Wekeiyksehe Kalender. v Stofgoud. ALLERLEI. R E C P T. VRAAG. gedurende drie weken, of het kind voor drie dagen op water en brood gezet, en, bij een volgend verzuim, wordt zoodanig kind op school niet meer toegelatenterwijl zoo danige ouders en kinders aan de Regeenng zullen aangebragt worden, om, naar bevind ran zaken, met hen te handelen. Art. 10. Kinderen van behoeftige, doch niet onder houden wordende, personen, zich aan gelijk verzuim schuldig makende, zullen op gelijke wijze, voor gelijken tijd, van de school ont zet, en deszelfs ouders, eenige bediening hebbende, voor even langen tijd daar in ge schorst worden. Art. 11. Om op do school opgenomen te worden Vervoegen zich de ouders op den tweeden Woensdag in de maanden Maart, Junij, September en December, na vooraf volgens 'Artikel 36 zich aangegeven te hebben bij den meester, bij de plaatselijke School-commie- sie, ten einde aldaar do van hen gevorderd wordende opgaven omtrent hunne kinderen te doen. Art. 12. Geen kind verlaat de school, dan na, ten gevolge van een ingesteld onderzoek, van da plaatselijke School-commissie verkregen te hebben een getuigschrift van zijne vorderin gen en gedrag. Zondag. Niet in de koude zolderkamer van uw hoofd, maar in het warme binnenvertrek van uw hart moet Jezus wonen. Iffaandag. Een verstandig mensch is hij, die leering trekt uit de misslagen, die hij heeft begaan. Dinsdag. Wij zijn te fatsoenlijk om anderen te be driegen; maar niet om het onszei ven te doen. Woensdag. De tranen der boetvaardigheid zijn niet suiver, tenzij de liefde haar fontein zij. Donderdag. 'Alleen d i e weldaden zijn van den echten «tempel, die zoowel den gever als den ont vanger blijde maken. Vrijdag. Zijt lankmoedig jegens allen I 1 Zaterdag. Het jonge menschenhart droomt van in ge oogste lauweren; maar het vermoedt niet, dat achter ieder blad een traan schuilt. Niet al wat hoog is, is heilig; niet al wat zoet is, is goed; niet al wat bekoort, is rein; en niet al wat streelt, is Gode welge vallig. Thomas A Kempia De minst behoeftige is hij, die het minst begeert Men bezit alles wat men verlangt, als men zich beperkt tot het noodige. Seneca. De eeuwigheid vraagt naar de vrucht van den tijd. D e Ge nest et. Ledigheid vermeerdert allo smarten even- teer als alle ondeugden. M me de Hem u sat. Over drank en drinkers. De wijn stilt zorgen, maar slechts tot morgen. Wat men dronken doet, wordt nuchtereu geboet. Kaarten en kannen maken arme mannen. Er verdrinken er meer in den beker dan in de zee. Vermindering van drank is vermeerdering van brood. Erg eenvoudig. Onderwijzer: ,,In welk jaar werd de slag bij Waterloo geleverd?" Lqerling: „Ik weet 't niet, meester." Onderwijzer: „Schaam je I 't Is gemakke lijk genoeg, als jo maar wilde leeren kunst matig te onthouden. Denk maar aan de twaalf apostelen .Doe de helft van dat aan tal er bij. Dat is achttien. Vermenigvuldig dat met 100. Dat is 1800. Nu neem je de twaalf apostelen weer en voegt daar nog een vierde van het aantal bij. Dat is vijftien. Tel nu op. Dan krijg je 1815. Zie je nu hoe eenvoudig het is?" TJit een roman. Illustraties worden ver zocht .„Haar handen vielen langs de zijden af." „Hij verloor zijn tong." „Zij verpletterde hem met een blik." Uit d-e School. Vertaling in 't Fransch: „Welke zijn de voornaamste generaals van den tegenwoordigen tijd?" „Quels sont les principaux généraus de l'indicatif présent?" „Mother," said a little girl looking up from hor book, „what does „transatlantic" mean?" „Oh, across the Atlantic, of course. Don't bother me." „Does „trans" always mean across?" „I suppose it does. If you don't stop bothering me with your questions, you'll go to bed." ),Then does „transparent" mean a cross parent. Ten minutes later tk&f little girl was resting on her tiny oouah. Wereldwijsheid. Vader: „Wanneer ge u een vrouw kiest, oordeel dan nooit naar het uiterlijk." Zoon: „Volstrekt niet; want de mooiste meisjes hebben gewoonlijk het minste geld." Vrijen en vrijen. Een jonge heer met een jonge dame aan zijn zij ontmoet aan den ingang van de kerk den koster en vraagt de zen beleefd: „Is het hier vTij zitten meneer?" Deze antwoordt: „Vrijen mogen hier zit ten, vrij zitten mag u ook, doch niet zitten vrijen, hoor I" Een zeer zwaarlijvige hotelhouder had er danig het land aan, dat hij voortdurend door de bezoekers van zijn inrichting werd lastig gevallen met allerlei vragen, welke op zijn dikte betrekking hadden. Om nu aan dat voortdurend vragen te ontkomen, liet hij een biljet drukken met de volgende ver klaringen Ik weeg 339 pond. Ik ben dik. Ik weet, dat ik dik ben. Ik word met den dag dikker. Ik weet niet, hoe lang het duren zal, dat ik steeds dikker word. Ja, ik heb goeden eetlust. Neem, ik eet in 't geheel niet. Ik herinner mij den tijd niet meer, dat ik zoo mager was als u. Er volgden nog een twintig verklaringen, waarvan de laatste luidde: Als gij een vraag weet uit te denken, die hier niet is vermeld, kom dan gerust bij mij em ik zal beproeven u te antwoorden. Bezoekster: ,/t Spijt me zeer, dat me vrouw uit ia. Je zult, hoop ik, niet vergeten haar te zeggen, dat ik hier geweest bom." Dienstmeisje: „O neen, mevrouw, zaift aanstonds naar boven gaan oan het mevrouw te zeggen.j Zij (klagend): „De dokter heeft gezegd, dat ik beweging moet hebben em hooge lucht." By: „Mooi; dan moet je maar een paar keer in de week don domtoren in Utrecht gaan beklimmen." De chef van zeker hulpstatiom heeft dezer dagen de volgende kennisgeving aan de klok op hot perron gehangen: Dxt is ten klok; zij gaat; zij wijst Greem- wich-tijd; zij is precies; zij wordt eiken mor gen gelijk gezet. Men wordt verzocht mij verder niet met vragen lastig te rallen. Ik heb geen tijd/" Onderstaande reclame was onlangs bi) een gelegenheidsdichter te lezen: „Alhier zijn verkrijgbaar Bruiloftsverzen En gedichten Naar Uwers Wenscb Gemaakt En ook Daar Uwer zin in aller opzichten Heeft U nu Som9 een feest Of treurpartij op handen Komt U dan een of twee weken vooruit tot mg Dan maak ik er een op dicht of met gezangen 't Zg voor een Huwelijk Koop'ren Zilfren Gouden feest Bod ik ook voorbereid En ook in Aller geest." Ryst in den oven. Voor een liter bouillon neemt ge 250 gram goed schoongemaakte rijst; werp deze in den kokenden bouillon, laat ze gaar, doch met murw koken. Neem dan de rijst van het vuur en meng het geheel goed met 125 gram boter en even zooveel geraspte Gruyèrekaas. Besmeer een vuurvasten schotel met boter* doe daarin de rijst, waarop stu. jüb boter, bestrooi met Gruyère-kaas, doe dan den schotel in den oven gedurende drie kwar tier en dien warm op in denzelfden schoteL Een kunststukje. Ontvlamming zonder vuur. Wanneer men een zeer licht ontbrandbare vloeistof, petroleum bijv., een bewerking doet ondergaan, behoeft men niet bevreesd te zijn, dat zij zal ontvlammen, als maar geen enkele vlam of geen roodgloeiend voor werp in de nabijheid is. Met zwavelkoolstof is dat echter niet het gevalde nabijheid van een warm lichaam is voldoende om ze te doou ontvlammen. In verband hiermede kan men de volgende aardige proef nemen: Men zet op een tafel een schoteltje, dat een weinig zwavelkoolstof bevat, en deelt mode, dal men ze zal doen ontbranden door middel van een glazen tooverstokje, dat men in de hand heeft. Werkelijk gebeurt wat voorspeld is. Doch men heeft te voren ge zorgd het glazen staafje sterk te verwarmen boven een spirituslampje, dat voor de toe schouwers onzichtbaar is. Dit kunstje is natuurlijk alleen verras send voor hen, die ons Zondagsblad niet le zen, en daardoor, bij de lezers er van verge leken, achterlijk zijn. Drie personen speelden te zamen, en toen zij ophielden, hadden zij alle drie ge wonnen. Hoe kan dat? [Antwoord in het volgend Zondagsblad]. Antwoord op de Vraag en oplossing van hot Raadsel in het vorig Zondagsblad: Antwoord: gevaren gevaren. Oplossing: MemeL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 12