\tj ieru -.cStöft SEIZOEN-OPRUIMING Dames-Blouses De Finale Uitverkoop Circus Corty-Althoff, *9 Nog eenige groote Spiegels. Restanten Porselein. Houtwerk. Wiukeljuffronwcii. WISBRUN LIFFMANN, Nog eenige PENDULES. Linten, Cols, Stola's, Strikken, Ceintuurs, Boorden, Manchetten, Café REIVEILO, Morschweg. Hebt gi] al geprobeerd Z_ 8126 60 Gasgloeilicht» - - - - kousjes Niet? Haast U dan in Uw eigen belangZij zijn van een geheel nieuw procédé, waar door zij VEEL MEER LICHT geven en VEEL LANGER DUREN dan alle andere merken. Bij alle Handelaars en Gas fitters verkrijgbaar. ftSeemt een proef Z! hotel, geuldal, tegen zééi* lage prijzen. VOORRADIGS een buitengewoon groote sorteering Haarlemmerstraat 116—118. 18 In geen Tuin ontbreke Vrijdag 24 Jiuii 1904 Groote Brillante GALA-OPSNINGS-VOORSTELLING, De Oraciense, Priis per kwartaal t UTh. Aalmarkt 26, S^aarsmansst. 7, LEEDEN. eSasurt nog1 slechts korten tijd en de Magazijnen, laarsmattfssteeg 7, zullen reeds üaandag a.s. geopend worden te 10 uren. SPOTPRIJZEN. Luxe-Artikelen. Alles moet weg. m. J. VAN WOERDEN, Ex. Test. FEUILLETON. De erfgename van Desmond. Motslheia (Z.-L.) Aangen. en gez. ligging. 43 Kamers. Bunstigbekond. Vraag prospectus. Tot LO Juli a. s. verminderd tarief. 8104 B Tegen 1 Juli a. 8. gevraagdeen JONGMENSCH ter assistentie in de Keuken, liefst eenigszins bekend mot Banket bakkerij. Adres: Rapenburg 8, Liaison PEINS. 6115 6 Beleefd aanbevelend: 6121 156 met bijpassende XXXXXXXXXXXX ENZ., ENZ. XXXXXXXXXXXX 6136 81 Speciaal Adres voor Glacé- en Sioffen Handschoenen. Gevraagd: mot Augustus of half September, een bekwam© als Meid-alleen, by Movrouw MEERBURG, Hooigracht 59. 6114 6 Een jong Fabrieksarbeider zoekt vrerk als Mej. HUBRECHT, Zoeterw. Siugel 85, ie bereid inlichtingen omtrent em te geven. 6117 7 onze enorm rykbloeiende Caetas- Dahlirt, de schoonste snUbloem ter wereld, doz. 1.50; 100 ƒ12.— Reuzen bloomige Knolbegonia's, doz. 1.26; 100 ƒ10.— Allen zeer zware planten ln de meest bevallige kleurschakeeringen. Plant tliaus van beide eenige in Uw tuin, waarmede ge U den ganschen zomer door, totdat de winter komt, van een weergaloozen bloemeiiscliat ver zekert. Franco elk station. JOEIs. TELKAMP, 6129 16 Hofleverancier, Hlllegom. onherroepelijk laatste dag. Opgericht 1853, Leiden, op hel Weiland naast Café „ZomeuAcg", nabij het Station. Zaterdag 18 Janl 1901, 's avonds 8 uren: met sensatiomieal amusant en mor Leiden gebeel nienw gtansprogramma. ZONDAG 19 JUNI 1904, 'savonds 8 uren: Buitengewone'Gala-Extra-Voorstelling, met nienw steeds interessant WERELDSTAD-REDZEK.FROGRABMA. Eet dagelijksch gesprek van alle groote sleden. In alle Voorstelliugen de wereldberoemde Paardentemmer Prok N. SMITH, met 3 boosaardige paarden. De Heer en Mevrouw ALTHOFF met hun steeds afwisselende bewonderingwokkende origïnoele Dressuren. 6137 60 Optreden van liet gezameniyke Hnnstpersoncel. Dagelijks NIEUW Programma! Woensdag a.s. 22 Juni MUZIEKAVOND van liet bekende Leidsche Trio v. d. VVILK. Aanvang half acht uren. 6141 20 Aanbevelend, D. %td a REI^fEILO. GEVRAAGD, om gedareode de a.s. opruiming behulpzaam to z|Jn: eenige nette Adres te bekomenBur. van dit Blad No. 6105. 9 7) „Zij gelijken elkaar als twee droppels vater," zeide zij tot zichzelve, „Zulke op el kaar gel ij kon de mensehen kunnon onmoge lijk op elkaar verliefd worden. Het moeten altijd twee contrasten zijn, wil men er vuur uit slaan. Mogelijk gelukt het hun dien ou den gek daarginds te misleiden, mij kunnen ij niet beetnemen. Wat zijn plannen zijn, dat kan me hoegenaamd niet schelen: de hare vind ik natuurlijk gauw genoeg uit. Coralio was juist van de aan den onderen ikant der kamer staande piano opgestaan, to:n juffrouw Vann haar plotseling zag Verbleek en, torugkeeren en zoeken. Zij be keek haar handje nogmaals en nogmaals, keek als hulp vragende de kamer rond en riep eensklaps: „Arthur 1 Arthur 1 Waar is mijn ring?" „Welke ring?" vroeg Arthur, „dio met die mooie, kostbaro parel? Dien hadt gij van morgen op het terras nog aan uw vin ger." Bevend stak zij hem haar handje toe. De ring was verdwenen. „O 1" riep zij uit, „hij moet vam mijn hand zijn gegleden 1 Och toe, juffrouw Vann, ik smeek u, help eens zoeken." Juffrouw Vann verliet onmiddellijk haar hoekje en keek, ijverig zoekend, overal rood »Mijn waarde nichtje," zeide Arthur, op zijn knieën de kamer rondkruipende, „gij schijnt dien ring bijzonder op prijs te stel len." „Ja, ja, dat do© ik ookl" antwoordde de arme Carolie, met tranen in de oogen. „Het is een geschenk van een lieve schoolvrien din. Ik moet hem vinden; ik moetl Het is altijd een slecht voorteeken, wanneer mon eon ring verliest." Juf f rauw Vann, die zich ook op de knie- on geworpon had, streek met haar uitge droogde, gerimpelde handen overal langs. Zelfs kolonel Desmond verwaardigde zich mede te zoeken. Maar de ring werd ner gens gevonden „Het terras I" riep Coralie eensklaps. „Ik heb den ring mogelijk daar verloren." Zij snelde door do anderen gevolgd, naar buiten. Juffrouw Vann stond langzaam op en begaf zich naar heb venster. De licht groene oogen zagen geler en groener dan ooit. Zij opende haar hand. Ziedaar lag het gouden bandje, met die eene, groote, kostbaro parel. Zij liet het licht or op val len. Aan den binnenkant bemerkte zij twee dooreemgcslingerde letters. Ternauwernood had zij deze ontcijferd, toen zij naderende voetstappen vernam en freule Desmond we der binnentrad. Zij had de aan flarden ge scheurde sjaal over den arm en trad regel recht op het venster toe. „O, kijk eene, mijn mooie sjaal, juf frouw Vann 1" zeide zij, „die hond. Ar thur's hond bijna had hij het beest dood geslagen 1 Men kan aan alles zien, dat hij het driftige karakter der Desmonds heeft. Hebt u mijn ring gevonden?" Een oogenblik overviel juffrouw Vann de bijkans onbedwingbare lust er, op de plaats zelve, haar voet op te zetten en hem tot stof te vertrappen; voorzichtigheid echter gebood haar den ring aan de beminnnelijke eigenares terug te geven. Met een kreet van vreugde sleeg Coralie haar armen om juf frouw Vann's nek en kust© haar. „O, dank u, dank ui" riep zij. „O, dank u, mijn kostbare ring I Ben ik knorrig ge weest, juffrouw Vanr, daar straks op het terras, toen u mij de sjaal bracht? Wilt u hot mij vergeven? Ik wrz een klein beetje uit mijn humeur." „O, daar trek ik mij nooit iets van aan," antwoordde juffrouw Vann koeltjes. „Men- 6chen als ik raken aan dergelijke dingen ge woon. Gij schijnt wel bijzonder op dezen ring gesteld te zijn, freule." „Ja*" antwoordde Coralie, den ring aan baar lippen drukkend, „ja, dat ben ik." Juffrouw Vann nam haar naaiwerk weder op en trok zich opnieuw in baar hoekje te rug. „R", zeide zij bij zichzelf, terwijl zij de letter als een lekker hapje over haar tong deed rollen, „het was de letter R." Schitterend was het diner ,dat dien dag in de groote eetzaal opgedisoht werd. Schit terend zag Coralie Desmond er uit in haar satijn en kant, het gouden baar los over do schouders vallend, terwijl parelen baar borst armen en nek versierden. Den gan schen avond lachte, praatte en „flirte" zij met Arthur Desmond. Zij danste een stati ge menuctte met hem op den gepolijsten vloer, voor het groote haardvuur, en toen het tien uur sloeg en zij zich voor den naoht naar haar kamer terugtrok, zond zij hem nog van halverwege de trap een kus hand toe. Toen zij de deur van haar eigen kamer opende, was het niet- Tressy, maar juffrouw Vann, dio haar aldaar opwachtte. „Tressy heeft eige ..oofdpijn," zeide juf frouw Vann, „ik ben zoo vrij geweest haar naar bed te sturen; ik zal haar plaats wel innemen van avond." „Het is te vriendelijk van u," zeide de jeugdige erfgename van Desmond, lor wijl zij onder haar satijnen kleedje lilde. „Ik wil hot u niet lastig maken, ik heb geen hulp noodig van avond." „Het is mij volstrekt niet lastig," ant woordde juffrouw Vann, op zoetsappigen toon. „Tk heb volstrekt geen haast. Ik kan wachten zoolang u verkiest." Coralie liet zich in een stoel, bij den haard, nodervallen. Zij was bleek cn haar violetkleurige oogen hadden een angstigo uitdiukking. Juffrouw Vaam bemerkte hoe zij bij het minste geruisch van het hout in den haard of van een muis achter het be hang, verschrikt opsprong. „Ga weg, juffrouw Vann," zeide zij ein delijk scherp en kregelig. „Ik heb u waarlijk niet Doodig. U behoeft hier 'e avonds nooit meer to komen. Ik ben liever alleen." Juffrouw Vann stond langzaam op. „U bent wel moedig," zeide zij flauwtjes glimlachende, „dat u hier zoo heel alleen in deze kamer durft blijven zoo dicht bij dien westelijken vleugel met dio vreem de gang, waar de dienstboden zoo over pra- ten." „Ik heb nooit iets gezien of gehoord, dat mij angst aanjaagt," antwoorddo Coralie kortaf. „Wees zoo goed de deur achter u dicht te doen. Goeden nacht, juffrouw Vann." „Goeden nacht," mompelde de ander, ter wijl zij het vertrek verliet. Coralie wachtte totdat de zacht?, lichte voetstappen in de gang weggestorven war ren. „Het ia al over het gewone uur," zeide zij ,op de pendule kijkend. Toen de voetstappen niet meer gehooid werden, stond zij op etn blies de kaarsen uit. Zij wierp een sjaal ovor haar schitte rend avondtoilet, want do oude, ven'al Ion westelijke vleugel was vochtig en koud-, Toen sloop zij onhoorbaar zacht den over loop over, naai Eleonora's Wandeling. Zij draaide den roestigen sleutel in he* slot om cn ging de gamg in. Het was vollo maan. De blinden waren van voor do beide, er in uitkomende, ven sters weggeschoven. Het maanlicht viel, door de denneboomen heen, naar binnen. Bij het tweede venster stond een manne lijke gedaante, een mantel over deDchoudeni en een muts in de hand, gioot, donker, be wegingloos. Bij het eerste kraken der deur sprong hij op. Het volgend oogenblik lag Coralie Des mond in zijn armen. „Mijn lieveling," fluisterde hij, verwij tend; „ik vreesdo reeds, dat gij niet zoudÉ komen." Er hcersohto eenige oogenblikken stil zwijgen. Zij stonden thans naast elkaar, ln het door de maan beschenen venster van do oude gang. Haar slanke gestalte rust te tegen zijn breedo schouders; haar klein, bleek gezichtje gloeide onder zijn hecte kussen. Het was een stilte, die voor minnen de harten vaak welsprekender is dan vele woorden. Plotseling hief hij haar gezichtje tot zich op. „Coralie, wat scheelt er aan? Wat is ot gebeurd?" riep hij uit. (Wordt vervolgd-)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1904 | | pagina 17