ffc f2953
feze <€ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Dit nommer bestaat uit
VIER Bladen.
Eerste Blad.
Offlcieele Kennisgeving.
Aed.-Zuidalrikaausclic Vcrceuiging.
PINKSTEREN.
Zaterdag TT 3ïei. A°. 1902.
LEIDSCH
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leidon por 8 maandonI I f 1.10.
Buiten Loidon, per looper on waar agenten gevestigd zyn 1.80
Frauco per post1.65
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 1-6 regels f 1.05. Iedere regel moor t 0.17$. Qrootere
lettors naar plaatsruimte. Voor het incasseoren buiton do stad
wordt f 0.05 berekend.
Wegens liet Pinksterfeest ter-
tehijni a. s. Maandag geen I.eidsch
Uaglilad.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Leiden brengen ter algemeeoe kennis, dat het
Bureau van den Burgerlijken ötand
m de Bevolking op Maaudag 19 Mei
a. a. i2den Pinkster.isg) zal geopend zijn van
i#e morgens y uren tot des middags 12 oren.
Liuigemeesier en'Wethouders voornoemd,
Leiden, 11. C. JUTA, W etliloco Burg.
17 Mei 1902. VAN HEYST, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders der gemeente
Leiden brengen ier algemeone kennis dat de
passage langs de tl oogewoerd nabij de
Vro u w e n s t e e g. wegona het leggen van een
gasleiding, op Dinsdag 20 Mei a. a. voor
rij- en voei tuigen zal zijn afgesloten.
Buigeineesiei en W etliouders voornoemd.
Leiden, LI. C. JUÏA, Weth., loco-Burg.
17 Mei 1902. VAN HiSYST, fcecretans.
A/d. Leiden cn Omstreken.
Ontvangen by den Penningmeester, Zoeter-
woud8che Bingel 41
Door bemiddeling van het Leidsch Dagblad:
Gecollecteerd door Jan op de bruiloft van
Eva en Josuaf 1.17s
Overgehouden van een limonade-feest van
Albei tf 0.30
By dragen kunnen worden toegezonden aan
den Penningmeester ot aan het Bureel van dit
Blad.
Ons zomerfeest bij uitnemendheid heeft
een belangwekkende geschiedenis. Oorspron
kelijk mort het wel zijn plaats hebben inge
nomen bij den ccredienst der natuurver
schijnselen, als openbaringen van de werk
zaamheid der Hoogste Macht, door de vol
ken in een ver achter ons liggend bescha
vingstijdperk ingesteld en in stand gehou
den.
Bij een innige betrekking tot de stoffelijke
wereld, bij dagclijksch verkeer op veld en
akker, en onder den invloed eener geestes
richting, die de voorstelling van het onbe-
grepene en ongeziene vermengde met de in
drukken, door het zichtbare teweeggebracht,
kon het niet anders, of dc merkwaardige
tijdstippen in de jaarlijks wederkeerende
reeks der werkingen, waarvan het levenson
derhoud aller schepselen afhangt, moesten
wel op bijzondere wijze herdacht worden.
Dankbare vreugde bij het intreden van het
6choono tijdperk der volle groeikracht, bij
het aanschouwen van den hcerlijkstcn luister
in plant en bloem, bij het gonieten reeds van
de eerste vruchten, die weldra zouden ge
volgd worden door railden overvloed, zij
moet de geboorte gegeven hebben aan het
feest, dat in latere tijden vele wisselingen
heeft ondergaan en rijker van inhoud is ge-
wordon, maar toch, aan zijn oorsprong ge
trouw, een godsdienstig karakter heeft be
houden.
In Oud-Israel was Pinksteren een oogst
feest, zeer verklaarbaar als men bedenkt
dat in Palestina de rijpwording, dank zij
het milde klimaat, veel vroeger intrad dan
in onze noordelijke 1 -nden, en de gewoonte,
om bij dat feest offergaven van veldvruchten
te brengen, bleef bestaan, ook sedert er aan
was toegevoegd de herdenking van do wet
geving op Sinaï, hetgeen eerst na de Babylo
nische Ballingschap moet zijn geschied. Deze
ontwikkelingsvorm van do feestgedachte gaf
er een beslist nationalen toon aau, bracht
haar in nauwer verband met den godsdienst,
en maakt het begrijpelijk, dat tot de viering
uit dc onderscheiden landen Joodsche kolo
nisten samenkwamen in de hoofdstad van
het moederland, zooals wij dat beschreven
vinden in het gewijde verhaal, dat den
grondslag uitmaakt van de Pinksterviering
der Christenheid.
Afgescheiden nu van de opvattingen, die
persoonlijke denkwijze hecht aan do bijzon
derheden, vindon wij toch allen in dat ver
haal uitgedrukt, welke beteekenis de Pink-
steridéc heeft voor het godsdienstig leven.
Ook deze is eerst in den loop der tijden ge
worden tot hetgeen zij thans i§. Niet vroe
ger dan in het begin der negende uuw heeft
de Kerk de Pinksterviering vastgesteld: het
was in 805, op het Concilie van Elvira
(Spanje).
Pinksteren legt vooral den nadruk op het
propagandistisch karakter van het Chris
tendom. Over Jezus' discipelen wordt uitge
stort de Heilige Oce9tzij voelen zich geroe
pen om te getuigen van hetgeen in hen leeft,
voor do schare van geloofsgenootcn uit Ju-
da's stam, gedrongen t t aaneensluiting van
allen, wien dezelfde bezieling ten deel valt.
In de hoofdstad, die den GrooteD Meester
verwierp, vormt zich de eerste Christenge
meente, uit eenvoudigo lieden, niet uitblin
kende door macht of aanzien, evenmin door
geleerdheid, maar die in een ruimer begrip
van do betrekking der mcnschen tot den
Hemelschen Vader en van de broederlijke
gezindheid onderling, het brood des levens
gevoftden hebben. En van dat oogenblik af
vergenoegen zij zich niet mot den schat voor
zichzelvcn te behouden, zich in stilte en in
kleinen kring er mede te verlustigen. Zij
moeten dc wereld in, om aan alle mensohen,
aan Joden en Heidenen, te verkondigen de
heerlijkheid van het Evangelie der liefde
hun geestdrift stijgt naarmate zij moeilijkhe
den ontmoeten bespotting noch vervolging
houden hen terug. De snelle verspreiding
van het Christendom, reeds binnen de gren
zen van één eeuw, over alle onder Rornein-
sche heerschappij staande gewesten, mag be
schouwd worden als een historisch wonder,
slechts geëvenaard door een ander wonder,
de onverzettelijke volharding door do apos-
tclon en hun leerlingen aan den dag gelegd.
Pinksteren is het feest der zending.
Dit ligt reeds in zijn oorsprong opgesloten.
De edelste gavo wordt medegedeeld met on
begrensde mildheidwie zij ton deel is ge
vallen, spreken er van met anderen, en hun
geestdrift plant zich voort, van hart tot
hart. En als na korter of langer tijd zich
ergens de groepen van belijders hebben ge
vormd, die, als de eerste christenkerken, be
stemd waren om het ideaal der hoogste liefde
in zich op te nemen, te bewaren voor ver
duistering, te beschermen in den strijd tegen
zelfzucht en geweldenarij, dan zien w'j te
vens uit die kerken de gezanten te voorschijn
treden, die dc stem der uitnoodiging doen
klinken in de verte, die op dc dorre velden
der geestelijke verdooving nieuw loven gaan
brengen, die licht willen ontsteken in dichte
duisternis.
Om gerechtigd te zijn, ,het Pinksterfeest te
vieren, moeten wij, Christenen, zendingsar-
bcid verrichten, ieder naar zijn aard en ver
mogen.
Slechts enkelen der onzen zijn geroepen om
uit te trekken naar c' n vreemde, om er don
beschavenden en veredelenden invloed van
den christclijken godsdienst te vestigen. Die
grootsche arbeid wordt niet naar verdienste
op prijs gestelder mag bij gezegd worden,
niet altijd op waardige wijze verricht. Min
achtende bejegening verdient hij allerminst.
Waar zonder politieke cn materieelc bedoe
lingen de christelijke propaganda optreedt,
waar zij de zedelijke rheffing beoogt ook
door verbetering van de levensomstandighe
den, brengt zij een w ldadigc omkeering te
weeg, geeft zij aan het volkslcvon een rich
ting ten goede, verhoogt zij «et maatschap
pelijk peil cn vermeerdert zij den welstand
Een zeer te waardeeren steun van dezen ar
beid cn een medewerking die d,e persoonlijke
cenigermatc kan vervangen, ligt in het be
reik van allen van »'it werk toch kan te
recht gezegd worden» dat ook het penninkske
van den minvermogende daarbij vruchten
afwerpt.
Verder is er propaganda in eigen kringen.
De vraag is gedaan, en haar beantwoording
is nog altijd op niet of weinig afdoende
wijze vernomen, dat in weerwil van dc negen
tien eeuwen, gedurende welke de Heilige
Geest zich heeft uitgebreid over de mensch-
heid, deze zoo ontzaglijk veel zedelijke onvol
maaktheid vertoont, dab twijfel aan do ver
heffende en louterende werking van dien
geest gerechtvaardigd 6chijnt; waar toepas
sing van het christelijk beginsel afbreuk
zou doen aan stoffelijke belangen, laat men
het maar al te vaak op den achtergrond, of,
wat erger is, men ontleent aan het christen
dom zekere spreekwijzen, waarvan het ge
bruik een sluier werpt over de grofste uitin
gen van het egoïsme. Daar is alleen van te
zeggen, dat do Heilige Ccafc geen ingang
heeft gevonden in dc harten, ze althans niet
heeft vermeestord. De zegepraal van het
licht is nog maar een gedeeltelijke. En, bij
de erkenning van wat er al ten goede door
is veranderd, mocht wel dc gedachte ons be
droeven, dat het zoo oneindig veel beter zou
zijn bij con dkomen overwinning.
Welnu, dio te helpen bewerkstelligen, dat
is onze zonding. Om d ze te volbrengen zijn
wij in de wereld. Het begin is: zelf Christen
te zijn, en wie dat is, h« tegelijk don weg
gevonden om aan zijn roeping ton aanzien
van de groote broederschap te voldoen. Als dc
apostelen vervuld zijnde van den Heiligen
Geest, zullen wij tot allen spreken, een iege
lijk in zijn eigen taal, en velen toebrengen
tot do gemeense' ap d.-rgencn, die het burger
schap van het Godsrijk het hoogste achten,
dat biniicm menscbolijk bereik ligt. Dan zal
het werkolijk Pinksteren zijn.
Uit «1e Tweede Kamer.
De vergadering van Vrijdag.
Nadat de behandeling van eenige kleinere
ontwerpen was voorafgegaan, waarmede de
morgen on zelfs een gedeelle van den middag
heen ging, kwam het 94ste art van het
Militair Strafwotbook weer aan do orde. Hei
was nu in tweeön gesplitst, zooals de heer
Lohman het had aangeraden. Het tweede art.
nu 94l><9, waar het om ging, luidde thans
„Do militair, die een geschrift of afbeelding,
waarin hy weet dat een beleediging voor eon
meerdere voorkomt, verspreidt, ten toon stelt,
aanslaat of ter verspreiding in voorraad heeft,
wordt gestraft, enz."De Regeeringscominissaris,
die de aangebrachte wyzigmg „ter verspreiding
in voorraad hebben" toelichtto, verklaarde al
dadeiyk, dat de Regeering hiermede had too
gegeven, wat zy kon toegeven en daarom
geen der andere amendementen kon over
nemen. Er had nog een juridisch debat plaats
lusschen den hoer Marchant en den Regeerings-
commissaris, waarvan wy met durven uit
maken wie er geiyk had; het begon velen
ledon óok te vervelen, er werd: stemmen I
stemmen 1 geroepen.
Schaper on Marchant wyzigdon hun amen-
dementen nog even, Staalman verdedigde hot
zyne nader, en do heer Lohman kwam vor
klaren, dat de Oouimissio van voorbereiding
't geheel met "do Regèofing eens is. Nu begon
do stemming, 't Amendement Schaper, om te
doen vervallen do woorden „ter verspreiding
in voorraad heeft" viel met 12 stemmen, voor
de sociaal-democraten, do vrijzinnig democraten
mot uitzondering van do heoren Drucker en
Van Raalto en do heoren De Klerk en Staal
man. Het amendement van den heer Staalman
ervoer hetzelfde lot, torwyi ten slotte dat.
van den heer Marchant word afgekeurd met
45 tegen 20 stemmen. B,| r.'e 12 vorlgen
hadden zich nu 8 liberalen gevoegd. Toen
ging art. 94bis er zonder verdere strubbeling
door en de artikelen 113— 122a eveneens,
waarna de heer Idenburg en anderen »en
amendement tooi stelden op art. 122b met
het doel om een militair, die een mindere
uitscheldt, tegen hem vloekt, hem bespot on
beschimpt ook met negen maanden strafbaar
te stellen. Uit de toelichting bleek, dat zy
eigeniyk alleen het vloeken op het oog hadden,
wat aanleiding tot Insubordinatie kan geven,
waar do mindere, daardoor in zyn gemoeds
overtuiging en eigenwaarde aangetast, licht
wordt geprikkeld tot een protest. Het kwam
niet verder dan tot de toelichting. Wanneer
Woensdag de vergadering weer aanvangt, zal
he' o. i. er wel doorgaan.
Zcoils wy zelden, vooraf gingen eenige
kleine ontwerpen en daarvan bracht alleen
hot voorstel tot bekrachtiging van oen nadere
overeenkomst met do Exploitatie maafscbappy
omtrent het voormalige Rynspoorweg-peiso-
neel de tongen in beweging. Een aantal be
ambten van do vroegore Rynspoonvog moat-
schappy zyn by overgang dier lynon aan deu
Slaat, thans m dienst gekomen by de Exploi
tatie maat schappq Deze wuikheden verkregon
uit een ondoisteumngsfonds eon pensioen,
zooals ook hunno weduwen on weezon. Met
do opheffing dier maats happy is dit fonds
onder de werklieden verdeeld. Aan do Exploi
tatie maatschappy is ook een bepaald pensioen
fonds verbonden en de ambtenaren, die nu
overkwamen, konden zich mkoopen in het
nieuwe fonds. Dit kon geschieden van de som,
•tie hun uit het oude fonds was toegewezen.
Aangezien die som in elk geval ulot vol
doende was, verbond de Slaat zioh hot ont
brekende by te passen.
Maar wat is nu gebleken? Dat velon der
voormalige Rynspoor-beambten de goldon reeds
hadden verbruikt of zich niet wilden onder
werpen aan -de bepalingen van het nieuwe
fonds. Het govolg daarvan werd, dat dezo
werklieden mot tol het vaste porsonoel werden
gerekend en daardoor niet pensioengerechtigd
*4Jn.
Om aan dion toestand oon einde to makon
hoeft de Staat met de Expioitatie-maalschappy
een overeenkomst gesloton, waarhy is bepaald
dat deze werklieden onder hol vaste personeel
worden opgenomen, zonder de verplichting
aan hot pensioenfonds deel to nemen. Dezen
zouden dus op hun ouden dag, en by
overiyden hun weduwen en kinderen onver
zorgd zyn. Om daaraan nu een einde te maken,
is de Regeering er toe overgegaan uit de schat
kist do noodige middelen beschikbaar to stellen,
om dien lieden ten minste aan hal f peneioen
te helpen. Biykene een adres zyn do moesten
daarmede tevreden, anderen niet. Deze moenon
recht te hebben op vol pensioen, welk recht
zy ontleenen aan de aansprakon, die zy by
do voormalige Rynspoor-My. konden doen
geldea op het onderstonningsfonds. Voor bon
kwamen gisteren vooral do hoeren Melchora
en Heldingen op, de eerste sprak zelfs van
geschonden rechten, waarop de Minister aan
toonde dat daar allerminst sprako van kon
zyn. De heer Helsdingen nam het op voor
den machinist Wyers, dis door do S. S. ont
slagen werd wogons vei zwakking van gezichta-
vei mogen, zonder te zyn gepensionnoord. Vol
gens den Minister had die Wyers, by liquidatie
van de Rynspoor-MU echter f 1630 ontvangen,
terwyi zyn inkoopsom In het ponsioonfonds
der S-S. f 1180 zou hebben bedragen. Hy
had er zich dus gomakkeiyk kunneu inkoopen.
De socialistische sprekers hadden geen succes.
De overeenkomst werd ongewyzigd goedge
keurd.
De andere aaugenomen wetsontworpon geven
ons geen aanleiding de byzondere aaudachl
er op to vestigen.
Leiden, 17 Mei.
Naar ons wordt medegedooid, heeft het
collogo van Gedeputeerdo Staten, na een
drietal jaren in andoren zin te hebben beslist,
zich thans vereenlgd met het gevoelen van
den gemeenteraad van Leiden, omtrent de
belaatingplichtlgheid der meerderjartgo stu
denten ton aanzien van de stedeiyko inkom
stenbelasting en dientengevolge afwijzend
beschikt over de door dezen togen hun aanslag
over het jaar 1901 ingediende reclames.
Hollandsch Vocaal-kwartet.
Het hooren van een- of meerstemmigen
zaDg, zonder begeleiding, het hooren dus van
de menscfieiyke stem alleen, Is my, wanneer
de executanten een goed orgaan hebben en
er een voldoend - gebruik van maken, altyd
een genot. En wanneer hot gezang begint,
komt altyd over my een trilling van sterke
aandoening en levendig wordt dan telkens
weer het besef in my, wat toch de mensche-
lyke stem prachtig kan zyn, dat door de
natuur gegeven instrument, onovertroffen door
alle maaksel vau menschenhand. Of de ODt-
roerlng niet te sterker is, omdat in ons land
mooie stemmen niet dikwyis worden gehoord?
Het laatste Is werkeiyk waar; en even
waar is het, dat het anders zou kunnen zyn;
het hoeft waariyk hier niet meer te worden
uiteengezet op hoeveel manieren stemmen
bedorven worden. Hoe dikwyis treft het je
op straat, wanneer je een kind eenvoudig
Iets hoort roepen, wat een mooie stem het
heeft; en hoe zelden zal het er later pleizier
van hebben en genot mee geven. Wie zal er
voor zorgen, dat zoo'n stem niet bederft? Men
ia geneigd, hiervoor den schoolmeester aan te
wyzen, die op de lagere school de kinderen in het
zingen onderwyst. Maar op hem vertrouwe
men niet te veel; het ls een bekend treurig
feit, hoe weinig onderwyzers daartoe bekwaam
zyn; zy moeten zooveel weten, zooveel capa
citeiten bezitten, dat de examencommissies
fn dezen niet te strenge eischen durven stellen;
doch in hunne verslagen kan men lezen, hoe
bedroevend slecht over het algemeen de
examinandi berekend biykeD te zyn voor de
taak, om do kinderen te leeren zingen. Zeer
interessante mededeelIngen daaromtrent geeft
Mej. Berdenis van Berlekom ln het Weekblad
voor Muziekvan 8 en 15 Maart IJ. in een
artikel: „Wat moet bet doel zyn van het zang-
onderwys op de Volksschool en hoe kan dit
doel worden barelkt?"
Weinig hoort men mooi zingen. Wat meer
zegt, weinig hoort men goed met heldere,
harmonische stem 6preken. Herinner u b.v.
slechts de lezing van Mevr. Ypes Speet 18
Maart 1.1., ln Amsterdam, over „het methodisch
spreken en stemvorming".
Hoeveel valt hier op dat gebied nog niet
te doen I Hoe zou alleen al hat genot van den
dageiyksohan omgang verhoogd worden, wan
neer men meer mooie stemmen om zich been
hoorde.
Verre zyn ons de Duitschers, waar het
betreft de ontwikkeling van den zang by alle
klassen van de bevolking, vooruit. Laat ons
het tot troost zeggen, hun stadium heeft ook
zyn nadoelen; het is waar wat Ernst Gystrow
(„von Singen und Sch&uen", in Münchener
Jugend, 1901 No. 2) daarover zegt: Er wordt
zooveel gezongen, dat het afbreuk doet aan
het vermogen van den mensch, om te kyken
naar het mooie om zich heen. „Der Germane
zegt de schryver—- hört viel mehr, als er
sieht. Nicht die Farbenpracht und Farbenan-
muth einer Muschel entzückt ihn, sondern
ihr eintöniges Raunen vor dem Ohre; nicht
das Bild sturmgepeitschter B&ume packt lhn,
aber die gewaltige Melodie des Sturms selbst..."
Waar hy tot het zingen vooral onder wandelin
gen komt, zegt hy o. a.,Der Deutsche wandert
zu allermeist in Vereinen, und w&hrend er
wandert, singt er. Ein-, zwei- oder vierstim-
mig, wie 'a trifft. Er singt die wunderbare
Stille elnea Herbstmorgens,die blüthen-
welese Jungfraulichkeit elner Frühlingsfrühe
unentwegt in Grund und Boden. Er streift
nicht durch die Welt, er marschirt hindurch,
nach den Marschtempo seiner Wanderlieder
Wer durch die Welt mit Gesang marschirt,
der gelit blind hindurch. Er preist unausge-
8etzt Bflchlein, Lerchen, Wald und Feld, aber
er sieht sie nicht".
Ik ben, als de Duitschers, gedacht aan het
„Wandern" geraakt; want ik ben in Duitsch-
land terecht gekomen, waar ik te schryven
heb over het Hollandsch vocaal-kwartet en
ik weidde uit over slecht zangonderwys, waar
ik zou vertellen van een viertal zangeressen
en zangers, met goede en goed ontwikkelde
stemmen.
Aan klankschoonheid en klankeenheid heeft
het kwartet my veel meer gegeven, dan ik,
wetende, dat het nog niet lang samen zingt,
my had voorgesteld. Zooals het meestal ls
en ook moet zyn: de sopraan en bas traden
het meest op den voorgrond: de sopraan als
leidster van de melodie, de bas als basis voor
den klank vaQ het geheel, en beideD, mej.
Georgine Kloppenburg en de heer Soutendyk,
hebben die taak mooi vervuld. De diepe stem
van den baszanger heeft aan klank en expressie,
dunkt ons, gewonnen.
Ik verheel niet, dat de sopraan wei eens
iets te laag zong, ook dat do party haar op
enkele plaatsen klaarbiykelyk wat hoog lag,
maar toch heeft haar zang op my den grootsten
indruk gemaakt; haar stem is niet zoo helder,
week, als die van de alt, mej. JeDDy Bakels, maar
heeft een, zooals men zegt, wat metaalach-
tigen klank, die my zeer sympathiek aan
deed haar wyze van zingen gaf my de biykan
van zoo'n fijn, muzikaal talent, dat ik er
naar verlang, deze zangeres spoedig weer te
hooren.
De alt en de tenor hebben goed ra het
ensemble meegewerkt; do alt zou iets sterker
en expressiever kunnen zyn; do tenor zetto,
waar hy op den voorgrond moest treden
(voorn, in Morgengebet van Mendelssohn), zyn
stem te sterk uit en bracht in die oogen-
blikken met een wat vulgair pathos de oen
heid van styl, over 't algemeen zoo goed
bewaard, in gevaar.
Uit den schat van a capella zangen was
een mooie keus gedaan, ik noem de werkjes
van Valerius (byzonder mooi gezongen), Rossini
het allerbekoorlUkste „Quando corpus"), Prae-
torius en Löwe.
Niet ln alle workon was men even gelukkig,
speciaal liet de onderlinge zuiverheid wel eens
ieta te wenschen over (o. a. in de composities
van Naninl, Pitori en Klein), maar men heeft
toch, mot muzikaal, ernstig, zorgvuldig ge
nuanceerd zingen, mooie Indrukken gewekt
en bewyzen gegeten, dat deze creatie van
Maurice Hageman alle reden van bestaan
heeft en nog veel goeds zal kunnen tot 6tand
brengen. A.
Het Monument voor Koningin Emma.
De commissie voor de oprichting van het
monument, ter herinnering aan hot gezegend
Regentschap tan Hare Majesteit de Koningin-
Moeder, op het Regentesseplein te 's Graven-
hage, bestaande uit de heeren mr. A. E. H.
Goekoop, voorzitter; J. F. R. van de Wall,
secretaris; M. Zanen, penningmeester, mocht
het resultaat verkrygen, dat de oprichting van
dit monument, wat het financieele gedeelte
betreft, verzekerd is. Het monument is ont
worpen door den beeldhouwer Odé, in vereeni-
ging met den architect Gips. De commissie
heeft, om aan veler wen3chen te voldoen, de
gelegenheid tot uitgebreider deelneming openge
steld. De thans inkomende bydragon zullen wor-
don bestemd om gebruik te kunnen raakon
van een edeler grondstof voor de samen
stelling van het gedonkteeken.
Hot godenkteekon bestaat volgons do tee-
kening uit een obelisk op voetetuk, op do
frontzydo waarvan de naam vau Hare Majesteit
Emma staat gegrift, terwyi eon vrouwenbeeld,
den vrede voorstellend, den vredespalm om
hoog heft naar de welgoiykondo buste van
H. M., in een schild, geplaatst onder een bal
dakyn met de Koninkiyko kroon en spits.
„Kouingiu-ltegenlcs".
De bemanning en de roizigors van hot stoom
schip „Koningin-Rbgeutos", kapt. Kotting,
2 April van Batavia naar Amsterdam ver
trokken, hebben bange uren doorleefd.
Vyf dagen na het vertrek kwam or een
ongemak aan de vlampypen, waardoor met
halve kracht moest gestoomd worden. Den
volgenden dag geraakten do zonnetenten ln
brand, door vallend root; het vuur doelde
zich mede aan de trosson, stuurkast en
sloepen. De kruitkamer, waarboven eon ge
opend rooster lag, liep gevaar; maar door
het overwerpen van oon zeil en het nat
houden, werd, door do vastberadenheid van
den kapitein en de beinanning, alles gebluscht.
Den daarop volger, don dag viel een man uit
den mast en werd zwaar gewond.
(iV. v. d. D.)
Weerbericht van 17 Mei.
(Vu. dol Xon. JloUforolo.-li'.-U ln»tltuul (o UlrccUL)
Verwaohting: Matige westeiyke wind.
Bswolkte lucht. Buiig weer. Geringe toe
neming in temperatuur.
DAGBLAD.