Ingezonden. Gemengd Nieuws. priii i—IIMMI. --rr^ geleden zijn, dat liet herstel der bisschoppe lijke hiërarchie in 1853 de bekende April beweging in het loven riep. Een beweging, die ten slotte bleek te zijn den storm in een glas water; maar die dan toch bij een groot deel der Protestanten een geweldige ontroering teweeg gebracht en de hartstochten opgezweept had. Blijkens een bericht in één der liberale bladen zouden onze roomsch-katholieko land- genooten het voornemen hebben, niet de her innering aan de Aprilbeweging, maar aan het herstel der bisschoppelijke hiërarchie feestelijk te vieren. Dat dit zóó luidruchtig «al geschieden, als het bericht u doen. ver onderstellen, mag worden betwijfeld. En be twijfeld mag ook, of de Protestantsch-Chris- telijke partijen de feestvreugde der roomsch- katholieken zullen storen, door een soort d a 9 a p o van 1653. Terecht herinnert De Residentiebode er aan, dat Groen van Prinsterer aan het op-»* «weepen van het anti-papisme niet meedeed, veeleer daartegen zich krachtig verzotte. „Wij begeeren niet" schreef hij in zijn blad De Nederlander van 14 April 1853 „dat er steun wordt gezocht in iets, dat naar narecht of onverdraagzaamheid gelijkt. Laat indien de Roomsche Kerk het begeert en de Grondwet deze uitlogging gedoogt, de toe stand der Roomsche Kerk op een sinds drie eeuwen in Nederland onbekenden voet wor den gewijzigd en vernieuwd." En ook Da Costa sloot zich bij Groen aan („Brieven van Da Costa", II, blz. 109.) In plaats van de Protestanten tegen de roomsch-katholieken op te hitsen, zeide Groen („Parlem. Adv.", II, blz. 296): „Ik 'acht goede vorstandhouding tusschen Pro testanten en roomsch-katholieken één der ge wichtigste aangelegenheden van het land. Ik heb te allen tijde getoond toenadering te yerlangen." Dat nu nam men hem hoogst kwalijk „Ik was, zoide men, crypto-katholiekik tad een monster-verbond met de J ezuïetcn gesloten; ik had verraad togen Vaderland en Kerk gepleegd." Deze verdraagzaamheid was toon iets vreemds. Ook onder hen, die overigens in Groen hun geestverwant zagen. De meeste predikanten toonden zich gebelgd over do houding van den stichter onzer partij. Dit blijkt uit een brief van Wormser, even vóór ido Kamerverkiezing den 14den Mei 1853 aan Groen geschreven: „Ik heb nogal gedachten 'dat zich aanstaanden Dinsdag vele stemmen op u (te Amsterdam) vereenigen zulleh, of schoon do predikanten uitstrooien, dat do komst der bisschoppen te wijten is aan u en aan de Afgescheidenen." Groen liet zich daardoor niet afschrik ken. Aan Wormser schreef hij („Brieven", lil, blz. 28): „Het groote onderscheid is niet Roomsch en on-Roomsch, maar geloof en on geloof 1 De een beweert, dat ik de Gerefor meerde belijdenis tot de heerschcnde Kerk wil maken; de ander vermoedt weldra mijn overgang tot de Roomsche Kerk te zullen vernemen. Jegens mijn Roomsch-katkolioke landgenooton sta ik recht en billijkheid Voor eigen bolan g." Zóó sprak en schreef Groen van Prin- «torer in een tijd, toen het heette verraad to plegen aan de zaak dor Protestanten, niet togen do roomsch-katholieken het twistvuur aan te steken. Zouden wij, die in hem onzen voorman en don stichter onzer partij blijven eeren, dan zóó zijn lessen van Christelijke verdraag zaamheid vergeten zijn, dat wij do roomsch- katholieken zouden 6toren in hun feest- vrougde, mits die vreugde op waardige wijze zich*uit? En als de berichtgever van het liberale blad vertelt, dat door de herdenking het „Monsterverbond" zal uiteenvallen och, dan gelooft hij dat zelf niet. Of hij moet niets van de geschiedenis on zer partij kennen. Onder het hoofd „Merkwaardig" geeft De Nederlander het volgende te leizen: Het Volk laat zich tegenwoordig uit vor- echillendo deelen van het land statistische k i e s r e c h t-g o g o v e n s zenden, als voor bereiding voor een algomeen-kiesrechtbewc- ging. Merkwaardig zijn die, welke dezer dagen verschonen „uit dc bloembollenstreek". Do iinzender constateert, dat van do 21 pCt. der ingezetenen, die bij algemeen kiesrecht hot kiesrecht zouden hebben, nu reec-s 14 a 17 4)Ct. hot hebben (genoemd worden de dorpen (Heemstede, Benneb roek, Hillcgom, Lisse eu Sassenhoim). Dit acht de schrijver vrij be vredigend, en „de komende kicsrechtbewe- ging" zal dan ook zijns inziens in dezo streek minder op „meer kiezers" dan op be ter gebruikmaking van het kiesrecht'* ge richt moeten zijn. Want tegenover het bovredigend kiesrecht- poroentage staat een hoogst onbovredigende „onbewustheid" der bloombollen-arbeiders. Of de frissche, vriendolijke arbeid dezer lie den bon misschien voor de muffe, giftige theorieën der soc.-dem. onvatbaar maakt, meldt, de schrijver niet. Maar in elk geval schijnt het hier het jachtveld te zijn 'der „clericale, calvinistische en protestant- eche kiesvereenigingen der groote en kleine bourgeoisie, helaas gerugsteund door do on bewuste arbeiders." Maakten alle arbeiders, die hier hot kies recht bezitten, een goed gebruik er van, ver' eenigden zo zich in volkskiesvereenigingen zonc\cr zich tc storen aan geestelijke noch burgerlijke adviseurs, voorden ze zuivere ar- beiderspolitiok, dan zouden zo, vooral in dc gemeenteraden, over een groote macht kun nen beschikken." Er zijn hierin enkele merkwaardigheden, waarop wij wilden wijzen. Vooreerst die torloopscho orkonning, dat bij „algemeen kiesrecht" 21 pCt. dor ingeze tenen kiesrecht zouden hebbon. Is krasser be wijs denkbaar, dat „algemeen kiesrecht" een goochelen met woorden is? En ook; dat wij goed handelen met voortdurend tc protestee- ron togen elke uiting, welke de volksverte genwoordiging tot een kiezersvertegenwoor diging tracht om te smeden t Toen wij on langs schreven: „Het Kamerlid moet zich steeds herinneren, dat hij de niet-kiezers oven volledig vertegenwoordigt als de kie zers", riep Het Vaderland: „Maak het hem makkelijker, door het getal niet-kiezers zoo klein mogelijk te maken." Wij antwoordden, dat dit niet helpen zou en, zoo het het ver band tusschen keuze en vertegenwoordiging vergrootte, zelfs schadelijk zou werken. Blijkt dit hier niet glashelder? Wanneer in Lisse 17 PCt der ingezetenen kiezen, en men vraagt om 21 pOt., met hot demoralieeerend en inconstitutioneel argument, dat „die 4 pCt. anders niet vertegenwoordigd zijn en hun belangen niet behartigd zien," hebben wij dan niet het recht, uit naam der restee- rende negen en zeventig percent te zeggen: Blijf ons met zulke argumenten van het lijf; wanneer dat het motief voor uw „algemeen kiesrecht" moet zijn, dan ia die maatregel bitter onrecht. Een tweede merkwaardigheid is de wijze, waarop hier geklaagd wordt, dat een hoog kiezorspercentage niet helpt, wanneer de ar beiders niet voeren „een zuivere arbeiders- politiek", wat in dit verband zeggen wil de materialistische politiek der sociaal-demo craten. Wij hebben al meermalen gezegd, dat de insinuatie van Het Volkals zou de bedoe ling der tegenstandere van algemeen kies- reoht zijn een overheersching van do eeno klasse over de andere, reeds hierom zoo fali- kant onjuist en zoo intens belachelijk is, om dat sinds '87 en vooral sinds '96 de arbei ders zijn opgenomen in het kiezerskorps in zulk een verhouding, dat, wanneer inder daad de staatkunde een 'klassenstrijd wae, wanneer er inderdaad zulk een onding als „zuivere arbeiders-" of zuivere rijke-lui's-po- litiek was, wanneer inderdaad het sinistra droombeeld dor sociaal-demooraten realiteit was, reeds thans do arbeiders volstrekt niet in de minderheid zouden zijn. Maar er zijn gelukkig nog tal van arbei ders, die inzien, dat de politiek van Het "Volk naar hun zedelijk en stoffelijk bankroet voert, evenals er tal van advocaten en andere „bourgeois" zijn, die naar wij vortrouwen het arbeidersbelang door die politiek ge baat zien. Het moge voor do Fo/£-redactie te betreu ren zijn, dat zulke arbeiders in de bloembol lenstreek buitengewoon talrijk zijn, en ook dat or in die streek weinig „bourgeois" zijn, waarin zij een acquivalent kan vinden, dezo tegenvaller kan toch, zoo zij er over na denkt, dit nut voor haar hebben, dat hij haar een en ander opheldert over den aard van den politieken strijd, een strijd, dien nog iets meer en iets hoogers is dan een worsteling van belangen, die in haar diepste wezen is een worsteling van in zichten over wat strekt tot aller belang; iets, waarvan de „onbewuste arbeiders" zich be ter bewust zijn dan de zeergeleerde redactie van het soc.-dem. orgaan. KnbclTerbindingen in et Indië. In baar antwoord op het Voorlooplg Verslag der Tweede Kamer over het wetsontwerp o. tot goedkeuring van een overeenkomst met de Duitsche Regeering betreffende het tot stand-brengen van kabelverbindingen, en b. tot verdoellng van de daaruit voortvloeiende kosten over de Staatsbegrooting en de Indi sche begrooting, zot de Regeering nader uiteen de reden van samenwerking met Duitscbland. De kansen om Nederl.-Indiö rechtstreeks met den Pacific kabel In verbinding te bren gen waren zoo goed als uitgesloten door het reeds in het V. V. vermelde monopolie van de Eastern Extension Australasia and China Telegraph Company voor alle van de voor malige Spaansche (thans Amerikaansche en Duitsche) bezittingen in de Stille Zuidzee uitgaande telegraafkabels en het feit, dat het deze zelfde Maatschappü is, die nu hot ge- heele verkeer van Nederlandsch-Indiö naar buiten, over haar ltynen «iet gaan. Was dus, zegt de Reg., om het doel te bereiken, samen gaan met een andere mogendheid onmisbaar, dan was Duitschland daartoe aangewezen van het oogenblik af, dat vaststond, dat deze mogendheid voor haar belangen in China een aanslultlDg aan den Amerikaanschen Paciflc- kabel noodig oordeelde, daar zy, door het bezit van verschillende eilandengroepen'in de Stille Zuidzee, in staat was de gewenschte verbin ding tot stand te brengen, desnoods zonder die Amerikaansche eilanden aan te doen, waar de monopolierechten van de Eastern Extension haar de landing van een kabel konden beletten. De opmerking, dat de goedkeuring van het tractaat in elk geval ook voor Nederland tot belangrijke uitgaven zal leiden, wordt door de Regeering in geenen deele toegegeven, onder opmerking o. a., dat bfi de te verwachten ont wikkeling van liet verkeer ovor de ontworpen HJnen, de subsidieering al spoedig gering, zoo niet nominaal kan worden. De vrees, dat door de getroffen regeling het belang van Duitschland beter wordt gediend dan dat van Nederland, behoeft niet te bestaan, zegt de Regeering. Een rechtstreeksche verbinding tusschen Batavia en Manilla zou ook volgens de Regee ring zóó weiülg opbrengen, dat do uitvoering van dit plan (gesteld dat landingsrecht op de Phiiippünen te verkregen ware) zeker veel duurder zou uitkomen dan het nu voorgestelde. Omtrent onderhandelingen met Frankrijk wordt o. a. medegedeeld, dat in Maart 1901 een voorstel van de Fransche Regeering is gedaan om onzerzijds het tot-stand-brengen van een verbinding BataviaPontianak to bevorderen en door het verleenen van subsi die aan een Fransche onderneming het ma ken dezer verbinding van Pontianak met Saigon te verzekeren, hetgeen ons langs den telegraafkabel, dien Frankrijk voornemens was tusschen Gochinchina en Amoy te leggen, een nieuwe verbinding met Europa over do kabels der Great Northern Telegraph Com pany en de Siberischo landlijncn zou ver schaffen. Hierop is van onze zijde geant woord, dat, hoewel wij gaarne bereid wa ren het tot-stand-komen der door do Fran sche Regeering gewenschte verbinding van Batavia met Saigon door bespoediging van den aanleg der verbinding BataviaPontia nak te bevorderen, ons belang bij het ont worpen plan niet zoo groot was, om het ver leenen van subsidie te wettigen. Tegen het einde van het vorige jaar is door do Fran sche Regeering een nader voorstel gedaan, dat hot onderwerp heeft uitgemaakt van een onlangs tusschen wederzijdscho gedelegeer den gehouden conferentie, waarvan mag worden verwacht, dat het resultaat bevredi gend zal zijn. In de Memorie van Antwoord wordt voorts o. a. weersproken de meening in hot V. Verslag te kennen geven, dat, naar hot voorschrift van art. 59 der Grondwet, zooals het luidt na do herziening van i7, het slot- protocol de goedkeuring der Staten-Gene- raal zou behoeven. De reden waarom het slotprotocol niet kan worden gepubliceerd, ligt inderdaad hierin, dat het bepalingen vervat, die voor het wel slagen van onderhandelingen tusschen den ondernemer der nieuwe lijnen en andoren voorshands geheim moeten blijven. Do uitgaven ton behoeve van do tot-stand- te-brengen kabelverbindingen worden ge raamd op 11,600,000 mark. Van het gezamenlijk subsidie van 1,400,000 mark nam Nederland voor zijn rekoning 376,000 mark. Do opbrengst der aan te leggen verbindin gen is nu nog onmogelijk te sohatten. Het subsidie zal verleend worden voor 20 achtereenvolgende jaren, gerekend van den dag waarop het vorkeer over do gezamenlij- ko lijnen zal worden geopend. Eerst van dat oogenblik af ie het dus verschuldigd. Voorts verdedigende de verdere artikelen van het traotaat, zegt de Reg., dat de leden, die togen de in art. B aanvaarde verplich tingen ernstig bezwaar hebben, naar het haar voorkomt voorbij zien, dat het artikel een toezegging bevat niet ton behoeve van de Duitsche Regeering, evenmin een toezegging van algèmeene strekking, maar een toezeg ging enkel en alleen ten behoeve van do op te richten Duitsch-N ede rlVennootschap terwijl de toezegging overigen* niets anders inhoudt dat bij verschillende gelegenheden aan de Eastern Extension Australasia en China Telegraph Company is toegestaan. Dat de landingspunten in overleg met de vennootschap zullen moeten worden bepaald is juist, maar doet niets te kort aan het on betwistbaar recht der Nedcrl. Regeering, om de kabels slechts daar te dulden, waar «ij dat met haar belangen vereonigbaar acht. Een inbreuk op do souvereiniteitsrechten van Nederland kan de Regeering in dc in art 5 gegeven toezegging in geenen dcelezien. De bepalingen stemmen geheel overeen mot de handelwijze, die ten aanzien van den aan leg van telegraphische verbindingen sinds jaren in Indië is gevolgd. Van concessies tegenover Duitschland kan niet in ernst sprake zijn. Het recht om de bediening van de toestel len der vennootschap te allen tijde en als zij het noodig mocht oordeelen door haar eigen ambtenaren te doen geschieden, is aan ieder der beide Regeeringen voorbehouden als een uitvloeisel van de souvereiniteit. De üit de overeenkomst voortvloeiende uitgaven geheel ten laste van de Staatsbe grooting te brengen, ware naar het der Reg. voorkomt moeilijk op goede gronden te ver dedigen. De Iiddscbe Veemarkt. Dat driestarretje, dat driestarretje over bovenstaand onderwerp, geachte Redactie I heeft wat op zijn kferfstok; niet in afkeuren den zin schrijf ik dat, o neen, integendeel, de publieke zaak moot maar flink in 't open baar worden behandeld, maar „geen belang hebbende" schijnt het maar niet van zich te kunnen verkrijgen om persoonlijk te wor den. Er wordt niet geïnfluenceerd, „een abon- né" is er van overtuigd dat de verplaatsing van de veemarkt, vooralsnog niet beslist noo dig is. Ook zou hij zich niet willen aanmati gen een brevet van onbekwaamheid uit te reiken aan den marktmeester En waarom niet? Omdat hij meent dat die ambtenaar, benoemd door B. en Ws., dc aangewezen man dus is, om het marktwezen te beheeren. Maar daarom kan er verschil van meening zijn, en daarom tot slot dit: word niet persoonlijk, het is hier om de zaak te doen. Ook mijnerzijds sluit ik het debat, méF „geen belanghebbende" over de verplaatsing van de Leidsche Veemarkt. Een abonné. Mijnheer de RedacteurI Ik ben góén Leidenaar van origine, dus men zal mfi niet beschuldigen van vooringe nomenheid, maar ik vind Lelden een mooie stad. En vooral op één van .zijn schoonste punton aan „den Witten Singel". Daar heeft men voor kort een fraaie brug gelegd (zie, lezer, eens naar links of rechts van af die brug, wat fraaie kfikjes), die een druk verkeerspunt Is geworden. Ik moet die brug telken dag eenige malen passeeren en «ag zoodoende voor een paar dagen bfi die brug eenlg ondergrondsch gemetsel, welks doel voor mfin leekenver6tand vrfi duister was. Maar och, daar «ie ik hedennamlddag bfi dat gemetsel een lomp ijzeren gevaarte arrl- veeren, enmfjn poëtische illusie omtrent dat mooie punt zie ik verdwijnen In een „urinoir". F1 doncl Wie in deze de lastgever is geweest, daar zulk een up-to-date monument te zetten, ik weet het niet. Alleen wilde ik door dezen mfin hulde brengen aan den (wan?) smaak van die autoriteit. Maar 't kalf is, helaas l verdronken. Ik kon het mysterieus-doend beestje niet eerder redden. Leiden, 30 Mei 1902. k. De zaak Humber t-0 rawford. De Fransche minister van binnenlandscho zaken looft een som ven 26,000 franken uit aan hem, die mededeel in gen weet te doen,, die de politie op het spoor brengen van de familie Humbert-Daurignac, indien die me- dedeelïngen waarlijk tot de arrestatie der beschuldigden leiden. Men heeft echter nog geen aanwijzingen van boteekenis gekregen: en zoolang als de familie zelf niet spreken kan om van haar schelmerijen te getuigen, wordt door anderen die taak ijverig waar genomen. Elke dag brengt nieuwe verhalen van ongelukkigen, die door mevr. Humbert in de val gelokt zijn. Thans wordt er ver teld van een zekeren heer V., die reeds in' 1886 tot 0 jaren gevangenisstraf zou veroor-' deeld zijn, beschuldigd van valechheid in, geschrifte, gepleegd, ten nadeele van de; bankiers der familie Humbert. Tevergeefs* verklaarde de beschuldigde destijds voor den rechter, dat niemand anders dan mevrouw' Humbert zelf hem had verzocht de valsche stukken te maken, en dat hij de daarmee ver kregen geldsom van 300,000 franken aan! haar ter hand gesteld had. Aan een zoo bru-1, tale en onwaarschijnlijk klinkende verdedi- J ging werd geen geloof gehecht. Nu men thans weet, wie mevrouw Humbert is, wordt j het waarschijnlijk, dat de veroordeelde des- tijds de waarheid heeft gesproken. Dinsdag is te Parijs de eerste vergadering *-=r gehouden van de schuldeischers in het fail-- lissement Humbert. Van 61 opgeroepenen waren slechts 32 opgekomen; allen verschc-! nen pas op het laatste oogenblik, vérmoede-! lijk om zoo weinig mogelijk gezien te wor-! den. In strijd met de gewoonte, werden do' namen niet opgelezen. De voorloopige cura- tor Bonneau word definitief benoemd en twee der schuldeischers werden hem toegevoegd.- Do curator deelde mede dat, voor zoover tot dusver bekend is, de schulden ruim 60 nril- lioen bedragen, maar nog een onderzoek naar do deugdelijkheid moet plaats hebben. In 't geheel hebbon dc Humberts in ongeveer 20 jaren ruim 700 millioen franken omgezet. Het actief is betrekkelijk zeer gering, want allo onroerende goederen zijn door hypo- theek verbonden. Enkel de roerende goede ren blijven dus over, waarvan do schilderijen en kunstvoorwerpen worden geschat op 1 1/2 mill, franken, terwijl de overige zaken met' do wijnen op ruim 500,000 worden geschat. Twee crediteuren zeiden stellig te weten dat'; de Humberts groote perceelen in Buenos- Ayres hebben aangekocht op den naam von'i Crawford, waardoor het actief belangrijk' kan stijgen. De curator beloofde een ondor- zoek in te stellen, maar hechtte er weinig i geloof aan. De Raad van discipline van dc Paiijschei balie heeft op verzoek van den vroegeren de*, ken mr. Dubuit (die vele jaren de raadsman, van mevr. Humbert is geweest, en volgen*j zijn verklaring door haar werd misleid) aaü' een zijner leden, den oud deken mr. Ployer^ opgedragen een onderzoek in te stellen naaf, mr. D's gedragingen in deze. Mr. D. verzeg kert nooit iets met de Lijf ren tebank van'j Daurignac te maken gehad te hebben, en dat' zijn naam daarbij buiten zijn weten is ge-I bruikt. Hij heeft zijn ontslag genomen al* lid van den Raad van discipline. Thomas Edison heeft aan eon'j verslaggever van do „Commercial Adverti- ser" medegedeeld dat hij een nieuwen elec-i trisohen motor heeft uitgedacht, die 160 kilo-; meter kan afleggen zonder geladen behoevetfi tc worden. Mevrouw Humbert, weduwe van wjjlen den! minister van justitie Humbert, is van plan dei „Gaulois" aan te klagen wegens smaadschrift,j omdat dit blad heeft verzekerd, dat minister! Humbert indertfid onnoodig het faillissement der „Union générale" zou hebben uitgelokt, en dat deze geschiedenis hem 500,000 franken' had opgeleverd. Gisteren z(Jn er een menigte getuigen ge hoord in de zaak, veelal slachtoffers van mevrouw Humbert Daurignao. Onder deze personen zijn er, die komen verklaren, dat z hun spaarduit geheel verloren hebben aan dei Lyfrentenbank; zoo een oud vrouwtjedat op aanraden van haar eohtgenoot, sindsdien over- teden, haar kapitaaltje van 10,000 frankenj naar deze Bank had gebracht, verlokt door) het prospectus. De Humberts, die meest in 'tj groot werkten, hadden door die Lyfrontenbank; de gelegenheid ook in het klein te werken,' indachtig, dat vele kleintjes een groote maken. AARLANDERVEEN. Bevallen: L. Hoogem doorn geb. Zwanenbeek D. ALKEMADE. Bevallen: J. van Dieraen geb. Brunt Z. M. Massing geb. Van der Meer D. Overleden: J. W. van Heek D. 3 m. Gehuwd: A. Uithoven jm. 31 j. en H. de Rijk jd. 23 j. BODEGRAVEN. Bevallen: N. van Leeuwen geb- Bouthoorn Z. M. C. Onwendyk geb. Kraan D. Overleden: A J. Hellema 13 m. E. Codee, gehuwd met A, de Gans, 01 j. Gehuwd: J. Bekker jm. 20 j. en M. van Duijvenbode jd. 25 j. KOUDEKERK Bevallen: D. Wortman geb.' Jansen Z. Overleden: H. 0, Wortman 1 dag. Gehuwd: D. J. Monnik en A. Blonk. Pt J. Couvóe en T. Blonk. G. Bloemendaal en A. W. van Grieken. OUDSHOORN. Bevallen: M. J. Lujjben geb. Grossat Z. T. Roos geb. Laros leren]. Z. Overleden: W. van Arkel Z. 23 d. D. Berkbout Z. 3 w. J. de Jong, huiavr. van K. Kranenburg, 83 j. TER-AAR. Bevallen: C. D. Droog geb. De Ronde D. Gehuwd; C. van den Berg jm. 27 j. en W. 0. Huigaloot jd. 27 j. D. Me\jer jm. 82 j. en' L. Hoogervorat jd. 80 j. J. Heeg jm. 27 j. en; T. Treur jd. 22 j. VALKENBURG. Geboren: Hendrik, Z. yan N. Binnondjjk en G. van Egmond, Overleden: H. T. P. de Jong,* 58 j., ecktge- noote van A. Bol Cz. P. van der Mejj, 82 gehuwd met I. van Klaveren. WOUBRUGGE. Gehuwd: G. Verkade jm. 23 j. en H. Feenstra jd. 28 j. C. van der Wiilik jm. 23 j. en J. Maurita jd. 20 j. ZEVENHOVEN. Bevallen: A. van Dijk geb. Janmaat Z. Gehuwd: J. Verhoeff en G. Zuidam. ZEGWAARD. Geboren: Jacobus Theodoras, Z. van J. Stein en E. Belt. Johanna Hendrika* D. van H. A. Hagere en J. voor der Mark. Lena en Johanna, doohtera van P. J. van de» Spek en J. Verheeft Overleden: P. J. Brandhorst 1 j. ZOETERMEER. Geboren: Jobanne Theodora* D. van L. Hoogduin en J. Velsen. Ondertrouwd: H. Vrouwenraad 40 j- enIk' 8. Lager berg 34 j, van Zoeterwouda. De stad Quezaltenango, in Guatemala. De ontzettende nieuwe uitbarsting op Martinique met de vreemde eleotrieche verschijnselen bewast hoe het inwendig vuur der aarde aan het werken Is overal waar de aardkorst betrekkelijk dun of gespleten is. De laatste mail brengt nu bijzonderheden over de verschrikkelijke aardbevingen, welke don 24sten April plaats grepen in Guatemala. Duizenden verloren het leven er door. Acht steden zijn er door vernield. De schokken begonnen den 8sten April en de laatste en ergste had plaats den 24ste. quezaltenango, de tweede stad na de hoofdstad, is een puinhoop evenals San-Marcos, Solola en vijf andere steden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 6