Wekeiyksche Kalender. v Stofgoud. Raadgeving;. ALLERLEI. Rebus. tuigt wel van den practischen zin onzer admiraliteit» Is er iets vreemds in, ae waarde van men ie Jielijko lichaamsdeelen te taxeeron, er Ipreekt toch uit een en ander zorg, die waar deering verdient. En nu volge het plan van uitkeering, zooals het ten jarc 1653 door onze marine was aangenomen: Ordre en Lijst aengaende de Bcloninge der Verrninckten 1. Voor 't verlies van beide d'oogen 1060 guld., 13 stuiv. en 4 penn.één oog 240 guld. 2. Voor 't verlies van beide d'armen 1066 guld., 13 stuiv. en 4 penn.den rechterarm 833 guld., 6 stuiv. on 8 penn.don linker arm 266 guld., 13 stuiv. en 4 penn. 3. Voor 't verlies van beide de handen 933 guld-, 6 stuiv. en 8 penn.; de rechter handt 206 guld., 13 stuiv. en 4 penn.; lin kerhand 240 guld. 4. Voor 't verlies van beide de beencn 533 guld., 6 stuiv. en 8 penn.; één been 240 guld. 6. Voor 't vorlies van beide do voeten 333 guld., 6 stuiv. cn 8 penn.één voet 160 guld. ,,Endo voor andere verminkthoden om trent de gemelde leden ledematen soudo yeder iet genieten, tor besoheidenhoit van do Collegicn ter Admiraliteit." Ook werd beloofd ,,dat anderssins den ver rninckten een Rijxsd-u-lder 's weeks tot hun onderhoudt soudo loegheloit worden." Den lVdcai Maart 1666 werd bij Placoat van H. H. Mogenden een nieuwo lijst van belooning vastgesteld voor hen, die in 's lands dienst verminkt mochten worden. Zij is van den volgenden inhoud: 1. Voor het vorlies van beide oogen 1600; éón oog 350. 2. Voor het vorlies van beide armen 1500; den rechterarm f 460don linkerarm 360. 3. Voor hot vorlies van beide handen 1200do rcoi orhand 360de linkerhand 1300. 4. Voor heb verlies van boido beencn 700; één been /350. 5. Voor hot vorlies van boido voeten /450; éón voet 200. De wascli van een keizerlijke huishouding. Over dit onderwerp, waarin zeker velen van onze lezeressen belang zullen stellen, von den we een beschrijving, waaraan het vol gende ontleend ul Sedert keizer Wilhelm II in zijn slot aan do Sprco resideert, zijn daar twee linnenka mers ingericht, waarvan do ceno zich in de nabijhoid van do vertrekken van het keizer lijk paar bovindt, terwijl de andere, die al leen do wasch voor offioieel gebruik uevat, op een afstand gelegen is. Do lijfwasch van do keizerin staat onmid dellijk onder do hoede van do vrouw van de -sardcrobo. Daar zijn voorwerpen van het aJjnsto linnen, van het mooiste batist en do jachtste zijde met echte kant of handborduur- 8cl; eenvoudigo wollen onderrokken met zij de, lanquettes, welko do keizerin gewoon is to dragen, ovenals do prachtigste kanten on derrokken; onderlijfjes van kostbare bewer king met kant in incrustaties zoowel als een voudiger zakon van dagelijksch gebruik. Do aparte stukken worden do kamenior gegeven, dio tegenwoordig is bij het toilet der kei zerin. Is er aan een kleedingstuk ook het ge ringste niet dn orde, dan wordt het niet ïnccr gebruikt. Bij het aanschaffen beslist do smaak der keizerin, wie men monsters voorlegt. De hof leverancier worden betaald door do inten dance dor hofhouding. Het waschgocd der koizorin is gemerkt met haar initialen en de kroon. Een linnenbo- tvaarstor en een holpstor besturen do wasch voor do huishouding. Het tafelgoed wordt door den bewaarder van het zilver gekozen en door de linnenbewaarstor uitgegeven. Al les is natuurlijk zoodanig ingoricht, dat men gemakkelijk een overzicht kan krijgen. lederen dag wordt schoon tafellinnen ge bruikt. Herstelde voorwerpen verhuizen eerst naar de maarschalksbafol, of als dc hor- stclling wat al tc duidelijk zichtbaar is, da len zij nog vorder af. Over het bedlinnen en dc handdoeken, die eveneens dagelijks verwisseld worden, gaat dc „Kastellanin". Dc groote linnenkamer bevat do wasch, die gebruikt wordt wanneer er vreemde gasten of groote feesten zijn. In beide linnenkamers zijn stof- en vaat doeken voorhanden, die hier en daar ver- sproid moeten worden. Dc wasch der huis houding is gemerkt met een W cn do kroon. Gewoonlijk behoort tot het uitzet van een vorstelijko bruid slecht9 het lijfgoed. Zij trouwt toch het meest in Rct land van haar gemaal en vindt daar steeds een ingericht huishouden, in andere govallen krijgen zo lijfgoed zoowel als alle andoro benoodigdo za ken mee. In Duitschlond heeft elk slot een linnenka mer. Bezoekt het keizerpaar Kassei, Wicsba- den, Kónigsbcrg, enz dan wordt alleen het lijfgoed daarheen medegenomen. Anders ech ter is het, wanneer er, zooals in do jachthui zen te Romintcn cn Cadinen, geen eigenlijke huishouding is. Dan worden de noodige bed- dclakens, do handdoeken, tafellinnen, enz. in grooto kisten gepakt en vooruit daarheen gezonden. Do goheelc wasch dor keizerlijko familie wordt in Potsdam gewasschen. Daar staat een groot waschhuis, voorzien van allo uitvindingon, die moderne techniek op dit gebied heeft gedaan, waarheen dag in dag uit de wasch wordt gezonden. Geheel klaar keert ze naar Berlijn, naar het „Neue Pa lais" terug, wordt daar door de linnenbo- waarstor weder in or.tvangst genomen en in de kasten gerangschikt. In het paleis van keizer Wilhelm I is nog steeds dezelfde linnenbewaarster, die ook tij dens het leven van dien keizer, het toezicht op de linnenkast had, daar zoodra de groot hertogin van Baden in Berlijn vertoeft, die dan de kamers bewoont, welke zij vroeger, toen zij nog ongehuwd was, ook reeds in het keizerlijk paleis bewoonde, er een huishou ding wordt bestuurd. Ook deze wasch wordt in het evengenoemdo waschhuis in Potsdam gewasschen. De lintjes voor het opbinden van het trous- seaugoed van «en vorstelijke bruid worden steeds in do lievelingskleuren van dc betref fende prinses gekozen. Elk stuk in do lijfwasch is natuurlijk in meerdere dozijnen aanwezig, al is het dan ook niet altijd bij 12 dozijnen, zooals keizer Alexander II van Rusland zijn eenige doch ter meegaf bij haar huwelijk met hertog Al fred van Edinburgh, later hertog van Sak senKobu rg—Gotha. OE SLAAPZIEKTE. Blijkens een schrijven van den Neder- landschen missionaris fatheT Eerstens uit Oesoga (Midden-Airika) in do Annalen van het Missiehuis te Roosendaal" schijnt daar in do binnenlanden van heb Zwarte Werelddeel do slaapziekte min of meer epi demisch to heerechen. Hot is een der meest gevreesde ziekten, schrijft genoemde missionaris. Personen, hierdoor aangetast, voelen een voortdurende slaporigheid en dommelen gedurig in, on verschillig ïvfiar zij ook medo bezig zijn. Hun krachten nemen gestadig af, en geen geneesmiddel is in staat dezo vrceselijke ziekto tegen to gaande dood is onvermijde lijk. Bovendien is die kwaal org besmette lijk, waarom de zieke dan ook door een ieder wordt geschuwd en vermeden. Heidenen la ten dezulken aan hun lot over en jagen hen weg van hun woningen, bevreesd, dat de ziekte ook op hon zal overgaan. Nergens vin don zij opname cn dikwijls moeten zij van gebrek cn ellende langs de wegen of in het lange gras omkomen. Hebben de Christenen zulk een zieke in hun familio, dan bouwen zij hem een hutje op eenigen afstand van het huis, waar hij alleen zijn treurig bestaan voortzet zonder dat iemand hem durft na- doren. Een medelijdend bloedverwant legt dagelijks op eenigen afstand ccn weinig voedsel neer. Om vreemdelingen geeft men in 'b geheel niet, bevreesd als zij zijn, dat dezen hun die gevreesde ziekte zullen aanbrengen. Reeds meerdere gevallen hebben wij hier in de missie gehad. Niets anders kunnen wij voor die lqdors doen dan hun een hutje bou wen cn toezien, dat zij geen gebrek lijden. Bij sommigen komt dc dood spoedig; velen sterven plotseling terwijl men hen nog krachtig waant; zij vallen dikwijls in een bezwijming, waaruit ze niet meer ontwaken. Anderen hebben een langdurig lijden en Bterven langzamerhandtorwij 1 het niet zel den gebeurt, dat ze vier vijf dagen als 1 ovenloos liggen vóór zo den geest geven. Gevallen van schijndood komen onder hen natuurlijk veelvuldig voor. Een vrouw hier had ook dio ziekte, en op een namiddag komt men mij boodschappen, dat zo overle den was. Do begrafenis geschiedt hier ge woonlijk zoo spoedig mogelijk en meestal nog op den sterfdag, hetgeen volstrekt noodza- kelijk is wegens het heetc klimaat en do spoedige ontbinding van het lichaam. Ook haar wildo men nog dienzelfdcn dag ter aardo bestellen,dooh er waren geen mannon genoeg bij do hand om nog vóór den avond het graf gereed bo hebben. Do begrafenis werd dan tot den volgenden morgen uitge steld. 's Morgens vroeg ik of men nu met het graf bezig was, doch ik kreeg ten ant woord, dat het niet noodig was, daar do doodo verrezen was. Dc vrouw, dio men '8 avonds dood had verklaard, vond men 's morgens levend terug. In den namiddag echter van dien dag stierf zij wezenlijk. Een paar weken goleden zette een zieke vrouw zich op het plein voor de missie ne der; zij was door do slaapziekte aangetast en zeido, dat zij door haar familie en ken nissen was verdroven. Ze had reeds drie of vior dagen rondgedwaald en was hier te recht gekomon. In de buurt had ze wat a gevraagd cn had zich vermoeid voor een woning nedergezet, doch do verharde bewo ners hadden haar met stokslagen woggejaagd, zoodat zc hior vol pijn on ellende aankwam. Ik behoof niet te zeggen, dab ik hot arme schepsel niet koiï wegzen den, hoc moeilijk het geval or- was. Ieder een was bevreesd haar te naderen öm zelf niet aangetast te worden. Hier kort bij mij was echter nog een jonge vrouw met dezelfde ziekte onder do leden; deze gelastte ik do aangekomene bij zich te nomen, dan kondon zij samen haar leed deelon, dooh deze wei gerde kortaf. Zo gaf voor met zulk een zioke niet to durven loven; zoodanig zijn ze bevreesd. Doch na wat mooi praten en over reding stemde zij or in too haar op te ne men. Beide vrouwen stemden er in boe ge doopt te worden, en de laatst aangekomene bezweek na een pa-a dagen, en ook de eerste aal het niet lang meer uithouden. Slechts kort geleden ia deze vreeaelijke ziekte hier in het land gekomen. Zij ia wel bekend aan de Westkust van Afrika. Geen medicijnen schijnen in staat die kwaal tegen te gaan. Do oorzaak der ziekte ligt waar schijnlijk in hot drinkwater, want in bijna ieder geval van slaapziekte wordt in het bloed der zieken een bijzondere vorm gevon den, namlijk de „Filaria Petfstans", welke waarschijnlijk «met heb drinkwater het lichaam binnenkomt. Hot is natuurlijk een voornaam ding het water eerst te koken; dooh een neger kan, of liever wil zich met zulke nieuwigheden niet ophouden. Voor Amateur-Photografen. (Medegedeeld door J. Janssen, firmant der firma Janssen A Co., Photo-Artikelen, Leiden.) Hel aftokken op Broomzilver-papier. Hoewel het afdrukken op hot gewone Chloorzilver- of Celloldin papier verreweg de gomakkeiykste methode en ook zeer geschikt voor vele photo's is, werkt het Broomzilver- papier, vooral voor landschappen, veel artis tieker. De droger van het beeld is hier, even als bi) de gevoelige plaat, broomzllvor-gelatlno. Deze laag la echter by het paplor veel minder gevoelig. Het Chloonolver-papier moet men lang in het daglicht boHchten. Het Broomzilver-papier heeft het voordooi In enkele seconden by lamplicht roldoendo belicht te zyn en men kan hiermede dus In zeer korten tyd vele afdrukken maken. Hot beeld le evenals by liet maken van een negatief eerst onzichtbaar en moet door ontwikkeling te voorschyn ge roepen worden. Voor het maken van Broom- zilver afdrukken kieze men mooie, krachtige negatieven. Do qualiteit Yan het negatief heeft vooral veel invloed op de kleur van den afdruk. Flauwe negatieven geven gryze schaduwen, terwyi de hooge lichten niet bepaald wit zyn. Voor de ontwikkeling is de IJzer-oxalaat- ontwikkelaar do beste. Deze is echter nogal bewerkeiyk, doordat de voorraadsoplossing vry 6poedig bederft. De „Neue Phot. Gesellschaft" te Beriyn heeft een IJzer-ontwikkelaar in den handel gebracht, welke dit nadeel niet heeft. De oplossing hiervan is houdbaar. Rodinal le ook een zeer aan te bevelen ontwikkelaar voor Bromide-papieren. Goede merken van Bromide-papleren zyn: de fabrikaten van Eastman, Gevaert, Neue Photogr. Gesellschaft, hot Wellington-Bromide, enz. Het wordt meestal in drie soorten ver vaardigd, nameiyk: glad dun, grofkorrelig en kartondik. Voor klein work, contactdruk van negatie ven byv., is het gladdo aan te bevolen, terwyi het grofkorrelige zich meer voor vergrootIn- gon loont. Mon hoeft twoo graden van gevoe ligheid. Het langzame is voor contactdruk, het meer gevoeligo voor vergrootingen bestemd. Voor het belichten van Bromide-papier go- bruike men nooit daglicht, vooral niet by contactdruk. Daglicht werkt hiervoor te actini8ch en is het byna onmogeiyk hiermede kort genoeg to belichten. Gaslicht of petro leumlicht zyn hiervoor te verkiezen. Het beste is steeds met dezelfde lichtbron en steeds op denzelfden afstand (ongeveer 1 M.) te belichten. Men legt hot negatief op de gewone wyze in het drukraam en legt het Broomzilver-papier met de gevoolige laag op het negatief. Het levert eenige moeite op om den gevoeligen kant te kunnen onderscheiden, daar er by rood llclit weinig verschil tusschen do beide zydon is. Het papier wordt echter steeds twee aan twoe met gevoelige kanten op elkaar verpakt. Bovendien krult do gevoelige kant eenigszins op. Nadat het papier by rood licht ln het drukraam is geplaatst, sluit men dit en bedekt den voorkant met een stuk karton. Men steekt nu het witte licht aan, brengt het drukraam op de hoogte der lichtbron op eon meter afstands en belicht door het stuk karton weg te nemen. Do belichtingsduur ls voor de verschillende negatieven ook zeer verschillend on hangt geheel af van do dicht heid van het af to drukkon negatief. Zy ligt ongeveer tusschen 10 en 60 seconden. Voor pasbeginnenden is het aan te raden eerstoen kloin stukje van het negatief als proef af te drukken. Is do afdruk te lang belicht, dan vorschynt hot beeld plotseling met alle details, ovenals by een te lang belichte plaats. Is het te kort belicht, dan verschijnen alleen de diepe scbaduwon. Door spoedige byvoeglng van Broomkali kan men een to lang belichten afdruk dikwyis nog redden. Een normaal belichte afdruk is ln ongeveer 2 minuten ontwikkeld. Nadat de afdruk uit het drukraam komt, legt men hem in oen schaal met water en laat hem eenige seconden weekon, opdat de ontwikkelaar overal geiyk zal indringen. Men giet het water daarna af en werpt er den ontwikkelaar (b(jv. Rodinal 5 op 100 met eenige druppels Broomkali 1—10) Ineens overheen. Na 2 of 8 tellen verschynt het beeld en men ontwikkelt door totdat de schaduwen goed zwart zyn. De details ln de schaduwen mogen echter niet verdwenen zyn. Is het beeld voldoende ontwikkeld, dan giet men onmiddeliyk den ontwikkelaar in een andore schaal en vult de ontwikkelschaal met water. Deze handeling moet snel worden uit gevoerd, daar do afdruk anders door den nog ln het paplor aanwezigen ontwikkelaar te zwart zou worden. Men verversoht het water eenige malen om den ontwikkelaar weg te wasschen. Het fixeeren kan geschieden in gewone Hypo-oplossing erf zuurflxearbad en duurt ongeveer 10 minuten. Het 1b raadzaam den afdruk by rood licht te fixeeren. Voor bet üxeeren moet de ont wikkelaar goed uitgespoeld zyn, daar de afdruk hierdoor anders gele vlekken in hetflxeerbad kan aannemen. Voor alle zekerheid kan men tusschen het 6poelen en fixeeren een ver- helderingsbad, bestaande uit 5 gr. azfinzuur op 1 L water, gebruiken. Na het fixeeren moeten de afdrukken onge veer een uur ln «troomend water of in eenige malen rerverecht water gewasschen worden. Het drogen mag niet tusschen filtreerpapler geschfeden, daar de laag daarvoor te teer is. Het beste droogt men ze door ze aan een speld aan den wand te hangen. Het afsnyden en opplakken geschiedt even als by het gewone Celloldin-papier. Het Broomzilver-papier is ook verkrygbaar met glimmende oppervlakte. De afdrukken geiyken dan meer op de gewone Celloldin- afdrukken. Vraag van A. de Z. de 8. Wat kan de oorzaak zyn, dat ik door lange ontwikkeling in plaats van oen negatief een poeitief kreeg? Antwoord: Waar«chyniyk ls er licht by de plaat gekomen tydena do ontwikkeling. Dit licht zai sterker geweest zyn dan de licht- Indruk uit de camera. Het beeld is zwakker ontwikkeld dan de «luier en zoo krygt U een gebrekkig poaltief. (Op vragen, onder deze rubriek vallende, zullen inlichtingen gegeven worden, als bijv. over toestellen, ontwikkelaars, enz. Vragen en antwoorden zullen worden opgenomen). Tien geboden voir den wicfrfder. 1. Rijd nooit zonder bel, goed opgepomp te banden, goed aangezette schroeven en be trouwbare rem. 2. Rijd nooit met volle maag. 3. Vergeet geen gevulde lantaarn, noch goreedachapstasch, noch gevulde beurs. 4. Zet geen krommen rug als een kat en zit niet als een opgeblazen kikvorsch. 6. Rijd niet dicht achter een rijtuig oi automobiel. 0. Matig uw gong bij hoeken van straten. 7. Rijd niet opzettelijk voetgangers in den weg. 8. Drink onderweg weinig. 9. Rust niet op een tochtige plaats. 10. Rijd met gesloten mond en met open oogen. Zeemansleven. Voor de zee werd ik geboren. Toen ik jong het zeegat koos, Heb mijn schip ik trouw gezworen, Tot mijn bruid het uitverkoren, En al stormt het nog zoo boos, 'fc Liefst op zee leeft de matroos. Als op 't midden van de baren 't Oog slechts lucht en water ziet, Droome een landrot van gevaren; 't Zeemanshart telt geen bezwaren, Leeft als vorst op 't vrij gebied, Waar 't volop de zee geniet. 'Als soms want en moeten kraken, Homelhoog het zeeschuim bruis', Doet zijn arbeid, strijd en waken Worstleild reeds het zoet hem smaken Van 't weer kalmer windgeruisch En do rust bij 't welkom thuis. Wie voor 't varen is geboren En van jongs het zeegat koos, Wil van zee en schip slechts hooren, Blijft bij 't deel, eens vrij verkoren, Kóest, al Btormt het nog zoo boos, 't Leven van een flink matroos. Zondag. Wee u, wanneer allo menschen wèl van u spreken I Maandag. Beleefdheid is het kapitaal, dat zoo goed koop mogelijk verkregen wordt en dat den meesten interest oplevert. Dinsdag. Activiteit is do beste compagnon van het kapitaal. Woensdag. Do spoed bij elk betalen is de levenskracht van zaken. Donderdag. Een kooper herinnert zich langer de quali teit dan den prijs van een artikel. Vrijdag. De vrouw vormt don man. Zij trekt hem tot zich op of af. Q 0 Zaterdag. Waak in bet gezellig v eik eer «ver uw tongl Het kenmerk van den dwaas is, dal Eu hetgeen hij doen moet, traag en onwillig doet. Seneca. Mee moet met de natuur der dingen l rade gaan en daaruit leering trachten1 trekken. Cicero., Dat ieder nieuw geslacht en iedere nieu^ tijd van de wieg uitgaat, dat is het, de menschheid eeuwig jeugdig doet zijn. Ludwig B r neb Een verstandig menscb, die zich ten Dti^t1 maakt wat hij etende, drinkende en oefenende bij zichzelf kan waarnemen, mo^ beter weten wat goed of kwaad voor hem 1 dan welke geneesheer ook. Bocrates. RECEPT. Haché yan Iamevleesch met eieren. Het overgebleven koude lamsvleesch word£ fijn gehakt, waarna men een lepel meel in boter en met fijn gesneden uien en vleeach-, nat tot een dikke saus roert en het gehakte vleesch er bij voegt, hetwelk men vijf minuten te zamen laat koken. Hierna giet men tg een weinig witten wijn bij, kruidt den haché1 met zout, peper, notemuskaat en peterselie/ laat hem nogmaals opkoken en dient het gerecht nog geheel warm voor. De schotel wordt versierd met half doorgesneden hardfl eieren. Om vliegen van vergulde lijsten te houden koke men 4 4 6 uien in een kan water en be- strijke men de lijsten, met dit uienwater. zij zullen daarvan niet lijden en de vliegen wo& den op een afstand gehouden. In den dierentuin. Kleine Piet (na&r een olifant wijzend): „Pi, hoe heet toch dat dier, dat altijd mot zijn staart eet?" Uit ten roman. Een zalig gevoel dooir- voer den jongen man, toen zijn parapluio op hot smalle portaal de parapluie zijner aangebodene aanraakte. Slordig. Mama: „Nu, .Anna, hoo vind jo je nieuwe gouvernante V1 „Dat gaat nogal, ma; maar ze is zoo slor dig." „Wat zeg je?" „Als zo naar bed gaat, houdt ze beur haar aan. U doet het altijd ax, nietwaar maatje?'* Ondeugend Lorretje. „Ooh, die pape gaai praat zoo lief 1 Allee, wat mijn mem zegt, spreekt bij dadclij ra... Nietwaar* lorre, wat zeg je?" Papegaai: „Houd nu toch eindelijk j$ mond, oude zeurkous 1" Goed bedoeld. Iemand, die pasisagi^B was geweeet op een schip, dat schipbreuk had geleden, zond het volgend telegram aanl zijn broer: „Schipbreuk geloden. Bon gered. Bereid mijn vrouw voorzichtig op het ongeluk voor." De Oorzaak. Juffrouw (tot melkboer)* „Wat, dat tuig wil je mij voor molk ver- koopen? Kijk eens hoe blauw zc is; de heubi is wel water". Boer: „Ja, juffrouw, dat komt van hei} regenachtig weer; de kooien eten te veel na graa". „Meisjes zijn toch veranderlijk", oordeelt} kleine Christiaan. „Vroeger durfde Nelly, nooit in do kamer gaan als het er donken was, want dan kon er wel eens een man ia zitten, zei zo, en nu ait ze lieelo avonden in donker met haar vrijer." Spoedig verholpen. Schilder: „Het bord is to grott voor den naam van den advo caat. Wat zal ik er nu nog opzetten? Wacht»* ik weet het alHier is goede raad duur." Professor in de natuurkunde (verklarende waarom dc proef niet gelukt is): „Zooals u ziet, mijne heeren, ziet u thans nog n-iets; waarom u niets ziet, zult u direct zien." Jste J [Oplossing in het nummer der volgend* week]. De oplossing van het Raadsel der vorigé week luidt: Kwaal—WaaL

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 10