Een bal ten tlove.
Venezuela.
Slachtoffers der Mode.
i
haar te blijven dejeunceren en behandelde
haar allervriendelijkst.
„Kind, ik heb altijd wel gezegd, dat je
onder een gelukkig gesternte geboren bent.
Herinnert ge bet u nog ~rel V'
,,Maar de Carpenters? Die arme Léonoe?
.Wat is er van hen geworden?" vroeg Hen
riette.
,,Och, mijn beste Henriette, zij hebben
niet geboft, hoorl"
„Hoezoo?"
„Viej- maanden na je vertrek is Léonce
toet juffrouw Félice Hennequin, je weet
Wel, uit dien grooten winkel
„Jawel, zeker I En was het huwelijk niet
gelukkig?"
„Dat kan ik je niet zeggen. Maar ze zijn
nit Rouaan vertrokken na gefailleerd te
zijn. En nu moeten zij ergens armoe lijden,
in Parijs of zooDe oude man is versuft.
Hij bedelt tegenwoordig I Wanneer je de
straat ingaat tot bij de komedie, dan zult ge
hem wel aan den hoek zien staan."
Inderdaad uemerkte Henriette, nadat zij
afscheid had genomen van Mme. Dufresnes,
op straat een ouden, baveloozen man. Zij
ging naar hem toe.
„Zeg eens, vader Carpenter, ken je mij
liiet meer?"
De grijsaard richtte een doffen blik op de
jonge vrcup.
„Ik ben Henriette Bardonnel, de modiste
nit de rue des Charettes. Herinnert gij u
au?"
„O, ja... ja... ja..." zei het mannetje, dat
©en oogenblik als uit een droom scheen te
Ontwaken.
„U hebt mij indertijd een leelijk? poets ge
speeld met uw Amerikaansche erfenisge
schiedenis Het was erg leelijkMaar
het doet er niet toe, toch hebt u mij geluk
aangebracht. Kijk eens, vriend, dat is voor
jou I"
En zij liet in zijn hand al het goud val
len, dat haar beurs bevatte: tien stukken
van twintig franken.
Veertien politie-agenten, zeven aan eiken
kant, bewaakten op den avond van het laat
ste bal ten Hove de toegangen van het plein
yóór het paleis in Den Haag.
Bovendien prijkte aan weerszijden van
de stoep onder de linnen marquise een in
specteur. Helaas 1 in dozen tijd kan men niet
voorzichtig genoeg zijn. Maar voor de gasten,
die soms uren lang zitten te koekeloeren ach
ter de raampjes hunner rijtuigen, was het
geen prettig gezicht. Het had iets benau
wends, iets huis-van-bewaring-achtigs, voor
al ook omdat de langs de file van equipages
surveilleerende helmdragers, want bij zulke
gelegenheden komt de helm weer op de prop
pen, noodig vonden hun beglurend toezicht
ook uit te strekken tot de luitjes daar bin
nen, die het in hun zijden japonnen, soities
©n geklcede rokken al warm genoeg hadden.
En al stondt je nu in de vestibule, dan was
je or nog niet, hoor. Dan hadt je eerst een
dubbele rij lakeien, ook al griezelig onbe
weeglijk en met starende, onderzoekende
oogen. En dan een heel stuk geheimzinnig-
zwaro looper, waar je je eigen verlakte laar
zen niet op hoorde.En dan greep onvoorzie is,
als je jo jas uittrok, een hand die jas van
achteren beet, een hand in klam glacé, en
trok jc toch je eigen jas uit, en een andere
hand nam ineens je hoed van je hoofd, zoo
dat jo mooie lok van voren heelemaal inee
Wipte en je scheiding één en al spriet vras,
ondanks de pommade, en dan werd je con
kaartje toegeduwd met bet nomincr ;43 en
„garderobe" er op, en dan kreeg je nog eens
een duw hier en een stomp daar, en dan wist
je heelemaal geen weg meer in de foule
van uniformen en bloot© halzen, en jc liep
maar in een droom met de anctcvn 'nee,
voetje voor voetje, in het verblindend licht
van tweo kolossale kristallen kronen, waar
jo drukking van kreeg op je hersens, en dan
kwam jo eindelijk bij een heer, zoo opzien
barend mogelijk gekleed met voor zoover je
zien kon twee jassen aan vol goud en een
blauw lint dwars over het spiegelgladde
front en die nam je kaart in ontvangst, en
dan met olkaar de trap op voorzichtig
aan en dan zag je aldoor naast j© een
stuk witte zijde met zwarte kant langs de tre
den slieren en je hadt een naren lust om met
de tanden op elkaar daar eens een flinken
schop tegen te geven. Maar dan bovon, maar
dan! Palmen, kaarsen, schilderijen, hooge
larabrizeeringen, cn elkaar duwen f amiliaar-
voorzichtig bij den schouder; en twee zalen
door vol juweelgeflonker en fluisterende
raenschon en stof en in de laatste zaal vóór
een kolossalen spiegel tusschen slamke lelies
en groen, daar zag je ineens de Koningin
met een paar rozen in de hand en den. Prins
naast zich en de Koningin-Moeder met haar
gouden brilletje aan de andere zijde en je
deedt maar net als de anderenje boog, je
boog, en één oogenblik hadt je vlak vóór je
dien schoonen jongen hals, op welks matbleek
dauwdruppelen op lentebloesems, en één se
conde keken tweo zachte oogen je verstrooid
in het gelaat en toen je al bij den tweeden
kamerheer was naast den Prins dien lan
gen dorst je pas even om te kijken je
hadt je toch zoo stellig voorgenomen haar
nu eens goed op te nemen en je ziet net
dat ze glimlachend haar man aankijkt en je
hoort baar duidelijk zeggen „parfaitement."
Niet zoo heel lang na het sluiten van den
vrede in Zuid-Afrika, welke een eind
maakte aan de geweldige worsteling in
Transvaal en den Oranje-Vrijstaat, waar
een klein aantal vrijheidlievende Boeren
vruchteloos hadden gepoogd het heilig recht
te handhaven tegen de aanslagen der on
wettige macht, brachten de dagbladen bet
verontrustend bericht dat de oorlog zijn
verdelgingswoede opnieuw den teugel vier
de in een ander oord van het wereldrond.
Waar nu weer? Thans aan de kust van den
Zuid xmerikaanschen Staat Venezuela. Een
vereenigd eskader van Duitsche en Engel-
sche oorlogsbodems, later vanwege Italië
versterkt, was daarheen gestevend, had de
weinig beteekenende marine van dien Staat
gedeeltelijk in den grond geboord en hield
er de havens geblokkeerd.
Aan deze willekeurige handelwijzen was
niet eens een oorlogsverklaring voorafge
gaan, zoodat velen wederom diep gegriefd
werden door de roekelooze verguizing der
eischen van volkenrecht en humaniteit. Wel
zijn vervolgens stappen gedaan om tot een
vreedzame schikking te geraken, zoodat
hoogstwaarschijnlijk de beslissing over het
geschil der oorlogvoerende partijen zal wor
den opgedragen aan het internationaal
scheidsgerecht te 's-Gravenhagemaar dit
neemt niet weg, dat een algemeene ontstem
ming is gewekt door een zoo oorlogzuchtige
aanmatiging der groot© mogendheden van
ons beschaafd en Christelijk Eoropa.
Onze aandacht is dan ook op Venezuela
gevestigd, op dien Staat., bij velen tot dus
verre nagenoeg onbekend. En toch hebben
in dien Staat vele Nederlanders een nieuw
vaderland gevonden. Het zal voorzeker,
vooral ook om deze laatste reden, niet on
gepast wojden geobrdeeld, indien hier een
en ander wordt verteld over dat vèr-gelegen
gewest. En als onze lezers dan zoo verstan
dig willen zijn bij het lezen de kaart onder
hun bereik te leggen, vertrouwen wij, dat zij
wel iets aan deze mededeelingen zullen
hebben.
De kust van Venezuela werd door Colum
bus in 1498 ontdekt. Een jaar later werd er
een bezoek aan gebracht door Vespucci Oje-
da, die, na bet ontdekken van een op palen
gebouwd dorp. aan het land den huidigen
naam gaf, te weten dien van „Klein Vene
tië." Het zag zich geplaatst onder de heer
schappij van Spanje. Keizer Karei V beleen
de met dat gewest het Augsburgsche ban
kiershuis Welser als pand voor bestaande
schulden, maar hief door aflossing van deze
het leen op en vormde er in 1550 het kapi
tein-generaalschap Caracas. In 1810 echter
rukte Venezuela zich van het moederland
I03 en proclameerde :n het daarop volgende
jaar zijn onafhankelijkheid.
Tot tweemalen toe werd het door de Span
jaarden tot onderwerping gebraoht. maar
ook telkens door Bolivar bevrijd en in 1819
met Nieuw-Granada en Quito tot een
bondsstaat vereenigd onder den naam
Columbia. In 1830 scheidde het ch
daarvan af om een zelfstandigen, uit onder
scheidene provinciën bestaanden Staat te
vormen. Deze was voorts het toon eel van ge
durige opstanden cn burgertwisten, aange
stookt door eerzuchtige partijgangers, die
zich van den presidentszetel wilden meester
maken of pogingen zochten aan te wenden
om zich met den inhoud der Staatskas te
verrijken. Geen wonder alzoo, dat vele al
daar gevestigde Europeanen door die her
haalde troebJ.n belangrijke schade onder
vonden en zich bitter beklaagden over de ver
regaande wanorde, welke er heerscht en de
veiligheid van personen en goederen be
dreigt. Die gegronde klachten hebben aan
leiding gegeven tot het optreden d-r Euro-
peesche mogendheden, eén optreden, dat
door de vrienden van recht en billijkheid als
de wrange vrucht van willekeur en gewel
denarij wordt afgekeurd.
Venezuela, vormt o- beter de .reenigde
staten van Venezuela vormen een merkwaar
dig gedeelte van Zuid-Amerika. Zij strekken
zich uit van 1 gr. 8 m. tot 12 gr. 16 m. N. B,
en van 60 gr. 36 m. tot 75 gr. 3ó m. W. L.
van Parijs en tellen op ruim 1000 vierk.
K.M. een bevolking van omstreeks drie mil-
lioen zielen. Zij grenzen ten noordeD aan
de Zee der Antillen en aan den At-
lantischen Ocecnn, ten oosten aan dezen
en aan Britsch-Guyana, ten zuiden aan
Brazilië en ten westen aan de vereenigde
staten van Columbia. De bode. is er ge
deeltelijk bergachtig en gedeeltelijk vlak en
van onderscheiden rivieren doorsneden, on
der welke de Orinoco een belangrijke plaats
bekleedt. De vlakte bezit er uiterst vrucht
bare gedeelten. Volgens de grondwet, her
zien in 1891, is ch.- Republiek samengesteld
uit negen staten, één Bond^district, drie
Territoriën en twee Koloniën. De Senaat
telt er 27 leden (3 voor eiken staat), die al
thans 30 jaar oud en in de Republiek ge
boren zijn, en de Kamer van Afgevaardig
den bestaat er uit 57 leden, door roctir
strfri sche verkiezingen voor een vierjarig
tijdperk aangewezen. Zoowel de president
als de leden van den Bondsraad worden er
verkozen voor een tijdperk van twee jaren.
Tot den Bondsraad behooren, behalve de
president, de negen ministers.
De bodem der Republiek bevat een groo
ten rijkdom van delfstoffen. Men vindt er
goud, zilver, koper, steenkolen, zink, enz.
Het plantenrijk levert er veel kokosolie, uit
muntende soorten van tabak, verfhout, indi
go, katoen, cacao, ananassen, tamarinde,
koe- en drakeboomen en sassaparille. Het
dierenrijk bevat er runderen, paarden, ezels
en muildieren, terwijl de wateren er rijkelijk
bevolkt zijn met visch. De nijverheid staat er
nog op lagen trap, maar de handel heeft er
zich in het laatst van de voorgaan do eeuw
aanmerkelijk uitgebreid.
De hoofdstad van Venezuela is Caracas,
die zich in het Bondsdistrict verheft. Zij
werd in 1812 geteisterd door een geweldige
aardbeving, welke ongeveer 12000 inwoners
onder de instortende gebouwen begroef. Zij
telt ongeveer 80,000 inwoners, ligt in een
verrukkelijk dal en wordt door vier rivier
tjes besproeid. Men vindt er rechte, breed©
straten, ruime pleinen, zestien kerken, een
grootsch -regceringspaleis, een sierlijk uni
versiteitsgebouw, een schouwburg, enz.
Niet ver van daar ligt de kleine stad La
Guayra met een levendigen handel.
Van de overige steden in de vereenigde sta
ten van Venezuela noemen wij Victoria met
een prachtige kerk; Maracaïbo aan de Golf
van dien naam; Coro met veel scheepvaart;
Merida met een universiteit; Varinas en
Ciudad Bolivar, waar de bisschop geze
teld is.
Een heerlijk land!
Een geestig Fransch schrijver heeft eens
gezegd, dat men bij een vrouw uit haar fri
suur. en de mode, welke zij bij haar japon
nen volgt, kan opmaken, hoe oud zij is. En
ik geloof, het is een medewerkster van
een buitenlandsch blad, die hier aan het
woord is dat iedere vrouw onbewust den