lets over April-grappen. Wekelyksehe Kalender. v v Stofgoud. Merkwaardigheden. Raadgeving. ALLERLEI. „Op den eersten April stuurt men de gek ken waarheen men wil" dus het oude, al gemeen bekende en nog immer veelvuldig toegepaste rijmpje, ten spijt van mensehen, die immer den mond vol hebben van „den goeden ouden tijden", in tegenstelling met den tegenwoordigen, die louter narigheid zou wezen, zonder een greintje goeds I Dat de gekken, dwazen, orfnoözelcn, on- nadenkenden cn goedgeloovigen in het ootje genomen 'worden op don eersten dag der grillige grasmaand, is bekend en dat dit gebruik dateert van vele eeuwen her, staat vast cn wordt bevestigd door mannen van gezag. .Doch omtrent den eigenlijken leeftijd en de oorzaak van het ontstaan weten ze niets met zekerheid Zou er misschien ook eenig verband be staan tusschen de herboren natuur, de we deropleving van zooveel, dat dood scheen, on den lust der menschen om een loopje met elkaar te nemen? In Frankrijk ineent men, dat het ontstaan van het gebruik te danken of te wijten is aan do gewijzigde tijdrekening onder de Ca- pots tot het edict van Karei IX, toon het jaar begon met Paschen en men elkaar op dezelfde wijze verrassingen bereidde bij de jaarwisseling als nu nog in Frankrijk, zoo als bij ons met Sinterklaas. In 1563 werd de kalender gewijzigd, het jaarbegin werd be paald op 1 Januari, doch het gebruik der verrassingen bleef en het heeft zich gehand haafd tot op dit oogenblik op den eersten April, zij het dau ook eenigermate gewijzigd. „Poissons d'avril" zegt men in Frankrijk cn inderdaad worden kleine, zorgvuldig verpakte vischjcs rondgezonden. Dio April-gebruikcn hebben in Frankrijk het aanzijn geschonken aan een geheel aparte industrie, die van gefingeerde brieven, be kendmakingen, aankondigingen, enz., enz., welke niet meer dan twee sous (5 cents) kos ten, doch welker verkoop over do maand Maart toch één milliocn franken opbrengt aan den groothandel, terwijl do kleinhandel cr twee- of driemaal meer uit slaat. Jammer gonoeg wordt er ook misbruik ge blaakt van deze „aardige" gewoonte: onge paste, belecdigcndo, lasterlijke document-on worden rondgezonden, onbehoorlijk van in houd voor den ontvanger vaak uiterst grievend. Er zijn onder de onschuldige: uit- noodigingen tot toezending van een portret aan een of ander adres voor de opneming van het contérfcitsel des bectgenomenen in een of ander tijdschriftkennisgevingen, dat de geadresseerde lid is geworden van een of ander zonderling genootschapminnebrie ven, die, bij aandachtige lezing in^omgc- keerdo richting der woorden, de mededceling behelzen, dat dc met dc toezending onder scheidene juist niet bemind wordt, enz. Ook worden aandeelen en effecten verzonden met coupons en naar gebruik onderteckcnd, van vllermalstcn inhoud. Bij ons hebben do Aprilgrappen steeds een jonigszins ander karakter gedragen, men zou kunnen beweren oorspronkelijker, min der geprepareerd, meer direct het denkbeeld Van den fopper, al was het dan ook niet steeds geestig of fijn cn wie zich boos maakt, verontwaardigd is, speelt precies in de kaart der grappenmakers. Lachen met do lachers en zich wapenen voor het volgend Jaar, is wel 't verstandigst 1 BsjscIiHtfieaa. De vrome zin en het pittig vernuft on zer voorvaderen bleek ook dikwijls uit hun bijschriften op verschillende onderwerpen. Zoo schreef Vador Cats onder zijn af beeldsel: Dat ik was, ben ik niet meer, Dat ik ben, is wonder tcêr, Dat ik namaals wezen zal, Lieve Cod 1 dat is het al. Do dichter en geschiedschrijver Gerard Brandt, .behalve door zijn Levensbcsdiijvin- Jen (van den Admiraal De Ruyter, enz.) niet lUiimder beroemd om zijn voortreffelijke •bijschriften op de afbeeldsels van velen on zer helden en grooto mannen, schreef onder zijn eigen afbeelding: eigenaardige verrassing ten deel. Dichtbij de heining, welke het omgaf, verhief zich op het kleine stukje grasveld ccn sterke, on geveer twaalf voet hooge paal, en op de punt daarvan prijkte onze oude kennis uit den blikslagerswinkol, dc blikken aap! Hier was. hij recht in zijn element, want niet alleen, dat alle komende en gaande ko- lentreinen hem voorbij gingen, maar ook de overweg voor wagens en voetgangers was slechts eenige schreden van zijn stand punt verwijderd, en zoo kon hij dus de gan- schc wereld bespotten. 's Avonds kwam Grootenhuis in het „Sta tionskoffiehuis waar hij anders zelden verscheen, en vertelde in vertrouwen aan den waard, dat hij den aap had opgesteld ten spot en hoon voor hot spoorwegperso neel. Do waard rechtvaardigde dit ver trouwen volkomen, daar hij dadelijk, toen Grootenhuis vertrokken was, den aanwezi gen spoorlicden vertelde, welken hoon de Amcrikaansche vrek hun aandeed. Dit was nabuurliiV niet geschikt om hun »rieud- Waens schaduw viel hder néér? Wie is 't [cLion gij hdcr ziet? Ach! vraag hot niet aan Brandt, hij kent [zichzolven niet. Om ditmaal niet meer te geven, voegen wij er nog twee bijschriften aan toe van onbekende dichters: 1. 4 Hij heeft geluk en zogen, Die altijd in Gods wet En in Zijn rechte wegen Zijia treden vlijtig zet; Geen tonge kan verhalen, Geen pen beschrijven kan, Geen kunstenaar kan- malen 't Geluk van zulk een man. 2. Hebt gij het grootste heil op aard'... Een trouwe gade, een eigen haard, En lieve kind'rein om uw disch... Zoek geen geluk dan, waar 't niet is' Wie drommel tracht, bij zonneschijn, Door lalmp of kaars verlicht te zijn Zondag. Wie u met liefde waarschuwt on met zacht heid berispt, zij uw vriend. Maandag. Do mensohen, die te veel hebben, zijn juist degenten, die nooit genoeg hebben. I>iiis<lag. Wilt gij een goed vriend hebben, wees er een Woensdag. Als do liefde philosophecrcn gaat, houdt zij op liefde te zijn. Donderdag. Een welbestede dag geeft een zachten slaap, een welbesteed leven een zachten dood. t Vrijdag. Oud worden is geen kwaal, wanneer heb maar boteckent: ziende worden. Zaterdag. Het is een weelderig huishouden, waar anon de. schotels niet meer gebruikt, omdat er een barst in gekomen is. Met geloovigen gaat het al eveneens &ls soms met de geleerden. Terwijl apostelen verklaarden: „Wij gelooven cn daarom spre ken wij", kunnen onze Christenen onder het plunderen van den Bijbel den apostelen veilig zeggen: „Wij gelooven en daarom la ten we anderen voor ons spreken". Vrij naar Allard Pierson. Ernstig pessimisme, dat op denken be rust, is heilzaam en bewijst den adel van 's mensehen geest, want wat is ze anders dan een heilige ontevredenheid, die niet rusten wil, voor zo do vlekken door het heldere licht overtogen ziet? J. A. N ij 1 a n d. Ik heb een afkeer van menschen, die flink rcdenccren en slap zijn, waar het op han delen aankomt. A u 1. G e 11 i u s. In werkelijkheid doet zich bij de waardee ring van een treurspel dit groote zedelijke gebrek voor, dat men er to groot gewicht bij hecht aan het leven cn den dood. C h a m f o r t. Een mensch wil uit louter gemoedelijk heid ook zoo graag weer de smart vergeten, maar zoodra hij het doet is de weg tot zelf kennis cn tot wijsheid en tot kracht ge sloten. P m a k f a. schap aan te wakkeren. „Met dion aap zouden zij korte metten maken Dienzelfden avond nog werd hem de oor log verklaard, en, zooals men zal zien, wevd deze op staatskosten gevoerd. Toon do eerste trein den'volgenden mor gen langzaam voorbij Grootenhuis' huis stoomde, stond deze voor het venstor, en lachte grijnzend tegen de zich op de machine bevindende beambten. Maar ook dezen lachten, en toen zij bij den aap waren, gre pen beidon als op commando naar den ko lenwagen, en twee groote klompen steen kool vlogen naar den paal. De beide worpen misten het blikken doel, en de aap bleef rustig op zijn post. Do beide remmers van den langen trein wierpen ook hun kolengeschut, en hoewol één van hen den paal trof, bracht dit den aap volstrekt niet uit zijn gemoedsrust, en, als het mogelijk was geweest, had hij waar schijnlijk dc tong nog verder uitgestoken. Trein na trein kwam in den loop van den Wijsheid vergaderen zonder er voedsel uit te trekken is toch eigenlijk het werk van zotten. J uvenalis. Japansche kinderen. Nergens op de wereld wortlb een groot aantal kinderen meer als een zegen des He mels beschouwd dan in Japan; vandaar dan ook, dat er de grootst mogelijke moeite wordit besteed aan de lichamelijke en geeste lijke opvoeding van het kind. Heb begint reeds bij de geboorte. Eerefc vier dagen na de geboorte geeft de modder het kind het eerste voedsel; tot dien tijd moet heb aan een in zijde gewikkelde© wortel, „makurd" genaamd, lurken. Op den zevenden dag ont vangt heit kind zijn eersten naam, bij den aanvang van den jongel ings-, mannelijke© en grijsaardsleefbijd krijgt men in Japan telkens een anderen naam. Zoo verhaalt de Japansohè schrijver Ja- mura dat men hem eerst Tozeburo, op zijn tiende jaar Sabuna, op zijn vijftiende Nao mi, enz. noemde. De kleine, pasgeboren kin deren worden naet in een pak gewikkeld, maar kunnen ziich vrij bewegen. In de twee de week begint reeds het scheren van het hoofd en ma do eerste maand wordt héb kind in den tempel aan een behandeling on derworpen, die in be teekenis en in ceremo nieel met onze doopplechtigheid overeen stemt. De moeder is in Japan, zelfs in de aan zienlijkste famiVdes, do eenige en natuur lijke verzorgster van het kind; zij voedt hot, baadt het en zorgt op iedere wijze voor zijn ontwikkeling, maar zij kust heit nooit, want kussen wordt in Japan als een gebruik be schouwd, dat schadelijk is voor de gezond heid. Als de modder gaat wandelen of een bezoek gaat afleggen, bindt zij het kind op den rug en neemt heb mee. Als een Japansch kind zeven maanden oud ist houdt de voeding met molk op en krijgt hot geruimen tijd niets anders dan rijst te eten. In weerwil echter van de zeer ge zonde voeding is de gezondheidstoestand onder dc kinderen in Japan niet buiten gewoon guns'big. De kindoren zelven zijn zeer beleefd: zélfs ondor hun spelen groeten zij de voorbijgangers. In hot begin van Maart vieron zij hun eigen feest, heb z.g. „pop- penfeedt." Na hun zevende jaar bezoeken dc kinderen de sahodl. In Japan zijn niet minder dan 60,000 scholen, welke bezocht worden door ongeveer 3,500,000 leerlingen'. Hot géheole voorkomen van hot Japansche kind heeft iets .liefelijks en innemends, wat, bij vergelijking met do Europeesche „spes patriae," zeer in het nadeel der laat- sten uitvalt. Een hotel, eonig in zyn soort. Nu in Parijs en andere wereldsteden het meer en meer mode wordt, na afloop van schouwburg of opera in een hotel of restau rant te gaan soupeeren, is het begrijpelijk, dat ondernemende hotelhouders alles doen^ om aan het verlangen vam het groote pu bliek te gemoct komen. Zoo is in het afgeloopen jaar door zeke ren lieer Rector aan de oostzijde der „Long Acre Square" aan den Broadway te Nieuw- Yo'rk, tusisohen de 43ste en 44ste straat, een restaurant geopend, dat zeker eenig in zijn soort mag heeten. De groote eetzaal is gelijkvloers on heeft ingangen aan twee straiten. De wande© de zer zaal zijn van 36 groote spiegels voorzien, dio van den vloer tot dén zolder reiken. De decoratie is in groen en goud, afgewisseld door pancclschiilderwerk. Aan de beide in gangen brengen liften de gasten naar een andere grooto eetzaal op de eerste verdie ping of naar ecnigo kleinere zalen, waar mem meer ,,en familie" een telephonisch be- stefd maal kan gebruiken. Naast de groote eobzaal beneden vindt men een rookzaal en een café voor keeren. De temperatuur in het gansche gebouw wordt automatisch geregeld, terwijl lidh'b, ventilatie, meubelen, decoratie cn drape rieën een harmonisch geheel vormen. In de eetzaal op de eerste verdieping voert een uitmuntend orkest zijn verschil- dag voorbij, en niemand van de zich daarop bevindende beambten verzuimde om aan het kolenbombardement deel te nemen. En toen do aap, die 's middags tegen vier uren, door verscheiden worpen getroffen, al wan kelde, tegen vijf uren van den paal tuimel de, verhief zich een waar triomfgeschrceuw, en een spottend gelach klonk Grootenkuis in de ooren. Deze was ze.cr toornig en dreigde met ge balde vuist, wat slechts een nieuwe uitbar sting van vroolijkheid ten gevolge had. De spoorliedcn vertelden 's avonds in het koffiehuis van hun krijg tegen den aap, maar zij waren niet weinig verbaasd, toen ze hom, bij het naar huis gaan, in het licht der maan, weer rustig en kalm op zijn paal zagen zitten, alsof er niets gebeurd w.as. Hun woede was groot, en een verdubbeld kolenbombardement het gevolg daarvan. De aap viel nogmaals als offer, nadat hij reeds to twee uren een Reel van zijn staart op het slagveld had gelaten. .Weder jubelde de tegenpartij, maar ook 'lende muzieknummer» uit, wedke door een groote opening in den vloer ook in de on- derste eetzaal gehoord worden. In een naar alle eischen des tijds inge richte „bar" is des avonds na afloop dor toonvel-voorstellingen tusschün halfelf en twee uren champagne in 50 verschillende merken verkrijgbaar. Als nieuwigheid kan worden vermeld een door electricibeit gedreven machinale zaag, dio vierhoekige stukjes gefiltreerd ijs ver vaardigd, welke nauwkeurig in daarvoor be stemde glazen passen. Iedere dame, die het restaurant bezoekt, ontvangt een sierlijk doosje met fijn suiker werk, alsmddc een waaier. Deze reclame doet evenwel vreezen, dat da rdoor een op cadeautjes belust publick tot deze inlichting zal getrokken worden, die de rijke gasten, die thans het restaurant bezoeken, gaandeweg zal doen verdwijnen. Er zijn in Parijs zeventig duizend perso nen, die artikelen maken voor de vrouwelij ke kleeding, en vijf en zestig duizend kleer makers. Men schat het bedrag, dat in dezen tak van industrie jaarlijks verdiend wordt, op meer dan zeshonderd milliocn gulden. Voor tuin en veld. Half April zaaie men selderij, Hoornsche wortelen, peterselie en raapjes. Do selderij als toekruid is algemeen be kend; de selderij als afzonderlijke groente, minder; en toch levert zij, goed behandeld, een van de gezondste en lekkerste gerechten. Men kieze daarvoor de zoogenaamde En- gclsche of Franscho bleekselderij; de laatste onderscheidt zich van do eerste door do roode nerven. Men zaait die thans, liefst in een bakje onder glas, hardt daarna de planten en brengt ze in voren van één of anderhalven decimeter diepte op een afstand van 17 tot- 20 centimeter. De grond moet zeer vrucht baar zijn, Do planten worden gedurende den groei nog een paar maai aangezet met vloei baren mest: schapenmcst, ammoniak, supcr- phosphaat, opgelost in water, en groeien door tot ongeveer half September. Om streeks dieu tijd bindt men de selderijbossön dicht met raffia-, vult dc tusschen ruim ten aan met droog blad, bedekt de plant met riet, stroo of blad en neemt daarvan dan telkens zooveel uit den grond, als mm voor een maaltijd noodig heeft. Bij de toe bereiding goed afwasschen, afkoken en stoven als schorseneeren. Tot de vroegste groenten behooren raap stelen en snijsladc, gewone Fransche laitue. Gewoonlijk zaait men deze groenten te dik cn te veel in eens. Wil men zo lekker ma\sck, dan zaaie men daarvan kleine hoeveelheden, telkens genoeg voor één of hoogstens twee maaltijden. Heeft men daarvoor koude of halfkoudo bakken, dan kan men het zaad, vóór men het in den grond brengen, 24 uren laten wee ken in lauw water. Het ontkiemt dan dade lijk. Spinaziezaad zaaie men nooit, vóór dat men het op deze wijzo heeft laten kiemen. Do spoedige ontwikkeling wordt daardoor aanzienlijk bevorderd. TOOVEREN. Geheimzinnige Correspondentie. Met inkt schrijft men op een stukje post papier een vraag, bijv.: „Zal het vannacht vriezen?" of iets dergelijks, waarop de kring van toeschouwers gaarne antwoord zou willen hebben. Dan schrijft ge het antwoord er onder, maar niet met inkt, doch met een sterke oplossing van gewoon keukenzout. Dat ant woord, „ja" of „neen" of „misschien" of zoo iets is dan natuurlijk niet leesbaar. Het papier wordt nu als brief dichtge vouwen en in een couvert gedaan^ Dit cou vert wordt dichtgelakt. Zorg evenwel, dat het antwoord precies komt onder de plaats, waar het lak zal komen. Dit lak laat ge dan een poosje branden en door de groote hitte komt het onzichtbaar geschrevene voor den dag. Wanneer ge dan den brief open laat ma kken, kan ieder het antwoord lezen, wat dan zeer verrassend is. weder te vroeg. Hun vijand zat den volgen den morgen weer frisch en vroolijk op zijn paal; zijn herstelde staart krulde zich nog spottender dan te voren, en Grootenhuis had de tong zoo helder opgeschilderd, dat zij schitterde in den glans der morgenzon. De spoorlicden waren woedend. Die nieuwe uitdaging was al te vermetel, en heb regendo dien dag blokken steenkool naar den aap, die nogmaals het onderspit moest delven. Maar hij was met eer gevallen, want een klein bergje geschut lag om hem heen; en, wat het mooiste van de zaak wasden volgenden morgen vierde hij ten derdenmale zijn triomfen. Nu was het geheele spoorwegpersoneel woedend, terwijl dc oude Grootenhuis rustig zijn weg ging, alsof de zaak hem niets aan ging. Nog vier volle weken duurde de strijd. De spoorliedcn hadden gezworen het blik ken beest te vernielen, en na verloop van dien tijd hun doel bereikt. De aap was tot een verbogen, zwart stuk blik misvormd. 7» het Panopticum. Jakob: „Wel, Eva, hoe vindt "je h,et hier?" Eva: „Erg beelderig.7' Al te na. Zeeofficier tob burger, die hem op de hakken trapt: „Zeg eens, ik heb er riiets togen, dat je wandellt in mijn voet stappen, maar wacht dan ton minste tót ik er zelf behoorlijk uit ben Aan liet Station. Zenuwachtige damo: Meneer de chef, wanneer vertrekt de trein van 9 uur?" Stationschef: „Om 8 uur 60, mevrouw, op de minuut af." „O dank u, dank u zeerP Oolc een kunstenaar. Rechter: „Wat rijt gij Getuige: „Kunstenaar!'' Rechter: „Wat voor een?" Getuige: „Zoo een(en gaat op zijd hoofd staan.) Nieuiu woord. A. (op eenige luidruchtige jongelui wijzend, die in een café met hun •bierpotten een hinderlijk lawaai maken): „Wat rijn dat voo-r lui?" B, (korzelig): ,,'k Weet niet denkelijk doróbvlegels." Mislukt compliment. Naidat op een feestmaal allerlei toosten op de gasten zijnï uitgebracht, brengt een galant heeip een toost uit op de afwezige dames. Leven dige bijval. De glazen worden opgeheven., Een schuchtere jonge heer meent de dame* die naast hem rit, ook iets aangenaams to moeten zeggen: „Ach, hoe jammer, juffrouw," fluistert hij,, „dat ook u niet afwezig is." Danslustige kindermeisjes. Een Pa» rijsch journalist is tot de ontdekking ge komen, dat er al heel wonderlijke zaken worden afgegeven in de kleedkamers bij dó Zondagmiddagbals aan den rand van Pa rijs. Zoo heeft hij opgemerkt, dat danSlus- tïge kindermeisjes er dc kinderen, die aan hun zorgen zijn toevertrouwd, deponceren., Zij krijgen er een ontvangstbewijs voor en' op het kind wordt een nummertje gespeld om bij het uitgaan verwisselingen te voor komen. Na afloop eischen de danseuses met hun bewijsjes de kleintjes weer op en mama verheugt zich, dat haar lieveling weer zoo: lang in de frisscho lucht is geweest. RECEPT. Knlfshorsens. Neem de hersens van een kalf, wasch de-zé uit en verwijder voorzichtig de velletjes* Kook zo daarna in water met een uitje* kruidnagelen en wat peper en zont. Na eeni kwartier ongeveer zullen ze gaar zijn. Het water, waarin de hersons kookten, maakt? men mot bloem, tot een sausje mét boter dn> om te omeeren legt men er schijfjes citroen en wat gehakto peterselie bij op den schotel* OPGAVE. 0 0 0 0 0 5 5 5 5 5 10 10 10 10 10 15 15 15 15 15 20 20 20 20 20 Verplaats deze cijfers zóó, dat de lood-) dwars- en overhoeksche lijnen bij optelliDg dezelfde som bevatten. Het antwoord op de Vraag der vorigd week luidt: kwartaal. Do oplossing van het Raadsel isl SuezSuze. [De bewerking der Opgave deelcn wij dé volgende week mede]. Wie nu echter denkt, dat het plannetjo van den ouden Grootenhuis mislukt was, die vergist zich. 's Morgens na den dag, waar op de laotsteJ slag geleverd was, stond de practische man in zijn tuin naast dén ge- bombardeerden paal, en woog kolen af op, een bascule. Toen de eerste kolentrein voorbijkwam* lachte hij tegen den machinist, nam zijn petje, af, wees naar do opgestapelde brand- stoffen, en riep met zijn heldere stem; „Een en twintig mud, goed gewogen I Hie* hebt ge in dank do quitantie." En dc aap vloog kletterend over de hei ning; hij had rijn plicht gedaan. Het was een onmiskenbaar goed zaakje geweest, want de practische Grootenhuia stookte dien geheelen winter voor vijf en twintig cents van de beste steenkolen. „Ja, ja," zei de oude Heinsheimer, toen de geschiedenis algemeen bekend werd, „iki heb het altijd wel gezegd: 'tls een Ameri* kaan! Tegen die lui kan niemand opl^

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1902 | | pagina 10