Nf. \2m
Vrijdag 25 April.
A®. 1902.
feze (Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (§on- en feestdagen, uitgegeven.
IM.-iZaidafrikaanselie Vcreeiiiging.
Hei meervoudig stemrecht in België.
FEUILLETON,
IDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURANT:
per 8 maanden
Voor Leidon per 8 maandenJ f V 5 f 1.10.'
g\ Buiten Leiden, per looper en waar agonten gevestigd zfln 1.80
Franco per postL85-
PRIJS DER ADV HIKTENTI KN":
Van 1 6 regels f 1.06. Iedere regel meer f 0.17 Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Afd. Leiden en Omstreken.
Ontvangen by den PenningmeesterZoeter-
woudsche Singel 41:
Door bemiddeling van het Leidsch Dagblad
Van de Muziekvereeniging „Uitspanning
na Inspanning", te Katwijk aan-Zee f 6.30
Voor de Boeren, van P. L. 1.
Bildragen kunnen worden toegezonden aan
den Penningmeester of aan het Bureel van dit
Blad.
f
Zooals men weet, vontlen de troebelen in
België, die thans gelukkig wêdcr tot de ge
schiedenis bchooren, hun aanleiding in de
weigering der regeering om over te gaan
tot een nieuwe herziening der grondwet in
rake het kiesrecht welke pas in 1893 op
dit stuk is gewijzigd.
Toen is de census afgeschaft en een alge
meen stemrecht ingevoerd. Hoe, zoo werd
ons door sommige lezers gevraagd, kunnen
de vooruitstrevende partijen nu al weer
naar een ander kiesrecht verlangen! De re
den is dat het algemeen stemrecht met belang
rijke temperingen ingevoerd is. In de eerste
plaats werd, evenals hier te lande, de leef
tijd van den kiezer op ten minste 25 jaar
gesteld, in de tweede plaats het ingezeten-
«chap in een gemeente gedurende écn jaar
gevorderd en eindelijk werd wat de hoofd
zaak is het meervoudig stemrecht inge
voerd. Daartegen vooral richten zich dc
partijen der oppositie.
Zie hier, hoe het stelsel in België is toege
past. Volgens de grondwetsherziening van
1S93 en do kieswet van 189-1 brengt ieder
burger, die aan de algemeeno voorwaarden
voldoet, cén stem uit, maar een tweede en
zelfs een derde stem wordt verleend aa.i den-
geen, die aan bijzondere vereischten voldoet.
Zoo heeft recht op één stem meer:
lo. ieder, die boven 35 jaar is, gehuwd of
weduwnaar met wettige kinderen en in de
personeele rijksbelasting ten minst© 5 fran
ken betaalt, of daarvan wegens zijn betrek
king ontheffing heeft erlangd
2o. ieder die, boven 25 jaar, ten minste
gedurende het jaar voor het opmaken dor
kiezerslijsten eigenaar is geweest van een on
roerend goed, dat ten minste 48 franken be
lastbaar inkomen oplevert, of ten minste
twee jaren bezitter is geweest van een in
schrijving in het Grootboek of een boekje in
do Algemeen© Spaarbank, of recht heeft op
een pensioen, alle drie van ten minste 100
franken. Wie aan. boide genoemde cischcn
voldoet heeft recht op drie stemmen.
Verder mogen ook drie stommen uitbren
gen bezitters van academische graden, of van
Ben eind-diploma van een openbare oi bij
zondere hoogere burgerschool en zij, die cene
bij de wet genoemde betrekking bekleeden of
bekleed hebben.
Bij de verkiezingen voor den gemeente
raad kent de wet zelfs nog een vierde stem
toe aan den kiezer, die ten minsto i50 fran
ken belastbaar inkomen heeft uit onroerend
goed.
Hier komen dus in aanmerking behalve
leeftijd, gehuwde staat of vaderschap, belas
ting, bezit, gebleken bekwaamheid en het be
kleeden van betrekkingen.
De practijk heeft geleerd dat bij dit stel
sel een groot overwicht wordt toegekend aan
het stoffelijk bezit, zoodat de minderheid bij
de stembus in aantal verre de meerderheid
overtreft.
Dit is dan ook de groote grief van de
oppositie, die zich tegen deze wijze van
stemmen, zooals de laatste gebeurtenissen
hebben geleerd, met nadruk heeft verzet,
helaas ook met gewelddadige middelen.
Toen hier te lande in 1893 en in 1896 de
kieswetten in behandeling waren genomen,
zijn ook eenige pogingen aangewend om het
meervoudig stemrecht daarin op te nemen,
die toen afgestuit zijn op de zwarigheid om
bevredigende kenmerken aan te wijzen.
Komt bij ons te eeniger tijd het kiesrecht-
vraagstuk aan de orde, dan zal ook dit be
ginsel zonder twijfel worden overwogen.
Natuurlijk is het beginsel niet nieuw.
Staathuishoudkundigen en wijsgeeren heb
ben er hun aandacht aan gewijd. De Engel -
sche staathuishoudkundige Stuart Mill toon
de o. a. zich een voorstander er van. Ieder
staatsburger komt volgens hem eén stem toe,
doch de vraag is of iedere stom evenveel
waarde, moet hebben. Hij wilde de stem we
gen; doch de moeilijkheid is een juisten maat
staf te vinden. Dat de maatstaf, in België
aangenomen, Stuart Mill niet zou hebben
bevredigd, is zeker.
Als een sprekend voorbeeld hoe onvol
maakt het huidige stelsel, één man één stem,
kan werken, wordt dikwijls het voorbeeld
aangehaald van een ou<3-president der Ver-
eenigde Staten van Noord-Amcrika, een
man van groote bekwaamheid en rechtscha
penheid. die, toen zijn koetsier met het rij
tuig voorkwam om zijn meester naar het
stembureau te rijden, dezen vroeg of hij ook
wenschte te stemmen. Toen de koetsier beves
tigend antwoordde en er bijvoegde den de-
mocrati6chon candiaat te zullen stemmen,
zeide de president: ,,Span dan maar weer
uit. John. ik wilde gaan stemmen op den re-
publikeinschen oandidaat. Onze stemmen
wegen tegen elkander op, wij kunnen nu
beiden wel thuis blijven."
Een en ander deelden wij niet mee om het
kiesrechtvraagst.uk aan de orde te "stellen,
maar om sommige onzer lezers te bevredigen,
die wel van meervoudig stemrecht hadden
gehoord, doch wien het blijkbaar niet duide
lijk was hoe bet stelsel bij onze zuidelijke na
buren wordt toegepast.
De olaking aan de Kon. Ned.
(grofsmederij geëindigd.
"Voor een fabrieksstad zooals Leiden is heb
ben wij hier zeldzaam weinig werkstakingen.
Een enkele maal kwam er in den laatsten
lijd eens weinig beduidende strubbeling tus-
schen werklieden, en directie aan de Kon.
Ned. Grofsmederij voor, doch gewoonlijk
van zoo weinig beteekenis, dat de buitenwe
reld er nauwelijks notitie van nam Voor
cenigen tijd ontstond er weder een geschil
tusschen de kettingsmeden en den opzichter,
die ten slotte een staking ten gevolge bad. De
stakenden droegen hun belangen op aan het
Hoofdbestuur van den Metaalbewerkers-
bond in Nederland en het Ned. Arb. Secre
tariaat, die de stakers ook financieel steun
den en met de directie der fabriek onder
handelden. Namens de werklieden eisebten
deze besturen dat er een vaste loonregeling
zou worden gemaakt, de uitgeslotenen weer
zouden worden aangenomen cn de baas of
opzichter zou worden ontslagen.
De directie wilde daarin niet toegeven,
doch bood Dinsdag aan de uitgesloten jon
gens op één na aan. te nemen, in overleg met
de werklieden binnen 14 dagen een loon- en
tariefregeling vast te stellen en gaf tevens
het recht aan de werklieden een commissie
van drie leden uit hun midden te benoemen,
die de grieven en geschillen rechtstreeks bij
dc directie kunnen brengen.
De werklieden, hebben hierin bewilligd en
heden den arbeid weder hervat.
Laat ons hopen, dat het een duurzame
\rede moge zijn! Ook hier geldt het spreek
woord: waar er gevochten wordt, vallen or
slagen.
De lichting '95 in de Kamer
Nadat de onverwachte oproeping der mili
ciens van de lichting '95 tot dc herhalings
oefening reeds uitvoerig in de pers en in
openbare vergaderingen mede door de be
langhebbenden zeiven is besproken, kwam de
zaak gisteren ook in de Tweede Kamer aan
dc orde. De heer J. van Alphen, antirevolu
tionair afgevaardigde van het district Om
men, had verlof gevraagd tot het houden
van een interpellatie daarover. Ook de so
cialistische afgevaardigde Ter Laan had
onmiddellijk na den heer Van Alphen zich
laten inschrijven en zoo konden beide heeren
gisteren hun bezwaren ontwikkelen tegen den
voorgestelden maatregel.
De eerste spreker beoordeelde de zaak
noch als militair, noch als jurist, maar be
paalde zich eenvoudig bij het in 't licht stel
len van de groote nadeelen, die er voor de
betrokken personen uit zouden kunnen
voortvloeien. Hij vroeg of de Minister be
reid was met het oog op de drukkende be
zwaren aan een opkomst verbonden, alle mo
gelijke faciliteiten in acht te nemen, mot an
dere woorden zoo inschikkelijk mogelijk to
zijn en de herhalingsoefeningen tot twee we
ken te willen beperken.
De heer Ter Laan stelde zich op een an
der standpunt. Hij zag in de zaak iets on
wettigs cn wilde dat de geheelo oproeping
achterwege zou blijven.
De Minister, die in zijn antwoord bijzon
der op dreef was, zei dat niet. h ij den maat
regel verzonnen had, maar dat bet de wet
was, welke dien voorschreef. Hij meende dat
door de in don lande in 't leven geroepen
beweging de zaak overdreven is voorgesteld.
De Minister wilde echter aan de bezwaren
voor de lichting 1895 aan de oproeping te ge-
moet komen door den duur te stollen op
18 dagen u i t on t h u i s, en voor vergoeding
20 stellen.
Men zou zoo zeggen dat gaat nogal. De
heer Yan Alphen kon zich blijkens dc door
hem voorgestelde motie hiermede wel ver
eenigen, de heer Ter Laan niet. Diens motie
beoogde geen uitvoering aan den maatregel
tc doen geven.
Het is niet tot een stemming over de
moties gekomen. Dinsdag zullen de heeren er
eerst nog eens over praten. Wij denken1 dat
na een meer of min uitvoerig debat alsdan
do motie Van Alphen wel met groote meer
derheid aangenomen zal worden.
De toestand van de Koningin.
He<t bulletin van hedenmorgen 9 uren
luidt:
H. M. de Koningin' genoot dezen macht
nu en dan- eemigeai s»!aap. Dc koortshoogte
blijft wijzen op een geregeld verloop der
ziekte, die do derde week is ingetreden.
Dr. Roessingh.
L. Pot, arts.
Man, meldt van Het Loo:
Het middagb u Betin van gidternaandlddiag,
wókte cenige teleurstelling. Als een geruet-
atollenid teeken werd echter beschouwd, dat
H. M. de Kondngin-Moeder dien mdkMag
uitreed, hetgeen tijdons do mekte der Ko
ningin nog niet was
Ook te Ahistordam werd ecsa telegram ont
vangen, geadresseerd aan den President of
the Produce Market at Amsterdam" van dera
president der Produce Exchange" te
Niouw-YonL, waarin leedweeen wordt uit
gesproken over de ziekte van Koningin Wil-
helmina en die beste weneahen voor haar
foorstel woiddni geuit.
Daarop werd door den heer Aug. Hon-
driaks als voorz. vam, de Ka/nor van Koop
handel een telegram g«zonden aan den pre
sident dier ..Produce Exchange" te Ndouw-
Yonk, waarin dank werd betuigd voor dte be-
toonde belangstelling, en met vrougdo werd
medédeëlinig godaam, dat do toestand van H.
M- beterende was.
Leiden, 25 April.
Dank zy den zeer gewaardeerden gelde-
ïyken steun van H.H. M.M. de Koningin en
do Koningin-Moeder, alsmede van vele man
lijke en vrouwelijke landgenooten, is naar
de „Staatscourant" meldt hot Rijks Etbno-
graphisch Museum te Leidon in het bezit
gekomen van een belaögryke verzameling uit
het Koninkryk Benin, in hoofdzaak uit giet
werk van brons.
In de vergadering van aandeelhouders
der Leidsche Bouwvereeniging, waarin het
dividend werd bepaald op 6 pCt., is tevens
tot commissaris herkozen de hoor D. Harto-
velt H.Czn.
Aan don met verlof uit loddë hiter to
laaide verteevendon officier van gezondheau.
dr. G. J. Wijohgel, geboren to Smifcdc, die
t© Be«rlijn summa cum laud© als doctor is
gepromoveerd, ia toegestaan een verlenging
van verlof voor den tijd van drie maanden
mot opdracht om naar aanlcddüng zijnor we
tenschappelijke onderzoekingen in hot labo
ratorium van professor Yelit te Leiden en
het gewicht daarvan voor Indische ziekten,
doze studiën alsnog to voltooien. Reeds vroe
ger heeft dr Wijohgel zich doen konuien door
zijn onderzoekingen over hot wezen dor gra-
viditeit, welke onderzoekingen dor deskun
digen zeer worden gewaardeerd.
Het Bureau voor den Imdustriedlen
Eigendom, tot heden gevestigd aan dte Hee-
rengraoht No. 13, te 's-Gravcnhage, zal Za
terdag 26 dezer zijn overgebracht naar het
gebouw op den Korten Vijverberg No. 3.
Naar wij vernomen, zal de concessie
aanvrager voor het imaiahton van draad-
looze tel^raaJ-vortóndingen volgons het
6^'steem-Maroom in Ne«cL-IncHö, dte lieer A.
Wéiss, d© ministers en ander© autoriteiten
in de gelegenheid steklen om Maandag a.8.
een demonstratie mét deze telegraaf tus
schen Sohtovendngen en De© Hélder en heft
daartoe door de Regeoriiig aangewezen oor
logsschip Evertoon/bij te wonten. De de
monstratie van Schevemdngon uit heeft
plaats in de viUla Jaoobeon, voor welke de
150 voet hooge mast reeds ia aangebracht,
terwijl in de villa dte toesteldeai door twee
daartoe overgekomen ingeotioure zijn op
gesteld.
Het comité tot ondersteuning der invita
tie van den heer A. Wciise bestaat uit de hee
ren: Dolprat, hoofdingenieur S.-S., Indic;
rur. F ook, Hd Tweodo Kamer; Van Kempen*
Idd Tweed© Kamer; prof. Krauss, directeur
Polytechnische Sahool; Meortoos, directeur,
der Javasche Bank; Pijnaoker Hordijk, Hd
Twteode Kaïmer; Do Ram, lid Tweed© Kamer;
dr. De Smith, arts, te Amsterdam.
Onder voorzitterschap van mejuffrouw.
Mi late, waarnemend presidente, is een bui
tengewone algemeeno vergadering gehou
den van do Yereenigüng tot verbetering van
VrouwonkJeoding. Do president© bracht te
waardeorende woord oil, onder applaus der
vergadering, huldo aan de groote toewijding,
wélk» do afgetreden presidente, mevr. Bou
rn an-De Lange, steeds jegens de Verceniging
had aan don dag gelegd.
Tot loden van het hoofdbestuur wonden,
gekozen dr. Hermanddee, te Apeldoorn; voor
Arnhem mevr. De WildéFookémta, pen»,
nfflngmeesteres van de afdeeüng Arnhem;
voor Haarlem mevr. Vogel, p roeiden tc van
do afdteeling Haarlem; voor Rotterdam me
vrouw Boi'jt, geb. Roland Holst; voor .Utrecht
'mevr. De Foijer, secretaresse van de afcfoe-
'ling Utreoht.
Tot presidente dor Voreenigdng werd ge
kozen mevr. VogelMolenkamppresidente
der afdcoling Haarlem, die verklaarde dé
benoeming aan te nomen.
Na discussie word man het eens orvor een
voorstel van Haarlem, beoogeend» nlil» goe
deren te doen opzenden naar een contraio'
keuringscommissie, door de besturen dor
vorscfoillende aftteolingan.
In de be M'iddolfourg gehouden alge
meeno vergadering van het ,,ZeouwBoh Go-
nootecfoap der Wetenschappen" zijn bot le
den benoemd:
a. in Middelburgde heeren J. H. vam
Bol, rechter in do aimoudüseemeate-reefot-
bank; dr. E. J. W. Posthumus Meyca, predi
kant bij de Ned.-Horv. Gemeente; dr. J. R.
Slotenmaker de Bruyno, predikant bij do
Néd.-Horv Gemeente;
b. in Zeeland (buiton Hiddelhurg), do
heeren J. H BJum, dtetric*>«cijoolopeac>noir
be Vlieringen; jhr. rat. A. A. van Doorn va»
Koudekorko, burgemeester bo Wassingen; P.
T. Fruytóor, lid van, do Tweede Kamer dor,
Staten-Genoraal cn van de Provinciale Sta
ten te Hontenisse; J. H. Hcnmequim, bur
gemeester to Sluis; F. A. Kleppert, inge-
iniour van den provincialen waterstaat te
ZieriJczee, J. Nélemane, ingenieur van
's Rijks waterstaat to Ter Neuzen; J. Schou
ten, arts te IJzendijko;
c. in Nederland (bui ben Ze eiland) dte beo-
ren dr. P. C. Boutens, letterkundige to
Noondfwijk, L. F. K. de Fouw, officier van
gezondheid te Gorkum; cIt. G. A. van Gey-
tonibeok, arte be Woudrichem; dr.H. A. Jans
sen, offtioior van gezondheid, be Amsterdam;
Vincent Loos jee, leeraar der Doopsgecjrödtei»
te Sneék; prof. dr. M. A. vaa Moïlo, te Am
sterdam; J. H. W. Unger, gemeenJte-arohd-
varia te Roterdam; J. Verheul Dz.archi
tect te Rotterdam;
d. buiten Nederland, dr. Hebtnor, mu-
soumdirector te Trier; dr. Lohner, direotor
des Prowinzial-Museums te Bonn.
Hot programma is voreohenoa der vaai
1824 September te Alkmaar vanwege dte
HéHandsohe Maatschappij van Landbouw te
houden vijfjaarlijksche algemeen© tentoon
stelling van paarden, rundvee, schapen, var
kens, pluimgedierte, voortbrengselen van
den land- en tuinbouw, zuivelbereiding mid
delen. voor land- en tuinbooiwondorwija,
werkbuigen en gereedschappen voor den
De verborgen schat.
20)
Met bovenmenscheiyke inspanning waggelde
Prickett op de tafol toe en greep zijn hoed.
HU was op den rugkant, dichtby den rand,
ter dege gedeukt, en Prickett begroette hem
als zyn levensredder, want tegen het geheele
gewicht van den slag zou zyn schedel zeker
niet bestand geweest zyn. Hy zette hem op,
zoo goed als dat met het gezwel aan het
achterhoofd wilde gaan en sleepte zich, den
blaker in de eene en met de andere hand
zich aan elk meubelstuk vastgrijpend, de
deur uit. Nu stond hy luisterend stil; niets
verroerde zich. Een innerlyk gevoel zeide hem,
dat het huis leeg moest zyn, maar zyn
phantaaie tooverde hem 6teeds weer op den
loer liggende vyanden voor. Onder groote
pynen daalde hy langzaam trede voor trede
naar beneden en bereikte eindelyk het voor
huis. Alle kamerdeuren in het huls stonden
open, de voordeur alleen was" in het slot
gedrukt.
In het volgende oogenblik stond Prickett,
nog steeds met de kaars in de hand, op de
straat; een windvlaag had de deur achter
hem krakend toegeworpen. Ofschoon het byna
voorjaar was, lag er een dunne laag sneeuw,
welke, op het punt van te smelten, grauwe
plokken vormde. Prickett hield zich aan het
traliewerk van de voordeur vast en staarde
voor zich uit; de flikkerende kaars overgoot
hem en de treden van de trap met stearine-
druppels.
„Hallo 1" riep een bevelende stem. Wat is
er te doen?"
Een politieagent stond, als uit den grond
verrezen, naast hem.
„Hemelsche goedheid I Mynheer Prickett l"
riep de man.
De porseleinen blaker viel rinkelend op het
trottoir en Prickett zonk den agent van politie
letterlyk in de armen. Het eorste, wat hy zich
bewust werd, was, dat hy in een droschke zat
en vervolgens in een kamer werd gedragen,
welke liem bekend was hy kwam lang
zamerhand tot de ontdekking, dat het die van
den politie-lnspecteur in de Bogenstreet was.
Hy lag in een leuningstoel en werd door
iemand gesteund, terwyl een ander iemand
het gezwel op zyn hoofd met een warme spons
behandelde.
„Hy komt by," merkte iemand op en de
achter hem staande trad naar voren.
Het was de geneesheer. Prickett merkte
een brandewynsmaak op zyn tong en zag een
derden man met een glas in de hand staan,
dat dadeiyk aan zUn mond werd gehouden
en dat hy leegdronk.
„Doet dat goed?" vroeg hy, die het eerst
had gesproken.
Prickett wilde knikken, maar deed tot zyn
eigen verbazing niets dergelyks, doch sloot
de oogen.
„Weet gy ook, oude jongen, hoe lang gy
weg zyt geweest?" vroeg zyn kameraad
hartelyk.
„Neen," antwoordde Prickett en verwonderde
zich zyn eigen stem te hooren.
„Plaag hem nu niet met vragen," beval de
geneesheer. „De man mag niet denken."
De brandewyn steeg Prickett weldadig naar
het hoofd en een paar tranen rolden over zyn
wangen. Iemand of iets hinderde hem vreese-
lyk, maar vóór hy zich kon herinneren wie
of wat het was, sliep hy in.
Toen hy weer wakker werd en zooveel
voedsel tot zich genomen had, als de dokter
voor goed oordeelde, was hy weer zoo tame
lyk zichzelven. Er was sprake van hem naar
eon hospitaal te brengen, maar Prickett stond
er op, dat men hem naar zyn woning bracht,
en na een tweede portie soep, ditmaal met
ei, deed men, wat hy verlangde. De getrouwe
juffrouw Perks ontving hem met tranen en
uitroepingen en Marie Harcourt was er ook.
Zy trok hem zelfs de schoenen uit en deed
hem pantoffels aan, zoodra hy op de sofa in
zyn kamer lag. Vreemd of verwonderlyk vond
Prickett voorloopig niets, daartoe had hy do
kracht niet.
De trouwe, oude collega kwam meermalen
per dag, om naar Prickett te vragen, maar
pas don derden dag werd hem toegestaan,
langer dan één of twee minuten by don zieke
te biyven, en toen had hy nog streng bevel,
opwindende gesprekken te vermyden. Eindelyk
echter mocht hy spreken.
„GU zyt er nu toch weer bovenop, Joe,
hé?" begon hy, om op Prickett's krachtige
toestemming voort te gaan: „"Wat ik je
echter te zeggen heb, zal je wel een schok
geven. Denkt gy, dat gy dien kunt ver
dragen?"
„Ik ben zoo gezond als een visch in het
water," antwoordde Prickett, ofschoon het
niet geheel overtuigend klonk, „schiet er
maar op loei Ik kan wel een schok ver
dragen I"
„Dat hebt gy altyd beweerdV' merkte zyn
vriend op, terwyl hy een zakportefeuille te
voorachyn haalde en hem een blad papier
voorhield. „Is dat je handschrift?"
Prickett nam het velletje bedaard ter hand,
maar nauwelijks had hy de eerste woorden
gelezen, of hg schrikte en, haastig het velletje
omkeerend, keek hy naar de onderteokening,
Daarop draaide hy het papier weer om en
las de woorden van A tot Z.
„Hebt gy het niet geschreven?" vroeg de
ander.
„Natuuriyk niet," antwoordde Pricket. „Gy
zult my toch niet willen wysmaken, dat gy
daarnaar hebt gehandeld?"
„Zeker. Totdat gy vermist werdt, koes
terde ik niet den geringsten twyfel aan de
echtheid."
De brief luidde:
„Beste Sam I
„Ik zeide tegen je, dat ik met den
armen drommel, met dien Harcourt, die
zich gisteren zeiven heeft aangegeven,
begaan ben. Wees zoo goed en zend my
de twee munten, welke ik je gaf ik
hoop hem van dienst te kunnen zyn.
Zyt gy Vrydag in F. en E.?
Uw Joseph Pbioxett."
„Gy ziet immers zelf, dat het er precies
zoo uitziet als je schrift," merkte de collega
op. „Toen gy my de dingen gaaft, zeidet gU,
dat gy ze wellicht spoedig weer zo udt moeten
gebruiken, en ik kon toch niet vormoeden,
dat iemand andere behalve jU daarvan afwist."
„Dat heb ik ook niet vermoed," merkte
Prickett op.
„Pas toen gy als vermist werdt gemeld,
en juffrouw Harcourt zeide, dat er wel een
misdaad kon plaats hebben, begon ik argwaan
te koesteren."
„Zeide juffrouw Harcourt dat?"
„Ja, zy zeide tegen ons, dat gy reeds in
drie dagen niet thuis waart geweest, dat deze
muntge8chiedenis daarachter stak. Juist den
dag te voren had ik de dingen weggegeven.
Dat my dat vreeseiyk spyt, behoef ik zeker
nauweiyks te zeggen 1 Maar een verwyt zult
gy my met het oog op dit briefjo daarvan
toch niet kunnen maken, Prickett, of wel?"
„Neon," antwoordde Prickett, „u treft geen
verwyt, oude jongen! Ik weet zoo tameiyk,
wolken weg deze beide munten hebben
ingeslagen en zal hen volgen; al moest het
ook tot het eind van de wereld gaan, ik zal
zo inhalen."
XI.
Een deel der geheimen, welke dit zondir-
ling voorval omgaven, werd opgehelderd vóór
de geschiedenis van de zilveren munten ton
einde liep, maar een gedeelte hult zich tot
op dozen dag in oen duisternis, welke waar-
schy niy k nimmer geheel kan opgeklaard worden.
Zooveel bleek echter uit alles, dat oen van
de schurkonbende, die nu ln het bezit van de
munten was, het gevaar had ingezien, waarin
Prickett's dood het gezelschap moest brengen
en daarom hem in de gelegenheid gesteld
had, zich te redden. Of de andere verbondenen
van zUn doen hadden geweten of niet, was
voorloopig nog niet uit te maken, maar men
had zorg gedragen, dat de drie, die Prickett
v/eer zou herkend hebben, bet hazenpad kozen,
vóór hy in vryheid kwam.
De schryver van den vervalschten brief
was drie voile dagen vóór Prickett aan de
menschheid was teruggegeven, in het bezit
van de vorig begeerde voorwerpen gekomen.
(Wordt vervolgd.