Wekeiyksehe Kalender.
v
recept!
Raadgeving.
allerlei
Zondag.
'Als Christenen bijeen zijn, is het, helaas J
nog niet altajvi waar, dat zij als Christenen
bijeen zijn.
Maandag.
Alleen wat gij hebt ervaren en doorleefd,
geeft winst; wat van buiten geleerd wordt,
blijft vreemd aan den inwendigen menscb..
Dinsdag.
Menig „man van zaken" is nog geen „man
van zaken doen." En als hij het is, blijft
nog de vraag over, of dat tot zijn eer of
oneer strekt; ook woekeraars zijn mannen
van zaken I
Woensdag.
Wanneer wij slechts van gezichtspunt
veranderen, wordt 'de grootste daad. gemeen
en laag. Wanneer wij den kijker omkeeren,
verandert de reus in een dwerg.
Donderdag.
Een behoorlijke regeling van zijn herinne-
ringen maakt een belangrijk bestanddeel
uit van eens grijsaards geluk.
Vrijdag.
In huizen, waar in plaats van de heilige
vlam der liefde slechts tweedracht woont,
wordt het gansche gezin huichelachtig en
ieder verheelt de waarheid voor den ander.
Zaterdag.
Een dwaze vriend is grooter plaag dan
een wijze vijand.
Iets over Aardappelen.
Welke zijn de beste aardappelen? Tot
voor korten, tijd was men algemeen de
meaning toegedaan, dat die aardappelen
de beste waren, welke bij het koken open
bersten. De Fransclie scheikundige Balland
heeft evenwel aangetoond, dat die meening
niet juist is. De zaak is deze: Bevat een
aardappel naar verhouding veel eiwit, dan
behoudt hij bij het kokou zijn vorm. Het
openbersten en in-kmim-vallen der aard
appelen is een bewijs van armoede aan
eiwit. Wijl nu de aardappelen met het
meeste eiwit de voedzaamste zijn, kan elke
huisvrouw do quoliteit van een aardappel
bij het koken béoordeelen. De beste soorten
zijn altijd die, welke niet in kruim vallen,
maar heel blijven.
Nieuwe aardappelen zijn moeilijk ver
teerbaar, verwekken lichtelijk storing der
ingewanden c.i stoelgang. Om ze nu zóó te
koken, dat ze niet gevaarlijk zijn, moet men
twee ketels tegelijk op het vuur zetten, den
eenon met en den anderen zonder aardap
pelen. Koken de aardappelen, dan giete
Kien dadelijk het vuile (solavine^houdend)
water er af en doe het kokende water uit
den anderen ketel er bij. Wie ze eens zoo be
reid heeft, doei het in het vervolg altijd.
Een buitenlondsch tuinbouwblad doet het
volgende middel aan de hand, om nieuwe
aardappelen, zeepachtig van smaak en on
rijp als zo zijn, om zoo te zeggen een snel-
rijpheid rueo to deelen, namelijk hierdoor,
dat men ze eenige dagen legt in warm zand,
dat bovendien aan dc zon is blootgesteld
zoodanig, dat do aardappelen er geheel
door bedekt zijn. Des avonds moeten zij op
eon droge plaats worden bewaard, opdat het
droge zand geen vocht aantrekkc. Bij afwe
zigheid van zonneschijn kan men nieuwe
aardappelen ook wel blootstellen aan de
stralende warmte van een keukenfornuis.
Aldus behandelde nieuwe aardappelen moe
ten door dergelijke behandeling riip, melig
en lekkerder van smaak worden. Bovendien
worden zij als spijs, wat de verteerbaarheid
betreft, oneindig beter.
Strijd is het leven.
Strijd is het leven,
Aldoor maar strijd.
Toch steeds uw streven
't Goede gewijd!
Tegen vooroordeel
Moet trouw gestreên,
Al wacht geen voordeel
Dan onze schreên.
Strijd moet men voeren
Tegen het kwaad,
Dat steeds blijft loeren,
Vol boos verraad.
Altoos maar strijden.
Al baart het smart,
Al grieft ook lijden
't Diepst van ons hart.
Tegen de boosheid,
Die ons gemoed
Yol argeloosheid
Yoak lijden doet,
Immer gestreden
Met vaster will
Gode gebeden,
Bustig en stil l
Strijd is het leven.
Blijv' maar altijd
Strijden en streven
't Goede gewijd
A brikozenpndding.
Smeer den puddingvorm goed mot boter
en gestampte beschuit, klop 4 eieren, waar
van 1 met het wit, goed stijf, voeg er bij 2
liter room en 1 glaasje rum of cognac. Vul
den vorm met bitterkoekjes en biscuit, laag
om laag, en tusschen iedere laag eon goede
hoeveelheid abrikozen-jam. Giet do ge
maakte saus er over en kook den pudding
H uur in bain Marie.
Men kan er rumsaus bij geven.
Behandeling van bloemen.
Bouquetten kan men wel een paar weken
frisch houden door in de vaas een stukje
kamfer te doen. Ook een weinig goed uitge
gloeide houtskool in het water of eenig
salmiak (5 gram per' liter) doet goede dien
sten.
Verwelkende bloemen, waarvan men geeiï
zaad winnen wil, moet men niet geheel la
ten uitbloeien of zaad laten zetten daar
door bloeien zij dientengevolge minder
sclioon, terwijl de plant ook minder kracht
behoudt voor het volgend jaar.
Aan bloemenliefhebbers wordt dus de
raad gegeven zoo vroeg mogelijk de bloe
men af te snijden, eer zij beginnen te ver
welken. Op rozestruiken moet men nooit
bottels laten rijpen.
Geverfd1 Het gebeurde op een platte-
landsschool, in een plaatsje in de buurt
van Kopenhagen.
Uitwendig was het gebouw wat bdjge-
pleisterd; van binnen was liet nieuw ge
verfd; het maakte een zeer smakelijken
indruk.
De meester keek vergenoegd het frissche
schoollokaal rand, en ook voor de jongens
was de vreugde niet minder. Zoo begon mot
wcderzijdsche goede voornemens de eerste
les in de vernieuwde school.
Do meester ving zijn onderwijs aan en de
aandacht van zijn leerlingen was onafge
broken. Tot een der knapen verzocht om
hetgeen men, wanneer men zich op school
netjes pleegt uit te drukken, met per
missie" noemt.
Dc meester gaf welwillend zijn toestem
ming. En de leerling wilde gaan, om ook
deze gerestaureerde schooliurichting to
gaan gebruiken, toen... Maar hij kon niet.
De jongen bleef met een ongelukkig gezicht
zitten. De reden was heel eenvoudig: hij
was met zijn broek op de ook al nieuw ge
verfde bank blijven kleven en kon, zonder
gevaar zijn broek te scheuren, niet opstaan.
De andere jongens begrepen niet zoo dade
lijk dezen staat van zaken, en begonnen
hem uit te lachen. Toen merkte éón, toen
een tweede, een deide, en eindelijk de heele
klasse, dat men zich in soortgelijke om
standigheden bevond. Waarop de meester
besloot, zijn les te onderbreken en hoogst
eigenhandig den jongen uit zijn neteligen
toestand te verlossen. Doch ziet, ook de
meester kleefde aan zijn katheder onwrik
baar.
Zoo zaten ze...
En zoo zouden ze nóg zitten, zooals
het verhaaltje luidt indien niet een der
jongens uit zijn vastgekleefde broek had
weten te kruipen en hulp had gehaald.
Toen iedereen was losgeweekt, de meester
incluis, kon de les voortgaan, of liever:
men maakte er een wandelles van, want tot
zitten kwam het vooreerst in de nieuwe
school niet.
Goéd begrepen. Luitenant (bij de theo
rie in de kazerne)„Dan is er nog een or
der, die aldus luidt: Wanneer een soldaat
in een bierhuis met een burger in twist ge-
raakt, drinkt hij bedaard zijn bier uit en
gaat naar huis. Milicien Jansen, wat doe
jij dus, als je twist krijgt met een burger V'
Jansen: „Dan drink ik bedaard zijn
bier uit, en ga naar huis."
Bij een reistochtje per auto. Zij: „Wij"
moeten hier even uitstappen om wat prent
briefkaarten te koop en, anders weten wij
niet hoe de streek or uitziet."
Klant (streng)": „Verkoopt u hier ziek
vleeech?"
Slager (vriendelijk)„Nog erger dan
dat."
Klant (opgewonden): „De hemel zij ons
genadig! Hoe is dat mogelijk?"
Slager (vertrouwelijk)„Het vleesch, dat
ik verkoop, is dood, mijnheer."
„O
V er schillende manieren. Mevrouw M.
„Mannen hebben verschillende manieren
hun tehuis prettig te maken."
Mevrouw N.: „Hoe zoo?"
Mevrouw M.: „Sommigen doen het- door
te blijven, anderen door uit te gaan."
Onder vriend innen Alida: „Denk
eens, Ida, gisteravond zoi Paul Vleier tegen
mij, dat ik het mooiste meisje was, dat hij
kende.
Ida-: „Och, dat heeft hij voor een paai'
maanden ook al tegen mij gezegd."
Alida: „Hm zijn smaak kan verbeterd
zijn in dien tijd, nietwaar?"
Op jacht. Zij„Nu, heb je wat gescho
ten op de jacht?"
Hij: „Ja."
Zij: „Ei! waar is het, in de keuken?"
Hij: „Neen, in het Ziekenhuis."
In een restaurant in den omtrek van het
St.-Lazare-station te Parijs:
„Kellner, wat is dat nu weer? Daar valt
nu al de derde vlieg in mijn soep
„Mijnheer' mag nog blij wezen, dat het
geen stuk locomotief is!"
Keukenmeid, tot jonggetrouwde vrouw t
„Om de eieren versch te houden, moeten z®
op een koele plek gelegd worden."
Huisvrouw„Ja, hoe zullen we dat de
kippen aan het verstand brengen?"
Baron: „Is er iets bijzonders geweest,
terwijl ik weg was?"
Jozef: „Ja, meneer, er is geen enkele re
kening aan de deur geweest."
„Moet dat hier contant betaald worden?"
vroeg een student, die een postwissel moest
verzenden, den ambtenaar aan het loket.
Antwoord op de Opgave in het vorig Zondagsblad
Aan de vruchten kent men den boom.