecnigingen: 1. „Aspa- sia" te Rotterdam. 2. Arb. Gymn.-Ver. Amsterdam. 3 Minerva" to Koog a/d. Zaan. 4. „Olympia" te Delft. 6. „Rotterdam" te Rotterdam. 6. „Hy- gièa" te Amsterdam. 7. Sparta" to Groninge®. leto prijs: Zilveren medaille, aangeboden door dc® Commissaris der Koningin van Zuid-Holland. 2de prijs: Verg. zilveren medaille, aange boden door het Gewest Z.-H. van het N. G.-V. 3de prijs: Zilveren medaille, aangeboden door het Hoofdbestuur Volksweerbaarheid. 12 u. tot 12 u. 30 m.Turnen brug voor de Damee-Veree®igingen. 12 u. 30 m. tot 1 u. 30 m.: Nationale Wed strijd in rijen voor Domee-Gymn.-Ver. Ingekomen: Ingeschreven: „Sparta" te Groninge®. „Uygiöa" te Amsterdam. „Olympia" te Delft, e® „Rotterdam" te Rotterdam. lste prijs: Zilveren medaille, aangeboden door den Burgemeester van Leidon. 2de prijs: Zilveren medaille, aangeboden door de Vereen iging va® Vreemdelingen- verkeer. De Vorceniging, die in beide wedstrijden het hoogste aantal punten te zamon be haald, krijgt de zilveren medaille, uitge loofd door Hare Majesteit de Koningin- Moedor. 2 u. 30 m. tot 4 u. 30 m. Matincé, to ge ven door hot strijkorkest va® het 4de reg. inf. onder leiding van den heer W. v. Erp. Tijdens de pauze van de matinóe uitrei king der prijzen. De jury bestaat uit de hceren: H. J. Ra- voo, 's-Gravcnhage; W. H. Hcngevelt, '8-Gravenhage; J. M. Soheffor, Amsterdam; mej. A. Risseeuw, de beeren C. A. Bader, K. A. Karstens e® A. Dirks, allen te Lei den. 0 u.Diner, don eere-voorzitter, eereic- den e® juryleden aangeboden Tevens is reeds ter perse bij de firma IJdo een jubileum-uitgave, welko behalve portretten en kiekjes bijdragon op gym nastisch gebied bevat van de heeren P. Buitendijk, arts, J. M. Schcffcr en H. J. Ravoo, mengelwerk, ledenlijsten, enz. Allee wijst alzoo op een schitterende feest viering. Zij, die nog geen 2-moal do gast va® „Hercules" zijn geweest, zullen in dc gelegenheid geetnld worden kosteloos introductiekaarten te verkrijgen oir deze feesten mode te maken, uitgezondox-d na tuurlijk voor het diner en misschien ook niet voor het bal, daai do samenstelling daarvan, alsmede het groot aantal loden, zulks waarschijnlijk onmogelijk mak on. Een beslissing is och ter hieromtrent nog niet genomen. Alle feesten, behalve het diner, zullen plaats hebben in de Stads-Gehoorzaai. Om hot welslagen van dit uitgebreide feest te bevorderen zijn 5 commissies uit do loden gevormd, die elk een onderdeel mocte® uit werken en de leiding op zich nemen. Een druk per squaettie. Gepleit werd gisteren voor den Hoogen Raad in do navolgende drukporsquacötio. Een ingezetene uit Bodegraven had in „Do Rijnbode" geplaatst een ingezonden stuk, waarin hij zich wondde tot zijn colle ga's in het boerenbedrijf en hun mededeel de zijn ervaringen ten opzichte eener vce- verzckeringmaat8chappij, wedervai ingen, dio volgens gemeld ingezonden stuk nu niet van de aangenaamste waren geweest, ton minste niet op het stuk van uitkcering voor zijn gestorven vee. Aan het slot waar schuwt de geëerdo inzender de geachte Landbouwers voor zulk een Inge maatschap pij wilt ge meer vernemen, kom dan tot mij." Tot hom kwam do Maa.tochappij met een vordering om schadevergoeding, KMX), of zooveel minder als de rechter billijk acht te. Dc rechter rechtbank Utrecht achtte in het geheel gcon schadevergoeding verschuldigd, omdat do vordering niet ont vankelijk word geoordeeld; niet ontvanke lijk op grond dat bij do in ons land be staande vrijheid van drukpers hot inge zonden stuk alleen dan eon onrechtmatigo daad oplevert, wanneer het valt onder het begrip van beleed iging, waaronder het niet valt, omdat uit de dagvaarding niet bleek, dat do gedaagde heeft gehad het orrmerk om te bolecdigen. Anders dacht in appèl het Amaterdom- sche hof over de zaakal is het ingezon den stuk niet belccdigend, dat neemt niet W<3g, <lat Iic6 uylcrci t OO" onj-ocli(liiuv(iig« daad als bedoeld bij art 1401 B. W. Hon derd gulden schadevergoeding luiddo 's hof s veroordeel ing. Van *8 hofs arrest bekwam beroep in oassatic. Namens den veroordeelden iügoz. van Bo- degr. betoogde jhr. mr. W. M. de Brauw, dat nu uitgemaakt was dat 't stuk niet be leed igend is, geen bclecdiging of smaad bevat, het stuk ook niet gezegd kon woidra onrechtmatig te zijn cn inbreuk to niakcL op eens anders recht. Mi. D. van der Goot, voor do veevorzo- kering8maatschappij optredend, was daar entegen van oordeel, dat door het hof fei telijk was beslist, dat het ingezonden stuk onrcohtmafcig was, zoodat de H. R. niet over het al of niet rochfcmatigo van het veelbesproken stuk kan oordeolen. Adv.-gen. Noyon zal over 14 dagen con clusie nemen. Woiibrugge. De Commissaris der Koningin In (tezo provincie heeft benoemd tot lid vaa het Collego van Zetters alhier, het aftredend lid don heer L. J. Zwetsloot, en den heer A. J. Heenk, in de plaats van het afiredend lid don heer W. den Hertog, dio naar elders wrao vertrokken. 29j „Het is alles sage, wat die bruine heks daar voordraagt,' zeide Nissen, terwijl zjj verder gingen, „maar het spreekt zoo zon- dorhng tot mijn hart. Het is nnj altijd een raadsel geweest, hoo eingen, waarvan wij do ouwerkelijkhoid kennen, macht over ons kunnen verkrijgen." „Een oude aesthetischo strijdvraag," antwoordde Klewcr. „Ik heb daaruit al tijd de conclusie gutrokken, dat de phan- tasie machtiger is da® het verstand." Beide vrienden verdiepten zich in het thema cn Nissen vond tot zijn verrassing in vele opmerkingen van Klewer zooveel helder begrip als hij nooit achter dien een zijdig ontwikkelden man gezocht had. Do tijd drong tot omkeere®. „Ik zou het Zigeunerkind nog wel eens willen zien," zeide Nissen. „Eenigsrins geïdealiseerd zou zij eeu knappe figuur voor mijn eor- sten roman zijn." „Ik vrees, dat gij u teleurgesteld moet gevoelen. Het is meestal vuil volk." „Foei, Klewer, wie zal zoo materalis- tisoh zijn? Gij hoort toch, dat ik idealisee- ren wil. Mij is werkelijk vuil niet aange- paam ,aan geschilderd of gesohreven vuil i daarom ook niet verheugen". v> cdor in de buurt van het Zigeuner- tamp gekomen Mgcn rij de verhaalster van 6tra»s; zij zat aan den rand van den weg, met den rug daarheen, het eenc, iets opgi tronen been met beide armen omvattend en zaclit neuriënd. De ondergaande zon, die zij nazag, omgolfde de slanke gestaite met magische, rood-goudën roflcxem Zij scheen de komst der vreemden niet bespeurd te hebbe®, want zij schrikte bij den toeroep: „Goeden avond, Gitanal" Zij sprong op en zeide: „Goeden avond, heeren." Na hen van het hoofd tot do voe ten te hebben opgenomen, zeide zij: „Zal ik u waarzeggen?" „Dat moest er nog maar bijkomo®," zei de Nissen. „Wij zijn vrome bedevaartgan gers en nu zouden wij ons met zuflke hei- donsche dingen ophouden 1" „U zijt geen bedevaartgangers, niot vroom, misschien niet ec..s Christenen J" „Waaruit wilt gij dat opmaken?" „Ik zie het zooals ik alles zie. Zal ik u waarzeggen „Onzin; zeg ons liever welk lied gij juist gcongen hebt. De woorden klonken vreemd. Was het lied in Zigeunertaal?" „Het meisje lachte. „Nee®, het was een Litthauwsch lied, het klaaglied van een verlaten meisje." ,Litthauwsch 1" herhaalde Nissen met verbazing. Hij dacht aan Hans Lander, die vroeger in Oost-Pruisen geweest was en een onderzoekingstocht naar Zigeuners wilde ondernemenzou hij hier een scha kel van de raadselachtige ke-ten hebben Het meisje was, zooals hij reeds bespeurd had, knapmeer dan dat, rij kon schoon genoemd worden. Hij legde een thaler in haar ha®d en sprak: „Waarzeggen kunt gij mij, maar onder één voorwaarde; later wil ik je waarzeggen." „Top," zeide de Zigeunerin. Zij vatte Nissena rechterhand, volgde met haar teere vingers qo lijnen in de hand vlakte en be gon haar profetische wijsheid in korte zin nen to luchte®. Wat zij zeide, onderscheid de zich weliswaar in den eigenaardigen vorm, anders evenwel in niets van de ge wone praatjes bij dergelijke gelegenheden. Toen zij mot haar profetie gedaan had, werden de rollen omgekeerd cn zag Nissen mot groolen ernst in do hand van het niüisjc. „Hier ziet het er merkwaardig uit»" zeide hij, „kruis- en dooltochten va® Thü- ringen uit, kennissen te A., zie, do beide lijnen loopen elkaar na en vinden elkaar niet, hij is rijk en zijn naam... de letter is niet duidelijk, maar het kan een L. rijn I" Haastig trok het Zigeunermeisje haar hand terug cn staarde Nissen met schrik aan. Maar spoedig was deze uitdrukking weder verdwenen en lachend zeide zij: „Dat is leugen en bedrog. U weet iets en wilt mij met uw waarzeggen vangen. Maar ik geloof er niet aan," „Heb ik dan geen gelijk?" „Het kan zijn. Een L hebt u gezegd? Goed, schrijf aan den heer L.,waar u mij gezoen hebt en schrijf ©r bij, dat ik leef als een vogel in de lucht, vrij en lustig, en als hij mij zoeken wil, moot hij mij rechte en links volgen." „En hoe moet ik je noemen?" „Pordita!" klonk ee® stem uit een der tenten. „Kom hier, het eten is klaar." „Hebt u het gehoord? Zoo heet ik. En groet den heer H. L. 1" Zij sprong behendig over de sloot en liep weg. Beiden zagen haar na en Klewer zeide: „Het meisje 6chijnt vroolijk en goed gemutst te zijn, anders..." „Nu? Wat anders? SpreekI" „Hebt gij het niet gezien?" „Ytut oanf" „Iets, wat mij nopen kon deze bruine bende de politie op het dak to sturen. „Waarom niet? Hoe komt gij er bij?" „Omdat zij een blank meisje medevoort. Indien gij beter hadt opgelet, dan zoudt gij gezien hebben, dafc onder den roodzijden doek een haarlokje te voorschijn kwam, en dat was lichtblond 1" In de geschiedenis der zoogenaamde weg geraakte brieven speelt, gelijk elk poet- beambte weet, het ongelukkig samentreffen een noodlottigo rol. Onbelangrijke brieven gaan zeldzaam, ïe- keningen nooit verloren; brieven, over de afzending waarvan men een kwartier ua het posten berouw beeft, hebben do akelige gewoonte allo aansluitingen te bereiken, maar belangrijke brieven verzuimen uit voorliefde den juisten tijd, maken de voor zichtigste berekeningen te Bchando cn ko men het liefst geheel niet, als het niet an ders kan minstens te Laat aa®. In hctzelf- do hoofdstuk behoort het opmerkelijke feit, dat een brief, die, onder drukwerken ge raakt, deze kameraadschappelijk volgt, voor zulke buitensporigheden voornamelijk zulke zendingen uitkiest, welke geschikt zijn hem een halven omvang dor aarde van rijn be stemmingsplaats verwijderd te honden. Naar Parijs of Londen bestemd, duikt in zulke vagebonden niet bijv. te Versailles of Edinburg op, maar aan het uiterste einde van Afrika en Noord-Amerika. Zulk ee® boos toeval wild^ nu, dat de brief, waarin Nissen het beleefde in Ke velaar meldde, en dien hij aan Hans Lan der in Tripoli adresseerde, in de buurt van een omvangrijke courante® verzend ing geraakte, welke een wakker Koulsch bur ger aan zijn zoon toezond; Nissens brief vond in den solied uitzienden band, welko de oouranten insloot, zulk een behagen, dat hij zich daaronder verborg en, door nie mand gezien, de reis naar Baltimore mede- maakte. Daar ontdekt, nam hij de reis naar Europa weder aan, volgde den van Tripoli reeds lang vertrokken Hans over Alexandria, Jaffa en Smyrna naar Kon- stantinopel en kwam eindelijk te Athene, waar hij het einde van zijn aardsche loop baan vond. Want voor do ^rieksche post beambten was het herhaalde! nk gestempeld tot onkenbaar toe verminkt adres 7.M moei lijk te ontcijferen, dat zij den brief maar lieten verdwijnen. En zoo bleven Hans en Hildessem zonder het warm verlangde be richt over Pcrdita. X. Mevrouw de weduwo von Hildessen» be woonde het haar toegewezen loogenaam'lc „kasteeltje", 'dat, een halve mijl van het hoerenhuis „Kraaienhorst" vertvijderd, te midden van een welverzorgd-:n, in streng Fransehen 9tijl gehouden tuin gelegen was. Zorgvuldig gesnoeide h^gg^n grenrden dit gedeelte af va® de hier gelogen, voor het meerendeel verpachte akkers der Hüdesscm sche goederen. Het grondbe7.it der familie was zeer uitgebreid, on de tegenwoordige eigenaar, die, afwijkende van zijn voetgan gers, in bet landbouwbedrijf geen genoegen vond, had de meer afgelegen gedeelten aan gTOotere ©n kleinere pachtore gegeven. (Wordt vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1904 | | pagina 17