Wekeiyksche Kalender.
v
Stofgoud.
Raadgeving;.
ALLERLEI.
Rebus.
tuigt wel van den practischen zin onzer
admiraliteit»
Is er iets vreemds in, ae waarde van men
ie Jielijko lichaamsdeelen te taxeeron, er
Ipreekt toch uit een en ander zorg, die waar
deering verdient.
En nu volge het plan van uitkeering,
zooals het ten jarc 1653 door onze marine
was aangenomen:
Ordre en Lijst aengaende de Bcloninge der
Verrninckten
1. Voor 't verlies van beide d'oogen 1060
guld., 13 stuiv. en 4 penn.één oog 240 guld.
2. Voor 't verlies van beide d'armen 1066
guld., 13 stuiv. en 4 penn.den rechterarm
833 guld., 6 stuiv. on 8 penn.don linker
arm 266 guld., 13 stuiv. en 4 penn.
3. Voor 't verlies van beide de handen
933 guld-, 6 stuiv. en 8 penn.; de rechter
handt 206 guld., 13 stuiv. en 4 penn.; lin
kerhand 240 guld.
4. Voor 't verlies van beide de beencn
533 guld., 6 stuiv. en 8 penn.; één been 240
guld.
6. Voor 't vorlies van beide do voeten 333
guld., 6 stuiv. cn 8 penn.één voet 160 guld.
,,Endo voor andere verminkthoden om
trent de gemelde leden ledematen soudo
yeder iet genieten, tor besoheidenhoit van do
Collegicn ter Admiraliteit."
Ook werd beloofd ,,dat anderssins den ver
rninckten een Rijxsd-u-lder 's weeks tot hun
onderhoudt soudo loegheloit worden."
Den lVdcai Maart 1666 werd bij Placoat
van H. H. Mogenden een nieuwo lijst van
belooning vastgesteld voor hen, die in
's lands dienst verminkt mochten worden.
Zij is van den volgenden inhoud:
1. Voor het vorlies van beide oogen 1600;
éón oog 350.
2. Voor het vorlies van beide armen 1500;
den rechterarm f 460don linkerarm 360.
3. Voor hot vorlies van beide handen
1200do rcoi orhand 360de linkerhand
1300.
4. Voor heb verlies van boido beencn 700;
één been /350.
5. Voor hot vorlies van boido voeten /450;
éón voet 200.
De wascli van een keizerlijke huishouding.
Over dit onderwerp, waarin zeker velen
van onze lezeressen belang zullen stellen, von
den we een beschrijving, waaraan het vol
gende ontleend ul
Sedert keizer Wilhelm II in zijn slot aan
do Sprco resideert, zijn daar twee linnenka
mers ingericht, waarvan do ceno zich in de
nabijhoid van do vertrekken van het keizer
lijk paar bovindt, terwijl de andere, die al
leen do wasch voor offioieel gebruik uevat,
op een afstand gelegen is.
Do lijfwasch van do keizerin staat onmid
dellijk onder do hoede van do vrouw van de
-sardcrobo. Daar zijn voorwerpen van het
aJjnsto linnen, van het mooiste batist en do
jachtste zijde met echte kant of handborduur-
8cl; eenvoudigo wollen onderrokken met zij
de, lanquettes, welko do keizerin gewoon is
to dragen, ovenals do prachtigste kanten on
derrokken; onderlijfjes van kostbare bewer
king met kant in incrustaties zoowel als een
voudiger zakon van dagelijksch gebruik. Do
aparte stukken worden do kamenior gegeven,
dio tegenwoordig is bij het toilet der kei
zerin. Is er aan een kleedingstuk ook het ge
ringste niet dn orde, dan wordt het niet
ïnccr gebruikt.
Bij het aanschaffen beslist do smaak der
keizerin, wie men monsters voorlegt. De hof
leverancier worden betaald door do inten
dance dor hofhouding.
Het waschgocd der koizorin is gemerkt met
haar initialen en de kroon. Een linnenbo-
tvaarstor en een holpstor besturen do wasch
voor do huishouding. Het tafelgoed wordt
door den bewaarder van het zilver gekozen
en door de linnenbewaarstor uitgegeven. Al
les is natuurlijk zoodanig ingoricht, dat men
gemakkelijk een overzicht kan krijgen.
lederen dag wordt schoon tafellinnen ge
bruikt. Herstelde voorwerpen verhuizen eerst
naar de maarschalksbafol, of als dc hor-
stclling wat al tc duidelijk zichtbaar is, da
len zij nog vorder af.
Over het bedlinnen en dc handdoeken, die
eveneens dagelijks verwisseld worden, gaat dc
„Kastellanin". Dc groote linnenkamer bevat
do wasch, die gebruikt wordt wanneer er
vreemde gasten of groote feesten zijn.
In beide linnenkamers zijn stof- en vaat
doeken voorhanden, die hier en daar ver-
sproid moeten worden. Dc wasch der huis
houding is gemerkt met een W cn do kroon.
Gewoonlijk behoort tot het uitzet van een
vorstelijko bruid slecht9 het lijfgoed. Zij
trouwt toch het meest in Rct land van haar
gemaal en vindt daar steeds een ingericht
huishouden, in andere govallen krijgen zo
lijfgoed zoowel als alle andoro benoodigdo za
ken mee.
In Duitschlond heeft elk slot een linnenka
mer. Bezoekt het keizerpaar Kassei, Wicsba-
den, Kónigsbcrg, enz dan wordt alleen het
lijfgoed daarheen medegenomen. Anders ech
ter is het, wanneer er, zooals in do jachthui
zen te Romintcn cn Cadinen, geen eigenlijke
huishouding is. Dan worden de noodige bed-
dclakens, do handdoeken, tafellinnen, enz. in
grooto kisten gepakt en vooruit daarheen
gezonden. Do goheelc wasch dor keizerlijko
familie wordt in Potsdam gewasschen. Daar
staat een groot waschhuis, voorzien van allo
uitvindingon, die moderne techniek op dit
gebied heeft gedaan, waarheen dag in dag
uit de wasch wordt gezonden. Geheel klaar
keert ze naar Berlijn, naar het „Neue Pa
lais" terug, wordt daar door de linnenbo-
waarstor weder in or.tvangst genomen en in
de kasten gerangschikt.
In het paleis van keizer Wilhelm I is nog
steeds dezelfde linnenbewaarster, die ook tij
dens het leven van dien keizer, het toezicht
op de linnenkast had, daar zoodra de groot
hertogin van Baden in Berlijn vertoeft, die
dan de kamers bewoont, welke zij vroeger,
toen zij nog ongehuwd was, ook reeds in het
keizerlijk paleis bewoonde, er een huishou
ding wordt bestuurd. Ook deze wasch wordt
in het evengenoemdo waschhuis in Potsdam
gewasschen.
De lintjes voor het opbinden van het trous-
seaugoed van «en vorstelijke bruid worden
steeds in do lievelingskleuren van dc betref
fende prinses gekozen.
Elk stuk in do lijfwasch is natuurlijk in
meerdere dozijnen aanwezig, al is het dan
ook niet altijd bij 12 dozijnen, zooals keizer
Alexander II van Rusland zijn eenige doch
ter meegaf bij haar huwelijk met hertog Al
fred van Edinburgh, later hertog van Sak
senKobu rg—Gotha.
OE SLAAPZIEKTE.
Blijkens een schrijven van den Neder-
landschen missionaris fatheT Eerstens uit
Oesoga (Midden-Airika) in do Annalen
van het Missiehuis te Roosendaal" schijnt
daar in do binnenlanden van heb Zwarte
Werelddeel do slaapziekte min of meer epi
demisch to heerechen.
Hot is een der meest gevreesde ziekten,
schrijft genoemde missionaris. Personen,
hierdoor aangetast, voelen een voortdurende
slaporigheid en dommelen gedurig in, on
verschillig ïvfiar zij ook medo bezig zijn.
Hun krachten nemen gestadig af, en geen
geneesmiddel is in staat dezo vrceselijke
ziekto tegen to gaande dood is onvermijde
lijk. Bovendien is die kwaal org besmette
lijk, waarom de zieke dan ook door een ieder
wordt geschuwd en vermeden. Heidenen la
ten dezulken aan hun lot over en jagen hen
weg van hun woningen, bevreesd, dat de
ziekte ook op hon zal overgaan. Nergens vin
don zij opname cn dikwijls moeten zij van
gebrek cn ellende langs de wegen of in het
lange gras omkomen. Hebben de Christenen
zulk een zieke in hun familio, dan bouwen
zij hem een hutje op eenigen afstand van het
huis, waar hij alleen zijn treurig bestaan
voortzet zonder dat iemand hem durft na-
doren. Een medelijdend bloedverwant legt
dagelijks op eenigen afstand ccn weinig
voedsel neer.
Om vreemdelingen geeft men in 'b geheel
niet, bevreesd als zij zijn, dat dezen hun
die gevreesde ziekte zullen aanbrengen.
Reeds meerdere gevallen hebben wij hier in
de missie gehad. Niets anders kunnen wij
voor die lqdors doen dan hun een hutje bou
wen cn toezien, dat zij geen gebrek lijden.
Bij sommigen komt dc dood spoedig; velen
sterven plotseling terwijl men hen nog
krachtig waant; zij vallen dikwijls in een
bezwijming, waaruit ze niet meer ontwaken.
Anderen hebben een langdurig lijden en
Bterven langzamerhandtorwij 1 het niet zel
den gebeurt, dat ze vier vijf dagen als
1 ovenloos liggen vóór zo den geest geven.
Gevallen van schijndood komen onder hen
natuurlijk veelvuldig voor. Een vrouw hier
had ook dio ziekte, en op een namiddag
komt men mij boodschappen, dat zo overle
den was. Do begrafenis geschiedt hier ge
woonlijk zoo spoedig mogelijk en meestal nog
op den sterfdag, hetgeen volstrekt noodza-
kelijk is wegens het heetc klimaat en do
spoedige ontbinding van het lichaam. Ook
haar wildo men nog dienzelfdcn dag ter
aardo bestellen,dooh er waren geen mannon
genoeg bij do hand om nog vóór den avond
het graf gereed bo hebben. Do begrafenis
werd dan tot den volgenden morgen uitge
steld. 's Morgens vroeg ik of men nu met
het graf bezig was, doch ik kreeg ten ant
woord, dat het niet noodig was, daar do
doodo verrezen was. Dc vrouw, dio men
'8 avonds dood had verklaard, vond men
's morgens levend terug. In den namiddag
echter van dien dag stierf zij wezenlijk.
Een paar weken goleden zette een zieke
vrouw zich op het plein voor de missie ne
der; zij was door do slaapziekte aangetast
en zeido, dat zij door haar familie en ken
nissen was verdroven. Ze had reeds drie of
vior dagen rondgedwaald en was hier te
recht gekomon. In de buurt had ze wat a
gevraagd cn had zich vermoeid voor een
woning nedergezet, doch do verharde bewo
ners hadden haar met stokslagen
woggejaagd, zoodat zc hior vol pijn on
ellende aankwam. Ik behoof niet te zeggen,
dab ik hot arme schepsel niet koiï wegzen
den, hoc moeilijk het geval or- was. Ieder
een was bevreesd haar te naderen öm zelf
niet aangetast te worden. Hier kort bij mij
was echter nog een jonge vrouw met dezelfde
ziekte onder do leden; deze gelastte ik do
aangekomene bij zich te nomen, dan kondon
zij samen haar leed deelon, dooh deze wei
gerde kortaf. Zo gaf voor met zulk een
zioke niet to durven loven; zoodanig zijn ze
bevreesd. Doch na wat mooi praten en over
reding stemde zij or in too haar op te ne
men. Beide vrouwen stemden er in boe ge
doopt te worden, en de laatst aangekomene
bezweek na een pa-a dagen, en ook de eerste
aal het niet lang meer uithouden.
Slechts kort geleden ia deze vreeaelijke
ziekte hier in het land gekomen. Zij ia wel
bekend aan de Westkust van Afrika. Geen
medicijnen schijnen in staat die kwaal tegen
te gaan. Do oorzaak der ziekte ligt waar
schijnlijk in hot drinkwater, want in bijna
ieder geval van slaapziekte wordt in het
bloed der zieken een bijzondere vorm gevon
den, namlijk de „Filaria Petfstans", welke
waarschijnlijk «met heb drinkwater het
lichaam binnenkomt. Hot is natuurlijk een
voornaam ding het water eerst te koken;
dooh een neger kan, of liever wil zich met
zulke nieuwigheden niet ophouden.
Voor Amateur-Photografen.
(Medegedeeld door J. Janssen, firmant der
firma Janssen A Co., Photo-Artikelen, Leiden.)
Hel aftokken op Broomzilver-papier.
Hoewel het afdrukken op hot gewone
Chloorzilver- of Celloldin papier verreweg de
gomakkeiykste methode en ook zeer geschikt
voor vele photo's is, werkt het Broomzilver-
papier, vooral voor landschappen, veel artis
tieker. De droger van het beeld is hier, even
als bi) de gevoelige plaat, broomzllvor-gelatlno.
Deze laag la echter by het paplor veel minder
gevoelig.
Het Chloonolver-papier moet men lang in
het daglicht boHchten. Het Broomzilver-papier
heeft het voordooi In enkele seconden by
lamplicht roldoendo belicht te zyn en men
kan hiermede dus In zeer korten tyd vele
afdrukken maken. Hot beeld le evenals by
liet maken van een negatief eerst onzichtbaar
en moet door ontwikkeling te voorschyn ge
roepen worden. Voor het maken van Broom-
zilver afdrukken kieze men mooie, krachtige
negatieven. Do qualiteit Yan het negatief heeft
vooral veel invloed op de kleur van den afdruk.
Flauwe negatieven geven gryze schaduwen,
terwyi de hooge lichten niet bepaald wit zyn.
Voor de ontwikkeling is de IJzer-oxalaat-
ontwikkelaar do beste. Deze is echter nogal
bewerkeiyk, doordat de voorraadsoplossing vry
6poedig bederft. De „Neue Phot. Gesellschaft"
te Beriyn heeft een IJzer-ontwikkelaar in den
handel gebracht, welke dit nadeel niet heeft.
De oplossing hiervan is houdbaar. Rodinal le
ook een zeer aan te bevelen ontwikkelaar
voor Bromide-papieren.
Goede merken van Bromide-papleren zyn:
de fabrikaten van Eastman, Gevaert, Neue
Photogr. Gesellschaft, hot Wellington-Bromide,
enz. Het wordt meestal in drie soorten ver
vaardigd, nameiyk: glad dun, grofkorrelig en
kartondik.
Voor klein work, contactdruk van negatie
ven byv., is het gladdo aan te bevolen, terwyi
het grofkorrelige zich meer voor vergrootIn-
gon loont. Mon hoeft twoo graden van gevoe
ligheid. Het langzame is voor contactdruk, het
meer gevoeligo voor vergrootingen bestemd.
Voor het belichten van Bromide-papier go-
bruike men nooit daglicht, vooral niet by
contactdruk. Daglicht werkt hiervoor te
actini8ch en is het byna onmogeiyk hiermede
kort genoeg to belichten. Gaslicht of petro
leumlicht zyn hiervoor te verkiezen.
Het beste is steeds met dezelfde lichtbron
en steeds op denzelfden afstand (ongeveer
1 M.) te belichten.
Men legt hot negatief op de gewone wyze
in het drukraam en legt het Broomzilver-papier
met de gevoolige laag op het negatief. Het
levert eenige moeite op om den gevoeligen
kant te kunnen onderscheiden, daar er by
rood llclit weinig verschil tusschen do beide
zydon is. Het papier wordt echter steeds twee
aan twoe met gevoelige kanten op elkaar
verpakt. Bovendien krult do gevoelige kant
eenigszins op. Nadat het papier by rood licht
ln het drukraam is geplaatst, sluit men dit
en bedekt den voorkant met een stuk karton.
Men steekt nu het witte licht aan, brengt
het drukraam op de hoogte der lichtbron op
eon meter afstands en belicht door het stuk
karton weg te nemen. Do belichtingsduur ls
voor de verschillende negatieven ook zeer
verschillend on hangt geheel af van do dicht
heid van het af to drukkon negatief. Zy ligt
ongeveer tusschen 10 en 60 seconden. Voor
pasbeginnenden is het aan te raden eerstoen
kloin stukje van het negatief als proef af te
drukken. Is do afdruk te lang belicht, dan
vorschynt hot beeld plotseling met alle details,
ovenals by een te lang belichte plaats. Is het
te kort belicht, dan verschijnen alleen de
diepe scbaduwon.
Door spoedige byvoeglng van Broomkali
kan men een to lang belichten afdruk dikwyis
nog redden. Een normaal belichte afdruk is
ln ongeveer 2 minuten ontwikkeld. Nadat de
afdruk uit het drukraam komt, legt men hem
in oen schaal met water en laat hem eenige
seconden weekon, opdat de ontwikkelaar overal
geiyk zal indringen. Men giet het water daarna
af en werpt er den ontwikkelaar (b(jv. Rodinal
5 op 100 met eenige druppels Broomkali 1—10)
Ineens overheen. Na 2 of 8 tellen verschynt
het beeld en men ontwikkelt door totdat de
schaduwen goed zwart zyn. De details ln de
schaduwen mogen echter niet verdwenen zyn.
Is het beeld voldoende ontwikkeld, dan giet
men onmiddeliyk den ontwikkelaar in een
andore schaal en vult de ontwikkelschaal met
water. Deze handeling moet snel worden uit
gevoerd, daar do afdruk anders door den nog
ln het paplor aanwezigen ontwikkelaar te
zwart zou worden. Men verversoht het water
eenige malen om den ontwikkelaar weg
te wasschen. Het fixeeren kan geschieden
in gewone Hypo-oplossing erf zuurflxearbad
en duurt ongeveer 10 minuten.
Het 1b raadzaam den afdruk by rood licht
te fixeeren. Voor bet üxeeren moet de ont
wikkelaar goed uitgespoeld zyn, daar de afdruk
hierdoor anders gele vlekken in hetflxeerbad
kan aannemen. Voor alle zekerheid kan men
tusschen het 6poelen en fixeeren een ver-
helderingsbad, bestaande uit 5 gr. azfinzuur
op 1 L water, gebruiken.
Na het fixeeren moeten de afdrukken onge
veer een uur ln «troomend water of in eenige
malen rerverecht water gewasschen worden.
Het drogen mag niet tusschen filtreerpapler
geschfeden, daar de laag daarvoor te teer is.
Het beste droogt men ze door ze aan een
speld aan den wand te hangen.
Het afsnyden en opplakken geschiedt even
als by het gewone Celloldin-papier.
Het Broomzilver-papier is ook verkrygbaar
met glimmende oppervlakte. De afdrukken
geiyken dan meer op de gewone Celloldin-
afdrukken.
Vraag van A. de Z. de 8. Wat kan de
oorzaak zyn, dat ik door lange ontwikkeling
in plaats van oen negatief een poeitief kreeg?
Antwoord: Waar«chyniyk ls er licht by de
plaat gekomen tydena do ontwikkeling. Dit
licht zai sterker geweest zyn dan de licht-
Indruk uit de camera. Het beeld is zwakker
ontwikkeld dan de «luier en zoo krygt U een
gebrekkig poaltief.
(Op vragen, onder deze rubriek vallende,
zullen inlichtingen gegeven worden, als bijv.
over toestellen, ontwikkelaars, enz. Vragen
en antwoorden zullen worden opgenomen).
Tien geboden voir den wicfrfder.
1. Rijd nooit zonder bel, goed opgepomp
te banden, goed aangezette schroeven en be
trouwbare rem.
2. Rijd nooit met volle maag.
3. Vergeet geen gevulde lantaarn, noch
goreedachapstasch, noch gevulde beurs.
4. Zet geen krommen rug als een kat en
zit niet als een opgeblazen kikvorsch.
6. Rijd niet dicht achter een rijtuig oi
automobiel.
0. Matig uw gong bij hoeken van straten.
7. Rijd niet opzettelijk voetgangers in den
weg.
8. Drink onderweg weinig.
9. Rust niet op een tochtige plaats.
10. Rijd met gesloten mond en met open
oogen.
Zeemansleven.
Voor de zee werd ik geboren.
Toen ik jong het zeegat koos,
Heb mijn schip ik trouw gezworen,
Tot mijn bruid het uitverkoren,
En al stormt het nog zoo boos,
'fc Liefst op zee leeft de matroos.
Als op 't midden van de baren
't Oog slechts lucht en water ziet,
Droome een landrot van gevaren;
't Zeemanshart telt geen bezwaren,
Leeft als vorst op 't vrij gebied,
Waar 't volop de zee geniet.
'Als soms want en moeten kraken,
Homelhoog het zeeschuim bruis',
Doet zijn arbeid, strijd en waken
Worstleild reeds het zoet hem smaken
Van 't weer kalmer windgeruisch
En do rust bij 't welkom thuis.
Wie voor 't varen is geboren
En van jongs het zeegat koos,
Wil van zee en schip slechts hooren,
Blijft bij 't deel, eens vrij verkoren,
Kóest, al Btormt het nog zoo boos,
't Leven van een flink matroos.
Zondag.
Wee u, wanneer allo menschen wèl van u
spreken I
Maandag.
Beleefdheid is het kapitaal, dat zoo goed
koop mogelijk verkregen wordt en dat den
meesten interest oplevert.
Dinsdag.
Activiteit is do beste compagnon van het
kapitaal.
Woensdag.
Do spoed bij elk betalen is de levenskracht
van zaken.
Donderdag.
Een kooper herinnert zich langer de quali
teit dan den prijs van een artikel.
Vrijdag.
De vrouw vormt don man. Zij trekt hem
tot zich op of af.
Q 0
Zaterdag.
Waak in bet gezellig v eik eer «ver uw
tongl
Het kenmerk van den dwaas is, dal Eu
hetgeen hij doen moet, traag en onwillig
doet.
Seneca.
Mee moet met de natuur der dingen l
rade gaan en daaruit leering trachten1
trekken.
Cicero.,
Dat ieder nieuw geslacht en iedere nieu^
tijd van de wieg uitgaat, dat is het,
de menschheid eeuwig jeugdig doet zijn.
Ludwig B r neb
Een verstandig menscb, die zich ten Dti^t1
maakt wat hij etende, drinkende en
oefenende bij zichzelf kan waarnemen, mo^
beter weten wat goed of kwaad voor hem 1
dan welke geneesheer ook.
Bocrates.
RECEPT.
Haché yan Iamevleesch met eieren.
Het overgebleven koude lamsvleesch word£
fijn gehakt, waarna men een lepel meel in
boter en met fijn gesneden uien en vleeach-,
nat tot een dikke saus roert en het gehakte
vleesch er bij voegt, hetwelk men vijf minuten
te zamen laat koken. Hierna giet men tg
een weinig witten wijn bij, kruidt den haché1
met zout, peper, notemuskaat en peterselie/
laat hem nogmaals opkoken en dient het
gerecht nog geheel warm voor. De schotel
wordt versierd met half doorgesneden hardfl
eieren.
Om vliegen van vergulde lijsten
te houden
koke men 4 4 6 uien in een kan water en be-
strijke men de lijsten, met dit uienwater. zij
zullen daarvan niet lijden en de vliegen wo&
den op een afstand gehouden.
In den dierentuin. Kleine Piet (na&r
een olifant wijzend): „Pi, hoe heet toch dat
dier, dat altijd mot zijn staart eet?"
Uit ten roman. Een zalig gevoel dooir-
voer den jongen man, toen zijn parapluio
op hot smalle portaal de parapluie zijner
aangebodene aanraakte.
Slordig. Mama: „Nu, .Anna, hoo vind
jo je nieuwe gouvernante V1
„Dat gaat nogal, ma; maar ze is zoo slor
dig."
„Wat zeg je?"
„Als zo naar bed gaat, houdt ze beur haar
aan. U doet het altijd ax, nietwaar maatje?'*
Ondeugend Lorretje. „Ooh, die pape
gaai praat zoo lief 1 Allee, wat mijn mem
zegt, spreekt bij dadclij ra... Nietwaar*
lorre, wat zeg je?"
Papegaai: „Houd nu toch eindelijk j$
mond, oude zeurkous 1"
Goed bedoeld. Iemand, die pasisagi^B
was geweeet op een schip, dat schipbreuk
had geleden, zond het volgend telegram aanl
zijn broer:
„Schipbreuk geloden. Bon gered. Bereid
mijn vrouw voorzichtig op het ongeluk
voor."
De Oorzaak. Juffrouw (tot melkboer)*
„Wat, dat tuig wil je mij voor molk ver-
koopen? Kijk eens hoe blauw zc is; de heubi
is wel water".
Boer: „Ja, juffrouw, dat komt van hei}
regenachtig weer; de kooien eten te veel na
graa".
„Meisjes zijn toch veranderlijk", oordeelt}
kleine Christiaan. „Vroeger durfde Nelly,
nooit in do kamer gaan als het er donken
was, want dan kon er wel eens een man ia
zitten, zei zo, en nu ait ze lieelo avonden in
donker met haar vrijer."
Spoedig verholpen. Schilder: „Het bord
is to grott voor den naam van den advo
caat. Wat zal ik er nu nog opzetten? Wacht»*
ik weet het alHier is goede raad duur."
Professor in de natuurkunde (verklarende
waarom dc proef niet gelukt is): „Zooals
u ziet, mijne heeren, ziet u thans nog n-iets;
waarom u niets ziet, zult u direct zien."
Jste J
[Oplossing in het nummer der volgend*
week].
De oplossing van het Raadsel der vorigé
week luidt: Kwaal—WaaL