No. 13102
LEIDSCH DAGBLAD, ZATERDAG 8 NOVEMBER. - VOERDE BLAD.
Offlcleele Kennisgeving.
Een FJodern leven.
Utt de Reehtzeal.
Anno 1902.
Y Voor bel volk der belde Bóeren-Republieken
Opgehaald door D. Hulsman en O. ran
Egmond op het 25-jarigo huwelijksfeest van
J. H. en T. O. te Rijnsburg. 1.26'
R. K1-
De Burgemeester en Weihouders van Leidon
doen te weten, dat door den Raad dier gemeente
Jn zijne vertedering van den 2den September 1902,
te vastgesteld de volgende verordening:
VERORDENING,
regelende de invordering van schoolgeld aan de
openbare herhalingsscholen to Leiden.
Art. 1
Het schoolgeld, versobuldigd voor de leerlingen
der openbaro herhalingsscholen, wordt op den
eersten schooldag van elke maand ingevorderd
door het hoofd der school.
Het wordt door dozen in den loop der daarop-
.volgende week aan den gemeenteontvanger ver
antwoord en in de gemeontekas gestort.
Art. 2.
Van hom, die nalaat het verschuldigde school
geld te voldoeD, wordt dat ingevorderd overeen
komstig de bopalingon van artt. 258 tot en met
262 der Gemeentewet.
Art. 3.
Deze verordening treedt in werking op 1 October
1902.
Vastgesteld door den Gemeenteraad van Leiden,
in zijne openbaro vergadering van den 2den
September 1902.
De Burgemeester,
11. C. JUTA,
Weth. loo.-Burgeraoestor.
De Secretaris,
VAN HEYST.
Zjjndo dezo verordening aangehaald b(j Konink
lijk besluit van don 21sten October 1902, No. 25.
En is hiervan afkondiging geschied waar het
behoort, den 7den November 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
II. C. JUTA, Weth., loco-Burg.
VAN HEYST, Secretaris.
De Burgemeester en Wethouders van Leiden
doen te welen, dat door den Raad dier gemeente
in zjjne vergadering ysd den 2den September 1902,
is vastgesteld de volgende verordening:
VERORDENING,
regelende de heffing van schoolgeld aan de open
bare herhalingsscholen le Leiden.
Art. 1.
Ter tegemoetkoming in do kosten van het
herhalingsonderwys wordt, behoudeu.s do na te
noemen uitzondering, voor iederen leerling, dio
dit onderwijs geniet, een schoolgeld geheven.
Art. 2.
Hot schoolgeld bedraagt 20 oents per maand.
Voor kinderen van miovermogonden wordt
echter 6lechts een vierde gedeelto van het school
geld; voor kinderen van bedeelden en van hen,
die, schoon niet bedeold, onvermogend zijn, geen
schoolgeld geheven
Art 8.
Burgemeosler en Wethouders beslissen wie tot
do minvermogenden gerekend worden en wie,
óchoon niet bedeeld, onvermogend zjjn.
Art. 4.
Het sohoolgeld is verschuldigd door do oudera
of verzorgers van do loerhngen. Leerlingen voor
wio liet verschuldigde schoolgeld niet is voldaan,
worden tot de school niet toegelaten.
Ait. 5.
Het schoolgeld is over elke ingetreden maand
ton volle versohuldigd, ook al heeft de leerling
het onderwijs over dien geheolon tijd niet-genoten.
Bij tupschentydsch verlaten van do school wordt
geen teruggavo toegestaan.
I)e ouders of verzorgers zijn verplicht om,
wanneer zij hun kindoren of pupillen van do school
wenscben te nemen daarvan ten minste 8 dagen
vóór den aanvang van do volgende maand schrif
telijk kennis te geven aan het hoofd der school,
bjj gebreke waarvan ook het schoolgeld voor de
volgende maand verschuldigd is.
Art. 6.
Deze verordening treodt in werking op den
lsten October 1902.
Vastgesteld door den Gemeenteraad van Leiden,
in zyne openbare vergadciing van den 2den
Septembor 1902.
De Burgemeester,
H. C. JUTA,
Weth loc.-Buigemeester.
VAN HEYST,
Secretaris.
Zjjnde de beffiug dezer belasting goedgekeurd
bij Koninklijk besluit vau den 21sten October
1902 No. 25, waarbfi tevens is aangehaald de
verordening, rogoloudo de invordering dier be
lasting van don 2den September 1902.
En is hiervan afkondiging geschied waar het
behoort, den 7den November 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
H. C. JUTA, Wetli., loc-Burg.
VAN HEYST, Secretaris.
Staatsbegr-ooting voor 1903.
Binnenlandsche Zaken.
Voorloopig Verslag der Tweede Kamer.
Pensionneering gemeente-ambtenaren.
Ia de Memorie van Antwoord, der loopen-
de begrooting werd door den minister me
degedeeld, dat hij den uitslag wenschte af
te wachten van het door do Vereeniging
voor gemeentebelangen" ingestelde onder
zoek naar het geldelijke belang, dat bij een
algemeeno pensionneering van gemeente
ambtenaren en hun weduwen en weezen is
betrokken, ten einde daarna te overwegen in
hoever or tonnen rijn, om van rijkswege de
totstandkoming dier pensionneering op de
oen of andero wijze te bevorderen. Gaarne
vernam men, of 's ministers overweging ten
deze reeds tot een resultaat heeft geleid, en,
zoo ja, tot welk.
Banken-van Leening.
To vorigen jare werd in de Memorie van
Antwoord modegedcold dat het reeds opge
maakte wetsontwerp betreffende de Banken
van Leening nog niet rijp was voor indie
ning, maar dat de minister aan dit belang
rijk onderwe rp gaarne zijn aandacht zou
wijdon. Hoo staat het thans met deze aan
gelegenheid, zoo vroeg men.
Levensverzekeringmaatschappijen
Onder herinnering dat van de zijde der
Kamor reeds herhaaldelijk op wettelijke re
geling van het toezicht op levensverzekering-
Aiaatschappijen en begrafenisfondsen is aan
gedrongen, werd de wensch te kennen gege
ven dat thans eindelijk tot. do indiening van
een wetsontwerp tor voorziening in deze be
langrijke aangologonheid worde overgegaan.
Bestrijding tuberculose
Door vele leden werd met nadruk gewezen
op de hoogo noodzakelijkheid, de tering als
volksziekte krachtig te bestrijden. Langza
merhand wordt men overtuigd, zoo werd be
toogd, dat ook hier te lande genezing van
lijders aan tuberculose mogelijk is. Door die
ziekte met ernst te bekampen zou veel el-
lcndo verzacht en tevens de volkswelvaart
aanmerkelijk verhoogd kunnen worden. Het
Rijk vorlecno dus, in navolging van hetgeen
elders reeds geschiedt, krachligen steun aan
opgerichto of op te richten sanatoria, ob
servatie-stations en andere dergelijke in
richtingen.
Uitvoering IFoningwet.
Vele leden betwijfelden of door het kon.
besluit van 28 Juli 1902 wel in alle opzich
ten een regeling is getroffen in den geest,
waarin de Woningwet is gesteld. Met aan
drang gaven zij den wensch te kennen, dat
oen wijziging van dat besluit alsnog door de
regeering in overweging worde genomen.
Bedenkingen waaronder ook een paar
bezwaren meer van praelischen aard wer
den van deze zijde tegen verschillende arti
kelen van het besluit ingebracht
IÖ'j nkz iji n igeinvet.
Door sommige leden werd de vraag go-
daan of niet do wet van 27 April 1884 tot
regeling van het staatstoezicht op krankzin
nigen behoort tc "worden gewijzigd, nu zich
telkens de gevallen voordoen, waarin perso
nen krankzinnig worden verklaard, die la
ter blijken niet dit te zijn.
Naar aanleiding hiervan werd van andoro
zijde de nveoning geuit, dat het voorkomen
van gevallen als bovenbedoeld voornamelijk
hieraan to wijten is, dat door de geneeskun
digen niet altijd wordt nageleefd de bepa
ling van art. 16 van genoemde wet, krach
tens welke zij in de in dat artikel bedoelde
verklaring do redenen behooren op te goven,
op grond waarvan zij opneming in een ge
sticht noodzakelijk achten.
K ra uk zin n igen verpleging.
Van verschillende zijden werd de aandacht
gevestigd op do in den jongstcn tijd bekend
geworden klacluten over do verpleging in de
krankzinnigengestichten. Ook al nam men
in aanmerking dat de mcdcdeclingen van ge
wezen verpleegden niet altijd betrouwbaar
zijn, toch achtte men n nauwgezet onder
zoek alleszins gowenscii
Gevraagd werd of niet do terreinen, be-
hoorendo tot gestichten waar krankzinnigen
worden verpleegd, onttrokken kunnen wor
den aan het toezicht van de jachtopzieners.
FEUILLETON.
8)
,,En u bont een echte luiaard."
Werkel; kon men zich niets lastigers voor
wielrijder:- denken dau dozen zandigen, hob
bel igen, steeds stijgenden weg, met zijn vele
boomwortels en andere oneffenheden. Spoe
dig sprongen zij beiden af cn w'ngen naast
hun rijwielen loopen.
„Wat wordt men daar vreeselijn warm
van," zo:de Sascha.
„Daar houd ik van. Warm worden door
inspanning is gezond. Wat tracht ik niet
dikwijls lichamelijk moede Lo worden. Ik
schuier meer dan eens voor mijn hospita de
kamers, alleen om dat heerlijke gevoel van
moeheid te verkrijgen," vertelde Mircttc."
„Ken mooie bezigheid voor een artiste.
Dat kunt u ook door hardloopen verkrijgen.'
„O, lang niet zoo. Schuier u maar eens een
kamer."
Hij lachte. „Ik geloof, dat u, eenmaal ge
trouwd zijnde, uw gehoorzamen echtgenoot
tot allo mogelijke krachtsinspanningen zult
dwingen."
„Een zegen, dat die ongelukkige nooit zal
beslaan. Daar zijn wij, waar wij wezen moo-
ten."
Zij hadden Mi re tie's lievelingsplaatsje be
reikt. Men had hier een mooi vergezicht
over groene weiden en bosschcn, een echt
Noord-Duitsch landschap zonder in het oog-
loopendo contrasten, zonder wilde roman
tiek, niet schilde:'achtig schoon, maar toch
door fijne kleurenpracht overgoten.
„O, wat ccn heerlijk vergezicht!" riep Mi-
rettc, zich op het bruine mos neervlijend en
terwijl zij haar matrozenhoed afzette, zoodat
do wind vrij door haar donkerblond kroes
haar spelen kon.
Sascha ging naast haar zitten.
Eu Mirette zag hem verrukt aan.
„Weet u, hoe u mij aanziet?" vroeg hij;
„alsof ik u goed beviel.
„Dat doet u ook", antwoordde Mirette
onbevangen, „zooals nu uw hoofd verlicht
is, prachtig zeg ik u. Wat jammer, dat ik
nu niet schilderen kan cn dit wondervolle
goudlicht vasthouden."
Hij vond het heel aangenaam z j met ccn
kunstenaarsoog beschouwd 05 worden, als
drager van het licht.
„Waarom zei de u daar straks, dat uw
echtgenoot nooit zou bestaan?" vroeg hij, het
vorige gesprek weder opvattend.
„Omdat ik hem zou beklagen. Daartoe
dien ijr niet"
„U niet? U bont voor een gelukaig huwe
lijk geschapen."
„O neen. Ik zou don armen korel bekla-
gen. Ik behandel iedereen, van wicn ik niet
houd, afschuwelijk. En ix zou hem al zeker
niet kunnen uitstaan, omdat ik verplicht
zou zijn hem te beminnen. O neen mijn ge-
heelc ziel verzet cr zich reeds tegen, wan
neer ik iemand de hand streelen moet, wan
neer ik or op dat oogenblik geen zin in hob."
Hij lachte. „Ja, dan is het toch maar bo
ter. dat u juffrouw Lentz blijft."
..Tot nu toe heeft niemand mij ook een
naamsverandering voorgesteld," bekende zij
eerlijk.
„U hebt toch zeker in München onder
de jonge kunstenaars wel verscheiden goede
vrienden?" vroeg hij.
De verschijning van deze personen heeft op
do patiënten, die zich in dc open lucht op
houden, niet zelden een ongunstige werking.
Centraal bureau voor dc statistiek
Dc snelle rijzing van de uitgaven voor het
Centraal bureau voor do statistiek had do
aandacht getrokken ©n door verschillendo
leden werd tegen de hoogo raming van deze
beido posten bedenking geopperd, omdat het
nut van de uitvoerige bewerking van ver
schillend© statistieken, huns inziens, niet
evenredig is aan de steeds toenemende kos
ten, aan dien arbeid verbonden.
Verscheidene andero leden achtten nauw
keurige statistische cijfers op verschillend
gebied juist van zeer groot nut, niet het
minst voor den wetgever, die aan dc statisti
sche cijfers waardevolle gegevens kan ont-
leencn voor zijn wetgevonden arbeid.
Onder verwijzing naar het te vorigen jare
in het Voorloopig Verslag ter zake opge
merkte, werd andermaal van vorschillendo
zijden met aandrang do wenscholijkheid be
pleit, dat Nederland spoedig het voorbeeld
volgo van do omringend© landen en een be-
drijfstelling doe houden.
Vak- en handelsonderwijs.
Do Troonrede spreekt alleen van hoogor
önmiddolbaar vakonderwijs. Wat denkt
do regeering echter to doen voor bet lager
vakonderwijs, zoo werd gevraagd. Dit be
staat wel, doch is ongeregeld. Is de regee
ring niet van oordeel, dat ook voor dat on
derwijs regeling noodig is? En heeft zij het
voornemen ook hot handelsonderwijs hoo
gor, middelbaar cn lager te organiseerden
Of is do bedoeling dat een en ander zal wor
den voorboreid door de staatscommissio?
Gymnasium te s-Gravenhage
Hetzelfdo gebouw, hoewel in vole jaren
niet vergroot, herbergt nog altijd het gym
nasium in Den Haag. Officieel schijnt do
behoefte aan meer localiteit nog niet er
kend. Gevraagd werd om een opgave van hot
aantal leerlingen op dat gymnasium in elk
van do jaren 1881, 1891 en 1901.
Uitbreiding getal hoogere burgerscholen
's Ministers standpunt, dat, hangende het
voornemen tot reorganisatie van het middel
baar onderwijs geen uitbreiding behoort to
worden gegeven aan het getal rijks hoogoro
burgerscholen vond bestrijding bij verschil
lende leden, die wijzende op den toenemen-
den aandrang tot het oprichten van hoogere
burgerscholen en do daaruit blijkende ver
meerderend© behoefte aan het onderwijs dat
op die scholen wordt verstrekt, van oordeel
waren, dat dio behoefte niot onvervuld mag
worden gelaten.
Verscheidene andere^ lqdcn konden zich
met 'a ministers zienswijze Volkomen vereeni-
gen. Ook hun kwam het voor dat, waar een
reorganisatie van het onderwijs in zijn go-
hcelen omvang in een waarschijnlijk niet ver
verschiet ligt en met grond betwijfeld mag
worden of do hoogere burgerscholen met be
houd van haar tegenwoordig karakter in de
nieuwe organisatie zullen passen, uitbrei
ding van het getal dier scholen nog op dit
oogenblik, allerminst gemotiveerd zou zijn
IlcgcJing van hel teel. wh onderwijs.
's Ministers voornomen om do regeling van
het technisch onderwijs, waarvan het hoogo
behang word erkond, krachtig ter hand te
nomen, was vrij algemeen met wanne in
stemming begroet c-n de indiening van eon
wetsontwerp tot wijziging van het karakter
dor Polytechnische School en van eon na
dere voordracht omtrent een op te richten
Tochnicum ter voorziening in de behoefte
aan middelbaar onderwijs verklaarde men
n-.ct belang telling te gomoot te zien. Intu6-
schen meenden enkelen, dat aan do oprioh-
ting van zoodanige instelling wettelijke
rogcling van laat6tgomold onderwijs zal
moeten voorafgaan, waartegen editor door
zeer velo andoren werd opgemerkt, dat het
in dc wet vastleggen van hot middelbaar
technisch onderwijs op d: in de Memorie
van Toelichting aangevoerde gronden geen
aanbeveling verdient.
Sommige leden waren van gevoelen, dat
in do Memorie van Toelichting te weinig
rekening wordt gehouden met hetgeen voor
do opleiding op technisch gobied hier tc
lande, al is het dan op bescheiden schaal,
reeds is tot stand gebracht, terwijl dat
Zij knikte. „Zeker, voornamelijk twee.
Die zouden voor mij door het vuur gaan en
ik voor hen. Ton cersto Karei Birkhubcr en
ton tweede Frits Schadel, bijgenaamd do
bloeddorstige. Van hem hebt u misscuicn wel
eens gehoord? Neen? Een schilderij van
hom, „Geamputeerd," heeft op dc laatste
tentoonstelling sensatie gemaakt. Frits is na
melijk historie- cn genre-schilder en heeft
een voorliefde voor het gruwelijke. Tei-echt-
stelling, foltering, operatietafel. Bloed en
verschrikkingen, dan is hij in zijn element
Overigons een fidccle kerel, Thüringcr van
geboort<f, goedhartig en gul tot in het dwa
ze toe. De andore daarentegen, Birkhubcr, is
geheel anders. Nog niet bekend, kan hij ook
in het geheel geen reclame maken, zegt al
lerlei grofheden tegen invloedrijke perso
nen en bekommert zich niets" om don smaak
der groot© menigte. Maar daarbij schildert
hij landschappen, kostelijk. Zonnestralen
heeft hij in zijn penseelArme drommel,
hij heeft, al heelwat beleefd, zelfs drie jaar
gezeten."
„Wat? In do gevangenis?"
„Ja, in do gevangenis," antwoordde zij,
alsof het de natuurlijkste zaak der wereld
was, met ontslagen gevangenen te verkeeren,
„wegens mishandeling met doodelijken af
loop."
„Hrnl U hebt geen vroolijke vrienden,
juffrouw Mirette; de een schildert gruwel
daden, de ander voert ze in werkelijkheid
uit. Wien heeft dan de zonnescbilder om het
leven gebracht?"
„Een gemeene journalist, redacteur van
het een of ander blaadje, die hem vijandig
gezind was en die een schandelijk stuk over
hem geschreven had, waarin hij ook zijn fa
milieleven bekladde; Bdrkhubor was toon
staatsstuk, huns inziens, mod© ton onrecht©
zwijgt van wat te onzent werd verricht om
een betere inrichting van het technisch on
derwijs voor t© bereiden.
Do vraag of in do bestaande behoofto door
een inrichting, gelijk die in de Mcmorio
van Toelichting in grove trokken wordt ge
schetst, op de best© wijze wordt voorzie i,
wensch t© men uit don aard dor zaak t© laten
rusten, totdat een nader voorstel ten aan
zien van zoodanige instelling door de re
geering zal zijn ingediend. Wij wilden veel
leden reeds nu verklaren, dat zij met de op
richting van een Tochnicum in beginsel zich
konden voreenigen. Daarentegen meenden
sommige anderoD, waar zooveol afhangt van
vorm en inrichting der in hot leven to roe
pon school, van zoodanigo betuiging van
instemming zich vooralsnog tc moeten ont
houden.
Sommigen stelden er prijs op t© vorne-
mon of een indeeling van het technisch on
derwijs in lager, middelbaar en hooger, ook
in andero landen wordt aangetroffen, ©n
zoo ja, waar.
Eonigon betwijfelden, of indien men zich
beperkt tot één inriohting als liierbcdocJd,
do verschillende onderdeel on van het vakon-
dorwijs wel voldoende tot hun recht zullen
komen. Op dit punt zouden zij gaarne roods
nu iets naders omtront 'a ministers denk
beelden vornomen.
Voorts waren er loden, die de vrees uit
spraken, dat dit Tochnioum na n
vreemd model zal worden ingericht, zooals
indortijd ook mot de hoogere burgerscholen
is goschiod. Mooht hun vrees worden be
waarheid, dan zal, zij twijfelden or niot aan,
dctzelfde teleurstelling, die bij do oprichting
van laatstgenoemd© scholen is ondervonden,
ook nu niot uitblijven.
De volgende vragen werden gesteld:
I. Bestaan er termen om, zondor ten aan
zien van het- bedoelde Tochnioum zich
verder te binden, bij dozo begrooting golden
too l© staan, dio zullen sbrekkcin om, zooale
hot in do Memorie van Toelichting luidt,
„de plannen in gereedheid t© brengen"!
II Bestaan or termen om nu reeds gel
den toe t© staan om „aan zeer ©nkelo perso
nen, die aan hot Technioiuu zullen moe
ten optreden, een aanstelling t© kunnen ge
ven en lion in de gelegenheid to stollen zich
in hot buitonland op hun toekoinstigen
werkkring voor te bereiden"?
Waarom moeten drie leeraren in hot bui
tonland zich voor hun laak gaan bekwamen
Er zullen or tech ongotwijfeld meer dan
drie aan d© inrichting verbonden worden.
Waarom wordt dc maatregel niet in do eer
st© plaats ten aanzien van don aanstaanden
directeur, toegepast, waartegen, naar som-
miger meoning, in mindere mato bedenking
zou bestaan?
Op grond van hot hier aangevoerde ga
ven volan mot aandrang den wensch l© kon
non dat de minister bij zijn aanvraag zich
inderdaad tot de kosten van „voorberei
ding" zou bepalen.
Gelijkstelling/ van openbaar en bijzonder
lager onderwijs
Enkele loden, 'voorstanders van het open
baar onderwijs, verklaarden, mot verwijzing
naar liet besluit-, op het oongrea dor „So
ciaaldemocratische Arbeiderspartij" t© Gro
ningen genomen, tot de overtuiging t© zijn
gekomen, dat het noodzakelijk is, van over
heidswege aan het bijzonder onderwijs den-
zelfden steun to ver leen on, dien hot open
baar onderwijs geniet. De overheid moet,
zoo meenden zij, alle kosten, zoowel yan
het bijzonder als van hot openbaar onder
wijs, voor haar rekening neme®.
Door voorstanders van het eijzonder on
derwijs werd verklaard, dal zij dozo beschou
wingen met. genoegen hadden vernomon. In.
tuarclion zou het, volgons hen, nog do vraag
zijn, of do voorwaarden, waaraan de bijzon
dere scliooi zou moeten voldoen om voor ge
lijke behandeling mot do openbare in aan
merking t© komen, niot zóó zo idcn worden
gestold, dat hét bijzonder onderwijs bij de
erkenning der gelijkheid practisch niet veel
baat vond.
Salarieering der onderwijzers.
Gaarne zou mon vernemen, hoe de mi-
nistor denkt over de t© vorige® jaro door
hom, als Kamerlid, met eenigc anderen
getrouwd met een allerliefst, net vrouwtje.
Nu ja, zij was vroeger model geweest, maar
zeer deugdzaam; niemand kon iote van haar
zeggen. Nu en toen is Birkhubcr natuurlijk
den kerel te lijf gegaan en heeft licm af
geranseld. En daar hij nogal erg groot© han
den heeft, is de redacteur op den grond ge
vallen en nimmer meer opgestaan."
Sasoha lachte. „Een zeer eenvoudige zaak.
En nu tracht u hem met zijn gebroken loven
t© troosten?"
„O, wat do ondergane straf betreft, daar
voor heeft hij geen troost noodig. Niemand
beschouwt hem er minder om. Maar, helaas,
is zijn vrouw gestorven kort vóór hij vrij
kwam. En dat heeft'hij zich vreeselijk aan
getrokken. Geruimen tijd was hij als versuft.
Maar nu is hij cr overheen. Jammer, u be
oordeelt hem verkeerd, u moest hem leeren
kennen."
„Liever niet ,al6 ik er buiten kan," dacht
Sascha.
Wel een uur lang zaten zij naast elkaar op
het bruinachtige mos; nu eens druk pratend,
dan weer stil het vriendelijke avondland
schap beschouwend.
Toen bemerkte Mircttc, dat de zon reeds
onderging, en. stelde voor terug t© keuren.
Nu evenwel meende Sascha, dat zij nog
lang niet genoeg bewoging hadden gehad cn
stelde voor langs een omweg naar huis te rij
den.
Miretto vond het goed. En zij reden verder,
zonder aan terugkeeren te denken.
Opeens zagen zij in de verte een heer en
dame t© paard: Excellentie Gruthenau en
Marielise. Sascha wilde hen ontwijken, maar
Mirette schudde het hoofd. „Neen, Marieli
se heeft ons reeds herkend. Wij kunnen niet
uit den weg gaan." En spoedig hadden zij
voorgestelde motie, waarbij do won^ohelijk'-
heid word uitgesproken van aalarieerin#
van openbare on bij zonde ro onderwijzers uit
's Rijke kas.
Do rechtbank t© Amsterdam is er aan go-
woon, zoo nu en dan een jongen visscherruan
of boor uit Huizon in do bank der beschul
digden t© zion verschijnen wogensmishande
ling. In den regol goldt het een ruw© vocht-
partij onder jongelui des Zondags, als cr na
kerktijd ccn t© stovigo borrel op is gozet.
Maar gisteren was hot con twintig-jarigo
booronknccht, dio zijn eigen oudou vader op
den grond geworpen, zijn vingers in diens
neusgaten gestoken cn hom hot gelaat met do
nagels opengekrabd had.
En do oanloiding tot dozo leelijke daad was
do verontwaardiging van den vader, toen do
jongen aanmerking meend© to moeten uiakon
op do Zondagsspijs, dio zijn moeder het go-
zin had voorgezet. Het O. M. eischlo gevan
genisstraf voor den tijd van één maand. Do
strafwet behelst con bijzondere bepaling ten
aanzien van mishandeling, begaan nan con
moedor, wotbigen vader, echtgenoot of kind.
Do straf, gestold op hot misdrijf dor mis
handeling, kan in zulk geval met één derde
worden verhoogd.
Do vijf do kamor der zelfde rechtbank licoft
tevens vonnis gewezen in de zaak logon
Kohier, don oud caféchnntanthoudcr (in do
„Rijkshallen", Warmocsstraat), thans pach
ter van hel buffet der psoudo-socicbeit „Ons
Genoegen" aldaar, on Kohier voroordecld
tot zovcn geldboeten van 20 elk. Door den
kantonrechter was 42 dagen hechtenis in
stede van geldboete opgelegd. Do rechtbank
oordceldo echter, dat dc inaatsehappclijko
staat van con schu. igc geen punt van over
weging mag zijn bij d© beoordeeling der
vraag, of al dan niet principale hechtenis
in plaats van geldboete behoort te worden
opgelegd.
Voor do rechtbank aldaar werd ook weder
behandeld do zaak tegen een jongihensch,
die conigo weken geleden con godsdienstoefe
ning van het Leger des Heils in d© Coinrae-
linstraat had verstoord, en welk geding
hodon voor acht dagen werd verdaagd, aan
gezien een getuige, do 22-jarigo officier van
het Logor des Heils Hccres, bezwaar maakt©
en pertinent weigerde do getuigenissen af to
leggen.
Bij do voortzetting van het geding op lie
den had getuige in do gijzeling gelegenheid
gehad over zijn houding na to denken cn
raad to ontvangen. Hij verklaarde zich
thans boroid don cod af t© loggen, waarna
dan ook do officier van justitie ccn geringe
straf wogens vorzet togen de polilio oischlo.
Do adv.-gen. bij den Hoogon llnad jhr.
Rethaan Macaró nam gisteren conclusie iri
do zaak over do vraag of art. 1129 B. W.,
bepalend dat ieder orfgenaam wordt geacht
onmiddellijk bij don dood van den erflater
den oigendom te hebben verkregen van do
goederen, dio hem bij do scheiding zijn toe
bedeeld of dat art., dat ook toepasselijk
is op do scheiding van een huwelijksgemeen
schap, van invloed is op de heffing van het
recht van overgang van onroerende goede
ren als bepaald in do sucoessicwet.
Adv.-gen. beantwoordde met het iu eaa-
salio aangevallen vouniB der rechtbank l©
Maastricht cn mot hot bestuur dor registra
tie dio vraag ontkennend.
De overgang der goederen heeft van
rechlswcgo ploata bij don dood dea erf laten»
de belasting is verschuldigd zoodra do goe
deren wisselen van eigenaar; dien overgang
van rochtswcgü op het oogenblik van over
lijden heeft do öucocssiewet willen treffen.
En nu wordt daarin geen verandering ge
bracht door een latere scheiding der gocdo-
ren. Ook al zijn bij dc scheiding der huwe
lijksgemeenschap do onroerend© goederen
aan do vrouw toebedeeld, dit neemt niet
weg dat zij van hot oogenblik van het over
lijden af tot de scheiding do oigendom wa
ren der gezamenlijke erfgenamen, welk be
ginsel ook aan voormeld art. 1129 B. W. ton
grondslag ligt. Do conclusie luidt mitsdien
tot verwerping van het cassatieberoep.
Uitspraak 12 Doc. a. s.
do ruiters ingehaald.
Sascha sprong af cn ging naast l^ariclisc
loopen, terwijl do generaal met Mirette
praatte.
Marielise voelde zich ccnig:,/ins gokrenkt,
doordat do assessor nooit nicer met haar en
haar vader rijden ging. „Vroeger vondt u
het wielrijdcn altijd goed voor winkelbe
dienden, en nu krijgt uw Laki stijve bcencn,
omdat u iedcrcn dagnu, wat is er tocb,
Gudrun
Het paard was opvallend onrustig gewor
denhet wierp den kop achterover, steiger
de cn zijn neusvleugels trilden.
„O, daar komt een trein. Ja, dat is Gud-
run'8 zwakke zijde."
Zij waren vlak bij ccn spoorwegovergang
Reeds was dc barrière gesloten en mon hóór
de den trein reeds aankomen.
„Ik zou u aanraden liever om t© keeven,"
mecnuc Sascha.
Marielise wilde niet.
„Zij moet er toch aan wennen. Rustig,
Gudrun, rustig!"
Zij trok cl© teugels strak aan cn klopt© liet
paard geruststellend op den slanken, brui
nen hals.
..Wees toch verstandig, Gudrun, cn rus
tig
Opcen6, d© locomotief was vlak bij, stei
gerde het dier zoo vreeselijk. dat het weinig
scheelde, of de geoefende rijdster werd uit
den zadel geworpen.
Sascha greep het paard bij den teugel.
Ook de generaal kwam t© hulp en beiden
trachtten het opgewonden dier tot kalmt©
te brengén.
(Wordt vervolgd.)