Koopt Schweizer Zijde!
Ingezonden.
Schweizer Co, Luzern (Zwitserland)
Een respectabel aanbal van 250 jongens
en meisjes bood zich aan. Ze kwamen met
de Vaderlandscke driekleur wapper md om
hoog gestoken, hun wapen, do schop, in do
hand, tegen 12 uren in hot Badhotel „Du
Rhin" aan. Daar stond de harmonie: „Uit-
Bpanning na Inspanning" reeds gereed hen
met een echt Vaderlandscfo. lied te ontvan
gen. Toen werden do jeugdige holden en
'•heldinnen ingedeeld in groepjes van tien,
wat het bestuur nogal hoofdbrekens kostte,
omdat' do partijen zooveel mogelijk even
sterk moesten zijn, waarna men zich in
goede ordo opstelde en met de muziek langs
de Burgcrsdijkstraat, de Badstraat, de
Voorstraat en de Van-Wassenaar-straat
.naar het strand oftewel feestterrein be
gaf en te halféén dapper aan het werk
toog.
Het weer, dat 'b morgens erg druilig was,
werd op den middag beter; publiek waa <-r
van allo kanton opgekomen; het strand
Btond vol.
Moedig waren do tientallen aan den ar-
beid. Op breeden voet verrezen de zandheu
vels op uit hot vlakke strand, straks met
de vlag in top. Do z<ee bromde nijdig uit do
verto, als wilde ze zeggen: „Ik zal jullie wel
afloeren forten te bouwen op mijn gebied 1"
Tegen vier uren, daar kwam ze, even lek-
kond aan het verst in zee van de 25 gebouw
de kaatcelen. Ons klein heldenvolkje, zonen
en dochtercn van dc vaderen, die eens ons
hoelo land aan de zee ontworstelden, spob-
^ten er een beetje mee. Maar de sterke, ie
liet niet met zich spotten. Steeds meer en
6tccds kraohtigcr stormde de komende vloed
aan en steeds verdubbelde dc ijver der ver-
dedigers. Maar hun kracht en ijver kenden
grenzon, die der zeo blijkbaar niet.
Eerst één, spoedig nog één, gaf den moed
i op; toen week tiental na tiental voor de
.zilte golven terug.
Twco tientallen hielden het lang vol. Het
waren geboren en getogen Kat wij kers, die
'de verraderlijke zee kenden en, om haar
«met gelijke munt te betalen, takken on
stroo hadden aangedragen en verborgen
midden in het fort. Ten slotte moesten ook
zij het opgeven. Even voor halfvijf nog ju
belde groot en klein om het laatste over-
blijfsel van het sterkste fort.
Nog eonige minuten, toon was ook dit
verzwonden door do machtige zee, waarvoor
nog heel wat meer moet wijken en voor
wie eigenlijk allo mcnschcnwerk kinder
werk is.
Toen ging het weer In optocht, onder de
tonen der muziek, naar „Du Rhin", ge
volgd door con groolcn stoet belangstel
lenden.
Dit badhotel was zeker nog nooit zoo vol.
Na hard werken is hot goed genieten. Do
limonade cn de versnaperingen vielen er
lekker in.
Eindelijk werden door den Voorzitter der
jury, dr. Do Ruiter Zijlker, aan de bou
wers van het mooiste en aan die van het
sterkste kasteel, passen do prijzen nitgo-
teikt; maar ook de anderen, allen noe6te
workers, werden niet vergeten. Het mooi
ste van dezen wedstrijd toch was, dat ieder
wat kreeg.
Do belangstellende buitend ui trokken
weer met tram of boot huiswaarts; de bad
gasten zochten hun table d'thöto op, de
Katwijkers hun kopjo „troost."
Groot en klein was voldaan over het feest
zoowel als over het weer, dat zich ditms
cons goed hield.
De Vorceniging tot bevordering van h
Vreemdelingenverkeer heeft eer van hoav
werk gohad.
Laat haar dit een aansporingzijn spoe
dig weer „iets mooie en iets eenigs" te be
denken.
waarheid want van een officieele be
kendmaking als zoodanig ia nooit sprake
geweest.
Nu mag ik niet aannemen, dat den 2den
Leidenaar een om uur sluitende Drogist
is, maar wel mag ik hier verkondigen, dat
hij, inforaieerende zooals men toch doet
wanneer men naar waarheid iets wilt be
kend mak on niet aan hot goede adres is
geweest.
Dit nu spijt me voor hem on voor do
lezers van het „Leidsch Dagblad", want
dc vrees bekruipt me, dat hij in meer de
tails ook door andoren schaakmat kan wor
den gezet.
In elk geval, het mijne heb ik gezegd ©n
noem mij als zoodanig
Een Drogist.
Leiden, 13 Augustus 1903.
Geachte Redactie!
Mag ik u beleefd verzoeken om plaatsing
voor oDderataando regelen in de kolommen
van uw Blad?
Met leedwezen vornam ik Maandag, dat
'b middags halfdrie een jongmensch in den
omtrek dor Haven overreden was, maar ik
Aon een gevoel van ergernis niet onderdruk
ken, toen ik hoorde, dat hot weer oen goederon-
svagen waa van een der spoorwegmaatschap
pijen, waarop volgens mijn bescheiden oordeel
veel te roekolooze koetsiers rijden, die weinig
of niets geven om do veiligheid van het
publiek. Dat zjj te roekeloos rijden, zeg lk
uit eigen ervaring. Eens een hoek van een
straat omslaande, zag lk in vllegondo vaart
zoo'n snoeperige vigilante aankomen, die
daarbij zoo dicht langs den hoek reed, dat lk
niet wist, waar mijn voeten te bergen. Rijdt
nu zoo'n koetsier by die manoeuvre iemand
over hot lichaam, dan laat lk het aan het
oordeel van de geachte lezers over, wiens
eohuld het is.
My dunkt, hot was voor zoo'n al te haasti
gen koet8lor ook geruststellender voor zijn
Blgon goweton, wanneer hij zooals leder wol-
denkond koetsier eon hook van oen straat
omsloeg zooals het behoort; dit zou ook
veiliger zijn voor de opelendo kinderen 1
Het ie dan ook maar te hopen, dat de bo-
voegde autoriteiten aan dit onbesuisd on roeke
loos rijden een einde zullen maken.
U bU voorbaat dankend Yoor de verleende
plaatsruimte,
Lelden, Uw abonné
11 Aug. 1903. J. H.
Geachte Redactie1
U zuifc me wel willen toestaan, naai- aan
leiding der „schrijvery" in Uw geacht
Blad van gisteren van iemand, dio zich
noemt: „een 2de Leidenaar (foei, hoe aan
matigend 1), die zich aanmatigt liet recht
om een brief te schrijven (dit nu is weer
niet aanmatigend)", dien schrijver van ant
woord cn tevens van betere inlichting t©
dienen.
In het eorst© blad, tweede bladzijde, derde
kolom, twaalfde regel van onderen, leest
men: „Reeds vroeger was or con besluit
van heeren Drogisten, welke geregeld to
9 uren sluiten..." enz.
Dit gedeelte der „schrijverij" berust op
©en dwaling om niet te zeggen op een on-
Mijnheer de Redacteur!
Beleefd verzoeken wij U het volgend© in
Uw Blad t© willen plaatsen.
Als ingezetenen van Leiden zagen wij ons,
en dit niet ten onrechte, verplicht, onzen
hond een muilkorf aan te doen. Van dezen
stelregel zal natuurlijk niemand moedwil
lig afwijken, maar gaarne zouden wij wil
len weten of ©en hond, die wel is waar even
ontsnapt was, maar toch al weer rustig een
poosje gemuilkorfd lag to slapen, of die
hond dan door een controleur met een agent
uit het huis gehaald mag worden. Gaarne
zagen wij ons hieromtrent cenigazips inge
licht.
U dankzeggend voor de plaatsing,
Leiden, 12 Aug. 1903. H.
De Bandjermasinsche Suitansfamilie.
Over het gisteren gepubliceerde telegram,
vermeldende de onderwerping van Gocsti
Arsat, geeft het „Hbl." ecnigc toelichting.
Wie is Arsat 1
Zooals bekend, was Antassari het hoofd
der Sultanepartij van Bandjorma-sii». Hij
liet twee zonen na: Mohamed Said (in 1875
overleden) en Moharucd Soman, thans pre
tendent-Sultan.
Arsat nu is de zoon van Said cn gehuwd
mot een dochter van Seman. Na de verban
ning van zijn oudoren broeder Perbatasari
in 1885 (die óók met een dochter van Seman
getrouwd was) is hij „troonopvolger". Wol
heeft Seman nog een zoon, pangoran Rand-
jermas, maar deze komt, als van moeders
zijde van zeer geringe afkomst, niet in aan
merking.
Arsat heeft meermalen ontmoetingen ge
had mot onze ambtenaren, die hem „ener
giek en goed ontwikkeld" noeradon. Na do
onderwerping van de Soerapati-familie zal
hij hebben ingezien, dat zijn po&itio in het
Soerapati-gebied gevaar liep, en zijn be
lang medebracht zich aan haar zijde te
scharen.
In ieder geval is het wel zokor, dat hier
mede de pacificatie in het gebied der Bo-
von-Docsson een belangrijke stap voor
waarts heeft gedaan; de vestiging te Poe-
roelc Tjahoo heeft haar groot nut bewezen.
Waarom zal men vragen onderwerpt
zich do pretendent-Sultan zelf niet 1 Er vb
indertijd (1894) beweerd, dat deze zioh ge
bonden achtte door het testament zijns va
ders, hetwelk hem de onderwerping verbic-
den zou. Het is, gelet op de vroegere ge
schiedenis van Bandjormasin (men denke
aan het testament van Sultan Adam in
1855 1), geenszins onmogelijk, dat zoodanig
testament bestaat; in dat geval zal er wel
i eon weg gevonden kunnen worden om ons
doel to bereiken en levens met de gemoeds
bezwaren rekening te houden. Indien wij
slechts zekerheid hebben, dat do „preton-
siën" ophouden met don dood van Se
man, dat d&n van een „Sultanspartij"
geen sprake meer wezen kan, kunnen wij
dien dood kalm afwachten; er moeten dan,
natuurlijk, de noodigc voorzorgsmaatrege
len genomen worden, dat die partij intua-
sohen niet op de eene of andere wijze weer
in kracht kan toenemen.
Korintji.
Wij deelden gisteren een telegram van den
Bataviaschen correspondent van „Do Tel."
over de inneming van Poolau Tengah mede.
De „N. R. Ct." en hot „Hbl." ontvingen
eon dergelijk telegram. Daarin wordt nog
gemeld, dat luitenant Brouwers en 40 min-
deron gewond zijn; (luitenant Brouwers
zeer licht.) Luitenant L. V. Ledeboer en 4
minderen zouden door vrouwen bij het
doorzoeken van huizen gedood zijn. Uit deze
laatste omstandigheid maakt de „N. R.
Ct." do gevolgtrekking, dat do laatstbedoel
de officier en minderen op verraderlijke
wijze omgebracht moeten zijn.
Het telegram zegt nog dat do vordediging
bewonderenswaardig was; vrouwen cn kin
doren vochten medo.
(Luitenant L. V. Ledeboer werd 1 Aug.
1901 tot 9den luitenant bij het O.-I. leger
aangesteldhij was 25 jaar oud. Luitenant
G. R. Brouwers, die eveneens in 1901 tot
officier benoemd werd, is 24 jaar oud.)
Zooals reeds door enkelen werd voor
speld, is er dus in Korintji groote tegen
stand ondervonden bij de bevolking, die als
zeer fanatiek te boek staat onder den in
vloed der vele hadji's, die tot verzet tegen in
menging van ons gezag aansporen.
De geschiedenis lcort, dat het innemen
van een bolwerk van het verzet soms opeens
aan allen verderen tegenstand een eind
maakt. Zoo zou 't dus ook bij de inneming
van hot gewichtige Pooloe Tengali (Midden-
Sumatra) kunnen gaan.
Maar evenzeer leert de ervaring, dat men
verkeerd doet te groot gewicht te hechten
aan een eerst© belangrijke overwinning.
Niet onmogelijk dus, dat de troepen in Ko
rintji nog voor veel moeilijkheden komen to
staan.
Bij het Departement van Koloniën is
ontvangen het volgende, van 12 dezer ge-
dagtoekende telegram van den Gouverneur-
Generaal van Ned.-Indië, betreffende de
krijgsverrichtingen in Korintji:
In Korintji is 9 dezer Poelau Tengah na
een hardnekkige verdediging genomen. Ge
sneuveld drie militairen beneden den rang
van officier. Gewond een officier en 29 mi
litairen beneden den rang van offioier.
Driehonderd vijanden zijn gesneuveld.
Volgenden dag is bij doorzoeking der
huizen gedood een offioier en zijn gewond
twee fuseliers.
Overigens alles geheel rustig.
RECLAMES,
h 40 Oents per regel.
Gegarandeerd solide. Men verlango stalen
onser nouveautéè in zwart, wit, of gekleurd
van 60 cent tot 9 gulden per Meter. Speciali
teit: Zydeatoffen voor Gezelachaps-, Bruids-,
Bal- en Wandeltoiletten, en v. BIoubos, Voering
enz. Wy verkoopen ln Holland direct aan parti
culieren, en zenden de uitgekozen zydestoffen
franco rechten en port aan huia. 6418 15
Zijdestoffen-Export,
S73ate STAATSLOTERIJ.
Trekking tbd Donderdag 13 Aug.
2de Klasse. 4de
No. 3949 riOO. No. 15539 f ÏOO.
Pr(|zeu van 30.
12 1888
103 2127
97 2240
749 2664
1347 2881
1476 3050
1622 3499
1633 3784
66 3804
1762 63
70 4062
4183 6607
4273 7163
86 7300
4604 7701
42 7832
47Ö2 8063
6004 8982
6301 9056
6741 62
6048 8108
6272 9953
10674 13082 16017
10354 13443 88
11114 68 16101
11206 14198 9
11676 14369 79
11716 14560 90
12350 14793 99
56 14800 15472
12364 6 16160
13430 69 16298
68 71 16329
17039
17207
17736
41
17923
18261
16608
84
91
19662
78
19829
19936
20198
20236
20360
Weerberieht van 13 Augustas.
(Tolg.Q. op(*Y»n tui h»t ion. N.d, M*t. laiUtoat.)
Verwachting: Zwakke wind. Ver
anderlijke bewolking. Geringe toeneming in
temperatuur.
De spoorwegramp te Parcjs.
Een redacteur van de Matin" heeft dr.
Bord as van het stedelijk laboratorium ge
vraagd, of do slachtoffers van de Parijsche
ramp een zwaren doodsstrijd gehad hebben.
Dr. Bordas kon met stelligheid verklaren,
dat do ongelukkigon niofc geleden hebben.
Behalve met rook was de tunnel vol ver
giftige gassen, o.a. koolzuur, ontstaan ten
gevolge van do botsing. Na inademing van
dezë gassen volgt dc dood onmiddellijk.
Dat hot terrein van de ramp op een hevi-
gen doodsstrijd wijst, achtte dr. Bordas on
juist. Het bloed, de af- en indrukken tegen
muren zijn geen teekenon van zelf-verdedi-
gïng. Zij zijn ontstaan na don dood. Zelfs
is niet eens sprake van reflex- of instinc
tieve bewegingen. Deze verschijnselen tre
den altijd op, wanneer een lijk blootgesteld
wordt aan een zeer hooge temperatuur, en
deze is in de tunnel tot hooger dan 110 gra
den gestegen.
Do justitie heeft dadelijk ter plaats© -een
onderzoek ingesteld. Hot gaat natuurlijk
zeer bezwaarlijk reeds nu vast to stellen wie
de verantwoording draagt van het gepleeg-
do misdrijf zoo van verantwoordelijkheid
sprake kan zijn het veroorzaken van den
dood door schuld. Bovendien is d© prefec
tuur van do Seine belast met ©en admini
stratief onderzoek, op grond hiervan, dat
het toezicht op het naleven dor reglemen
ten, vastgesteld voor den Metropolitain, be
rust bij deze prefectuur.
Minister Maruéjouls heeft den ohof-
ingenieur W aioken aar opgedragen een vol
ledig rapport uit te brengen over dc oor
zaken van heb onheil.
De „Temps" geeft het volgende overzicht
van do ramp:
Maandagavond te half acht ontstond
brand in twee treinen van den Métropoli-
tain, die van do Place do l'Etoile naar de
Place de la Nation gingen. Beide treinen
bestonden uit acht wagens en waren eerst
volgepropt met reizigers, doch bijtijds had
men dozen laten uitstappen.
Een dorde trein echter kwam daarop aan
rijden en stortte zich in don rook. Trach-
tendo aan dien rook te ontkomon, zijn 8-4
personen omgekomen.
Het deel van den ondoraardschon spoor
weg tuschen Père Laohaise on Belleville
heeft tweo stations, Ménilmontant en Cou-
ronnos. Trein 43, dio uit acht wagons be
stond en zich in do riohting van de Plaoe
do la Nation bewoog, stopte Boulevard
Barbès, omdat in den motorwagen brand
was onstaan. Met liet de passagiers uitstij
gen en toen trein 52 daarop binnenreed,
liet men ook dezen ontruimen, waarna trein
62 achter trein 43 word gerangeerd om de
zen naar do remises te duwen.
De passagiers werden in een volgenden
trein geborgen, die den gecombineerdcn
trein achterop reed.
Dc brand in den motorwagen was door
den conducteur met granaten gebluscht,
naar hij dacht afwoonde, doch toen de trein
na het station Boulevard Barbès op de via
duct kwam, schijnt do vrijo lucht het smeu
lende vuur weder te hebben aangewakkerd.
Alle tussohenliggende stations werden voor
bijgereden, maar bij de Ruo des Couronnes
(de tunnel begint weder een heel eind vóór
dit station) hield de conducteur even in.
De stationschef zag, dat kleine vlammetjes
van onder de wagons uit te voorschijn kwa
men en het onderste gedeelte der portieren
aantastten. Hij riep den conducteur toe:
„Houd op! or is geen tijd meer om tot de
remise te komen„Wel neen", antwoord
de de conducteur: „tijd genoeg".
De rein ging daarop den tunnel weder
in, de beambten stonden aan do portieren.
Plotseling echter, op het oogenblik dat, de
trein Ménilmontant zou bereiken, had er
een ontploffing plaats en een blauwe vlam
6loeg uit tusschen den motorwagen en den
volgenden wagen. In een oogwenk stonden
alle zestien wagens in lichterlaaie.
Do beambten sprongen op de rails en
vluchtten naar het station. Juist bijtijds.
Want de vlammen bereikten reeds de wan
den van den tunnel, de electrisch© geleidin
gen smolten en de tunnel was, ongerekend
het licht, door de vlammen verspreid, in
duisternis gehuld. Djchte rook ging de
riohting op van Ménilmontant en die van
het station Couronnes.
Terwijl doze twee treinen stonden te bran
den men herinner© zich, dat xij ledig
waren, daar do passagiers op den Boulevard
Barbès in een anderen waren overgebracht
kwam een trein van de tegenovergestelde
richting aanrijden; maar door de beambten
van hot station Ménilmontant gewaar
schuwd, keerde deze bijtijds terug.
De trein echter, die van Boulevard Bar
bès kwam, volgeladen met d© passagiers der
twee thans brandende treinen, reed Cou
ronnes binnen, juist op het oogenblik, dat
de rook uit den tunnel het station begon to
hereiken. En nu gebeurde de oig nlijke
groote ramp. Na nog een poos lang ge
wacht te hebben, deels omdat zij niet aan
het gevaar geloofden, deels omdat zij hun
geld wilden terug hebben of omdat de aan
drang van menschen, die do trap afkwamen,
te groot was, werden de passagiers door een
paniek aangegrepen. De rookkolom werd al
dichter eix dichter, het licht ging uit, en
in de duisternis liepen de ongelukkigen hot
perron af in een richting, waar geen uit
gang was, en. zij tegen een muur stuitten.
Voor dien muur vond men later 75 lijken.
Enkele anderen kwamen om op de treden
van de trap, die naar de baan voert. Ook
op de trap, die naar buiten leidt, zijn drie
lijken gevonden
De schuld van de ramp schijnt te rusten
op den conducteur van trein 43 (die het
eerst vuur vatte), zekeren Chauvin. Deze
had er zioh niet toe moeten beperken den
ontstanen brand te blussoben, maar hij had
ook de motorwagen, waarin die brand was
ontstaan, onmiddellijk moeten isoleeron.
In stede daarvaji koppelde hij dien aan
een anderen trein, om te trachten op die
wijzo de remises te bereiken.
De „Temps" bevat een verhaal van Al
fred Martin, een journalist, die met zijn
vrouw in den trein geweest is, die in brand
geraakte. Hij vertelt:
„Mijn vrouw en ik namen, tegen 7 uren
(Maandagavond), op de plaoe Clichy den
Métropoli taan. Wij waron op weg naar do
Bastille, om aan het station Vinoennes den
trein te nemen naar Chennevièrcs, waar
wij wonen. Aangekomen aan den boulevard
Barbès, laat mon ons uitstappen. De vloer
van den motorwagen was in brand geraakt.
"Men dooft dat begin van brand met blusoh-
granaten. Do trein zet zich weer langzaam in
beweging op weg naar de loods van hot
station do la Nation. Met do andere reizi
gers worden wij gestept in de vier wagens
van den volgenden trein, en wij vertrekken.
Maar tusschen de me d' Allemagne en het
station Belleville houden wij weer op. Het
was de eer.te trein, die hier stilstond ©h
don weg versperde. Men had de kracht van
onzen trein noodig om den eersten voort te
duwen, en voor de tweed© maal moesten wij
uitstijgen. Een derde trein komt aan Daar
gaan wij in. Hij vertrekt achter de tweo an
dere aan. Die tocht achter den brandenden
trein was een groote onvoorzichtigheid. Aan
het station des Couronnes nieuw opont
houd. De reizigers worden ongeduldig; men
scheldt of lacht of spot; maar niemand is
zicih het gevaar bewust, dat- ons dreigt. Op
een gegeven oogenblik ziet dc stationschef
de seinen niet meer. Juist zal hij het toeken
van vertrek geven, als twee beambten ver
bijsterd van den kant van Belleville komen
aanhollen, roepende: „Sauve qui peut!" Er
ontstaat gedrang. Toch is men over het al
gemeen niet beangst; meer is men ongeloo-
vig, vreest men het slachtoffer van een flau
we grap te zijn,en ook is mem boos, dat do
reis wordt afgebroken, noo hot zij, de meer
derheid der reizigers, ik ook. begeeft zioh
naar de trap. Men roept: „Onze drie stui
vers 1 Onze drie stuiversMaar wij kun
nen onmogelijk naar boven, de t rap van het
station des Couronnes was vol menschen,
die de trap afdaalden om in den trein te
gaan. Zij willen niet voor ons plaats maken.
Wat wij ook zeggen van een ernstig ongeval,
zij laohen om onze woorden, en de tweo
stroomen reizigers worden aldus tot stil
stand gebracht. Beneden aan de trap wordt
het gedrang afschuwelijk, en reeds komt er
van don kant van Ménilmontant een lichte
rookmassa aandrijven. Op dat oogenblik
kreeg ik een goede ingeving. Was ik met
mijn ongelukkige medereizigers aan het sta
tion des Couronnes gebleven, dan ware ik
waarschijnlijk verloren geweest. Mijn
vrouw, dio niet meer kon, de marteling van
het gedrang willende besparen, nam ik haar
bij den arm en zeide: „Laat ons te voet
naar het station Belleville teragkeeren."
Wij keerden op den spoorweg terug, een
dozijn anderen met. ons cn wij gingen op
pad. Nauwelijks hadden wij tien meter on
der den tunnel geloopen of heb licht ging uit.
Wij waren in het donker. Wij schreeuwen,
wij roepen. Een beambte komt met een roo
ide lantaarn. Hij stelt zich aan ons hoofd
en wij gaan op weg. Een rook, die van mi
nuut tot minuut dikker wordt, jaagt ons
voor zich uit. Tegelijkertijd verpest een
scherp© lucht, lijkende op die van ammoniak,
do atmosfeer. Ik had de gewaarwording of
er een of tweo menschen achter ons vielen.
Ik hoorde den schreeuw van een vrouw,
maar ik had alle moeite om mijzelf en mijn
wankelendo vrouw staande te houden. Ik
draaide het hoofd niot om, ik noch iemand
anders; de zucht van zelfbehoud alleen be
zielde ons. Eindelijk komen wij aan
het station Belleville. Het was daar
stampvol. Ook daar willen de men-
sohen, die do trap verstoppen, niet weer
naar boven. Zij willen ook hun stui
vers terug. Wij bidden, wij smeeken. Zij
p rotes toeren. De verblindheid van de me
nigte voor het gevaar is ongelooflijk. Maar
wij moeten er uit. Wij hadden den rook tot
in do keeL Ik werp me in het gedrang, de
vuisten vooruit. Zoo slagc wij er in. de
trap op te gaan. Wij z' i hemel, wij
halen adem. Wij zijn gered. -
Een redacteur van de Matin" werd ia
don tunnel toegelaten, zoodra de slachtoffer*
allen naar buiten waren gebracht Hij be
schrijft het booneel, dat zich daar aan hem
voordeed, aldus: Onmiddellijk bij den in
gang grijpt een verstikkende hitte ons bij
de keel ©n naarmate wij in het gewelf bii>
nendringen, waaronder zich zulk een vree-
eelijk «Lama. heeft afgespeeld, wordt hot^
moeilijker adem te halen. Bij het licht der
toortsen, waarvan de vlammen tegen do mu
ren phantastische schaduwen afteokenen,
loop en wij voort. En geen tragischer
schouwspel kan men zich denken. In dat"
half onder water gezette so us terrain, op de
glimmende, glibberige vloersteenen, liggen
in onbeschrijflijke ordeloosheid, hoeden, pa.
rapluks, kleedoron. Hier ligt een pop, mid
den in een bloedplasVerder een brood,
half uit ©en oourant te voorschijn komend.
En op de baan rijzen dc vijf rijtuigen van
trein 48 uit de halve duisternis op. Er zijn
weinig ruiten ingeslagen, maar de kussens
zijn weggerukt, rugleuningen gebroken./
Verderop, aan de zijde tegenover de trap,
ligt bij den muur een vormeiooze, monster*
aohtige hoop overblijfsels van allerlei aard.
Tegen deren muur was het, dat de onge»
lukkigen zich te pletter zijn komen atooton,
denkend, dat de uitgangstrap zich deze
zijde bevond. De muur is geheel met bloed
bevlekt. Er zijn tegels uitgerukt. Het ce
ment draagt sporen van nagels.
En al den tijd, dat wij beneden zijn, raast
©en electrisch© bel door, het geheel© station
vullend, mest haar schel Jein klank. Sedert
gisteravond zeven uren is zij aan het lui
den
De begrafenis dor slachtoffers vindt
plaats op koeten van de stad Parijs, opdat
deze last niet zal drukken op de bloedver
wanten van de verongelukten, meestal arme
werklieden.
Dc justitie is het onderzoek naar do oor
zaken van het onheil met ijver begonnen.
De prefect van politie hooft nog vóór hot
begin van het onderzoek een bedrag van 950
fr. doen toekomen aan 23 behoeftige gezin
nen van omgekomenen.
De „Figam" opent een inschrijving voor
de slachtoffers.
De vlaggen op de prefectuur van politio
en op het stadhuis zijn halfstok geheechen,
ten teeken van rouw.
D© heer Georges Berry heeft al zijn mede-
afgevaardigden in de Kamer voor het de-
partoment der Seine teJegraphisch opge
roepen tot het houden van een bijeenkomst
togen Vrijdag a. s.ten einde te overleggen,
wat zij bij deze ramp te doen hebben.
Ue President dor Republiek, die buiten
vertoeft, heeft den heor Lépino telegra
ph isck verzocht, hem dé namen der slacht
offers, de omstandigheden, waarin zij ver
keerden, alsmede do gestel Iheid in hun
gezinnen op te geven.
Pius X heoft den Franscfcen gezant do
delijk zijn deelneming beumgd met de ramp
op den Métropolitaam. Men zegt, dat de
Paus een bijzonderon zegon zal zendon voor
dc gezinnon van do slachtoffers en dat in
do Notre Damo een groot© lijkdienst zal
worden gehouden.
De Engelscho bladen betuigen het Fran-
sohe volk hun diep leedgevoel over de onge
hoorde ramp te Parijs.
De lord-mayor van Londen zal een in-
senrijving openen ten bate van do nagela- 3
ten betrekkingen der dooden.
Het bestuur van den On IcrgrondGohon
Spoorweg to Berlijn beeft zich aan een
diepgaand ondoraoek gewijd om te weten tw
komen, of ook zijn lijnen een dergelijk on
heil zou kunnen treffen. j
Do directie van dezen elect.rischem via
duct- en tuunelspoorweg (Hoch- und Unter-
gruudbahn) deelt naar aanleiding daar*
van aan de Duiteohe pers medo: De Parij
sche brand moet ontstaan zijn door een kort
sluiting, welke eerst de in guttapercha ge
wikkeld© elect rieche leidingen van den
trein en vervolgens don houten vloer van
do rijtuigen in brand stak. Dïensvolgena,
moet men vermoeden, dat het materiaal,
hetwelk voor de omwikkeling eu isolatie
van do leidingen gebruikt is, bij de Pa
rijsche rijtuigen n;r-b genoeg beveiligt tegen
brandgevaar. Het zou noodig geweest zijn
om op gevaarlijke plaatsen voorzorgsmaat
regelen te nemen, wat bij den in brand ge
raakten trein niet het geval schijnt geweest
te zijn Tot beveiliging tegen brandgevaar
zijn daarom ook in do rijtuigen van don
Berlijnschen viaduct- en tunnel spoorweg do
©lectrische leidingen niet alleen met onver-
brandbare asbestbcklecding voorzien, maar
zij zijn buitendien, voor zoover zij zich aan
het uitwendige van do rijtuigen bevinden,
in bijzondere stalen buizen ingesloten, wel
ke tegelijkertijd ook als pantser tegen be
schadigingen van buiten af dienen. Verder
zijn ook in de Berlijnsche tunnel-rijtuigen
do ruimten, waarin rich do schakel toestel
len bevinden, van brandvrij gedrenkt hout
vervaardigd en buitendien alle binnenwan
den van deze ruimten met brandvrije as-
bestlagen bekleed. Deze voorzorgsmaatrego-
len. alsmede do inrichting van de halten,
die do ongehinderde toe- en wegstroom Ing
van de reizigers mogelijk maakt, waarbor
gen, dat dergelijke rampen, als op den Pa-
rijschen spoorweg, bij den Berliinsohon on-
doraa-rdseben spoorweg niet voor kunnen
komen.
Pnitenlandsch Overzicht.
In den Belgischen Senaat heeft
men zich gistermiddag onledig gehouden
met de jongste inhcchtenisnomin g
in China van zes hervormingsgezinde
journalisten, van wie een, zooals men
weet, werd onthoofd.
De. liberale Brussclsche senator Goblet,
d'Alviella heeft de feiten in herinnering
gebracht en wees er op, dat dc jouvnalistcn
gevangen zijn genomen op het gebied der
Belgische concessie 8pr. vroeg welke hou
ding de Belgische Regeerin^ onder deze
omstandigheden zal aannemen, daar hij