LËIDSCH DAGBLAD, DINSDAG 30 SEPTEMBER. - TWEEDE BLAD. Anno 1902 r No. 13068 FEUILLETON. Beorganlsatle-congres der 8.-D. A-ParllJ. Burgerlijke Stand. Wetsontwerp tot aanvulling van art. S der Arbeidswet. j, OEleb haringspeetstersontwerp of de ,,6peet- i.Wet," zooals dr. Soha-epman bovenstaand Ontwerp je verleden weck noemde, komt he lden in de Tweede Kamer in behandeling. [jtHefc bedoelt den arbeid na tien uren j-'s avonds, die volgens de arbeidswet voor vrouwen en voor personen boneden 16 jaar verboden is, ton aanzien van haringspeet- eters gedurende zekere tijden in het jaar, fjdooh nooit later dan twee uur 's nachts, mo gelijk te maken. Waarom deze wijziging? Het speten van de haring is bet aan stok jes rijgen of aan het spit steken van do Visch om haar daarna in de rookerijen to iunnen rooken. Het is een werk, dat blij kens do memorie van toelichting en vooral volgens de memorie van antwoord en hot j bijgevoegde advies van liet College voor de |\Zeevisscherijen, onmiddellijk, nadat de visch ids aangekomen moet gesohieden, daar zij ■anders te slap en te week wordt, om aan '^e spitten to blijven hangen. Middelen, om Slat te voorkomen, bestaan volgens deze des kundigen niet. Nu zou men zeggen, indien ide wet verbiedt de vrouwen dit werk te 'doen verrichten, waarom gebruikt men er dan geen mannen voor, of jongens boven de 116 jaar? Hierin is het betoog van de des kundigen wei wat zwak. Mannen zijn daar voor zoo heet het niet of niet in vol doenden getale beschikbaar. Maar het werk moet geschieden, zoodat dan ook de bepa ling van art. 5 der Arbeidswet ten opzichte van deze werkzaamheid eenvoudig niet is (nageleefd. Inspecteurs van den arbeid heb- 'ben blijkbaar onder goedkeuring van don betrokken minister or de hand mee gelicht. Dat do bepaling aanvankelijk moeilijkho- i'den zou opleveren weid bij het samenstel- \ien van de arbeidswet reeds voorzien, maar (men koesterde toon de verwachting dat het jbedrijf zioh wel naar dc wet zou schikken 'en de bezwaren gaandeweg zouden uitslijten. (Vandaar een overgangsbepaling bij art-. 22, volgens welke de bepaling o.a. voor het .„speten" voor de eerste twee jaren niet zou gelden. Men schijnt zioh ten opzichte van de ha- ringindustrie to hebben vergist, het bedrijf .beeft zich niet aangepast aan de wet, dc Vwot heeft men door de practijk laten ont duiken. Het tegenwoordige wetsontwerp is 'dan ook niets anders dan een wettigen van een practijk" dio thans reeds gedurende 'meer dan tien jaren in strijd met de wet, feitelijk geldt, zooals het in de memorie van antwoord luidt. Sommige Kamerleden Jhebben er over geklaagd, dat de minister ,dit niet reeds in de memorie van toelichting had gezegd en er slechts het allerlaatst mee 'aankwam. Het zou dan zijn het door ctfc •wet bestendigen van een toestand, die on wettig reeds 10 jaren heeft bestaan. Volgens het oordeel van den minister is bet een lichte arbeid, dio het goeUsl vo-n .do vrouw niet ondermijnt, een mce-ning echter, 'die betwist wordt door de tegenstanders van het ontwerp in dc Kamer, die er in het toerloopig verslag op wijzen dat hot- her haald bukken om do visch uit de tobben te rapen op den duur zeer vermoeiend werkt. Bovendien wordt het werk verricht in koude .vochtige lokalen. Dit laatste wordt niet door den minister ontkend, maar de inspec- iteurs van den arbeid hebben hem voorge licht dat do gezondheid der vrouwen daar onder niet lijdt. Het zal echter de grooto •vraag zijn of nu juist arbeidsinspecteurs" in zulke gevallen als bovoogde beoordeelaars kunnen optreden. De minister had wellicht beter gedaan in doze zaak de Inspecteurs van het Geneeskundig Toezicht te hooren, 'Hun oordeel was meer waard. Indien nu eens door bevoegden word geoordeeld dat door dezen nachtarbeid de gezondheid der betrokken vrouwen zeer in de waagschaal werd gesteld, wat dan? Afgaande op het 'oordeel van do inspecteurs van don arbeid *en op dat van het College voor de Zeevis- Bcherijon, komt moh lot dc overtuiging dat 'doorvoeren van het verbod dat geen vrouwen nachtarbeid mogen verrichten ton opzichte van het speten, de haringindustrie ernstig kou bedreigen, ja, dat dio industrie op dc Zuiderzee er mee zou ten gronde gaan. Zoo zou men eindelijk voor de vraag Graaf iA.lex. 26) Lassow staat in zijn volle lengte voor haar. In zijn zak heeft hij een brief van j Elvire. Trotscker en ongenaakbaarder dan i ooit te voren, staat hij voor haar. ,,In dit geval, barones ,,Wilt gij onmiddellijk naar huis terug keerden, niet waar? Ik zie het u aan." -Hij lacht, maar niet van harte. Vroeger waart gij toch zulk een galant ridder, graaf Lassow." „Tusschen het verleden en het heden is er veel anders geworden, barones; dat weet gij. Ik geloof niet, dat een lang samenzijn van ons, voor ons beidon zeer verkwikkelijk zou zijn. Tussolien ons staat voor eeuwig dit óénc uur, waarin gij mij bedrogen hebt, en dat- is niet uit te wisschen." ,,Dus hebt ge mij toch niet vergeven?" Zij richt zich hoog op en ziet hem vlak aan, („Nu beveel ik u hier te blijven, graaf Las so w-Domst. Eer gij mij geheel veroordeelt, zult gij althans mijn goheele bekentenis aan hooien." Zij blijft voor hem staan, het liohtblauwe gewaad valt iu zware plooien om de slanke •gestalte, do briljanten aan haar hals stralen vuur uit. Een rood schemerlicht heersckt in het. vertrek. Lex Lassow steunt met boide handen op zijn sabel cn ziet haar aan. ,,Gij verwijt mij, dat ik u bedrogon heb," zegt zij met Each te stem, ,,en dat heb ik ook gedaan snaar niet op de wijze zooals gij gelooft. staan: wat geldt hier het meest, de gezond heid van een categorie van vrouwelijke ar beiders of de haringindustrio Een toef moeilijke vraag voorzeker, dook die ten slotte niet- anders dan ten gunste van de volksgezondheid zou mogen worden beslist. Maar van zoo ver reikend© gevolgen zal, meen en wij, een beslissing in een of onderen zin wel niet blijken te zijn. Mocht men tot aanneming der „apeefcwet" overgaan, wat naar wij vermoeden wol zal geschieden, dan zou de minister wel doen, al was het bij wijze van algemeenen maatregel van be stuur, te verhinderen dat vrouwen, die in. zekere omstandigheden verkeeren, voor dezen arbeid worden gebruikt. Voor deze vrouwen lijkt ons een arbeid in een koud en vochtig lokaal, die steeds tot bukken ver plicht, al bijzonder ongeschikt. Concours der Leidsche Scherpschutters-Vereeniging. Zondag j.l. had in Katwijks duinen weder het gewone jaarlijksohe concours der Leidsche Scherpschutters-Vereeniging plaats. Ofschoon er wel wat veel wind rtond, was het overigens prachtig najaarsweer. Er wed gevuurd met go weer M. 95, staan de vrije hand, op afstanden van 160 en 225 meter, terwijl op de personeel© en vrije baan schijf „Scheveningen" en bij den afzonder lijk georganiseerden cerowedstrijd op 225 mo tor schijf „Amsterdam" dienst deed. Van do 26 dcelnemors waren prijswinners Op de personeel© baan: 1st© prijs gr. zilv. med. de lieer F. N. Schaap, met 88 punten; 2do pr. kl. zilv. med. do heer J. Dekker, met 88 punten; 3de pr. kunstvoorwerp de heer H. A. v. d. Berg, met 82 punten; 4de prijs kunstvoorwerp de heer F. F. Fraikin, met 82 punten; 5do prijs kunstvoorwerp de heer J. L. Boer, mot 81, Gdo prijs kunstvoorwerp de heer W. J. Gijsolaar, met 80 punten, bij welke beide laatsten 5 punten voorgift} 7de prijs kunstvoorwerp de heer G. A. van Sermondt. 79 punten. (Allen met een serie van 5 zonder proef schot). Op do vrije baan: lste prijs /6 de heer B. Cramer mot 87 punten; 2do pr. /4.80 de hoer G. A. van Sermondt, met 8-1 punten' 3do prijs /3.60 de heer W. Vos, met 84 pun ten. (Serie van 5). Eerewedstrijd: 1st© prijs verg. zilv. med. de heer J. Dekker met 42 punten; 2de pr. kunstvoorwerp de heer F. F. Fraikin, met 41 punten; 3d© pr. kunstvoorwerp de liser B. Cramer, met 37 punten. (Serie van 5). Vorder werden nog behaald door den heer F. N. Schaap dc rozenprija (zilv. med.) en een verg. zilv. med. (geschenk van den heer W. C. van Royen, cerelid der Ver.) voor den hoogslcn schutter boven de 85 punten. Door den lieer J. F. Fano dc witte rozen- prijs (zilv. med.) Door den heer J. Dekker een luxc^voor- werp voor de meeste gelijke treffers beno vens nog een zilv. med. voor het gemiddeld aa.ufc.al van 20 Rongafc© Barias over da maan den Juni tot en met September mot 1670 punten, dus 83.8 per 6oric. Nog zij hierbij vermeld, dat de heeren B. Cramer, G. A. van Sermondt en O. Fem- eteijn op den laatst gehouden wedstrijd te Rotterdam ieder een bronzen medaille ver wierven op de margabaan, terwijl den heor Cramer voornoemd bovendien nog oen prachtig, met zilvor gomonteord, kunstvoor. werp ten deel viel op de baan voor 6cherp. Ondor gezellig samenzijn der leden met hun dames en genoodigden werden 's avonds in Den Burcht alhier de prijzen door don voorzitter, den heer J. Romanesko, mot ccnigo toepasselijke woorden aan de winners uitgereikt, waarbij do onderafdeeling mu ziek niet weinig tot do feestvreugde bij droeg. Na afloop der prijsuitreiking gaf de mu- ziok, onder leiding van haar enorgiekon di- reoteur, don heer Vink, nog menig nomraer ten beste, terwijl besloten werd met een ge ïmproviseerd bal, waarbij de heer Noest als bekwaam en onvermoeid pianist, geheel wel willend, uitstekende diensten bewees. Zoo behoort ook dezo feestavond weer tot het vorledone, ofschoon do herinnering daaraan zeer zeker ieder lang zal bijblijven, daar er een zeer gezellige on kameraad schappelijke geest onder do aanwezigen hee rechte. Toen ik uw huldigingen duldde, toen ik u boven anderen onderscheidde, toen ik u hoop gaf, toen, graaf Lassow, gaf ik ge hoor aan do inspraak van mijn hart." Lassow trad een paar schreden achteruit, en keek haar verbaasd aan. Een treurig glimlachje vertoonde zich op li aar golaat. ,,Gij zijt verbaasd, niet waar? Dat hadt gij niet venvacht. Gij waart een onverstan dig kind, Alexander; gij dacht, dat uit een eersten hartstocht dadelijk een band voor het leven moest ontstaan; want dat het een voorbijgaande hartstocht was, hebt gij zelf mij gezegd. Ik moest verstandig zijn voor on6 beiden hoe zwaar het mij ook viel. Op dien avond van ons bal hobt gij het mij zeer moeilijk gemaakt, verstandig te blij ven, gij dolle graaf ,,Irmat niet verder I Waarom moest gij dan zoo vreeoelijk verstandig zijn?" Hij laat zijn sabel vallen, on grijpt haar vast. Weer voelt hij de razende smart van die dagen, toen hij haar verloren had, dc woede en do wanhoop, die zich toon van hem meester maakten: en dat all s zou hij tevergeefs geleden hebben. Zij zucht diep en ziet hem aan, en een on uitsprekelijk weemoedige trek komt om haar mond. „Waarom? Ik heb het u reeds eens ge zegd, Alexander, omdat ik te oud voor u ben. Gij zijt maar twee maanden ouder dan ik. Nu is het nog niets, maar tien jaar la ter is mijn schoonheid vorwolkt en zijt gij nog een man, voor wien de geheelc wereld openstaat. Neen, neen, zeg niets, het is zoo. En om u te redden, Lex Lassow, gaf ik Plenz hot jawoord, anders zoudt gij mij toch niet geloofd hebben." „Waarom juist Plenz?" In de Buitensociöteit te Zwolle werd Zondag onder voorzitterschap van den heer H. Polak het reorganisatie-congres der S.-D. A.-P. ge houden. De voorzitter hield by de opening een korte herinnering aan de gebeurtenissen der laatste dagen, speciaal de verkiezing in het district IX te Amsterdam, aanvankeiyk een teleurstelling, maar inderdaad een groote overwinning, waar het stommenaantal is verdubbeld en een actie is ontwikkeld, die haar weerga nog moet vinden. Daarop kwam aan de orde het reorganisatie plan, waarby werd besloten de concept- statuten vnn Amsterdam als leiddraad by de di6cussiön te gebruiken, terwyi het beginsel programma bulten bespreking zou biyven en vastgesteld blyft zooals het is. Na breede dteousslön werden de middelen van actie aldus iu een artikel vastgelegd: a. het deelnemen aan verkiezingen voor alle openbare, besturende en vertegenwoor digende lichamen; b. het bevorderen en steunen der vakorgani satie; c. het bevorderen en steunen der door het Congres aan to wyzen vormen van arbeiders- coöperatie; d. het uitgeven van dag-, week- en andere bladen e. het uitgeven, verspreiden en verkoopen van boeken, brochures en vlugschriften, en het handeldry ven daarin, ook als zy niet door de party uitgegeven zyn; f. het beleggen van openbare, oursu6- en andere vergaderingen, het doen houden van lezingen en voordrachten, benevens het bevor deren der volksontwikkeling met alle daartoe dienstige middelen; g. het richten van verzoek3ohrlften aan ver tegenwoordigende en besturende liohamen h. het gebruik maken van by de Grondwet en by de overige wetten aan de Nederlandsche burgers toegekende rechten. Een stroom van amendementen word ook ingediend op art. 4, regelende de indeoling der party. Na lange en opgewekte besprekin gen werd do vraag of er gewesteiyke federa ties zullen zyn, in toestemmenden zin beant woord. Daarop werd by stemming uitgemaakt, dat de federaties facultatief zullen worden gesteld. Verder werd besloten, dat het Party- bestuur ten allen tyde een buitengewoon Congres kan byeenroepen of een spoedreferen- dum kan ultschryven. Bepaald werd nog, dat behalve de leden der Tweede Kamer ook de gemeenteraads leden en de ledon der Prov. Staten aan contröle onderhevig zyn. Betreffende de geldmiddolen werd door den voorzitter vooraf opgemerkt, dat deze zaak dringend oen betere regeling behoeft. Te veel moet nog op toevallige baten gerekend wor den, terwyi de tering gewooniyk grooter dan de nering is. Besloten werd van de klesvereenigingen, die tot nog toe 12 cents per jaar en por lid botaaldon, ©on oontrlbvitia (g heffen Van 1 OOnfc por week en per lid. By geblekon onmacht zal men evenwel de mogeiyklield openlaten, om dio verhooging geleideiyk toe te passon. Do artikelen, betrekking hebbende op „Het Volk" on andere bladen, die niets nieuws bevatten, werden goedgekeurd. De verdere artikelen van minder belang werden eveneens onveranderd vastgesteld, waarmede de statu ten waren afgehandeld, waarvoor do Kon, goedkeuring zal worden gevraagd. Wegens het vergevorderd uur kon het huls- houdeiyk roglemont niet moor in behandeling komen. Na ongeveer 8 uren te hebben vergaderd sloot de voorzitter tegen zessen de byeen- komst met een krachtige opwekking tot voortdurende propaganda. Reservekader bij het wapen der Genie. Do minister van oorlog brengt in do „Sts.- Ot." ter kennis van belanghebbenden: lo. hot examen van hen, die wenschen te worden toegelaten tot de verbintenis als vrij williger voor het reservekader bij de genie van de 1ste en 2do categorie, in art. 4 van het Koninklijk besluit van 10 Soptember 1902 no. 40 vermeld, zal dit jaar plaats hebben op 11 November a. s. en zoo noodig op oon of meer volgende dagen 2o. in vorbaDd daarmede moet do oanmel- Dat is wel do laatste vraag, die zij ver wacht had. Zij slaat de oogen neer. „Omdat ik van allen, die mij naderden, hom het minst kon uitstaan," brengt zij ein delijk met moeite uit, en op zijn uitroep van vorbazing vervolgt zij: „Een lauw, onver- sokillig gevoel kan in het huwelijk niet be staan; kan men elkander niet liefhebben, dan doet men hot best, elkander te haten." „O Irma, zwijg" I" Hij is nog altijd niet daar, waar zij hem hebben wil. Zijn uitroep drukt eer verba zing, ja ontsteltenis uit, dan liefde en dank. Plotseling grijpt zij zijn handen, cn ziet hem met> vlaanmendo blikken aan. „Het offer, dat ik u bracht, ging bijna mijn krach ten te boven 1 Maar toch bracht ik het u, omdat ik u liefheb." Hij rukt zich los, zijn gelaat is doods bleek. „Gij hadt uw werk de kroon moeten opzetten door uw offer te verzwijgen," zegt hij mot zware stem. „Dat was te veel voor mij; ik kon uw toorn niet langer dragen. Alexander Lassow- Domst, kunt gij mij nu vergeven?" Hij maakt een afwerende beweging, ter wijl hij tegen den muur leunt. „Daarvan kan tusschen ons geen sprake meer zijn." Hij snakt een paar maal naar adem. Doo- delijke stilte heerscht in het vertrek. Inna von Plenz slaat met gebogen hoofd voor hem. „Wat moet dan nu verder gebeuren?" Zij haalt de schouders op. „Niets," ant woordt zij op onderworpen toon. „Niete? Dat is onmogelijk. Sic* hts twee wegen staan ons openof, wij scheiden in dit uur, om elkander nooit weer te zien, of..." Langzaam heft zij het hoofd op; de nixenoogen zien hem aan met een blik, waar- ding voor het examen plaats hebben vóór 21 J October a. s., bij don commandeerenden offi- oior van het korps genietroepen te Utrecht, door het Inzenden van de kennisgeving, in gericht op de wijze als op het bijgevoegde mo del is aangegeven, waarbij door hen die meo- nen aanspraak te kunnen maken op gedeelte lijke vrijstelling van het examen, moeten wor den overgelegd de desbetreffende bewijsstuk ken; 3o. door het inzenden van do kennisgeving, ingericht op de wijze als op het bijgevoegdo model is aangegeven, op hetzelfde tijdstip als onder 2o. vermeld, moeten zij dio meencn aanspraak te kunnen maken op geheele vrij stelling van het examen, eveneens mot over legging der desbetreffende bewijsstukken, daarvan doen blijken; 4o. bij voormelde kennisgevingen moet wor den ovorgelegd een extract uit het register dor geboorten of een ander authentiek stuk, waaruit do leeftijd van den adspirant blijkt; 6o. het meorbedoeldo examen zal worden afgenomen te Utrecht, met dien vorstand©, dat hun die deelnemen aan hot examen vol gens programma B, omschreven in art. 10 van voren vermeld Koninklijk besluit, op daartoe tijdig aan den minister van oorlog gedane aanvrage, kan worden vorgund dit oxamen buiten de standplaats van het korps genietroepen af te leggen, indion ter plaatse waar de adspirant zich aan het examon zou wonsohen te onderwerpen, oen eers taan wij zend-ingenieur der genio gevestigd is; 6o. aan het examen kan ook worden deel genomen door hen die, in het jaar 1885 ge boren zijnde, op den dag of op de een der do>- gen waarop het examon wordt gehouden, don leeftijd vaji 17 jaar nog niet hebben bereikt; 7o. voor wat betroft de eiscben van kennis en bedrevenheid voor do examens vastge steld- do gedeeltelijke of geheele vrijstelling van het examen, hot ondergaan van oon mi litair geneeskundig onderzoek cn verdere in lichtingen, kan men zich wenden tot den voorzitter der examen-commissie, zijnde do tweede hoofdofficier van het korps genie troepen 8o. vestigt er ten slotte de aandacht op, dat ingevolge het bepaalde bij het Koninklijk besluit van 21 Februari 1902 no. 36, do in geschrevene voor de militie voor do lichting van 1903, die zich in 1902 bij het reservekas der heeft verbonden, zoo hij bij de militie moet worden ingelijfd, in zijn vorbintenis bij het reservekador wordt gehandhaafd, mits hij daartoo vóór zijno inlijving deD wonsch kenbaar maakt aan den oommandco- ronden offioier van het korps, met dien ver stande, dat bij de genie vorenbedoelde vor- bintonis zal moeten zijn gesloten vóór 1 De cember 1902. Examen apothekersbediende. Dc minister van binnenlandscho zaken breDgt in de „Sts.-Ct." ter konnis van be langhebbenden, dat in den loop der maan den November cn December e. k. gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen dor examens tor verkrijging van een getuig schrift als apothekersbediende. Zij zullen worden afgenomen te Amster dam op 4 November e.k. en volgende dagen, zoomede te Zwolle op 1 November e. k. en volgende dogen. Zij, die tot gemelde examens wenschen te worden toegelaten, onverschillig waar zij metterwoon gevestigd zijn, worden uilgenoo- digd daarvan vóór 10 October e.k. schrifte lijk opgave te doen. Zij, dio te Amsterdam wenschon geëxami neerd te worden, behooren zich to wenden tot den voorzitter dor Amsterdamse) examen commissie dr. J. P. Dozy, oud-inspecteur voor hot geneeskundig staatstoezicht, te 's-Gravenhage, ©n zij, die Zwolle verkiezen, tot den voorzitter dor Zwolscho oxaincn-com- missio dr. M. W. Pijnappel, hoofdinspecteur van de volksgezondheid te Zwolle, met over legging van con extract uit de registers van den burgerlijken stand, waaruit blijkt dat zij den leeftijd van achttien jaar hebben bereikt. De Boeren-generaals. Do komst van do Boeren-generaals te Brussel is, volgens het „Handclsbl. van Ant werpen", thans definitief vastgesteld op Maandag 6 October. De „Indópendanoe Beige" heeft gemeld, uit zalige verwachting spreekt. „Irmal" Hij weet niet of hij haar in zijn armen genomen heeft, dan wel of zij in een aanval van zwakte tegen hem aan is geval len genoeg, zij rust aan zijn borst, en hij bedekt het sohoono, bleeko gelaat en do schitterende oogon met kussen. Hij hoeft alles om zich heen vergeten, hij weet slechts dit ééne: hij houdt Irma in zijn armon, Irma dio hij bemind heeft, met een woesten, verterenden hartstocht. „Gij boozo, dolle graaf 1" zegt zij en sloot de oogen. „Ja, do) 1 Ik wil dol zijn, ik zal mijn naam eer aan doon! Wij hebben de schepen achter ons verbrand, Irma. Ik neem u achter mij op mijn paard, en rijdt mot u weg, ver weg tot aan het einde dor wereld, en wij laten achter ons, ons verleden, onze herinnering en ons geluk," voegt hij er in zichzelf bij. „Natuurlijk," zegt zij, glimlachend, „daar spreekt weer dc driftige, dolle Lex Lassow. Laten wij n i toch eerst tot rust komen en overleggen." „Neen, ik wil niet overleggen, niet den ken Hij sluit do oogen: hij huivert bij de gedachte aan do toekomst. Nu richt zij zich op, neemt zijn hoofd in beide handen en trekt hem lot zich neer. „Moet ik nu weer verstandig zijn voor ons beiden? Wat is er dan nu anders ge worden? Ik ben toch niet jonger geworden Met een ongeduldige beweging maakt hij zich los. „Dat doet hier niets ter zake 1 Door uw offer hebt gij rechten op mij verkregen, beschik over mij 1" Voor het eerst op dezen avond schittert er een zegevierende blik in haar oogen. Maar onmiddellijk daarop ligt cr weer een weemoe dige itdrukking op haar gelaat. ..Gelooft j dat do Boerengeneraals in do tweede week van October naar Berlijn zullen komen on den Keizer om een onderhoud zullen vragen. Naar aanleiding van dit bericht seinde generaal Do Wot aan de ,,Ind. Beige": „Uw boricht is voorbarig, er is nog niele besloten. Al dezo mededeelingen schaden aan onze zaak. Ik verzoek u niete meer te mol den over do rois naar Duiteohland." Intusschc® wordt uit Berlijn aan dc ,,N. R. O." geseind dat de Keizer Botha, De la Rey en De Wet- stellig zal ontvangen. Uit een liaJf-offioieus borichtjo, waarin gezegd wordt dat deze audiëntie ook den on- goloovigeten zal toonen dat de Duitsche re- goor ing zioh bij haar houding tijdens don oorlog in Zuid-Afrika nooit heeft laten lei den door vijandschap tegen do Boeren, blijkt dat men te Berlijn do gelegenheid graag zou gehruikon, om de ontstemming onder het volk over de bons aan Kruger weg te nomen. Koddig is het tevens to le zen dat do audiëntie in Engeland geen kwaad bloed kan zetten, omdat de Keizer slechts oor zou bewijzen aan Engelecho on derdanen. Een valsche beschuldiging. Ter aanvulling van dc tegenspraak van hot Reu ter-bericht waarin werd me degedeeld, dat Transvaalscho ambtenaren zich zouden hebben schuldig gemaakt aan diefstal van golden uit het Woeskamorfonds dieno, dat uit een informatie bij bevoogde zijde gedaan, is gebleken, dat do bedragen, welke vormist worden, alle zijn uitgogovcn voor hypotheken op do landerijen ©n do goe deren dor burgors. Als hiernaar een onderzoek wordt inge steld. zal zulks blijken. Allo documenten op dozo zaak botrekking hebbendo, berusten te Pretoria. Yan vermissing of diefstal kan in geen enkel opzicht sprake zijn. (N. G.) Oe oproep der Boeren-generaals. In een artikel over den oproep der Boe rengeneraals zegt de Temps": „Dat stuk is onberispelijk, do toon is waar dig zonder pralerij, do taal is fier zonder uitdagend te zijn, en spreekt vurige vader landsliefde uit en toch gcon ontevreden ven- zet. Het was geen gomakkelijko taak om Europa en Amerika to verzoeken te voorzien in do nooden, ontstaan door de verovering der republieken en te smeeken na de woigo- ring door Chamberlain gogovon, zonder do gevoeligheid van do Britscho pers en dc open bare meen ing te kwetsen „Hun laatste stuk goed." Do Volksbond togen drankmisbruik heeft reeds meer dan óén plaat verspreid, dio op pakkende manier wees op hot vorderfelUko van drankmisbruik: men horlnnero zich do bekondo „Ach vader, niet meerl" od andoro. Een nieuwe plaat verscheen dezer dagen op aanstichting van den Volksbond by den ultgovor L. J. Veen to Amsterdam. Hot Is een by do flrma Sonefeldor te Amsterdam ge drukte teekoning van G. van Caspel, geheeton: „Hun laatste stuk goed". Terwyi do man, half versuft door don drank, In do dour staat van do kroeg, brengt do vrouw, dio hom trourig nakykt, oon pak naar do tegenovor liggende Bank-van-Looning. Een zoor good bedaohto on good geteekende plaat, duidelUk voor leder en kwetsend voor niemand. Moge zy indruk maken KATWIJK. Geboron: Leendort, Z. vnn Klaas Ouwohaod en Weintjo Vnrkeviauor. Klaziua, D. van Maarten Rob en Wointje van Duyn. Alio, Z. van lteyn Ros on Alidn don Unas. Maarten, Z, van Jaoob van Duy ven voor de eo Niesje Qoytemnn. Cornelia, D. van Cornelia van Dnyvenvoordo en Engeltje Mesuomakor. Gerrit Jobaonos, Z. van Anton Cornells Leicii on Geoajo Stegeman. Willem, Z. van Cornelia vau Beelen on Niesje Zwaan. Jacob, Z. vnn Willom Zwaan on Agada Guyt. Dirk, vnn Dirk van Duyvenbodo en Arendje Hnrtevold. Hendrik Jobaonos, Z. van Jacobus Moyvogul en Alida van Loouwen. Jacob I'iotor, vnn Hendrik Vooys en Ida van der Wiel. O verled# d: Cornelia Glasbergen 8 m., Z. vau C. Glasbergon en A. Looyestein. Gijaberta Ouweband, 1 j., D. van A. Ouweband en A. v. Duyvenbodo. Gehuwd: Simon Sip jm, ©u Jacubu Ros jd. P. C. Soeloman jm. en M. Carton jd. gij dan, dat ik het offer gebracht zou bob ben, om hot dadelijk weer terug te nemen?" „Dus zien wij elkar.r beden voor liet laatst 1" „O neen, neen 1" „Ik heb u reeds gezegd, dat ona maar tweo wegen open staan, óf zoo, óf..." „Maar nu nog nietl Lox Lassow, bedenk, dat met u ook mijn levenszon ondergaat. Eens moeten wij elkander nog zieu I" Hij strijdt een zwaren strijd. „Waartoe zou dat dienen, Irma? Op ons leven kan hot toch geen invloed hebben, en wij weten bei den, dat het zond© is." Zij antwoordt niot; zij staart voor zicbi uit, haar oogen vullen zich met tranen. „Gij zijt hard I" Nu grijpt hij haar hand. „Weon niot, Ir ma, ik wil niot hard zijn. Juist gij hebt het' recht mij anders te zien Zeg mij dnn wan neer ik komen zal, voor het laatst Zij leunt met het hoofd tegen zijn schou-» der, ©n denkt na „Maandagmiddag oio vier uur ia hot jachthuisje." „Neen, geen heimelijk rendez-vous. Laak mij hier komen." „Als gast van mijn man?" Een donkore bloa bedekt zijn gelaat: „O, Irma, Irma, wat hebt gij van mij gemaakt?" Eensklaps schijnt de grond hem onder d» voeten te branden, iiij gunt zich nauwelijks den tijd haar vaarwel te zeggen. t

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 5