Wekeiyksehe Kalender. gg rant. Vandaar een nieuw beroep: „make- Jlaar in getuigschriften." Zoodra een dok- jteir of een apotheker een nieuw middel .'heeft gevonden ontvangt hij aanbiedingen 4'van makelaars in certificaten op genees- •'knndig gebied. Zij vragen belooningen al jnaar gelang van den graad van gewicht of •voornaamheid der onderteekenaars. „Wees geaegend, Mijnheer, -voor uw be wonderenswaardige ontdekking! Mijn vrouw waa sedert twintig jaar lijdende. De igeneesheeren hadden haar opgegeven, en [tweehonderd vijf on dertig flacon6 van uw Iwonderbaarlijke siroop van zwamsap zijn voldoende geweest om haar de gezondheid en de frischheid barer jeugd terug te geven. Ik ben gelukkig Markies do la Tour Montmartre." De markies kreeg hiervoor vijfhonderd 'franken. De makelaars hebben attesten voor ver- schillende soorten van ziekten. Zeer dure getuigschriften voor jicht en rheumatiek. .'Wanneer het bronchitis, verkoudheid, jheeschheid van de stem betreft, verschillen Jde prijzen al naar de beroemdheid van de '.zangers, zangeressen of redenaars. Een at- [test van een tenor van de Opera is duizend franken waard; van een café-ohantant-zan- |ger driehonderd franken. Door hot volgende wordt zeker wel de macht dor adverte®tien bewezen, al is het ivoor val al jaren geleden gebeurd. De Parijsche firma Durangon, in hand- iBchoenen, overhemden en dassen, was in 11867 gesticht. Haar cliënteele beperkte zich jtot de naaste omgeving. Er werd "dagelijks voor honderd franken jvorkocht, waarvan veertig franken zuivere iwinst. Durangon was een paar jaren vóór ;den oorlog getrouwd met juffrouw Porri- Jchat, dochter van een korsettenmaakster, ;die voor mevrouw Pauline Granger werkte. •Ala weduwnaar zonder kinderen achterge bleven, nam hij in het begin van 1891 het jbesluit zich uit de zaken terug te trekken, :en daar hij zijn winkel niet kon verkoopen jvanwege do concurrentie dor groote maga- [zijnen, besloot hij te liquideoren. Eon zaak waarnemer uit de buurt zond hem een zij- jner klerken, een handig jongeling, dio op iiich nam van de zaak allee te maken wat er nog van te maken was. In een aantal doozen boven in het maga- •zij'n achter de® winkel vond deze klerk, Ju- ïes Roseray geheeten, een voorraad hand schoenen met twee knoppen, van een bui- [tengewone kleur, helder lichtgroen, die jden onvoorzichtige, die zijn oogen op dit (pronkstuk "der verfkunst durfde vestigen, 'i® een oogenblik scheel deed kijken. „Wat is d t?" vroeg Roseray. ,,Dat is het grootste ongoluk van mijn le iven", mompelde Durangon. „Die handschoenen zijn afkomstig ui« [den tijd, toen men verschillende kleuren be- ;gon te maken door middel van aniline. Een IZweodsch reiziger verleidde mij. Wacht, in 'die lade hob ik de rekening nog, die deze kwakzalver mij heeft achtergelaten. De aniline is een klourlooze vloeistof, met een wijnachtigen geur en een brandenden smaak. Zij is uitgevonden door Unverdor- ben, een chemicus te Stockholmmen ge bruikt haar zeer veel om to verven. Dank rij den verbeteringen van den apotheker. 'Pedkins, i do aniline de voornaamste (grondstof geworden van een aantal kleur- i8oorten: paars, bruin, blauw, rood, geel en jgroen, allee bijzonder heldor en schitterend. Ik leverde dien reiziger een belangrijke [hoeveelheid geïmportccrdo zijde en leder. •De roode dassen, de violetkleurige hand schoenen en dc blauwe overhemden werden jgoed verkocht, maar van dat goed heb ik I een voorraad, dien ik niet kon kwijtraken. [Eén enkele maal heb ik, 's avonds om tien luren, een paar van die handschoenen ver- [kocht «aan een Amerikaan, die smoordron- iken was; den volgenden dag kwam hij ze !mij terugbrengen hij gooide ze op de [toonbank en overlaadde mij met scheid- zwoorden. Ik geloof zelfs, dat die vreeselijke j scène voor een groot deel de oorzaak ie ge weest van uen vroegtijdigen dood mijner ar- Jme vrouw." „Hebt ge veel van die handschoenen?" Toeg Roseray. „Ik heb er twaalf gros van, twaalf maal twaalf dozijn." „En hoeveel kosten ze?" „Hoeveel ze kosten I Wat men er maar voor geven wil. Oorspronkelijk moesten zo zes franken bet paar kosten; ik heb ze voor 60 centimes willen geven, maar niemand was er van gediend." Roseray nam een potlood en begon te re kenen. „Vijf maal twaalf is zestig. Twaalf maal twaalf ia honderd vier en veertigzestig maal honderd vier en veertigWij kunnen ze beat kwijtraken." „Wat? Hoe dan?" vroeg Durangon, een paar groote oogen opzettend. „Door ze te verkoopen." „Aan wie?" „Aan het publiek, dat zo om strijd uit den winkel zal halen „Dat is onmogelijk!" „Maar ik moet twintig percent van de bruto-ontvangst hebben". „Aangenomen 1" riep Durangon uit. „Laten we het op schrift zetten!" zeide Roseray; „want ik geloof alleen aan ge schreven overeenkomsten." Het contract werd gesloten en den vol genden morgen kon men in een der couran ten de volgende advertentie lezen: FIRMA DURANgON. Ontvangen: een groote partij Rus sische handschoenen, kleur con- combrc vert; het nieuwste mode-artikel in Sint-Petersburg. De bestellingen stroomen van alle kanten toe. De mode is, zooals iedereen weet, de meest despotische van alle souvereinen. De Prins van Wales heeft slechts twee paar komkommerkleurigc handschoenen kunnen bekomen, en het Oos- tenrijksche Hof heeft juist een aanzienlijke bestelling er van gedaan. En in hetzelfde nummer vond men do volgende advertentie: HUWELIJK. Een zeer schoone jonge weduwe, 22 jaar, met een bezitting van twee mil- lioon franken, wenscht een nieuwe verbintenis aan te gaan met een heer van tusschen do 25 en 40 jaar, met een goed humeur en oen knap uiter- 1 ij k. De jonge vrouw zal zich overmorgen (Dinsdag) tusschen drie cn vier uren be vinden op het terras van de Tuilerieën, vóór de oranjerie. De pretendent moet, om to worden herkend, dragen do hand schoenen, welke op het oogenblik zoo in do mode zijn en juist uit R u s 1 a n d zijn gekomen, conconibre vert, met twee knoopjes. Denzelfden namiddag nog word Durangons winkel letterlijk bestormd. „Wat blieft u, mijnheer?" „Een paar Russische handschoenen, kom- kommerkleur „Als 't u blieft, mijnheer." „Weet u zeker, dat dit het mode-artikel is?" „O, mijnheer, men vecht er letterlijk om. Ik heb aan mijn oorrespondent geschreven, een beetje haast te laten maken met het fabriceeren. Het duurt VTeeselijk lang. Men zou wel zoo direct geholpen willen worden." De koopers verdrongen elkander: tien vi gilantes in 't uur bleven stilstaan voor het magazijn van Durangon, die nog nooit zoo iets beleefd had. Notarisklerken; verslaggeversmakelaars; officieren, gepensionneerd en ongepension- neerd, met opgedraaide snorrenclubmen telegrafistenongetrouwde hoofdonderwij zers; kappers; dansmeesters; docenten; ja, wie al niet? Men zag er van elk ras, haar en jaren. Den volgenden dag was er geen enkel paar komkommer-handschoenen meer in I den winkel. „Ik geloof," zei de liquidateur, „dat het verstandig zou zijn, als wij nu maar sloten tot het einde der week, om moeilijkheden te voorkomen, want er zouden wel eens heel- i wat ontevreden koopers kunnen komen." „Zooals u verkiest," antwoordde D'iran- 50®, „maar ik zou wei eens willen weten waar al die handschoenen gebleven zijn-" „Dat zult ge morgen zien," sprak de li quidateur, „dan zult ge kunnen oordeelen over de uitwerking "der aniline." Den volgenden morgen kon men door de verschillende ingangen van den tuin der Tuilerieën een menigte menschen zien bin nenkomen, die er nieuwsgierig, gejaagd en onrustig uitzagen. De een na den ander kreeg uit zijn zak eon paar handschoenen, waarbij do kleur der blaxleren dof scheen te worden. Zij gingen allen naar het terras, en de gewone bezoekers zagen verwonderd die verschrikte heeren aan, die naar elkanders handen keken met toornige blikken. Het leek wel het wandelend woud van den ouden Shakespeare, hot woud van Dun- sinane, maar zonder de toppen der boomen De adverteerende is er echter niet altijd, zooals men wellicht zou gaan meenen, op uit het metnschdom te foppen of beet te ne men. Volstrekt niet. Zulke „aaraigheden" als de hier boven vermelde komen slechts zelden voor, en een winkelier, 'die in zijn zaken wil blijven, zal zich wel wachten door advertentien het publiek beet te nemen. Iets anders is het-, dat de adverteerende poogt door de wijze van adverteeren klan ten of bezoek te lokken, en dit is geoor loofd. En dan wordt „de kunst van adver teeren" in practijk gebracht. In ons blad wordt aan dio kunst menig maal gedaan, bijv. door ,,'t Posthof" met zijn natuurschilderingen; door den heer Zurloh met zijn mantelrand; door den heer Schnabel en Gcbrs. Reinke; door „Drie-en- een-kleintje" mot zijn dichtregelen, en doornu ja, men zie er het Dagblad maar eens op na Hij, die goed weet te adverteeren, heeft veel voor boven zijn concurrent, die de kunst niet verstaat, want zeker is het: goed adverteeren doet wonderen I Zondag. De hemel vergoedt eonmaal ieder ander verlies, dat wij leden om hem te beërven, maar niets kan ons het verlies des hemels vergoeden 3faanda«. De school moet het verstand, bet gemoed en het geheugen van eon kind ontwikkelen, de opvoeding in huis moet het karakter vormen. Ditir-tdng. Noch geldzak noch bedelzak hangen hon derd jaar voor hetzelfde huis. V) ocnxilas;. Om der schoonheid wille te huwen is niet beter dan om rozen een landgoed te koopen. Ja, het laatste was nog het wijste, want de rozentijd komt ten minste jaarlijks weder. Donderdag. De bewondering is voor wie haar gevoelt te gelijk een geluk en een eer. Het is een geluk diep te kunnen gevoelen wat schoon ie; het is een eer het te kunnen erkennen. Vrijdag. Hoe diep rampzalig wordt de man, die nalaat wat hij volbrengen kan, En onderneemt wat hij niet verstaat; geen wonder, dat hij te gronde gaat. Zaterdag. Wie niets te doen heeft, vindt voor niets den tijd. Hij is druk bezetdat ziet men hem wel aan 1 Wie veel en ernstig werkt is steeds bereid Met raad en daad een ander bij te staan

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1904 | | pagina 12