No. 13251
TWEEDE BLAD.
Anno 1903
PERSOVERZICHT.
r FEUILLETON.
;'De dilettant.
/ai)
Mr. Limburg schryft in De Öida over het
voorstel van de vrijzinnig-democratische Kamer
leden tot herziening der Grondwet op
thet stuk van kiesrecht Hy betoogt, dat
'het gevaarlek was, een tweede proef te wagen,
lom te komen tot hervorming van het kies
recht zonder Grondwetsherziening; dat alles
'pleitte voor een oplossing, die eerBt de
(Grondwet effende vóór de kieswet haar beslag
kreeg.
„Er is aan de plannen tot Grondwetsher
ziening meer dan één vogelverschrikker voor
gehouden. Voor de verandering van de con
stitutie is in iedore Kamer bi) de tweede
^ezing een meerderheid noodig van twee
(derden der stemmen en waar het twijfelachtig
was, of een dergelijk voorstel zelfs de eenvou-
Jdige meerderheid zou verwerven, kon men
'toch stellig aan deze vrucht den dood voor-
1 Bpellen, voordat zij geheel voldragen was. Dit
j bezwaar heeft met den vogelverschrikker het
fictieve gemeen. Wie zoo oordeelt, vergeet,
I dat het slechts theoretisch denkbaar, maar
practisch niet wol mogelijk is, dat de nieuwe
j Kamers, die in tweede lezing aan de herzie-
Ding haar zegel hebben te hechten, die daad
I van goedkeuring zouden weigeren. Is de ge-
I wone meerderheid voor de voorstellen eenmaal
verkregen, zoo zal de buitengewone wel vol
gen. Men heeft ook het tydroovende van een
Grondwetsherziening op het tapijt gebracht
om de meening ingang te doen vinden, dat
I door hen, die daarop aansturen, gevaarlijk
j ppel wordt gespeeld. Maar daarbij werden de
i dagen van 1848 vergeten, en al is niet te
ontkennen, dat wij toen leefden in abnormale
I politieke omstandigheden, het parlementaire
i stelsel te onzent heeft in de laatste twintig
j}aar genoeg loutering ondergaan om ons in
j dit opzicht te doen leven in blijde hoop."
j Het voorstel der heeren Drucker c. s. neemt
jvan het bestaande artikel 80 der Grondwet
jpver de uitsluiting wegens misdrijf, wegens
gevangenschap en faillissement, maar het laat
fin afwijking van dat bestaande artikel aan
,de kieswet over te bepalen, in hoeverre wan
betaling van belastingen tot ontzetting uit de
kiesbevoegdheid zal leiden. Intusschen met
een zekere grens. Niet langer zal het niet
voldoen der belasting over één afgeloopen jaar
reeds het kiesrecht doen derven; de kieswet
Zal hebben te zeggen, in hoeverre „herhaald
Willekeurig verzuim in de vervulling van
Staatsburgerlijke verplichtingen" den dader op
verlies van ki lit zal komen te staan.
„Terwijl alo.,.> oen hoogst belangrijk onder
deel van de kiesrechtregeling naar de kieswet
wordt verwezen en de uitwerking van den
hierboven uit het voorstel aangehaalden zin
Op zichzelf reeds tot langdurige debatten aan
leiding zou kunnen geven, is dit in bijna nog
grootere mate het geval met de wijze, waarop
het voorgestelde artikel 80 de „paupers" van
de kiozorsllJst tracht te houden. Niet langer
willende bestendigen, dat iedere bedeeling van
i kerk of gemeente iemand zijn kiesrecht ont-
i poomt, daaronbovon ontworpen in een tijd,
i Waarin de regeling van de armonzorg op
hetere grondslagen dan de tegenwoordige
armenwet aan de hand geeft, bij elke politieke
partij ln overweging is, heeft het vrijzinnig
democratische voorstel een algemeene formule
gekozen, volgens welke men kiesrecht zal
j tnoeton ontboren „wegens volkomen maat-
jBchappelijke onzelfstandigheid." Voor de Grond-
I Wet misschien een groot woord, dat mon
j gelaten daar kan uitspreken, doch dat by de
'kieswet, die op het nieuwe artikel 80 zal
jlmoeten volgon, niet nalaten zal feilen strijd
ïo doen ontbranden. Ligt in de algemeenheid
róer beide hier door my geciteerde uitdruk-
j kingen de verdienste of de kwetsbare plek
Van het ontworpen artikel? Ik zou het eerste
jmeenen, al zullen zy allicht èn ter rechterzyde
èn ter liukerzyde met wantrouwen worden
'/bejegend. Voor een Grondwet zyn die uit
drukkingen by ult9tek gelukkig gekozen; zy
j heeft een norm te stellen, deze mag niet te
I Streng, maar evenmin geheel onbeteekeneud
zijn. Tusschen die klippen van gestrengheid
pn nietszeggendheid zeilen de ontwerpers met
bekwame hand door."
i De hervorming van de Eerste Kamer door
dit lichaam meer te doortrekken van den
'geest, die in de Tweede Kamer heerscht, zal,
•jjeegt do 6chryver verder, ten goede komen èn
(aan den Senaat zelf, die in gestadige harmo-
iv
Sedert hy van Falkestad vertrokken was,
ha<1 hy geleefd van het geld, dat de inboedel
,,van zyn moeder had opgebracht, van een
pomraetje, dat zyn oom Norderud hem had
(geleend, en van wat hy verdiende met corres
pondenties aan een Noorsch dagblad en zoo
fiu en dan een reisschetsje voor een tydschrift
te schryven. Ook had hy een novelle geschre-
lyen, een in Italiö spelende novelle, waarvan
de heldin Giovanno heette en natuurlyk vuur
Jjn het hart, gloed in de oogen en een dolk
[in de ceintuur had. Maar de critici hadden
lalch weinig gunstig over deze novelle uitge-
flaten; wat er ernstigs ln was noemden zy
sentimenteel en het humoristische er van was
ïn bun oogen flauw of plat.
Lorenz Falk had intusschen het honorarium
jyoor deze novelle al in zyn zak en bekom-
i pierde zich niet heel veel om de critieken.
Hij bevond zich buitenslands. De waardeerlng
j Van zyn werk zou wel komen. Hy bad althans
ij&én voorwaarde, om een beroemd Noorsch
'Schryver te worden, vervuld: hy was voort
durend ln het buitenland. Het is nameiyk
(.Volstrekt niet deftig voor een Noorsch schry ver,
jn Noorwegen te wonen.
"Van het zonnige Italiö was hy door het
;emoedeiyke Dultschland naar Denemarken
getrokken. Hy woonde nu in Kopenhagen.
Er werd een groot feest gegeven met voor
drachten, tableaux, muziek en een dilettanten-
rj|oor8telliogt ten voerdeele van «en liefdadig
nie heeft te biyven met de zuster aan de
overzyde van het Binnenhof, èn aan de Pro-
vinoiale Staten, wien een taak wordt uit
handen genomen, waarvoor zy slechts bere
kend waren ten schade van de hun toever
trouwde provinciale belangen. Hervorming van
de Eerste Kamer brengt echter een dubbele
wyziging der Grondwet mede; niet alleen,
dat de kiezers voor de Eerste Kamer anderen
moeten worden, ook de kring van personen,
waaruit de leden van dit Staatslichaam moeten
worden gekozen, zal zyn plutocratisch karak
ter hebben af te leggen. Zoo ergens, dan zal hier
fel worden gekampt. Om beide deuren, die den
toegang tot de Eerste Kamer afgesloten houden,
te doen verdwyneb, om ook van de Eerste
Kamer een instelling te maken, waarop ieder
kiezer door zyn keuze invloed heeft en waar
heen hy mannen kan afvaardigen, die aan
alle plutocratie even vreemd zjjn als aan een
hoog staatsambt, daarvoor zal bovenmensche-
ïyke inspanning wellicht nog onvoldoende
blyken.
Wat de regelen betreft voor de verkies
baarheid voor de Eerste Kamer, mr. Limburg
ontveinst zich ook hier geenszins de moeilyk-
held, die nog voor den gewonen wetgever is
weggelegd. Maar als algemeene regel in de
Grondwet acht hy de opsomming der in het
ontwerp genoemde categorieön vooitreffeiyk.
De bezwaren ontstaan eerst als nadere en
juiste belyning door den gewonen wetgever
moet geschieden.
Voor de mannen, zoo zegt de schryver
verder, wordt het algemeen kiesrecht in de
Grondwet geschreven, voor de vrouwen niet.
Ten aanzien van haar bepaalt zich de Grond
wet tot eon verwyzing naar de kieswet. De
leden der Staten-Generaal zullen behalve door
de mannelyke Nederlanders gekozen worden
door de „vrouweiyke, die volgens de bepalingen
der kieswet kiesbevoegd zyn." Hierin ligt
volgens mr. Limburg het zwakste punt van
het voorstel, tevens het moeiiykste. Het
zwakste, omdat het zeer moeilyk is (aange
nomen, dat men eenmaal voorstander is van
vrouwenkiesrecht) voor een aanhanger van
het algemeon kiesrecht, afdoende redenen aan
te geven, waarom naast algemeen mannen-
kiesrecht algemeen vrouwenkiesrecht niet op
zyn plaats is.
Zyn twoede bedenking bestaat bierin, dat
door de kieswet geheel de vrye hand te
laten by het regelen van het vrouwenkiesrecht
allicht de census, waaraan voor de mannen
de deur is gewezen, weer op de een of andere
wyze opduikt. Maar de schryver erkent, dat
de negen mannen, indien zy werkeiyk niet
slechts wilden getuigen van hun gezindheid,
maar ook eenigè kans van slagen aan hun
arbeid wilden verbonden zien, dan hun ideaal
van algemeen vrouwenkiesrecht i n de Grond
wet moesten loslaten.
Den meesten by val, zegt mr. Limburg, zal
ongetwyfeld vinden dat gedeelte van de vry-
zinnig-domocratische proeve van Grondwets
herziening, waarin het beginsel van de even
redige vertegenwoordiging tot uiting wordt
gebracht.
Welk lot aan het voorstel beschoren zal
zyn, waagt hy niet te beslissen, vooral niet
op dit oogenblik.
„Men zal zoggen, dat by een aanstaande
behandeling van dit ontwerp slechts dau kans
van slagen is, indien het gemeen overleg zich
beweegt in een bepaalde richting: meer over
laten aan den gewonen wetgever, misschien
wel het geheele kiesrecht. Al zou het wellicht
daartoe moeten komen en een compromis op
dien grondslag het eenig mogeiyke zyn, dan
ontneemt dit feit niets aan de verdienste der
negen mannen. Hun roem biyft het, dat zy
hun standpunt en hun wenschen omtrent
hetgeen do Grondwet van het kiesrecht be
hoort te zeggen, op uit een technisch oog
punt meesteriyke wyze hebben aangegeven."
In het Katholiek Sociaal Weekblad ontwik
kelt mr. P. J. M. Aalberse een voorstel tot
het bestendigen van een nationale cen
tra al-organisatie der Katholieken,
in den geest als waarin hot „Kath. Comité
van Actie" is werkzaam geweest, nl.cen
tralisatie van de actie:
Verscheidenheid van actie
Daarom moeten alle Katholieke vereenl-
gingen, die bestaan, en nog zullen worden
opgericht, blyven volkomen zelfstandig, vry
en onafhankeiyk, ook van elkander.
Aan het eene einde der zaal was een klein
tooneel opgeslagen en ter zydo daarvan stond
een vleugel. Er waren in de zaal veel dames
in elegante baltoiletten er zou na afloop
van de voorstelling worden gedanst en
langs de wanden stonden de heeren, ln rok
en met de claque onder den arm.
Op oen der oerste ryen dicht aan het pad
zaten twee jonge dames, belden stralende
schoonheden. De eene was barones Olga
Wildenberg, ryzig en slank, met koolzwarte
lokken la Titus en sterk gepoederd gezicht
Zy droeg eon tollet van gele pluche met een
sleep van geel zydebrocaat, gevoerd met licht
blauwe atlas. Haar vriendin, Ellen von Feldau,
een generaalsdochter, was een mooie blondine,
ln lichtroode zydo gekleed, met prachtige
mosrozen op de borst.
Mevrouw von Feldau, een zeer nobele,
bejaarde dame, zat naast haar en even
verder af zat baron Mogens von Wildenberg,
een oude cavalier, met een lintje ln het
knoopsgat, een rood gezicht en een dikke,
gryze snor.
Hy had zyn jonge vrouw, de dochter van
een ryken groothandelaar, om haar geld ge
trouwd en zy had hem genomen om zyn
titel; dat is een oude geschiedenis, maar ze
biyft eeuwig nieuw
De beide jonge dames maakten yverlg ge
bruik van haar tooneelkykers om oen heer te
flxeeren, die in de nabyheid van het tooneel
tegen den muur stond.
Het was Lorenz Falk met het welbekende,
nobele, bleeke gezicht, dat misschien een
beetje voller geworden was. Ook was zyn
liohtblonde snor grooter geworden en hy had
zich een baard la Henri quatre laten staan.
Hy was als gewooniyk onberispeiyk gekleed.
In x^n knoopsgat droog hg een camelia en
Eenheid ln de leiding worde dan aldus
verkregen
In iedere plaats vormen de voorzitters en
secretarissen der bestaande vereenigingen het
Plaat8eiyk Katholiek Comité van Actie.
Dit bestaat derhalve uit de voorzitters en
secretarissen van alle vereenigingen, ter
plaatse aanwezig: R.-K. Volksbond, af R.-K.
Werklieden vereenigingen, St.-Jozef6gezellen-
vereeniging, kiesvereeniging, Kruisverbond,
SL-Vincentius- en Elisabethsvereeniging, Jonge
Garde, StudentenvereeDiging, Jongenspatro
naat, Onderwyzersvereeniging, Leesgezelschap,
Zouavenbond, Boerenbond, Gildenbond, Hanze,
enz., enz.
In één woord: in dit comité moet zoo
mogeiyk de geheele plaatselyke Katholieke
actie vertegenwoordigd zyn, - iedere ver
eeniging door zyn twee zelfgekozen voor
mannen.
Iedere vereeniging biyft echter totaal onaf
hankeiyk, zelfs vry om niet mee te doen,
en heeft ook financieel, als vereeniging niets
by te dragen.
Eónig doel ls de hoofdmannen der plaatse
lyke actie geregeld by elkaar te brengen, om
door onderlinge besprekingen te. komen tot
grootoro activiteit en blyvende eenheid.
Om to komen echter vooral tot één
centraal punt.
Want:
De voorzitters en secretarissen der Plaatse
lyke Katholieke Comité's van Actie vormen
rechtens het Diocesaan Katholiek Comité van
Actie.
Dit Comité moet de bevoegdheid hebben
zich andere leden toe te voegen, tot een
maximum byv. van 1/3 of 1/2 der gekozen
ledon. Dit om te voorkpmen, dat de leiders
der Diocesane vereenigingen (centraal besturen)
misschien, doordat ze geen voorzitter of
secretaris zyn van een plaatseiyk comité, in
het diocesaan comité niet vertegenwoordigd
zouden zyn. Wenscheiyk zal het ook zyn,
enkelen grooteren plaatsen meer dan twee
afgevaardigden to geven.
De plaatselyke comité's staan onder de
directe leiding der diocesane comité's, die zich
ieder een dageiyksch bestuur van byv. vyf
leden kiezen.
En zoo komen wy, waar we wezen willen
De voorzitters en penningmeesters en
secretarissen der vyf diocesane comité's vor
men het „Nederlaudscho Centrale Katholieke
Comité van Actie".
Dit moet, om goiyke redenen, zich een
aantal (byv. l/j van het aantal der gekozene)
personen als modelid kunnen toevoegen. Een
comité derhalve van 30 personen
Het zou m. i. wenscheiyk zyn, dat uit de
leden van dit comité de voorzitter door
het Doorluchtig Episcopaat werd gekozen,
indien Dit daartoe bereid, mocht worden ge
vonden. Hy toch zal de man zyn in het
land. De kring, waaruit hy gekozen wordt,
ls door het volk in zyn geheel, zy hot ook
ten deelo trapsgewyze, aangewezen. Waar
echter vooral in zyn handen do centrale
leiding der geheele Katholieko actie berust,
lykt het wel zeer gewenscht, dat hy daarvoor
aangOTToron Trordfc door hot hnognto kerke-
lyke gezag.
Zoo wordt ook in Italiö do centrale voor
zitter van het „Work der Congressen" uit
de leden van het centraal-comitó door den
Paus gekozon.
Een benoeming, op deze wyze tot stand
gekomen, zal hem ook voldoend zedeiyk over
wicht govern
Wat is nu de taak van dit centraal comité
Het heeft een tweeledige fhnctie te ver
vullen:
le. die van te zyn voor ons land, wat
voor Dultschland is de Katholische volks-
vereln"; het moet zloh dus als rechtspersoon,
als vereeniging constitueeren, waarvan ieder
fatsoeniyk Katholiek Nederlander lid (of juister
misschien: donateur) is, geiyk wy het byv.
allen zyn van de H. Kindsheid. Do minimum
contributie is een cent io de woek. Deze
oontnbiitie wordt opgehaald namens den
penningmeester van hot plaatselyk Comité,
byv. door jongens en meisjes met busjes,
geiyk thans al gescblodt byv. door de St.-
Vincentius- en Elisabethsvereeniging. Natuuf-
ïyk geven velen meer. Ik weet er wel, die
gaarne aan zulk een vereeniging jaarlyks 25
of 50 gulden zullen bydragen. Het moet al
zeer tegenvallen, als hot Centrale Comité op
die wyze niet alle jaren de besohlkking krygt
hy had, naar de nieuwste Parysche mode,
geen handschoenen aan.
„Hy is ontzettend knap," fluisterde freule
Ellen de jonge barones toe.
„Ja, en zoo gedistingeerd. Men ziet dadelyk,
dat hy geen Deen is.
„Mag ik vragen, wie de gelukkige of onge
lukkige is, op wlen de dames zoo haar
tooneelkykers richten?" vroeg de baron, zich
over mevrouw von Feldau heenbuigend.
„Het is de Jonge Noor, die daar staat."
„De schryver van bet stuk," voegde de
barones er aan toe.
„Men zou het hem zoo niet aanzien, dat
hy een Noor éh een schryver is," meende
de baron.
„Wel, hoe vindt jy dan, dat hy er uitziet?"
vroeg de barones.
„Hy ziet er goed uit," fluisterde freule
von Feldau.
„Ik zou zoo op het eerste oog gedacht
hebben," antwoordde baron Mogens von Wil
denberg, „dat het Iemand van het Fransche
gezantschap was."
Mevrouw von Feldau had ook door haar
kyker gezion en vond, dat hot oordeel van
den baron zeer juist was.
„Ja, ditmaal was het nog zoo dwaas niet,"
zeide de barones. „Maar hoor eens, Mogens,"
zoo ging zy voort, „je moot er voor zorgen,
dat hy aan ons voorgesteld wordt."
„Laat onB eerst eens zien, of zyn stuk
succes beeft."
„Dat doet er niet toe, hy zal altyd een
goed figuur maken
„Onder je aanbidders, wil je zeggen."
„Er ls ongelukkig ^nlet een onder hen, om
wien ik iets geef," zuchtte barones Olga.
„Misschien zou de jonge Noor genade ln Je
oogen kunnen vinden," seide de baron.
over eenigo tien duizenden guldens. En dat
is ook noodig, want:
2e. het moet voor ons land de functie ver
vullen van het Centraal Comité van het
Italiaansche „Werk der Congressen", en der
„Katholiache Centralstelle", in Duitschland,
te M.-Gladbach gevestigd.
Behalve dus, dat het zich een Centraal
(dagelyksch) Bestuur kiest, waarvan be
halve de President ook de Secretaris iemand
moet zyn, die zyn volle kracht aan zyn om
vangrijk ambt ter beschikking moet en kan
stellen, dient het zich in afdeelingen of
groepen te splitsen.
Om enkele te noemen:
Een afdoeling voor de op te richten Alge
meene Katholieke Wetenschappeiyke Biblio
theek, een voor de Werkliedenverenigingen,
«en voor de Middenstands vereenigingen,
met inbegrip van Landbouw en Veeteelt,
een voor de Draökbestryding, een voor de
algemeene en socials politiek, een voor
Kunst en Wetenschap, een voor het Katho
liek Volksonderwys, een voor de sociale
opleiding van werklieden, een voor de
Charitas, een voor de Pers en de alge
meene propaganda.
Zoo hobbon we er juist tien. Wanneer ieder
bestaat uit 8 leden, plus een buiten het
Comité staande, door elke onderafdeoling zich
te kiezen, waarechyniyk te bezoldigen, secre
taris, dan ls het geheele Comité reeds in
afdeelingen verdeeld.
In den aanvang kunnen waarechyniyk tweo
of drie afdeelingen óénzelfdon secretaris aan
stellen.
Vooral van deze secretarissen, die permanent
op het Centraal-Bureau moeten aanwezig zyn,
en onder dagelyksche leiding en toezicht staan
van den Centralen Secretaris, zal een grooto
kracht uitgaan. Het wonit vooral voor jonge
juristen en journalisten een heeriyko op
leidingsschool voor hun later leven. Zy zullen
leeren werken. In Duitschland heeft men
van deze instelling, hoewel eerst even 10
jaren oud, reeds heeriyko vruchten geplukt.
Ziedaar in enkele korte trekken oen alge
meon plan.
Voor wie dit hot eerst leest, lykt het wel
licht onuitvoerbaar.
Hy lette by het vestigen van zyn oordeel
echter hiorop, dat alles, wat ik hier als
mogeiyke en wenscheiyke organisatie voor
stel, er folteiyk roads is.
Hot Doorluchtig Episcopaat behoeft, na
do détail-uitwerking der plannen (waarvoor
de mannen als zyn aangewezen) slechts to
verklarenhet zy zoo, en.... heel de
organisatie i s er.
Wy behoeven slechts by elkaaa to komen,
en ons te constitueeren. De worken volgen
dan vanzelf.
De fundamenten: do bestaande organisaties,
liggen reeds stevig in den grond gebeid.
Het gebouw wacht slochts om opgetrokken
te worden.
Zyn de tyden er voor ryp?
Ik zou willen antwoorden, onder herinne
ring aan de gebeurtenissen dor laatste maan
den, die ons In eendrachtigen arbeid tot
elkander hebben gevoerd
Indien nu niet, dan nooit.
En hiermede zy het plan Qodo en den
men8chen bevolen.
In een krulskopje „Tabaksbelasting
zegt De Maasbode:
Tegen het voornemen van den minister
van financiën tot verbooging van de tabaks
belasting wordt van velen kant bedenking
geopperd.
We herinneren ons, ze van werklieden-
zydo te hebben hooron uiten, en vernemen
thans weer zulk een stem uit den handel.
Nu leggen we verzet tegeu belastiugvor-
hooglug geen al te groot gewicht by. Ver
zwaring van flnanoieölen druk wekt altóós,
uiteraard, tegensporrelen.
Tegen een eventueelo moelbelasting verzet
men zich, omdat men een nuttig artikel
niet duurder mag makon, zooals hot heet
en tegen eon verhoogde jeneverbelasting
verzet men zich, omdat een onnuttig
artikel..den Staat geen profijt mag schonken.
„Als men een hond wil slaan,...." etc.
O. 1. is het eeDlg ware criterium der
toepassing van gronstarievon hot belang van
het nationaal bedryf en van den nationalen
arbeid.
Vreemde artikelen, die ons land niet
„Laat het ons hopen
„Ja, dat zou aangenaam wezen, maar éón
te hebben, op wien men jaloersch behoeft te
wezen," voegde de baron er aan too.
„Myn hemel, Mogons, jy beschouwt my
altyd als een onbeduidend kind. Het moet je
toch genoegen doen, dat je vrouw zooveel
aanbidders heeft."
„Maar ben je dan zoo zeker, dat hy zich
oogenblikkeiyk aan je voeten zal werpen?"
vroeg freule von Feldau.
„Wel, Ellen, hoe kan jo zoo spreken I"
zeide movrouw von Feldau, haar witte cacho-
mieren sjaal over den schouder trekkend. „De
barones is de gepersonifieerde onweerstaan
baarheid. Haar te zien is hetzelfde als ver
liefd op haar te wezen."
„Myn man ziet my toch eiken dag, maar
het is al lang geleden, dat by my aanbad."
„Maar Olga
„Stil, het tableau begint. Zie juffrouw
Brennemaun eens, is zy niet bekooriyk als
prinses?"
„Zy lykt meer op een melkmeisje op haar
Zondagach," zeide freule von Feldau.
„En die knielende ridder l" zeide de barones.
„Die moest noodig in tricot optreden I"
„Je hebt geiyk; wat heeft hy kromme
beenen 1"
„Stil, lieve Ellen; zoo lots zou een jong
meisje in myn tyd nooit zeggen," zeide
mevrouw von Feldau, vermanend het hoofd
sohuddend.
Het tableau was afgeloopen.
„Kyk, kolonel Bronnemann baant zich oen
weg naar den jongen Noor."
„Hy klampt gewooniyk byna alle vreem
delingen aan, maar hy raakt toch geen van
zyn lange dochters kwjjt."
tFoei, Ellen."
produceoren kan, belaste men niet, make
men niot noodeloos duurder. Dat ware oon
fiscaal recht in den slechteten zin.
Vreemde artikelen, die ons land bower-
ken kan, late men vry in ruwen, belaste
men in bewerkten toestand. Dat bevordert
ons trafiokswezen.
Vreemde artikelen, die ons land èn ln
grondstof èn in bewerking leveren kan, be
laste men goheel. Dit steunt onzen landbouw
en ons fabriekswezen.
Zóó zou het toltarief méér worden dan
een zulgpomp voor do schatkist: het wierd
een handreiking voor don Nederlandschen
arbeid.
Een tabaksbelasting zou vallen onder de
eerste categorio; Amersfoort's product komt
hier niot in aanmerking. Daarom kunnen wy
ze niet toejuichen.
Ziedaar hot principe. De ernstige bezwaren,
die de brochure Dentz aanvoert, zyn voor
ons bijkomend bewgs.
Eerst, wanneer het tarief vollodlg in d«
behartiging van der natie bedryf en arbeid
voorziet, zou dringende nood het toopasson
van loutere fiscaliteit kunnen rechtvaardigon 1
Maar daar zyn wy, gelukkig, nog lang
niot aan tooi
Eet Vaderland bevat een uitvoerig artikel
van den heer H. de Jong over hot Bank-
octrooi. Schryver merkt hlorover o. m. op:
„Daar van principieel© geschillen ditmaal
geen sprake was en de Regeering meende,
dat 's lands belang het bost gediend was door
de Bankwet in hoofdzaak ongowyzigd to be
stendigen, zal men goen zich de vraag hebben
gesteld: Van waar dan dio lango stryd? Meer
dan waarechyniyk geeft van de -vyf wyzigin-
gen, ln de goldendo Bankwet voorgedragen,
de laatste hot antwoord op dio vraag, name
iyk: do verdoeling dor winst.
Het mocht den Minlstor gelukken oen
wyziging daarin to verkrygen, waardoor do
Staat gemiddeld f 283,000 por jaar méér aan
het octrooi zal ontleenon, dan by onveranderd
behoud van do geldende wet hot goval zou
zyn.
Voeg daarby een ongeveer f 80,000 bo
sparing van uitgavon, verkregen door de
Intrekking der muntbiljetten, on zooals de
triomfkreet in de memorie luidt: „Hot gelde-
ïyk voordeel van de nieuwe Bankwot voor
den Staat is mitsdien op ruim f 300,000
'sjaars te stellen."
Voor dat resultaat verdient do Minister
een woord van lof, want een wyziging in do
winstverdooling zoo vör gaando, als door hom
verkregen, overtreft aller vorwachtlng.
„Een belangryk voordeel," zegt do schryver
vorder, „(bolangryk, hoowel het voordeol nu
juist niet in cyfers is uit te drukken) hooft
de Minister vorder vorkregen, door do aan
vulling van het artikel betreflendo de bowaring
van geldswaarden van Ryksinstellingon."
En olndelUk zy nog gewozon in verband
met do voorgosteldo intrekking der munt
biljetten en toekenning aan do Bank van bot
recht van uitgitto van bankbiljetten van f 10,
op do in 'a lands belang gunstige bepaling,
waarby aan de Bank de verplichting wordt
opgolegd den Staat zoo noodig rontelooze
voorschotten te verstrekkon tot oon maximum
van f 16 millioen, terwyi by do bostaando
wet die voorschotten in rokeningcourant
slochts f 5 millioen tot maximum haddon en
niet renteloos, doch togen de gewone bo-
leening8rento werden verstrekt.
Tegenover deze niet geringe voordoolon
staan eenige concessies, waarvan do voor
naamste zyn; a
lo. Regeling van don duur van het octrooi.
2o. Toekenning van hot recht tot uitgifte
van bankbiljetten van f 10.
Welnu, ik aarzel niet, zegt de heer Do
Jong, boldo concessiön, vergeleken met d6
door de Regoering verkregen voordeelen, van
geringe botoekenis te vorklaren.
De schryver eindigt zUn uitvoorigo uiteen
zetting aldus:
„Mocht de Nederlandscho Bank, by het
Intreden van het nleuwo octrooi Immers
een welverdiond buccgs mag den Minister mot
zyn Bankwet met allon grond worden voor
speld kunnen besluiten in die richting te
sturen, dat zy nog meer dan tot nu toe
worde een „Bank voor het Noderlandscbo
Volk", dan zal de uitspraak des Ministers,
„dat de uitgifto dor biljetten van f 10 de Bank
geen rechtstreoksch voordeol zal brongen,
„De jonge man is al zeer gezocht in het
gozelschapsleveD," zoide mo >x>uw von Foldau.
„Hy hoeft al oen uitnoodiglng van tweo
ministers gehad.''
„En al voor vorscheideno dinors by groot
handelaars," voegdo do barones er aan toe.
„Het is toch vorschr kkoiyk, hoe alle dames
haar kykers op hem richten," zeide de baron.
„Men woet natuurlyk, dat hy de schryver
van het stuk is."
„Hy neemt het heel kalm op," antwoordde
barones Olga. WaarachynlUk is hy liet go-
woon, aangegaapt te worden."
„In hetzelfde oogenblik word een deurtje
naast het tooneel open gedaan en oen damo
mot een rol muziek ondor den arm trad de,
zaal binnen."
Zy koek om zich heen en bleef hulpeloos
staan naast Lorenz Falk.
Het was een dame, dio zeker de dertig al
gepasseerd was. Zy had eon fijn, bleek go-
zicht en levendige, donkere oogen, waarvoor
zy een gouden lorgnet droog. Haar zwarte
haar, dat aan do slapen al eon heel klein
beetje grys begon te worden, was bestrooid
met diamantpoeder; haar japon van marlno-
blauwo atlas en roode gebrocheerde zyde sloot
mooi om haar welgevormde leest.
„Mag ik u even vragen, kolonel Dronne-
mann, bent u lid van bet comité?"
„Neen, mevrouw 1"
„Dan moot ik zeggen, dat de regeling voel
te wensohen laat. Wil men misschion, dat
ik alleen Daar den vleugel zal g&an? En wie
moet de muziekbladen omslaan?"
(Wordt vcrvol'jd.)