No. 13420.
LEIDSCH DAGBLAD. ZATERDAC 21 NOVEMBER. - VIERDE 3LAD.
Anne 1908
Gemengd Nieuws.
FEUILLETON.
Het luis de; Vreese,
Finaneieele lironiek.
Do uiterlijke teekenen zoowel te Nieuw-
I jYork als Londen, zouden aanleiding kun
nen geven tot een gunstiger blik op de
'Ainerikaanschc spoorwegmarkt, vooral om
dat de koersen meer neiging tot een op
gaande beweging aan den dag leggen. Eet
is moeilijk uit te maken waar en door
welke oorzaken deze veranderde stemming
is ontstaan, omdat toch in den grond der
positie geen teekenen, welke een verande-
ring zouden kunnen doen verwachten, zijn
ingetreden. Het mag zijn, dat de gelegen
heid gunstig bevonden wordt om te trach
ten do markt op te zetten, doch dan is
deze beweging door ruimer speculatieven
drang ontstaan. Duidelijk viel daarbij
waar te nemen, dat èn de beroepsspecula
tie, èn het publiek, geheel tegenoverge
stelde doeleinden beoogdenhet publick,
om van zoo hoog mogelijke koersen te pro-
fileeren, de speculatie, om haar deugdelijk
bevonden methode, om door haar aanval
len de markt te drukken, voort te zetten.
Dat, niettegenstaande het belang der spc-
culatie medebrengt, om de markt in dalende
richting te houden, toch niet onbelangrijk
hooger koersen tot stand kwamen, vindt
haar oorzaak hierin, dat juist ten gevolge
van do zeer omvangrijke contraminc-posi-
tión, elke kleine opfleuring der markt-
etemming aanleiding geeft, om tijdelijk tot
dekking over to gaan, waardoor de koersen
een schijn van vastheid gaan toonen. Het
blijkt evenwel duidelijk, dat de verbetering
nog niet van harte gaat en de markt nog
.volstrekt niet rijp is voor een nieuw leven.
Daarin kan voorloopig nog geen gunstige
wending worden verwacht, omdat verschil
lende omstandigheden een gereserveerde
houding tegenover de spoorwegwaarden,
meer bepaald de aandeelsoorton, nog ge
wettigd doet zijn.
Do groote spoorwegmaatschappijen gaan
voort een beroep te doen op de geldmarkt
en stellen zioh met niet weinig tevreden.
Nauwelijks hebben de Pennsylvania en de
Baltimore zich ieder een bedrag van 10
millioen doll, verzekerd, of de Lake Shore
komt met een nieuwe emissie van 50 mil
lioen 4 pCts. obligation, welke in haar ge
heel door liet huis Morgan is overgenomen.
Deze uitgifte werd te Nieuw-York niet
gunstig ontvangen, omdat de Lake Shore
1 zich hierdoor opnieuw een overmatigen
schuldenlast zou hebben op de schouders
geladen. Men heeft evenwel het doel voor
i oogen te houden waarvoor de nieuwe lec
ning wordt uitgegeven en wanneer zij nu
hoofdzakelijk zal dienen zoowol tot aflos
sing van in omloop zijnde oude leeningen,
als van nog loopende vlottende schuld, en
daarenboven slechts naar gelang van be
hoeften zal worden uitgegeven, dan kan
deze emissio niet als zulk een buitengewoon
(Verzwarendon last worden beschouwd. Ook
Gould heeft een nieuwe uitgifte op l et
oog, ten einde to voorzien in de bouw-
;kosten der nieuw aan te leggen zijlijn,
waardoor, hij do Missouri-Pacific met
Nieuw-Orleans zal verbinden, zoodat voor
loopig genoeg eischcn aan de geldmarkt
zullen worden gesteld. Het is echter aie:
j zonder beteokenis, dat ne emissièn den
laatsten tijd, blijkbaar zonder veel bezwaar.
plaatsing hebben gevonden en is het een
i bemoedigend tecken, dat huizen zooals
i Kuhn Loeb Co. en I. P. Morgan, bereid
waren, deze belangrijke bedragen te ne-
men. Hieruit blijkt toch, dat voor goede
obligatiesoorten de markt wel te vinden is,
zooals bovendien ook meer en meer uit de
neiging van het publiek kan worden afge
leid, doch ook alleen voor ob.-gatiën, ter
wijl voor aandeelen in het algemeen een
1 verklaarbare terughouding blijft heerschen.
Ie er voor de positie der goed gevestigde
obligation geen gevaar to duchten, zoo kan
4och voor do aandeelen een tijdperk aan
breken, waarin op de handhaving der oude
'dividenden met minder vastheid gerekend
kan worden. De economische toestand in
'Amerika g2eft zeker geen redenen tot be
zorgdheid, al mag men aannemen, dat in
'de periode van voorspoed bet.hoogtepunt
wel bereikt zal zijn, doch evenmin behoeft
dit te worden beschouwd als het begin
van een teruggang, want, voor zoover een bc-
oordeeling voor de toekomst mogelijk is,
is er in Amerika op het gebied van handel
©n industrie nog ondenkbaar veel ruimte
voor uitbreiding. Er zijn evenwel andere
verschijnselen, welke duiden op een stagna
tie in de ontwikkeling der spoorweg-ont
vangsten, meer in het bijzondor de netto's,
waardoor tcch het lot der aandeelhouders,
ten opzicht* van de dividendkansen op hun
papieren, wordt beheerscht. Het is uit de
jongste jaarstatistiek gebleken, dat de
obligatieschuld der Amerikaansche spoor-
i wegen in het laatste jaar enorm is toe
genomen. Buitendien zijn van de groote
Maatschappijen in de naaste toekomst nog
meer emissièn van obligatiën te verwach
ten. Dit maakt natuurlijk, dat, door de
toename der rentelasten, de verhouding
van het winstsaldo, waaruit do dividend-
uitkeering moet geschieden, ongunstiger
wordt. En niet alleen de groote vermeerde
ring van vaste schuld is daarbij van in
vloed, ook het opkomend streven bij vele
Maatschappijen om verbeteringen en ver
nieuwingen van weg en uitrusting, direct
uit de gewone ontvangsten te bestrijden,
is oorzaak, dat de netto-ontvangsten tegen
over de bruto's meer en meer teruggaan.
Yele Maatschappijen, vooral zij, die niet tot
de allerstekste behooren, v. orden daartoe ge
noodzaakt, omdat andere wegen, om voor
deze doeleinden de noodige geldmiddelen
te vinden, tegenwoordig gesloten blijken.
Dan is een andere factor, welke niet onder
schat moet worden, gelegen in de houding
der werklieden-vcreenigingen, welke schro
mc-lijk overdreven en daardoor onhoudbare
looneischen blijven handhaven. Reeds heb
ben verschillende Maatschappijen en on
dernemingen er de voorkeur aan gegeven,
om de werkzaamheden in mijnen cn fa
brieken tot stilstand te brengen, tot een
andere toestand, gebaseerd op meer billijke
loonsverhoudingcn, zal zijn aangebroken.
Al deze omstandigheden zijn toch bij toe
komstige uividend-verwaebtingen in aan
merking te nemen, en deze overwegingen
vormen thans krachtige motieven, om de
gereserveerdheid tegenover de Amerikaan
sche spoorweg aandeelen te rechtvaar
digen. De rijzing gedurende do laatste da
gen te N.-York en London ingetreden, werd
te Amsterdam wel gevolgd, doch werd veel
eer van de gelegenheid gebruik gemaakt, om
fonds ter markt te brengen. De kooplust
van het publiek bleef nog zeer beperkt.
Preferente aandeelen Missouri
Kansas Texas waren, tegen de alge-
mecne strooming in, belangrijk lager in
aansluiting bij de vermindering der netto
ontvangsten gedurende October, ten slotte
ondervonden zij nog eenig herstel.
Omtrent de U. S. S t c e 1 C o. openden
de berichten, die in den loop dezer v/cck
werden ontvangen, nog weinig nieuwe ge
zichtspunten. Het gerucht, dat er in de
directie der S t a a l-t r u s t een algeheele
verandering te verwacht?n is, dat Morgan
zal uittreden en worden vervangen door
een geheel nieuwe groep van krachtige en
degelijke financiers, is nog wol niet be
vestigd, doch wordt toch als een zeker te
verwachten gebeurtenis beschouwd. De ont
vangsten der Staaltrust gaan intusschen
den kreeftengang, hetgeen niet verhindert,
dat ten opzichte daarvan toch aanhoudend
zeer optimistische beschouwingen worden
gegeven, die door het publick nu toch wel
op de juiste waarde zullen worden geschat
Een besluit, genomen door de directiën
der Trunklijnen, om de vrachtprijzen der
uitgevoerd wordende Staalproducten met
een derde te verminderen, werd blijkbaar
van groot gewicht geacht en was aanlei
ding, dat ae stemming voor Steelwaarden
aanmerkelijk verbeterde, waarbij zich de
geheclc Amerikaansche markt aansloot.
Londen toonde eon betere houding, zoo
wel door de grootcre waarschijnlijkheid,
dat do Engclsche Bank voorloopig nog
niet tot verhooging van haar disconto zal
behoeven over te gaan, als door do gun
stige berichten uit het Zuidafrikaansche
mijngebicd. Omtrent de aangelegenheid der
mijnarbeiders verkeert men nog in volko
men gelijke positie als weken geleden, doch
zee? opwekkende tijdingen werden ontvan
gen omtrent de aanboring van een rijke
goudhoudende laag, en dit was voldoende,
om de goudmijn-waarden in gunstiger po
sitie te brengen.
Op onze Beurs bleven do verschillende
Staatsfondson zeer stil," met opmer
kelijk weinig handel. Koloniale waar
den bleven verlaten, evenzoo de markt der
T a b a k-aandeelen, waarvoor nochtans
oen vastere stemming hoerschte. Voor de
meeste P e t r o 1 e u m-waarden heerschfco
een opgewekter stemming, in verband met
bet bericht, dat pogingen worden onder
nomen om een groote Europeesche petro-
leumtrust tot stand te brengen. Aangezien
hiervoor de medewerking is verkregen van
eenige voorname geldinstellingen in Euro
pa, heëft dit plan groote kans van slagen
en zal, bij verwezenlijking daarvan, aan de
Europeesche petroleummarkt een uitermate
krochtigen steun worden verleend, om te
genover de Standard Oil Co. den strijd
vol te houden. Reeds nu is in het Baku-
gebied een belangrijke prijsverhooging in
getreden, waaraan vooral aandeelen Rus
sian Fuel en Schibaieff hun rij
zing te danken hebben. Yoor Mij n waar
den was do stemming verdeold, over het
algemeen bewogen zij zich in dalende rich
ting, alleen N c d.-I n d i s c h o Mijn
bouw en Rodjang Lobong hooger,
deze laatsten in verband met de bekend
gemaakte productie over October. Zoowel
do waarde van het gedolven erts als het
bedrag der beschikbare middelen, wijst een
vrij belangrijken vooruitgang aan.
Uit Portugal werd bericht, dat de gel
den, benoodigd voor de uitbetaling der be
loofde 10 pCt. uitkcering op de oude cou
pon-certificaten der Portugeosche
schuld, waren afgezonden. De betaling
daarvan kan dus spoedig worden verwacht
ea vervalt daarmede dan het motief, om de
nieuwe schuld uit de officieelc noteering te
weren.
De Zuidamerikaansche afdeeling had
wederom een zeer levendig verloop, in ver
band met do zeer opgewekte stemming,
welke voor deze waarden op de Londcnsche
markt blijft heerschen. Columbia kon
weer veel van de verloren koerson terug
winnen, voornamelijk ook weer aan Londen
te danken. Na de afscheiding door Pana
ma, waarvan een heftige koersdaling het
gevolg was, werd algemeen beschouwd, dat
Columbia niets meer to verliezen zou heb
ben, en de kansen op eenige nakoming
van haar financicelo verplichtingen nu
nog minder waren dan vroeger. De bctero
stemming in de laatste dagen opgekomen,
is meer te danken aan nieuwe gezichts
punten, welke zich met betrekking tot den
financieelen toestand van Columbia voor
doen. Terwijl or sprake is van het sluiten
eener overeenkomst tusschen Amerika en
Panama, waarbij door Amerika 10 millioen
dollars zou worden betaald als hulpfonds
en men in de verwachting verkeert, dat do
nieuwe republiek een deel dezer gelden
aan Columbia Zal afstaan, heeft ook de
Londcnsche Council zich in deze aangele
genheid gemengd. Zij heeft tot de Engel-
sche regeering het verzoek gericht, Panama
niet als nieuwe republiek te erkennen,
wanneer zij niet een evenredig deel der
Columbiaansche Staatsschuld voor haar
rekening neemt. Ofschoon boide berichten
veel overeenkomst hebben, is hun beteckcnis
niet gelijk. Wanneer door Panama een ze
ker bedrag in de Columbiaansche Staats
kas zal worden gestort, zal deze bijdrage
wel spoorloos in do bodemlooze schatkist
verdwijnen, zoodat de obligatiehouders
waarschijnlijk weinig profijt daarvan zul
len hebben. Wordt daarentegen een even
redig deel der Columbiaansche schuld
door Panama overgenomen, dan zal do
kans oneindig grootcr zijn, dat de jonge
republiek, gerugsteund door Amerika,
beter do verplichtingen daaromtrent zal
nakomen. Het is echter op technische gron
den niet duidelijk, op welke wijze Panama
een gedeelte der Columbiaansche schuld
zou kunnen overnemen, zoodat nadere be
richten do bedoeling hiervan zullen moeten
verduidelijken.
In ieder geval is door deze berichten een
meer optimistische stemming voor Colum
biaansche waarden op de Londcnsche
markt ontstaan. Misschien wel wat voor
barig.
Door <1 e justitie ie ©en ondor-
zoek ingesteld naar de oorzaken der bran
den, die in de vorige week in de brouwerij
,,Het Haantje" te Amsterdam hebben ge
woed.
Kleinmann&Co. Do correipon-
dent van de ,N. R. Ot." ts Haarlem schrift
Op verzoek van den curator mr. H. Ph.
't Hooft in het faillissement der firma Klein-
mann Co., alhier, deelen wy mede, dat van
het overdoen der zaak en het daardoor In
werking bleven gean sprake is, dooh dat
alleen oen deel van het personeel op dit oogen-
blik afwerkt een bestelling, door een firma
te Antwerpen gedaan, welke bestelling voor
de afwerking zoo goed als gereed lag.
Men meldt uit Utrooht aan do
„N.R.C.": De heeren K.F. Crcutzborg, H.
de Bie Jr. on P. van Regteren Altena, alien
doctorandi in de rechten alhier, zijn door
de Staa^commissie van enquête belast met
het invullen van vragenlijsten betreffende
het personeel op station Utrecht C.-S. Dien
volgens hebben deze heeren zich sedert
Woensdag 4 dezer bezig gehouden met het
ondervragen van ambtenaren en beambten
(ten getale van 800) on gisteren brachten zij
bij diegenen, die door ziekte niet op het
station aanwezig waren, een bezoek aan
huis.
Do heeren Talma en Arentzen, leden der
enquête-commissie, waren herhaaldelijk op
het station te Utrecht aanwezig om toe
zicht op de enquête te houden.
Gisternacht om halftwoe ont
stond door onbekende oorzaak brand in het
magazijn van witte goederen, van de firma
E. ter Braake, in de Ootmarsumscho straat
te Sbad-Almeloo. Binnen korten tijd was
het gebouw geheel uitgebrand, evenals het
daarvoor gelogen kantoor. Do booken kon
den nog gered worden. De brandweer slaag
de or in do belendende pcroeelon te behou
den. Verzekering dokt do oohade. Een groot
aantal naaisters vinden in dit magazijn
werk.
De ketel mot water. Te Stro-
tum bij Eindhoven, viel hot vierjarig kindje
van J. W., aJ spelende in een ketel met ko
kend water, waaraan het kort daarop aan
do gevolgen overleed.
Alwodor po8tdiefstaï. Te
Utrecht is de hand gelogd op een post-be-
ambte, verdacht van het vorvalschen van
quitanties betreffende de betaling van ver
goeding voor vorhuiskostcn van Zutfen
naar Utrecht. Do mam is reeds uit 's Rijks
dienst ontslagen.
Val8che handteekening. Men
sjchrijft uit Slochteren aan „Het Volk":
Bij de gemeenteraadsverkiezing te Sloch
teren is de candidaatstelling van Sijteoma
bijna mislukt. Om, daar het de laatste dag
was, toch maar zeker lo rijn, d. het vor-
cischt aantal handtrek:nngen (37) er kwam,
plaatste een lid der A olkskioavorceniging te
Siddoburcn or eenige bij op. Dit werd op de
secretarie ontdekt, doordat een dor namen
verkeerd gespeld en do hand te duidelijk ge
lijk was. Togen den dader is procos-verbaal
opgemaakt. Daar de '.jst meer dan 40 na
men bevatte on er 3 worden geschrapt, is
Sijtsema toch nog candidaat geworden.
Drijfzand. Twee kindoren,
een zusjo met haar klein broertje, speelden
samen op het mulle zand van den Mook-
scluan borg, nabij den weg naar Groesbeek
Zelfs onder het geringe gewicht van het
jongentje zakte het droge, losse zand wog.
Steed dieper weg, trok hef ventje mee, tot
dat hij zelfs met behulp van zijn zusje zich
niet meer uit het hem vast omknellende
zand wist te redden. Ondortusschen zakte
broertje etcods verder weg en radeloos van
angst zet zusje het op een hulproepen.
Gelukkig was iemand in de nabijheid, die
met tegenwoordigheid van geest em goed
overleg hulp wist to brengen. Do heer Yan
Hoorn, van Groesbeek op weg naar Mook
naderde do plek, waar broertje geheel
ond?.r het zand was vordwonen.
Mot inspanning van alle krachten en zon
der een oogenblik tijd te verliezen, begon de
heer Van Hoorn het reddingswerk en hot
gelukte hem hoofd en bovenlijf te bevrijden
uit het noodlottige zand, waarin bet kind
spoedig een akeligen verstikkingsdood zou'
gestorven zijn.
Doch het kind geheel bevrijden, gelukt© j
ook aan den heer Van Hoorn niet, die daar
om in do nabijheid om hulp ging nanklop-
pen. Weldra wa© nu cl? kleine met schop en
spade uit het zand gegraven.
Mochten eindelijk toch alle ouders loeren
hun kindoren mot zorg to bow arenveel on
gelukken zouden vermeden en daardoor
veel verdriet bespaard kunnen worden.
Eere den heer Van Hoorn, aan wiens
menschliovend werk L.t te danken is, dat'
dit ongeval zoo gelukkig afliep. (L. K.) j
Uit Dinxporloo wordt dd. 18
November aan de „Arak. Ct," gemold
Heden v,dmeest© arbeiders alhier!
door den bv»vieu<jg, die in Pruisen gevierd'
word, van hun fabriekswerk vrij. Van hun
vrijen tijd hebben een aantal hunner heden
morgen een nuttig gebruik gemaakt. D©
klompenmaker Terr H wilde zijn werkplaats
verplaatsen in de nabijheid zijner woning.
Daar het hem te kostbaar was dezo af tc bre
ken ©n weder op te bouwen, zag men heden
morgen een 20-tal arbeiders bedoelde work-
plaats al dragende vervoeren, daar zo te
groot is om op een wagen te laden. Een hee-
lo tijd ging hiermede gepaard, doch zonder
ongelukken kreeg do klompenmaker zijn
werkplaats thuisgebracht, wat geheel op
Amerikaansche wijze geschiedde.
Te Willemstad brak eon fell©
brand uit in do werkplaateen van de
sohcepetiinmorwerf van de firma W. v. Dui-
vondijk. Do brandweer alaagdc er in de be
lendende gebouwen te sparen. Werkplaats
en groote hoeveelheden hout zijn vernield.
Oorzaak onbekend.
Do woning, zoomede do inboe
del van den arbeider G. Kleine, te Rhee-
veld, zijn een prooi der vlammen geworden;
hot veo heeft men kunnen redden. Naar
men zegt, is het begin van den brand ont
staan in den schoorsteen.
Assurantie dokt de schade.
Hot lijk van den zoon on kost
winner van do wed. M. V. te Borlicum
(N.-B.), die sedert Zondag vermist word,
is tuit do Aa opgehaald.
Mon zag zijn pet drijven en ging tooö
dreggen met lx*vcnstaand gevolg.
Staking van betaling. Vol-
gene eon bericht uit de Ver. Staten aan
„Fin. Times", verkeert de Acmo Harvcotor
Camp. t© Pessia (Hl.), een der grootst©
fabrieken der wereld van landbouwgereed
schappen, in financieel© moeilijkheden. Da
acbiva vertegenwoordigen een waarde van
ruim 3,900,000 dollars en overtroffen do
passiva aanmerkelijk, zoodat de crediteuren
©ogenschijnlijk geen verlies zullen lijden.
Voorloopig heeft de maatschappij uitstel
van betaling gevraagd.
In „Do Ohr, Onderwijzer", hotor-
gaan van d^ „Unie van Chr. Ouderwijzere,"
komt do volgonde advertentie voor:
Wio kan een Chr. onderwijzer, die zich in
het vraten wil trainen, ton einde ccnig geld
te kunnen besparen voor zijn pensioen, aan
een boek helpen, getiteld: „Gids of leefre
gelen voor den vaster".
A a n d e u n i v os i to i t v an Berlijn
hebben zioh voor den loopondon halfjaarlijk-
schen cursus meer studenten en toehoorders
ingoschreven dan ooit to voren, en wel 8114.
Den vorigen wintor bedroeg het aantal on
geveer 7300.
Dat het kweckon van een wetenschappe
lijk proletariaat in Duitschland niet tot do
denkbeeldige gevaren behoort, valt uit bo
venstaande cijfers wel met zekerheid op te
maken.
In Oostenrijk valt hetzolfde verschijnsel
to oonstateeron. Volgons een door de Ween-
sohe bladen gepubliceerde statistiek, is het
getal studenten en toehoorders aan de Oos
tenrijkse he hoogcscholen gedurende de laat
ste drio jaren toegenomen mot onge
veer 4000, terwijl do gemiddelde jaarlijkscko
toeneming vóór dien tijd ongeveer 100 be
droeg. Do verklaring voor dit verschijnsel
is te zoeken in de vermeerdering van het
aantal Slavische inrichtingen van middel
baar ondor.vijs en bet steeds algcmecmer op
treden van vrouwelijke studenten.
63)
Ik kon zo echter duidelijk zien. En er was
niet bet minste aan, dat opmerkingswaardig
was. Hoe ik my ooit kon verbeeld hebben,
dat dit wel het geval was, begreop ik nu
niet. Ik stapte ongeduldig van den stoel af,
terwijl ik dien met een schurend geluid over
den vloer trok. Toen ik hom weer op zijn
vorige plaats had gezet, wierp ik over mlJn
schouder heen nog eens een blik op do schil-
;dery. Do .vreemde pupillen schenen een witten
lichtstraal op ml) neer te schieten en daarna
;weer dof te worden.
Driftig wordend, bes'.oot ik mU niet langer
jte laten misle:d6n, en naar de kast gaande,
begon ik dezo aan een onderzoek te onderwer
pen. Het witte voorwerp, dat op den grond was
IgevalUn, was een soort van morgenjapon van
'goodkoop kamerdoek, welko er uit zag, alsof
zy klaar in een dorpswinkel was gekocht,
klaar die kon nooit bestemd zyn geweest voor
mrs. Heckleberry of haar „verstandige doch -
'ter Naomi." Het eenvoudig gemaakte klee-
dlngstuk, dat over myn arm hing, scheen
een zekere gratie on distinctie te hebben. Myn
vingers tintelden, toen ik mgzelven afvroeg,
■of doze plooion ooit de gestalte van Consuelo
Hope haddon omhuld. Ik wist, dat de Heckle-
berry's een geheim omtrent haar bezaten. Ik
veronderstelde, dat de mooie vrouw, die onder
zulke vreemde omstandigheden in dit vreese-
ïyke huishouden was gebracht, Consuelo zelve
was. En indien dit zoo ware, dan kon ik wel
Aannemen, dat zy den tyd van haar verbiyf
in dit vertrek had gosleten. Ik kon slechts
bidden, dat het kort was geweest.
Met eerbied hing ik het witte kleediugstuk
weer aan den baak aan den achterkant van
de kast. Daarnaast hing een donkoro reis
mantel met eon ruime, diope kap. Ik tilde
zacht een van de plooion op, met het plan
(alleen op het vermoeden, dat de mantel van
haar was geweest), om die aan myn lippen
te drukken. Tot myn verrassing zat die vol
plekken opgedroogde modder van een eigen
aardige kleur, donker-geel met een tintje rood.
Zoo geheel was do rug van den mantel daar
mee bedekt, dat men op de gedachte kwam,
dat degeen, die hem had gedragen, op den
grond had gelegen, welke doornat van don
regen moest zyn geweest.
De planken, welke de bovenste helft aan
één kant van de kast innamen, waren leeg;
alleen lag er op één een opgerold bundeltje en
stonden daarop twee flesschen, waarvaD de een
een weinig grondsop van een helder, roos
kleurig vocht bevatte. Werktuigiyk nam ik er
een op en bekeek de etiquette. „Een theelepel
by eiken aanval van flauwte." Een ander,
voel kleiner en haif vol, droeg het onheilspel
lend opschrift„Laudanum, vergif," en daar ach
ter lag een rol van ruw materiaal. Die werd
met lange, sterke spelden bUeengehouden.
Door een onweerstaanbaren drang gedreven
en toch eigeniyk niet wetend, waarom ik my
op zulk een tyd met zoo iets beuzelachtigs
afgaf, trok ik die er langzaam uit. Daarop
ontrolde Ik het ding. Het viel voor myn oogen
neer, terwyi ik het omhoog hield, in ver
kreukelde plooien, die lang in de klem hadden
gezelon.
„Hemelsche goedheid I" riep ik uit. En
myn stem weergalmde yzingwekkond door de
groote, verlaten kamer achter my. Myn hlifr
hing aan eon gewaad, zooals vrouwen in
Engelsche gevangenissen dragen. Ik begon
rusteloos in de kamer op on neer te loopen,
torwyi ik myn oigon toestand vergat. Waarom
zou ik voor esn oogenblik droomon, dat
een van deze dingen haar ooit hadden toe
behoord?
Opeens keorde ik evenwel, aan een plotse
linge opwelling gevolg gevend, naar de ceder
houten kast terug en opende de deur. Ofschoon
ik het niet wist, hing van deze éóne daad
myn geheele toekomstige levensloop af. Ik
wilde mjjzelven het bowys leveren, dacht, ik
weerbarstig, dat zy nooit dat gewaad had
kunnen dragen. Het moest voor een veel
grootere, veel forschere vrouw zyn gemaakt
dan zy was: waarscbyniyk wel voor do ge
vreesde mies Traill zelve.
Ik raapte het kleedingstuk op, dat ik achte
loos in een hoek had neergeworpen, en liet
de plooien weer uithangen. Zoodoende kwam
onbewust iets anders aan het licht: een ge
bogen kaartje van bordpapier, dat op den vloer
voor myn voeten neerfladderde.
„Neen l" zeide ik hardop, terwyi ik het
leeiyke gewaad op armslengte van my afhield,
„Consuelo kan nooit dit leeiyke ding godragen
hebben."
Daarop zag ik, weer uit de kast stappend,
het stukje gebogen bordpapier op den grond
liggen en raapte het onverschillig op.
Het was een klein visitekaartje. „Mr. D. S.
Varren" was de naam, welke er op was ge
graveerd en iemand had blykbaar beproefd de
letters door een dikke potloodstreep te doen
verdwijnen. En ook met potlood waren daar
boven geschreven de woorden: „Het adres
van den eenigen, levenden man, die u kan of
wil helpen aan hetgeen gy zoekt, is: Mons:
Paul Lepel 29, Rue de Lachen©ur, Paris, Stel
hem op de proef. Hy is reeds ten gunste van
u op de hoogte gesteld."
Was dezo inlichting voor Consuelo bestemd
geweest? vroeg ik myzolven verwonderd af.
En in plaats van het kaartje in de kast to loggen,
stak ik het in myn zak. Weor moest de onzicht
bars hand van het Lot my geleid hebben.
XXIII.
Gelukkig had ik in zoover aan de toekomst
gedacht, dat ik myn horloge den vorigen avond
in de duisternis had opgewonden. Toon ik voor
do tweede maal dion morgen de deur van de
noodlottige cederhouten kast sloot, dacht ik
aan den tyd en ik haalde myn horloge uit
het vestzakje, waarin ik juist het kaartje had
gestoken.
Het was omstreeks zeven uur en ik kon een
zucht van verveling, ongeduld en van lichameiyk
zoowel als van geesteiyk lyden niet onderdruk
ken. Ik had de laatste vier on twintig uur
veel doorgemaakt om niets te zeggen van
hetgeen ik daarvóór reeds uitgestaan had. En
ik was ternauwernood weer geheel op krachten
gekomen, sinds de wonde, welke my was
toegebracht op den dag van Paula's verdwynen.
Myn zenuwen waren nog altyd gespannen
voor onmiddeliyk© werkzaamheid. Ik voelde
my in staat tot groote inspanning, zoo er de
minste kans was geweest, dat zulk een in
spanning my vr(j zou maken. Maar het voor
uitzicht van een eïndolooze gevangenschap en
van langzaam wegkwynen zou myn krachten
te boven gaan.
Bedryvigheld was noodlg voor myn gemoed;
bedryvlgheid, welke my vermoeidheid en het
knagend gevool van honger zouden doen ver
geten.
Met al de kracht, waarover ik kon beschik
ken, greep ik één voor éón de yzeren staven
van het dicbtslbyzynde raam en trachtte dl©
heen en weer te schudden. Er was geen be
weging in te krygen. Elk op zichzelf scheen
als in een rots geklonken te zyn. Zonder
ontmoedigd te worden, probeerde ik de vol
gende en de daarop volgonde, totdat ik had
ingezien, dat alle drio onwrikbaar waren.
„Om het oven," zoide ik tot myzelven,
terwyi de neiging van den eonzamon gevan
gene om hardop te spreken zich reeds bfl
my openbaarde„Dit Is niet de eenige kamer."
„TerwUl ik m(jzelven alduT overluid moed
insprak, hoorde Ik duideiyk een sarcaetlschon
lach, blykbaar dicht In de buurt. Met óón
grooten stap was ik by do deur en had den
grendel weggeschoven, waarna ik de gang
insnelde. Doch niemand was daar. Ik vloog
naar de deur aan het eind daarvan on onder-
zoel)* /,:o. maar deze waa even goed gesloten
als altyd en ik was nu benieuwd to weten
of de ongelukkige bewoner van hot tegen
overgesteld vertrek ook aan oen opwelling
van vroolykheid had lucht gegeven
Ik opende zacht de deur en kook naar
binnen. In de kamer was goen enkel stuk
huisraad, behalve een raatras mot oon paar
oude dekens, die in een hoek was geschoven.
Een paar korsten en goed afgeknaagde beon-
deren lagen daar verstrooid; by en op eon
van die laatsten was do ongelukkige govan-
gene yvorig aan het werk.
Voor het eerst kon ik het gelaat en de
verdraaide, half gekleedo gedaante goed zien.
Het aardmannetjesachtige wezen was een
Jongen van vyftien a twintig jaar misschien,
ofschoon de scherpe, pUnlyk© trekken een veol
onderen leef tyd zouden doen vermoeden.
Wordt vrwlgèJlj'