Dc kroning van Eduard VII.
Wetenschap en Industrie.
Geschiedenis en Kunst.
Stofgoud.
Wekeiyksehe Kalender.
v
ALLERLEI.
RECEPT.
Raadsel.
de zwartzijden sokken, liet uitgesneden vest,
den rok mot een lintje in liet knoopsgat.
Mijnheer is wel tien jaar verjongd J Hij is
vroolijk, hij neuriet een populair wijsje.
Tra déridédal Waar zal hij heengaan?
Eerst even naar zijn club, waar men bepaald
denkt dat hij dood en begraven is. Dan zal
hij wel hooien wat de vriendjes voornemens
zijn to doen; hij is vooruit reeds tevreden
met hun programma voor dien avond, hij
zal juist komen als ze hun diner op hebben,
wanneer gelukkige stervelingen zonder fa
milie en zonder villa zich afvragen*; „Waar
zullen wc heengaan vanavond?"
Buiten regent het nog immer door; de
wind zweept de droppels tegen dc ruiten.
Mijnheer gaat naar het salon, waar me
vrouw zeer op haar gemak zit, den elleboog
op tafel, het hoofd gebogen over een dag
blad, prettig beschenen door het licht. Mijn
heer beschouwt dit vredig huiselijk tooncel-
tjo; dan, als een antwoord op eenig inwen
dig verwijt, zegt hij:
Geloof maar gerust, dat als het niet om
idic receptie was, ik lekkertjes zou thuis blij
ven in zoo'n hondenweer. Het is me wat I"
En hij trekt zijn overjas aan, terwijl me
vrouw ijverig doorleest.
Eonsklaps slaakt zo een gilletje: „O, beste,
wat een geluk, dat ik met het Stadsnieuws
ben begonnon 1 Nu bespaar ik je hcclwat
verdriet."
„Hè, wat?" vraagt mijnheer, vaag onge
rust.
En movrouw lcost triomfantelijk: ,,Ten ge
volge van het overlijdon van den schoonva
der van den president kan do receptie van
hedonavond niet doorgaan 1"
Panl Alle plannen in duigen dusl Maar
mijnheer bewaart oogonschijnlijk een sfcoï-
cijnsche kalmte, want hij voelt hoe zijn
vrouw hem tersluiks bespiedt. Het minsto
teeken van ergernis zou hem verraden. Met
een glimlach, een hartroerenden glimlach,
'doet hij zijn overjas veder uit en antwoordt:
,,Dat is een geluk! Verbeeld je, dat ik met
dit weder voor een gesloten deur was geko-
mon Ik dank jo wel, vrouwtje 1"
En mijnheer geeft mevrouw een kus, met
meer dan gowonc hartelijkheid.
Er zijn teleurstellingen in het leven, die
men het best doet, zwijgend te begraven.
Het programma der kroningspleehtighe-
don in de Westminster-Abdij te Londen op
26 Juni a.8. is openbaar gemaakt.
Tal van eigenaardige bijzonderheden ko
men daarin voor.
Het volgende ia cr aan ontleend:
Do Anglicaansche aartsbisschoppen en
bisschoppen in ambtsgewaad zullen buiten
do westelijke deur wachten totdat, bericht
komt van 's Konings nadering cu alsdan
het gebouw binnengaan. Dc Eoning cn dc
Koningin worden met toepasselijk gezang
ontvangen en gaan, evenals do aartsbis
schop, voorafgegaan v. n den „koning" der
Kousebandordc, met den lord-kanselier,
enz. naar een groot platform, „het theater"
genaamd, tusschon het koor en het sanctua
rium opgericht. Do Koning staat in het mid
den en keort zich naar do vier windstreken,
terwijl de aartsbisschop tot do aanwezigen
spreekt:
„Heoren, ik stel" u hier voor Koning
Eduard, den ongctwijfelden Koning van dit
Rijk. En daarom, ijt gij allen, hier geko
men om hem hulde te brengen, bereid zulks
to doen?"
Na do predikatie gaat do aartsbisschop
voor den Koning staan en vraagt:
„Sire, is Uwe Majesteit willons den eed af
te leggen?" En dc Koning antwoordt: „Ik
bon des willens."
Daarop legt hij do vereischtc verklaring
af, kust den Bijbel (een niouw en daartoe
opzottclijk gebonden oxemplaar) en onder-
tcokent den eed. Voorts knielt hij met zijn
Gemalin en dc Kouscbandkoning roept vier
riddors der orde op, die van den opperka
merheer een prachtig zijdon kleed ontvangen
om boven het vorstelijk paar op to houden.
Dc Deken giet olio in con daartoo bestem
den lepel en do aartsbisschop zalft den
Koning
op de kruin van het hoofd, zeggonde:
„Uw hoofd zij gezalfd met heilige olie go-
lijk Koningen, priesters en profeten werden
gezalfd"
op dc borst, zeggende: „Uwe bor6t zij ge
zalfd met heiligo olie";
op do palmen der beido handen, zeggende:
„Uwo handen zijn gezalfd met heilige olie.
En gel ijk Salomo door Zadok don priester
en Nathan den profeet tot Koning gezalfd
word, zoo wees gij gezalfd, gezegend en go-
wijd tot Koning over dit volk, hetwelk do
Heere uw God u gegeven heeft, om dat to
regceron en te besturen. In den naam dos
Vaders", enz.
Na opgestaan te zijn, knielt de Koning
voorts opnieuw om door den aartsbisschop
te worden gezegond. Zijn hielen worden aan
geraakt met sporen, genomen van het altaar,
cn hij ontvangt het zwaard dor gerechtig
heid. Vervolgens ontvangt do Deken van den
„behoerdor dor klceding" do „armilla"
(armband) cn den rijksmantol van goudla
ken, „het gewaad der gerechtigheid", en be
kleedt Z. M. daarmede, waarbij do „Lord
Great Chamberlain" "de gespen vastmaakt.
Don zet zich dc Koning, de Deken brengt
don Rijksappel cn het kruis van het altaar
en onder een gebed worden hem die dooi
den aartsbisschop ter hand gesteld, waarna
ze door den Deken weer op het altaar wor
den geplaatst. Van den „beheerder van het
Juwcelenhuis" ontvangt do aartsbisschop 's
Konings „waardigheidsring", dien hij bid
dende ora Zr. Ms. linkerpink schuift. Een
ander waardigheidsbekleder biedt een hand
schoen aan en nadat die is aangetrokken
neemt do Koning den schept.r met kruis,
teeken zijner macht, in de rechterhand en
den schepter met do duif, „staf van billijk
heid cn genade", in zijn linker.
Nu wordt dc kroon, vooraf op het altaar
gelegd, door den aartsbisschop den Koning
op het hoofd gezet; de aanwezigen juichen:
„,God behoede den Koningtrompetten
schallen, dc pairs cn hun gemalinnen zetten
hun eigen kronen op cn de groote kanonnen
van den Tower bulderen.
Nadat Z. M. een Bijbel is aangeboden, dc
zegen is uitgesproken en het Tc Deum ge
zongen, wordt de Koning door dc aartsbis
schoppen, bisschoppen en pairs op den
troon geheven, waarna de pairs hem huldi
gen.
Terwijl nu de Koning op den troon zit,
wordt zijn Gemalin gekroond. Daartoe
treedt zij, door twee bisschoppen geleid,
naar do trappen van het altaar en knielt or
neder, terwijl de aartsbisschop van York een
gebed spreekt. Daarop staat H. M. op en
begeeft zich naar de plek der zalving. Hier
knielt zij wederom neder en vier edel-
vrouwen, door den Kouscbandkoning opge
roepen, houden een kleed van goudlaken
boven haar, terwijl dc aartsbisschop haar
olie op het hoofd giet. Vervolgens doet hij
haar een ring aan den rechtorringvinger.
Ten slotto wordt bet Avondmaal gehou
den, waarbij do Koning ccn altaarklced en
een baar goud van con pond gewicht, do Ko
ningin een dergelijk kleed en een „markge
wicht" goud schenkt. Dc plechtigheid ein
digt met het gezang: „Eere zij God in de
hoogste Hemelen. Vrede op aarde", enz.
De meest uitgebreide voorzorgen zijn door
do overhoid genomen; zij, die tribunes
bouwen, moeten aan strenge voorschriften
voldoen, welko zoowel het gemak der bezoe
kers als do openbare veiligheid ten doel
hebben. Toch is het gevaar niet te overzien,
wanneer op een punt langs dio mijlcnlango
tribunengalerij een brand mocht uitbreken
of do voorschriften onvoldoende mochten
blijken.
De politie heeft alle schikkingen getrof
fen en het feit, dat tijdens Koningin Vic
toria's jubileum in 1807 alles zoo voorbeeldig
ordelijk toeging, levert cr waarborg voor,
dat men ook ditmaal succes zal hebben;
Do oudo Westminster-Abdij is sedert 1
April voor het publiek gesloten en overge
leverd aan den aannemer, die haar voor het
Kroningsfeest moet inrichten, en zóó zorg
vuldig wordt zij tegen nieuwsgierigen be
waakt, dat alle werklieden persoonlijk bij
do een of andero der tijdelijko autoriteiten
moet bekend zijn om toegelaten to wordon.
Gedrukto of geschreven toegangskaarten
worden te gevaarlijk geacht. Voor zoover tot
nog toe kan worden nagegaan, zal alles daar
op tijd gereed zijn cn plaatsen zijn verschaft
voor ettelijke duizenden meer dan gewoon
lijk.
Allo plaatsen op de stoomboolcu van
Niouw-York, Philadelphia en Boston zijn,
met heb oog op Koning Eduard's kroning
reeds besproken. Velen zullen over Canada
of als tusschendeks-passagiers moeten gaan.
Men rekent, dat tegen den kroningstijd moer
dan honderd duizend Amerikanen to Londen
zullen zijn.
Hoofdpijn. Onder don algemeonen naam
van hoofdpijn worden, zooals men weet, aan-
dooningen van allorloi oorsprong en pijnen
van allerlei aard te zamen gevoegd. Een
Londensch geneesheer heeft getracht In dezou
chaos wat orde te brengen. Ziehier in het
kort zijn adviezen.
Ondervindt men eon onaangenamen druk
op hot voorhoofd, boven de oogon, en heeft
men daarby aanvallen van duizeligheid en
gebrek aan eetlust, dan Is oen bedorven maag
do oorzaak en een kleine hongerkuur het
beste middel.
Is do pijn in het voorhoofd zeer hevig en
gaat zij van koortsverschijnselon vergezeld,
dan is naar alle waarschijnlijkheid een ziekte
in aantocht en doet men verstandig als men
een arts raadpleegt.
Een aanhoudende pijn in het voorhoofd
zonder duizelingen of koorts wijst er op, dat
in de ademhalingsorganen iets niet in orde is.
Heeft men dikwijls last van pijn in het
achterhoofd, dan kan er sprake zijn van een
begin van leververharding, waarvoor veel
beweging het beste geneesmiddel is.
Een stekende, borende pijn in de slapen
wijst op bloedarmoede.
Hevige hoofdpijn aan éóne zijde van het
hoofd (zoogenaamde schele hoofdpijn of
migraine) is een teeken van nervositeit; het
beste middel daartogen is, eenige uren in
volkomen rust en stilte in het donker door
te brengen.
Zit de pijn boven In het hoofd, zoodat men
het gevoel heeft alsof men een centenaars
gewicht op zjjn schedeldak had, dan kan men
met groote zekerheid veronderstellen, dat
geestelijke overspanning de oorzaak van het
lijdon is. Beperking van arbeid, verkeer in de
buitenlucht en krachtige voeding zijn dan
aangewezen.
Doen zich de pijnen gevoelen met korte
tusschenpoozon en trekken zij door het geheele
hoofd, dan zijn zjj van rhoumatischon aard en
ontstaan ten gevolge van koude of tocht.
Hier holpt liet best, het hoofd warm to houden
of een flink zweetbad te gebruikon.
De voedingswaarde van een ei. De me
nigmaal geuite meening, dat een paar eieren
overeenkomen in voedingswaarde met een
half pond vleesch, wordt het best wederlegd
door de mededeeling der door dr. Lcbbin
uitgevoerde onderzoekingen in zake de sa
menstelling van eieren. Hij vond gemiddeld
in eieren 65 pCt. water, 117 pCt. eiwitstof
fen, 11 pCt. vet en 1 pCt. asch (phosphaten
cn ijzerverbindingen), het overige vormt de
schaal (ca. 11 pCt.). Koopt mc.n dus 150 gram
eieren, dan heeft men zoowat 16 gram eiwit
stoffen; besteedt men denzelfden prijs voor
vetvrij rund vleesch, dan krijgt men zooals
ten minste de prijzen in Nederland gaan,
minstens de d u b b e 1 o hoeveelheid eiwit
stoffen. Yan belang is het evenwel de quali-
teit van het vleesch en do gemakkelijker ver
teerbaarheid van eieren in aanmerking te
nemen.
Papierfabricage. Er zijn tegenwoordig
3985 papierfabrieken in de wereld, welko
jaarlijks 1450 milliocn kilogram papier op
leveren. Daarvan wordt do helft voor druk
kerijen gebruikt en wel alleen voor couran
ten 335 milliocn kilogram.
In de laatsto tien jaren is het verbruik
van courantenpapier met 110 millioen kilo
gram toegenomen.
Het jaarlijksch papierverbruik bedraagt
over dc inwoners verdeeld per hoofd: in
Engeland 6.5, in de Yereenigde Staten 5.7,
in Duitschland 4.4, in Frankrijk 4.2, in Ita
lië en Oostenrijk 2, in Spanje 0.85.
Naar Nederland zochten we, helaas, tever
geefs in de opgave.
Gu-staaf Adolf en het duel. Qustaaf Adolf,
koning van Zweden, was oen tegenstander
van het duel. Hij had het daarom in zijn land
ultdrukkol(jk verboden en op de overtreding
de doodstraf gesteld.
Eens waren twee officieren met elkaar in
twist geraakt; een twist, welke zóó hoog
liep, dat zij meenden, dat hjj niet zonder duel
kon worden bijgelegd. Z\j wendden zich
daarom tot den koning met verzoek, dat hij
hun zou toestaan, een tweegevecht te houden.
Het antwoord luiddo, dat Gustaaf Adolf zijn
toestemming gaf onder voorwaarde, dat hy
zelf den kamp mocht bijwonen. Do officieren
stomden daarin toe en op het bepaalde uur
verschenen zy op do kampplaats, waar de
koning hon opwachtto, vergezeld door een
hooge, forsclio gestalte, in een langen, don
keren mantel gewikkeld. Vóór het twee
gevecht aanving, nam do koning het woord.
„Een van u beiden," zeido hy, „zal natuurlijk
overwinnaar bleven en waarschijnlijk zal de
overwonnone met zjjn loven boeten. Maar dit
verzeker ik u nadrukkoiyk: aan den over
winnaar wordt onmiddoliyk de straf voltrok
ken, die op het duel staat." Met deze woorden
gaf h\j den vreemde een wenk, die, don langen
mantel afwerpend, in het roode gewaad van
den beul, met het groote zwaard by zich,
voor hen stond.
Do officieren stonden als van den donder
getroffon, maar kozen spoedig de wijste party
en verzoenden zich met elkaar in bijzijn van
den koning.
Misschien, dat een dergelijk dreigement
tegenwoordig op een aantal vechtlustige helden
ook nog wel een kalmeerenden Invloed zou
uitoefenen l
Dieet en Kunst. Een nieuw bewijs van
den wederzjjdschen invlood van eten en
drinken en kunst is gegeven door den buffet-
houder van de Parysche Opera.
Hom was gevraagd door iemand, die van
statistiek houdt, of by elke voorstelling even
veel ontvangen werd aan de buffetten. En
toen kwam het merkwaardig antwoord: f Zeer
verschillende dranken worden govraagd by
verschillende stukken. Er wordt het meeste
geld besteed door het publiek als „Faust"
gegeven wordt. Limonade en champagne
leveren dan veel voordeel. Op Meyerbeer*
avonden is er vooral vraag naar ys. De
opera's van Donizetti doen geregeld vraag
ontstaan naar siropen zoete dranken dus
en sinaasappelen."
„En by ballet-uitvoeringen?"
„Dio noemen wy steeds punch-avonden."
„En "Wagner? Als byv. „Siegfried" wordt
opgevoerd
„O, dat zyn onze zwarte tyden. Dan wordt
er niets gevraagd aan het buffet. Dan loopt
het publiek, met gefronst voorhoofd, nadenkend
heen en weer in de gangon."
Zij, 'die den plioht erkennen als hun leider
on dus voor het onzichtbare zich buigen,
hebben do kern van elkon godsdienst.
Oharles Boissevain.
In uwe ziel moet godsdienst wezen,
'Als in uw godsdienst ziel zal zijn.
E. Laurillard.
Moobt het den godon behagen den men-
schen evenveel te doen geven om verstand
cn geweten als em het luttel beetje, dat zo
vaak weten.
S t r a b o.
Wanneer de wijze zich baaddo in overvloed,
volop genietende van het altijd meer ontdek
ken en hot doorzien van wat waard is ge
kend te worden, maar dit zaligste aller
gonoegens had in volslagen eenzaamheid
plaats, zonder er anderen in te kunnen doen
declen, zoowaar, hij zou het even gaarno
vaarwel zeggen.
Oioero.
Ieder mensch is als geestelijk wezen wel
zelf doel, maar dat zelf staat in onafgebro
ken samenhang met do mcnschenwereld.
Waar do behoefte aan gemeenschap niet
wordt gevoeld, waar alzoo het inwendige ge
meenschapsleven wegvalt, daar verliest het
leven zijn karakter van echt menschelijk
leven.
Allard Pier son.
Reeds de onbeschaafde, ruwe mensch, die
zijn natuurdriften den vrijen teugel liet, zal
reeds spoedig bij allerlei leed en kwaad ge
vraagd hebben: „Waarom mij dat?" En toen
kregen priesters, toovenaars, asceten een
grootcn invloed met hetgeen zij beweerden
omtrent de oorzaak van het leed. De men-
schen hadden dc oorzaak to zooken in een
scliuld, in een 6tuk verleden én dus alle lij
den als een straf te verstaan.
De zoo levende mensch is als het ware ge
fascineerd als eon kip, om welke een krijt
streep getrokken is, zoodat hij niot meer
komt buiten dien kring. De zieke, de lijder
is geworden een schuldige.
Jezus had den zondaar tot een kranke go-
maakt. Later kwamen Zijn volgelingen, die
den kranke tot een zondaar, tob een schul
dige gingen maken.
Fr. Nietzsohe.
Zondag.
De deugd des vadors is het grootste erf
goed der kinderen.
Maandag.
Bij het verwijderen van onkruid uit do
harten der kinderen zorgo men daartoe geen
scherp werktuig to gebruiken. Anders loopt
men zoo licht gevaar ook de wortels te tref
fen, dio in zulke hartjes kunnen verborgen
zijn.
Dinsdag.
Laat uw kind wat geld na: het kon hem
misschien, hoewel niet altijd, tot nut zijn.
Laat hem de herinnering na aan uw naam:
bet zal hem een prikkel ten goede wezen.
Laat hom ccn schat van liefde na, heilige
beginselen, diep hem ingeprent: ziedaar de
beste erfenis.
Woensdag.
Koop nooit rat gij niet noodig hebt, om
dat het goedkoop is.
Donderdag.
Hoeveel angsten hebben ons die rampen
gekost, die niet gebeurd zijn.
Vrijdag.
Nooit hebben wij berouw, dat wij to wei
nig gegeten hebben.
Zaterdag.
Treuren is in don regol verbonden met
werkeloosheid.
Enfant terrible. Do heer Janszo: „Gaat
je zuster dezen zomer naar een badplaats,
Hendrik?"
Hendrik.,.Dafc hangt geheel van u af. Ik
hoorde ma zeggen, dat als u en Betsy ver
loofd waren vóór het seizoen begon, er in 't
geheel geen reden zou zijn om er heen te
gaan."
Modern kind. Achtjarige Lizo (voor den
spiegel een hoed passend): „Mama, vind u
ook niet, dat deze hoed mij wel tien jaar
jonger maakt?"
De hoofdzaak. Zoon: „Wat is eigenlijk
een congres, vader?"
Yader: „Ja, jongen, dat is een vergade
ring, waar wordt uitgemaakt, waar ze do
volgende maal weer te zanjen willen komen."
Zy (woedend): „Watl Wil jij zeggen, dat
je verstandiger bent dan ik?
Hij (gemelijk): Wolneen, vrouwI Het te
gendccl heb ik juist bewezen, door jou te
trouwen."
Onder vriendinnen. Clara: „De man, dien
ik zal trouwen, moot iemand zijn, die denkt
vóór hij spreekt."
Mario: „Dan vrees ik, dat je nimmer trou
wen zult."
Mama: „Zeg eens, Mariél Waar hadt jc
hot gisteravond toch zoo druk over met Har
ry in het salon
Dochter: „Wat bedoelt u, mama 3"
Mama: „Wel, jelui waart aan het twisten
als een paar gekken."
Dochter: „O, mamaWij twistten niet.
Harry verlangde, dat ik in den grooten leu
ningstoel zou gaan zitten; en ik wilde, dat
hij er in plaats nam."
Mama: „Is dat alles I En wie kreeg zijn
zin V'
Dochter (verlegen): „Wel, mamal wij
wij besloten er toén beiden maar in te gaan
zitten."
Onlangs verhuurde een paardenkoopman
aan een advocaat een paard. De advocaat'
verkocht het paard en wist het zoo ver te
brengen, dat de paardenkoopman met den
verkoop niet alleen genoegen nam, maar
zelfs toestond, dat de advocaat hem in plaats
van geld een schuldbekentenis zou geven.
„Ja maar," sprak do spitsvondige advo
caat, „ik kan jo in langen tijd niet betalen.:
Ik ben zeer slecht by kasvindt je dus goed,
dat ik de schuldbekentenis op een langen
termijn stel?"
„Goed," zei do ander, die veel geld van
zijn paard had gemaakt, „bepaal zelf maai
den termijn."
Toon do paardenkoopman thuis op zijn
gemak liet papier inzag, kwam hij tot d«
ontdekking, dat de schuldbekentenis luidde:
terug te betalen op den Dag des Oor
deels,"
Er werd een actie tot betaling tegen den
advocaat ingesteld, maar de advocaat ver
zocht den rechter goed het stuk te bekijken..
„Ik heb hot goed bekeken," zei dc moderne
Salomo; „do schuldbekentenis is uitste
kend in orde, en daar dc dag van heden de
dag van het oordeel over het stuk is, veroor
deel ik jc dadelijk te betalen."
„Nu, Truitje, als je dan absoluut weg
wilt, ga dan, ik zal jo niet tegenhoudenj
maar moet je geen getuigschrift hebben?"
„O, mevrouw is wel goedl Maar mag ik
mevrouw dan verzoeken een andoren naam
er onder te zetten? Niemand hoeft to weten,
dat ik in een huishouden van Jan Steen, als
dat van mevrouw, gediend heb."
Keizer Wilhelm heeft een eigenaardige go-
woontc. Als hij poinst trekt hij zich gewoon
lijk aan het rechteroor. Men vroeg hem waar
om hij dat deed en hij antwoordde: „Dat doo
ik alleen als ik een beetje 't land heb."
„En als Uwe Majesteit dan heel erg het
land heoft?" veroorloofde zich do nieuws
gierige vrager to vervolgen.
„Dan" hernam dc Keizer „dan... trek
ik een ander aan 't oor 1"
ZeeziekteIn de grappen-rubriek van
de „Globe" wordt verteld, dat een Ylissing-
sche stooomboot haar passagiers een waar
schuwing geeft, waarop staat: „Passagiers
moeten ontvangbewijzen krijgen voor allo'
eetwaren, die zo aan boord gebruiken, cn dio
goed bewaren."
Dat is gemakkelijker gezegd dan gedaan'
en herinnert aan een oud rijmpje:
„There was a young man of Ostend,
Who said he'd hold out till the end;
But when halfway over
From Ostend to Dover,
He did what he didn't intend."
Cromo van anrdboion.
Een liter aardbeien wordt sterk gesuikerd
en cön uur ter zijde gezet. Een liter dikko
zoete room wordt met 125 gram suiker tot
een dik schuim geklopt cn daarbij wordt go-
voegd 23 grar.1 gelatine, dio in 1/2 liter water
opgelost ia
In een goed met besto amandelolie be
smeerden vorm doet men laagsgewijze do
crêmo cn de aardbeien, laat ze op ijs goed.^
stijf worden en versiert de crème, nadat zij)
overgestort is, met nog eenige aardbeien en
confituren.
I.
In 't Engelsch lig ik voor uw blik
En tuurt gc op mij soms met veel schrik;
Maar spreekt ge mij in 't Hollandsch uit,;'
Dan ben ik een zeer prïkklend kruid.
II.
Zit gij er in het Engelsch in,
Dan baast ge 11 wis er uit to komen;
Maar wordt in Nederlandschen zin
Dat woord op uwe lip genomen,
Dan krijgt ge een -lbekende maat.
Ik denk wel, dat ge 't spoedig raadt,
III.
Zoek mij in 't Duitsch aan 't hoofd,
En wel alleen in 't oor.
In 't Hollandsch echter krijgt
Ge er heel iets anders voor:
Een ramp, vol moord en brand,
Een wee ver volk en land.
Het antwoord op de Opgave der vorlgi
week is: Kniesoor.
De antwoorden op bovenstaand drieledig
Raadsel geven wij in het nummer der yoD
gendo wcek«