PERSOVERZICHT.!
Burgerlijke Stand.
De Oorlog in Zuid-Afrika.
BUITENLAND.
Frankryk.
Groot-Britannië, 1
Portugal.
Yereenigde Staten.
Naar aanleiding van hetgeen door De
Residentiebode over het onderwerp Prins
Hendrik opperbevelhebber wae
opgemerkt, zet het Utrechtsck Dagblad nog
eens nader zijn standpunt uiteen.
Het eerste bezwaar van De Residentiebode
was van Staatsrechtelijken aard en komt
hierop neer, dat wel ia waar artikol 60 der
Grondwet aan den Koning het oppergezag
geeft over tee- en landmacht, dat eehtor
oppergezag iets anders is dan opperbevel, en
dat het verleenen van het opperbevel aan
deu persoon des monarchen zeer licht tot
groot© moeilijkheden aanleiding zou kunnen
go ven.
Het ütrechtsch Dagblad betoogt hierte
genover, dat de monarch bij ons ©venals in
Pruisen van rechtswege opperste krijgsheer
is. Maar, too vraagt het blad, wat heeft deze
geheelo beschouwing van De Residentiebode
omtrent art. 60 der Grondwet met ons hui
dige onderwerp te rnaken?
Prins Hendrik is gehuwd met onze Ko
ningin, maar niet onze Souverein, en ©r is
bij ons geen spreke geweest van de aan don
Souverein toekomende grondwettig© be
voegdheid van oppergezag, als waaruit bijv.
het recht van benoeming cn ontslag van of
ficieren voortvloeit, maar eenvoudig van hot
voeren van een commando, van een zuivor
practische bevelvoering.
Het ütrechisch Dagblad ib De Residentie
bode dankbaar voor de fraaie karakteristiek
van het Binnenhof, die aan Carlyle's hon
derd balkende ezels doet denken.
Maar wat heeft nu eigenlijk het Parle
ment met hot opperbevel over het leger te
maken? vraagt het verder .Met do admi
nistratie door den Minister van Oorlog, ja,
met benoemingen door dc Kroon, evenzeer;
maar met de practische bevelvoering? Heeft
tot nog toe de Tweede Kamer, die anders
niet aan overmaat van zelfbespreking lijdt,
critiek geoefend op de wijze, waarop bijv.
het commando van eon divisie infanterie, de
inspectie van een wapen, de dienst van den
generaion staf word gevoerd? Dat zijn toch,
jnecnen wij, dingen, die geheel en buiten
de bevoegdheid van het Parlement liggen.
En zou werkelijk, onbevoegdelijk alzoo,
het rumoer nu en dan ontstaan, dat onze
waarde collega vreest, dan is er immers één
eenvoudig recept: laten blaffen 1 en schou
derophalend verder gaan.
De Residentiebode had ook als bezwaar
genoemd de „Nedorlandscko Volksaard."
En al weder vraagt het Utrechlsch Dag
bladWat heeft nu eigenlijk die zoozeer ge
smade cn waarschijnlijk veel lo zwart ge
schilderde „Nodcrlandscho Volksaard" met
hot opperbevel onzer strijdkrachten te
maken 'I
Laat ons, bij zooveel afstootends, ons toe
gedacht, dan toch ten minste tie twee eigen
schappen bewaren, die wij werkelijk bezit
ten: nuchterheid en kalmte. Laat. ons de
dingen nuchter en kalm, eenvoudig en prao-
tisch bekijken zooals ze ziju en uus uiet ze
nuwachtig maken, indien onze „Nedorland-
sche Volksaard" dat ten minste toelaat,
voor schrikbeelden die alleen iu ons brein
bestaan.
Het komt ons inderdaad voor, dat onze
geachte collega in het portret van don „he-
derlandschen Volksaard" nog één eigenschap
heeft vergoten. Het is deze: ,,de angst om
zich aan koud water to branden.-'
In De Avondpost werd het betoog golo-
vord, dat, sinds 8 Augustus 1899 de maze
len uit de wet op de besmettelijke ziekten
zijn geschrapt, de noodlottige gevolgen daar
van niet zijn uitgebleven. Bedroeg in 1899
het aantal sterfgevallen aan mazelen 405,
<L i. 1 op de 10,000 mwon©ra, in 1900 steeg
dat cijfer tot 1326 of 2.6, in 1901 zolfs tot
2744 of 6.9. De schrijver wil erkennen, dat
dezo oijfers bij de groote fluctuatie, ook over
voorgaande jaren ook Ln 1890, 91, '62 en
'96 waren die cijfers: 1526, 1331, 1200 en 1171,
zeer hoog nog geen roden geven tot ccn
boud oordeel over het toenemen van sterf
gevallen door hst schrappingswetje, al
pleit daarvoor dan ook een verdriodubbc-
kng vao het aantal sterfgevallen sinds 1898.
In 1901 hebben do makelen blijkbaar het
gansche jaar door ernstiger geheerscht dan
vorige jaren door welke oorzaak dan
ook
Maar het is vooral op grond van de wee-
ining van enkele medici, dat De Avondpost
het betreurt., dal de wet van 8 Augustus 1899
is uitgevaardigd.
Het valt toch niet te ontkennen, dat de
mazelen thans raeor dan vroeger gelegenheid
hebben om ongehinderd voort te woekeren.
Het is dan ook, na het schrappingswetje,
meermalen voorgekomen, dat een school we
gens het epidemisch hcerschen der mazelen
moest gesloten worden. Dat de vroegere toe
stand een last was voor ouders en onderwij
zers, valt niet t© ontkennen, maar vooreerst
zijn dat niet minder de wettelijke voor
schriften bij het uitbreken van cl.co andere
besmettelijke ziekte cn ten andere moet wel
in het oog gehouden worden, dat de mazelen
de meest algemcenc is cn tegen haar voort-
woekering dus juist het meest gewaakt dien
de to worden. Nu de briefjes" verdwenen
zijn, bezit men absoluut geen waarborg, dat
een huis, waar men binnen treedt, vrij is
van lijders aan deze besmettelijke ziekte
ze mogen dan al of niet in het inoubatie-
tijdperk verkeeren. En als de opinie juist
blijkt van hen, die vroezen, dat dit schrap
pingswetje op den langen duur een ernsti
ger karakter zal geven aan deze ziekte, die
steeds meer slachtoffers zal eisehen, omdat
men er niet tegen op zijn hoede kan wezen
ën omdat ze nu uitteraard minder ,,in tel"
•is, dan zal de wetgever vroeg of laat moe
ten terugkomen op zijn besluit van 8 Augus
tus 1899.
Intusschen, men kan in beperkten kring
in do gemeente doen wat hot r ij k na
laat. De gemeentebesturen zijn wel degelijk i
bevoegd om krachtens art. 29 der wc? op de
besmettelijke ziekten voorschriften vast te
Itellen ton aanzien van mazolen.
„Zij staan" zooals De Gemeentestem in
no. 2594 zegt „tegenover mazelen als wane
doze ziekte nooit in de Ziekteniwet opgeno
men geweest. Alleen is het gevolg der wet
van 1899, waarbij mazelen zijn geschrapt,
dat deze ziekte niet langer door den r ij k s-
wetgever, dus niet overal in heb land, voor
besmettelijk in den zin der Ziekten wet wordt
gehouden."
En in haar no. 2601 schreef De Gemeente
stem:
„Geheel in overeenstemming met de
in no. 2594 ontwikkelde zienswijze heeft
de minister van binnen] andsch© zaken
bij circulaire d. d. 20 Juli 1901 aan
de gedeputeerde staten te kennen ge
geven, dat do raad wel degelijk bevoegd is
tot hot maken van verordening tot voorko
ming, wering of beteugeling van de maze
len, waarbij ook, in overeenstemming met de
art.. 12 en 20 der Leerplichtwet, tijdelijk
verboden zal zijn hot bezoeken der lagere
school door kinderen uit woningen, waar
mazelen voorkomen."
Menig gemeentebestuur heeft reeds een
verordening tegen mazelen in dien zin vast
gesteld, begrijpende welk gevaar die ziekte
oplevert. In het 10-jarig tijdvak van 1891
1900 stierven aan mazelen 8879 personen te
gen 4941 aan typhus.
Als voorbeeld wordt ten slotto geweien op
de verordening der gemeente Leeuwarden ter
voorziening tegen croup, kinkhoest en be
smettelijke huid- en oogziekten. De gemeen
teraad van Leouwarden begreep echter, dat
men niet zoo ver behoefde to gaan als bij
de Ziektenwet was voorgeschreven voor de
daarin genoemde besmettelijke ziekten.
Daarom werd niet v e rb o d c n het bezoeken
van scholen door kinderen uit een huisge
zin, waarin een der genoemde ziekten is
waargenomen maar aan B. en Ws. slcehte
do bevoegdheid toegekend zoodanigen
kinderen don toegang tot de school te ver
bieden on tevens, bij dreigendo uitbreiding
van een dezer ziekten, de school te sluiten.
Voorts is er verboden zoodanige kinderen
weder in de school toe te laten andere dan
op schriftelijke verklaring van een genees
kundige, dat zij of hun huisgenootcn niet
of niet meer aan een dezer ziekten lijden.
Door de Regeering is een wijziging derr
A rbeidswet voorgesteld, waardoor het
aan do dusgenaamd© „harings peet
stors'' geoorloofd zal zijn op sommige tij
den on in sommige plaatsen te arbeiden tot
's avonds 12 uur, of hier en daar zelfs tot
's nachts 2 uur.
Verzekerd wordt namelijk, dat het „spe
ten" in haringrookerijen (dat is: het rijgen
van de haringen aan stokjes en het regel
matig verdeden der vischjee langs hot stok
je) op geen ander uur kan geschieden,, aan
gezien anders do iaat in don avond aange
voerde versclie visch bederft. Zoo dit juist
is, is er hior dus overmacht, on staat men
vóór dc keus: óf een uitzondering maken
óf het bedrijf te gronde zien gaan.
Er is tegen dit ontwerp oppositie gerezen.
Eerst in Het Volkdat hier „kapitalis
tische reactie" constateerde. Dit boteekent
echter niofc veel, zegt De Nederlander. Wij
zijn overtuigd, dat dit Kabinet geen enkel
ontwerp zal indienen, of de redactie van
Het Volk zal niet alleen den inhoud afkeu
ren, maar ook do laagste drijf v eeren ontdek
ken. Het blad heeft „reactie" voorspeld, en
een aanhangor der „materialistische ge
schiedbeschouwing" heeft een helderen blik
op dc toekomst; hij mag zich in zijn voor
spellingen niet vergisson. Bovendien Is een
noodzakelijk element der soc.dem. agitatie:
een ontevreden ©n zuur gezicht te zetten bij
alles wat wordt vóórgedischt, al smaakt het
den heeren nog too goed; iet© wat o. a.
treffend uitkwam bij de eerst© Ongevallen
wet, die pruttelend en denigreorend aan
vaard werd, zoolang haar totstandkoming
verzekerd scheen, maar die plotseling „de
beste ongevallenwet van Europa" werd toen
de Eorste Kamer haar ging verwerpen.
Intusschen La er later ook oppositie ge
komen van de zijde der Amhemsche Courant
en nu ook van die van mr. Kerdijk in het
Sociaal Weekblad.
Daar deze oppositie uiteraard meer zede-
lijken ernst verraadt, willen wij er aan d©
hand van De Nederlander iets uit meedee-
lon.
De heer Kerdijk zegt, dat de indiening
van dit ontwerp pijnlijk is, maar vervolgt:
„Toch kan ik mij de mogelijkheid
denken, dat ook ik, indien nog zetelond in
'a lands raadzaal, aan dit voorstel, hoezeer
schoorvoetend en met sterken tegenzin, irijn
stem zou geven. Alleen dan echter, als het
volstrekt noodzakelijk bleek, voor het ge
noemde bedrijf en voor de mede-botrokken
haringvisscherij in waarheid een kwestie n an
zijn-of-nietrzijn, voor de armoedige bevol
king van do visschersplaatsen van twee kwa
den het geringste."
De schrijver meent echter, dat in de Me
morie van Toelichting het bewijs hiervan
vooralsnog niet geleverd is.
Hij vestigt dan de aandacht op een punt,
dat ook door de Arnh. Ct. is gereleveerd:
n.l. hoe wanneer 'e Minister vooretelling
juist is de haringrookerijen hot hebben
kunnen stellen in de, sinds de totstandko
ming der Arbeidswet verloopon, twaalf ja
ren?
Hij schrijft hierover:
„Hier staan wij voor een raadsel, tenzij
do wettelijke toestand niet de f e i-
t o 1 ij k e toestand is geweest, en tenzij tot
dusver die arbeid van vrouwen na 10 uur
'a avonds wel v e rb o d e n was, maar niet
temin heeft plaats gehad.
Met andere woorden: van tweeën één.
O f tot nu toe hebben de haringrookers
het wettelijk voorschrift omtrent het einde
van den arbeidsdag geërbiedigd. Dón is het
onverklaarbaar, dat de minister met zijn
voorstel gekomen is. Dón zal hij alsnog reden
Lebben te geven, waarom, hetgeen zoo lan
gen tijd mogelijk ie geweest, plotseling doo-
dend dreigt te worden voor het bedrijf
O f het wettelijk verbod is bij de haring
rookerijen voortdurend een doode letter ge
weest, en gehandeld is alsof het niet oe-
stond. Dan wordt* voor wat den huidigen
minister van binnenlandse he zaken betreft,
het onverklaarbare wél verklaarbaar. Dón
kan voor hom de zaak aldus hebben gestaan,
dat hij, in kennis gesteld zoo wol met do
niet-handhaving der wet als met dc omsfan-
digheden van het bedrijf, noch de bestendi
ging van den met de wet strijdigon toestand
voor zijn rekening heeft willen nemen, noch
vrijheid gevonden heeft om te gelasten, daar
aan een eind te maken. Dón ia hij wel te
verstaan: bijaldien hij in staat is, de nood
zakelijkheid van grootere vrijheid voor deze
werkgevers klemmender aan te toonen, dan
in de Memorie van Toelichting door hem
is geschied niet te laken, veeleer te prij
zen, omdat bot gold het volbrengen van een
onaangenamen plicht.
Doch dón rijzen andore vragen. Hoe is het
mogelijk en is het verschoonbaar dat
do betrokken inspecteurs van den arbeid
jaar in jaar nit met een wettelijk verbod
aldue den spot bobben laten drijven Zijn
zij daaromtrent al dien tijd onwetend ge
bleven Hebben zij het willens ©n wetens
gedoogd? Of hebben zij misschien ds ambts
voorgangers van den tegenwoordigen minis
ter wel degelijk op de hoogte gebracht, maar
hebben dexen de vrijmoedigheid gehad er
stil bij neer bo zitten? Waarom is over dat
alles in de Memorie van Toolichting het stil
zwijgen bewaard?
't Komt mij meer dan wenscholijk, be
paald noodig voor, dat or licht opga over
deze duisternis»"
Het weokblad Patrimonium schreef on
langs naar aanleiding van het ingediend ont
werp: „Het schijnt tamelijk zoker, dat de
Arbeidswet tot nog toe bij de bokkingrookerij
niet is toegepast."
De Arnh. Ct. noemt dit „een fraaie uit
vlucht" en zegt er van: „Alsof de Regee
ring op zulk een ergerlijk pliohtsverzuim
harer ambtenaren zich zou kunnen beroepen
en op grond daarvan voorstellen, door wets
wijziging de moedwillige ontduiking te re-
gulariseeren."
Mr. Kerdijk daarentegen zegt: wanneer de
Regeering, in kennis gesteld met de niot-
handhaving èn met do omstandigheden van
het bedrijf, noch de bestendiging van dien
onwöttigcn toestand noch de beëindiging
daarvan voor hare verantwoording heeft
kunnen nomen, dan ia zij om de indiening
van dit ontwerp te „p r ij z e n".
De Arnh. Ct., waarin deze repliek aan
Patrimonium voorkwam, verscheen ongeveer
tegelijk met het Sociaal Weekblad. Geheel
ongezocht krijgt hier dus de vrijz,-dem. lui
tenant om zijn al te partijdige critiek een
bestraffing van den vrijz.-dem. generaal zegt
De Nederlander.
HAARLEMMERMEER. Ondertrouwd: J.
Smits en 0. van der Walt. P. van Wilgenburg
eu J. de Wit. G. Middelkoop en M. de Ruiter.
P. A. Post en P. van Beusekom. H. Kalkwarf
en A. van Staverden.
Gehuwd: G. P. Leeudertse en B. Tamboer.
L. Köhler en A. Beets. G. Keizer en M. van
dor Vlugt. A. Spruit en N. Cla\j.J.üriekspoor
en C. vad Alitor book
Bevallen: M. M. Legierse geb. Somers -
L de Kooker geb. Den Butter D. D. Korthals
geb. Rooze Z. A. Bakker geb. Stolker (levenl. D.)
Overleden: M, Hoeks 62 j, M. de Waal
geb. Van Bergeijk 76 j. J. van Kalmthout 57
j J. Bruijn 69 j. 0 op de Kelder 12 j.
T. Sieuwers geb. Dekker 61 j. J. Tienetra 4
m. L. Peters 77 j.
VOORSCHOTEN. Geboren: Gerntje, D. van
D. Boorsma en G. Ouworsloot. Cornelia Gerardus,
Z. van J. P. v. d. Peet en M. Opdam. Wil-
helmina Agatha, D. van W. Goemans en M. H.
A. v. Velzen. Theodoras Nicolaas, Z. van Th.
den Hollander en J. M. v. Veen.
VALKENBURG. Gehuwd: H. A, Teunisse
jm. te ZetteD, eu A. E. Koek jd. te Valkenburg.
Verliezen van hel Eiigelsche leger,
tooals dia voorkomen in de „Daily Graphic".
20 Maart
21
22
21
26
Totaal
22
e
19
14
10
7
12
22
S
20
UITLOTINGEN. Lotoo van Milaan a L. 10
ran 1866. Trekking 17 Maart. Betaalbaar 18 Juni.
45 Berieên.
627 2136 2482 2928 4880 4SC3 6244 5620 6899 0269
1679 2222 2620 3702 4001 4892 6301 6020 6970 6349
1618 2281 2647 3727 1781 4918 6881 6728 6228 6470
1061 2861 2866 4087 4739 6046 6468 6807 0246 6968
1790 2440 2818 4272 4702
S«r e 2620 n. 74 60,000 L. e. 1790 n. 61 1000 L.
6. 4892 n. 62 600 L. a. 9180 n. 11, e. 4781 n. 28, e.
4892 n. 17. s. 6620 n. 48, 88 a 100 L. s. 2440 n.
08, a. 8727 n. 26, a. 4087 n. 92, t. 4731 n. 67, a.
4918 n. 92, e. 6046 n. 18, a. 6981 n. 78, e. 6979 a.
69 a 60 L. a. 2222 n. 9, 41, a. 2231 n. 16, a. 2861
d. 79, s. 2440 n. 82, 69, 8. £482 n. 61, a. 2620 d.
70, a. 2066 n. 42. a. 2813 n. 03, a. 2928 n. 4, 90,
84, b. 3702 n. 8, e. 8727 n. 100, a. 4330 n. 1, a.
4601 n. 66, 64, a. 6381 n. S3, c. 6620 n. 67. e.
6620 n. 83, a. 6728 n. 84, a. 6892 n. 64, a. 6249 n,
18, b, 6849 d. '26, e. 6470 n. 87 a 20 L, Alle overige
Dommere, in bovenetaande aerieên verrat, elk L, 9.60.
De „Alldeutschie Blatter" bevat een brief
van een Duitsche vrouw uit Transvaal.
Haar man, een Duitscher, vecht met do
Boeren medo. De Engelschen hadden haar
en haar kinderen uit haar huis gehaald en
in een concentratiekamp gezet. Later werd
zij naar een ander kamp overgebracht.
Van daar schrijft zij omtrent 1 Novem
ber aan bloedverw an ten in Duitschland
O. a.
„De arme menschen (in het kamp; krij
gen niet genoog te eten. Het vleesch is
bijna ongenietbaar. In het eerste kamp
waar ik was, kregen wij rundvleesch te
eten, maar hot was van ziek vee. De long
ziekte heerschto erg onder de beesten. Dan
werden do zieke voor ons geslacht; dat
was goed genoeg voor do arme refugees
(y.luchtelingen)boo noemen ze ons, of
schoon wij nooit bij do Engelschen heul
gezocht hebben. Hoe dikwijls heb ik er op
aangedrongen, dat zij mij thuis lieten,
maar neen, ik moest weg. Ze denkeu, nu zij
de vroovren weggehaald hebben, zullen do
mannen zich eerder onderwerpen. En or
zijn er wel eenigen teruggekomen, maar de
meerderheid is nog in het veld. Ik hoor,
de mannen hebben aan de vrouwen, die
met de proclamatie naar de Boeren ge
zonden werden, gezegd, dat zij zich nooit
zouden overgeven, zij zijn nog vol moed.
Als men zulke berichten krijgt., is men weer
eens blijLieten de Engelschen ten min
ste de arme vrouwen en kinderen thuis
maar zo willen dat de mejischen allen dood
gaan. Dat beeft me een afschuwelijke En-
gelschman zelf gezegd Toen ik he.rn zoide,
dat ik met mijn kinderen in den regen toch
niet op den open wagen kon blijven zitten,
antwoordde hij: „Och, dan gaan je kinde
ren dood en wij hebben er niet meer voor
to zorgen." Ik had don man een gat in zijn
hoofd kunnen slaan, zoo boos was ik. Hoe
veel kindoren en grijsaards zijn or op dien
tocht gestorven! Het was een vreesclijko
tocht."
Het is de vrouw ten slotte gelukt uit het
kamp te komen en zich tijdelijk in een
kustplaats to vestigen. Van daar schrijft
zij weer den 28sten Januari van dit jaar,
o. a:
„Het is zoo treurig met de verraders.
Een Duitscher, do beste vriend van mijn
zwager, is, naar we hooren, nu met 15
kaffers weer naar boven om uit to spion-
neeren, waar onzo commando's zijn. Dan
gaat hij terug en haalt helpers. Mogen
onze menschen den schoft in handen krij
gen 1 Een kogel is te goed voor hemEr
sterven nog zooveel menschen in de kam
pen. Maar het is geen wonder. Hoe kan
een gezond mensch het uithouden bij het
slechte eten dat zij krijgen, en hoeveel te
minder de zwakken 1 Natuurlijk schuiven
de Engelschen dat alles den Boeren op hun
dakDe armen in de kampen krijgen
geen vruchten, zelfs geen groente; dat moet
toch vrceselijk wezen."
Aangaande den militairen toestand schrijft
de correspondent van do „Times" to Erme
loo, in het zuidoosten van Transvaal:
Aangezien de oorlog nog steeds voort
duurt en de maanden voorbijgaan zonder
een bepaald resultaat te brengen, aarzelt
men nog eens te verzekeren dat de zaken
niettemin vooruitgaan in de richting van
den vrede en dat de militaire toestand als
zeer bevredigend kan worden beschouwd.
Om die stelling vol te houden, is het echter
niet volstrekt noodig, to gelooven dat alles
in de leiding van den oorlog naar wensch
gaat. De gewoonte om afdeelingen van min
der dan 300 man te zenden naar districten,
waar de Boeren meer t in 200 man kunnen
samentrekken, moest streng verboden wor
den, tenzij do militaire aanvoerder bereid is,
waarborgen te geven dat een aanval van
Boerenzijde onmogolijk is. Gegeven de ge
steldheid van het land, die de Boeren zoo
goed kennen, is het geen bewijs van onbe
drevenheid der troepen, dat zij oo man noo
dig hebben om 10 vijanden gevangen te ne
men. Zonder die overmacht is het waar
schijnlijk dat die 10 man er niet alleen in
zuilen slagen te ontsnappen, maar nog ver
liezen aan hun vervolgens te berokkenen.
Misschien zou het nuttig zijn, de aanvoer
ders der Britsche colonnes, wier physieke
kracht begint te bezwijken onder den last
dien zij sedert lang dragen, te vervangen
door officieren, die op het oogenblik een
ondergeschikte rol vervullen. Wat het meest
noodig is bij aanvoerders van colonnes, is
geestkracht, volharding en voorzichtigheid.
Bij hot overlezen van het verhaal van de
„Standard", hoe de Transvaalscho bewinds-
Ueden verleden week te Rhenosterkop zoo
in het nauw gedreven worden, dat zij Vrij
dag renboden naar Balmoral zonden en
Zaterdag daar zelf aankwamen, zoo
schrijft de ,,N. R. O." viel het ons in,
dat die vooretelling niet geheel onjuist be
hoeft te wezen, in zooverre het mogelijk is,
dat kolonel Park en de andere Engelsche
bevelhebbers, die Schalk Burger en de zij
nen bijna gevangengenomen hebben, van de
onderhandelingen over het vrijgeleide niets
geweten hebben en dachten een kostelijke
vangst te doen, toen zij bemerkten, dat de
Transvalere met voordacht de Engelschen
zoo dicht hadden laten naderen, aangezien
zij immers op weg naar de Engelschen wa
ren. Dat zou wel een dwaze vertooning ge
weest zijn: do gevangenneming van Schalk
Burger, die den Engelschen officier dan
het briefje van Kitchener toonde I En mis
schien is 't gebeurd ook.
In het telegram van de „Standard" over
d© komst van de Transvalere te Pretoria
wordt ook gezegd: „Al de Boeren-afgevaar-
digden zagen er goed uit, een duidelijk be
wijs hoe gezond het leven op het veld is."
Reuter seinde den 18den uit Pretoria, dat
een zekere Logan, een klerk aan een bank,
tot tien jaar gevangoidsstraf is veroordeeld,
omdat hij, met verbreking van den eed van
onzijdigheid, Pretoria verlaten en onder de
Boeren de wapenen opgovat heeft.
Reuter seint uit Oradock, dat drie rebel
len, die zich overgegeven hadden veroordeeld
zijn tot een jaar gevangenis, een van de drie
met verlies van kiesrecht voor vijf jaar. Do
twee anderen hadden het kiesrecht blijkbaar
niet.
De „Ulstermore" ie uit Zuid-Afrika te
Southampton aangekomen met 16 officieren
en 206 man van het 4de West-Yorkshire-re
giment, ©n ruim honderd manschappen van
allerlei regimenten.
Zaterdag ia generaal Sir Leslie Rundie uit
Zuid-Afrika te Southampton aangekomen.
De dagelyksche verlieslyst vermeldt 1 doode
en 2 vermisten by Klipdrift (Tvveebosch) 7
Maart; 1 gewonde, Bloemberg 21 Maart; 1
gewonde, Buffelshoek lö Maart; 1 gewondo,
Kwaggafontein 19 Maart; 2 gewonden (S. A.
P. GeWenhms Jioht, J. S. D. Badenhoret
zwaar, belden „2de National Scouts"), Vlak-
laagte 18 Maart; 1 doode by Vlschrivler 19
Maart; 1 gewonde, Boemdraal 21 Maart.
Volgens een Reuter bericht uit Pretoria !b
generaal Louis Botha, tooa Cherry Emmetfc
gevangenomen werd, ternauwernood aan het
zelfde lot ontsnap, door zich te verbergen ln
een kloof.
Generaal Bruce Hamilton heeft den 18den
achttien Boeren gevangengenomen, onder wie
Brecher, oud-lid van den Tweeden Volksraad
voor Vrijheid.
Majoor von Höpvneb,
de nieuwe commandant van BerHjJn,
f
De Kamer heeft een amendement op cis
Kieswet aangenomen, waarin niet-verkies
baar worden verklaard zij, die door hrt
Hooggerechtshof veroordeeld zijn, en do lor
den der huizen, die over Frankrijk goregeowi
hebben.
Bij de Parlementsverkiezing te Wakefield*
voor de vacature van den liberaol-unionid# J
lord Milton, die lid van het Hoogerhuis l£ j
geworden, werd de conservatief Brothertoa
gekozen met 2Ö80 stommen, tegen 1979 uitgö- j
bracht op den liberaal Snowden.
Milton was in 1900 zonder tegemcandidaat
gekozen; bij de verkiezing in 1895 had hij
een meerderheid van 599 op den liberal efl
candidaat.
Do „Daily Mail" verneemt uit Lissabon^
dn.t non eold&at, door het Mozambiekschó
Kafferhoofd Makombe gevangengenomen^,
aan de bladen bericht gezonden heeft dat
alleen de tussckenkom3t van een Engolsch-
man hem de vrijheid heeft bezorgd. De Ei^
gelsohman dreigde Makombe met Engeland^
ongenoegen, en terwijl Makombe lachte to^
Portugeeöche officieren hem gelastten, drh
soldaat los te laten, riep hij hun toe dat Idj
England's gehoorzame dienaar was. Dev^
klein© gebeurtenis moet te Lissabon veel vc^w
bittering gewekt bobben, omdat men er uit
opmaakt dat Portugal's' gezag over Mozazn*
bique denkbeeldig is.
Do Washingtonaohe correspondent van <3$
„Times" beweert, dat de r ogee ring der Ve**"
eenigde Staten een kraehtigen zecfolijLen
steun zal geven aan het politieke beleid v*«d
Engeland en Japan in het oosten van
tegenover de Fransoh-Russische politieL a*.
daar. Amerika wensoht de onzijdigheid irt
acht te nemen en niet in botsing te kornet
met Frankrijk en Rusland, maar het is te
vens overtuigd dat Engeland en Japan dd
Amerikaansche belangen in Azië steunen^
Rusland en Frankrijk niet.
j
Frankrijk en Rutland.
In do Fransche Kamer vroeg gisteren
heer Denys C'cchin inlichtingen over de
jongste Fransch-Russischo overeenkomst.
Minister De leasee antwoordde dat op detf
dag, waarop hij het antwoord van Frankrijk
en Rusland op de mededeel mg van het En-
gelsch-Japansch tractaat publiok mankte, h$
in den Senaat de verklaringen ontwikkek
de welke hij ook aan de Kamer had verat rokfcj
hij had toen geztgd dat de Fransche poli
tiek in China geenszins gewijzigd is. Om
er ons toe te brengen handelend op tc tre
den, zei de minister, zou het noodig zijn
dat het grondgebied van China werd aan
getast, of dat Ohina zoo zeer werd belem»
merd in zijn ontwikkeling dat er gevaar
voor onze belangen uit voortspruit. In ee*S
dergelijk geval te aarzelen, zou dat voor een
groote mogendheid met gelijk staan rae£
afstand doen? Frankrijk woot dat alle mo*
g endheden er gelijkelijk belang hij hebben
dat de plechtig geproclameerde beginselen
worden geëerbiedigd, dat China onafhanko*
lijk blijft en geopend voor don vrijen wed- j
ijver van den ondernemingsgeest en van da
kapitalen der gchoele wore ld. Er zijn in het'
uiterste Oosten geen elkaar begon werkend^
krachten, maar er is een samenwerking vtut'
krachten naar hetzelfde doel: handhaving
van den status quo en den algemeenen v red©,:
Ziedaar de gedachte welk© Frankrijk en Rua- 1
land hobben doen weten aan al de mogendj
heden die het ractaab van Peking geteekend
hebben (Toejuichingen.)
Ten slotte zeide de minister, dat dB
Fransch-Ruesische verklaring reeds de miiï
of meer uitgesproken adhaosie had ontvan.-
gen van verschillends mogendheden, cn de
verzekering van het volkomen vertrouwen
van alle mogendheden.
Het incident was hiermede gesloten.