IK
12892
Dinsdas; 4 Maart.
A°. 1902.
ff! i f ï.w-1
(Deze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Kleine Advertentiëu.
Offieieele Kennisgeving.
FEUILLETON.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Loiden por 8 maanden,
7 Buiten Loiden, por looper en waar agonton gevestigd *Un 1.80
i Franco por post 1*65*
PRIJS DER AD VERTEN TIEN
Van 1 6 regels 1.05. Iedere regel meer 0.17£. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseere» buiten de stad
wordt 0.05 berekend.
Men heeft one stel oens gevraagd om ln
de Kleine Advertentiëu oen advertentie te
plaatsen, meer dan 30 Koorden bevattende.
W(] hebben dat tot nog toe niet gedaan,
slióón omdat nu eenmaal de bepaling k»b
gemaaktniet meer dan 30 woorden.
Van a. s. Woensdag af atollen \V(] echter
de gelegenheid open in do rubriek Kleine
Advortentièn annonces te plaatsen van
Bouwoorden 40 Centa.
81—40 60
41—50 60
61—60 70
61—70 80
71—60 90
81—90 één gulden.
ïeu behoeve van «Ie krijgsgevun-
gene. te ilmballali (Iiritscb-Intlië)
werd sedert de vorige opgaat
nog fu dank ontvangen:
van mevr. H. (N. R(Jn) een pak boeken;
van den heer v. d. S. (Zoeterwoude) 20
dln. etichtelyke lectuur;
van N. N. 6 dln. B\)b. Dagschrift;
van dr. v. W. 6 dln. Tijdschriften
van mevr. v. D. (Lisse) oen pak boeken
van de kinderen X. eenige kinderboekjea
van een zeventigjarige oen byboltjo;
van mevr. Z. v. O. twee bijbels en 5 dln.
lectuur.
Namens het sub comité Leiden nart het
Middetburgsch comité,
Mevr. E. R. van Schou wenbukg - Bctnino,
Nieuwe Ryn 80.
Koülcloozc
Genees- en Heelkundige liliig».
Burgemeester en Wethouders van Leiden;
Breugea ter kennis van hen die op grond van
onverniogeu in aanmerking wenschou te komen
voor het ontvaügeu van kosteloozo gonoes-
en heelkundige hulp vau 1 Wei 1902
tot 1 Mei 1903, dat zij zich ter verkrijging
van hot daartoe strekkend bewijs van onvermogen,
alsnog kunneu aanmelden op Vrijdag 7
Maart a. s., van des voormiddags h a 1 f o 1 f tot
de3 namiddags drie uren, ten Raadhuizo
in het lokaal naast de binnentrap
(Trouwkamer).
burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leiden, F. WAS, IJurgemeestor.
8 Maart 1902. VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 4 Maart.
In de dezer dagen gehouden vergadering
der Afdeelmg „Lelden en Omstreken" der
Nederlandsch Zuidafnkaanscho Vereoniging
ie door den tydelyken secretaris verslag uit
gebracht van hetgeen door de Afdeoling in
1901 is verricht. Aan dit verslag ontleenen
wy het volgende:
Op 31 December 1901 telde de Afdeeling
1 donateur en 287 loden tegen 2 donateurs
en 310 leden op 31 December 1900. Het
bestuur wfiat er op, dat deze vermindering
van het ledental grootondeels een gevolg is
van het overlijden en vertrek vau leden en
gelukkig slechts voor een klein deel te wijten
is aan het bedanken voor hot lidmaatschap.
Door het bestuur zullen maatregelen beraamd
worden om nieuwe leden lo werven, terwijl
do leden opgewekt worden, ieder in zijn
kring, daartoe oveneens pogingen aan te
wenden.
De heeren dr. J. W. Muller, jhr. mr. J. H.
J. Quarlea van Ufford en G. Henri Sythoff
bedankten voor hot lidmaatschap van het
bestuur, beide eerstgenoemden omdat zy zich
elders gingen vestigen, ten eiude aldaar een
nieuwen werkkring te aanvaarden, laatst
genoemde wegens drukke bozigheden. Hun
wordt een woord van lof en dank gebracht
voor wat zij in het belang der Veroeniging
deden.
Voorts wordt in herinnering gebracht, dat
op 29 Mei 1901 dr. J. O, J. Bierens de Haan
op initiatief van het bestuur der Afdeeling In
vereoniging met het bestuur der Studenten-
afdeeling en hot Leidsche Roode-Krais Comité
feestelijk ingohaald is bU zjjn terugkeer van
de eerste Nederlandsche Ambulance. Tot presi
dent Kruger is by het overlijden zjjner echt-
genoote een adres van rouwbeklag gericht.
De collecte ten bate der concentratiekampen
bracht 5502.42 op; dit bedrag is terstond
opgezonden en heeft, naar het bestuur met
zekerheid kan verklaren, zijn bestemming
bereikt. Aan giften voor liet fonds werd
ƒ1003.40 ontvangen. Aan de dames en heeren,
die bereidwillig de gelden voor de concentratie
kampen ingezameld hebben, wordt ln warme
bewoordingen dank gebracht voor al wat zty
voor do Vereeniglng deden.
Eon dool der voor het fonds Ingekomen
gelden is ook in 1901 wederom gebruikt voor
lijdelijke ondersteuning van uit Zuid-Afrika
teruggekeerde Nederlanders, die daardoor voor
armoede behoed werdenterwijl aan een hunner
gezamenlijk met anderon reisgeld gegeven is
om zich naar Amerika te begeven, waar hy
werk kon vinden. Aan de Afd. Schiedam is
voor het door haar op te richten Tehuis voor
uitgewekenen 200 toegezegd. Een aanbieding
van een uitgeweken Transvaler om een lezing
te komen houden is voorloopig afgeschreven
op grond van de ondervinding, by de laatste
lezing opgedaan, toen bleek, dat de belang
stelling van het publiek daarvoor verflauwd
was. Ook in 1901 is zooveel mogelijk samen
gewerkt met de Studenten-afdeeling.
Aan het slot van liet verslag wordt er op
gewezen, dat, zoolang de onrechtvaardige ver
delgingsoorlog voortduurt, er betrekkelijk
weinig te doen is voor de Afd. on daarbij de
hoop uitgesproken, dat het bestuur in 1902
meer te doen mag vinden.
De rekening en verantwoording van den
penningmeester, die vooraf door een commis
sie, bestaande uit de heeren A. L. Reimennger
en dr. E. F. v. d. Sande Bakhuyzen, nagezion
en in orde bevonden was, werden door de
vergadering goedgekeurd. De rekening der Afd.
sluit met een goed saldo van ƒ604.05; terwijl
het saldo van liet fonds ƒ910.875 bedraagt.
Tot leden van bet bestuur werden gekozen
de heeren dr. J. C. J. Bierens de Haan, mr.
G. J. Bisschop en dr. J. W. Lely.
Ten slotte werden de heeren dr. A. Kluyver
en H. P. F. van Wonsen benoemd" tot leden
der commissie voor het nazien der reksnlng
en verantwoording over 1902.
De Tegernsoeörs, dio hedenavond te
Lelden optreden, hebben te Rotterdam gister
avond hun eorste vertooning gegeven: „Die
Herrgottspieler von Oberammergau".
Een met groot publiek heeft hen vriendelijk
ontvangen en meermalen toegejuicht, zegt de
,N. R. C."
Voor het examen nuttige handwerken
is geslaagd mej. A. Drieaons, te Lolden.
Do minister van blnnenlandsche zaken
heeft benoemd voor een tijdvak van heden
tot en mot 31 December, tot conservatrix
voor de pathologische anatomie aan de Rijks
universiteit alhier, bulten bezwaar van 'e Rijks
schatkist, mej. E. T. van Aken.
De eerw. moeder-overste van het R.-K.
parochiaal meisjesweeshuis aaD de Bakkersteeg
alhier, viorde haar zilveren jubileum. Vele be
wijzen van belangstelling vielen haar ten deel.
De oud-verpleegden vereerden haar een prachtig
heiligenbeeld. Ook in den vorm van bloem
stukken bereiktende jubilarosse meerdere hulde-
betoogingen. Velen kwamen haar op den mid
dag mondeling hun gelukwenschen aanbieden.
Voor de jeugdige vorpleegden was het feest
en des middags werden dezen op oen buiten-
gewonen maaltijd onthaald.
De heer Pos, thans wonende te Leiden,
heeft de beroeping tot missionair predikant te
Soemba, door de Geref. Gem. te Groningen
(A), aangenomeü.
De Prov. Synode der Geref. Kerken in
Zuid-Holland zal dit jaar worden gehouden
op 3 en, zoo noodlg, op 4 Juni te Gouda (Noor-
derkerk).
Tot onderwijzeres aan de school met den
Bijbel te Zwammerdam Is benoemd mej. C. A.
Bauich te Heusden.
Omtrent het vervoer van den minister
Van A8ch van Wljck naar Utrecht wordt
aan het „Hbl." nog het volgende medegedeeld
als de geheel juiste toedracht:
„Toen de geneesheeren het oogenblik voor
een operatie gekomen achtten, werd de Minister
op uitdrukkelijk verlangen van prof, Narath,
aan wien het verrichten der operatie zou
worden toevertrouwd, naar het Diaconessen-
huis te Utrecht vervoerd. Hij werd in den
trein vervoerd liggende op een veldbed. Zooals
wü reeds meldden werd de patiönt o. a. ook
door prof. Pel vergezeld. Te Utrecht werd
de patiönt voor het eerat door prof. Narath
gezien en onderzocht. Deze hoogleeraar was,
geheel ln overeenstemming met het oordeel
der geneesheeren, eveneens van meening, dat
een kunstbewerking thans noodzakoiyk was.
Na gehouden overleg werd echter overeenge
komen, dat de operatie eerst gisterochtend
zou geschieden.
Gisterochtend om negen uren werd door
prof. Narath, terwijl ook prof. Pel en de be
handelende geneesheeren togenwoordlg waren,
de operatie met goeden uitslag verricht. Toen
prof. Pel om halfelf naar Amsterdam terug
keerde, was de toestand van den lijder be
vredigend te noemen".
Do tweede secretaris van do Britsche
legatie to 's-Gravenhage is uit het buiten
land teruggekeerd.
Hr. Ms. gezantschapsraad te Brussel,
Graaf van Rechteren Limpurg, is in Den
H.oag «aangekomen.
De president der Haagscho rechtbank,
mr. Ph. W. van Heusde, en de vice-presi
dent, jhr. mr. J. F. S. Schuurbcque Boeye,
zullen om beurten de Straf- en Civiele Kar
wer leiden, terwijl de nieuwbenoemde rech
ters mr. Brants cn Romme resp. zitting
zullen nemen in de Straf- en de Civiele
Kamer.
Voor de door de Vereeniging van Leerar
ren aan Inrichtingen van M. O. in dezen
zomer te houden tentoonstelling van hulp
middelen bij het ondersvijs in de Aardrijks
kunde. is haar door den minister van binnen-
landsche zaken een subsidie verleend.
Voor het maken van een machinege
bouw met machinistwoning enz. op het ter
rein van het gebouw voor toegepaste natuur
kunde te Delft (gisteren te 's-Gravenhago
aanbesteed) was minste inschrijver de heer
G. Key te Rotterdam, -voor 50,400.
B. en Wa. van Haarlem hebben bet
maken van een brug over de Leidschevaart
tegenover de Sohouwtjeslaan opgedragen aan
den heer H. Blaem, aldaar, voor 25,900.
De daar bestaande houten brug wordt afge
broken.
Het stoomschip „Apolda" vertrok 1 Maart
van Batavia naar Amsterdam; de „Koning
Willem II", van Batavia naar Amsterdam,
passeerde 2 Maart Kaap Roca; de „Koning
Willem HI", van Amsterdam naar Batavia,
arriveerde 2 Maart te Southampton; de „Kron-
prinz" (uitreis) vertrok 28 Feb, van Kaapstad
de „Lawoe", van Java naar Rotterdam, pas
seerde 2 Maart Dover; de„Oengaran" arriveerde
6 Maart vaq Rotterdam te Padang; de „Ard-
joeno", van Java naar Rotterdam, vertrok 2
Maart van Port-Said; de „Merapi", van Rot
terdam naar Java, passeerde 1 Maart Kaap
Carvoeira; de „Sindoro", van Rotterdam naar
Java, vertrok 3 Maart van Perim; de „Zaan
land" arriveerde 3 Maart van Amsterdam te
Blyth; de „Polyphemus", van Batavia naar
Amsterdam, passeerde 1 Maart Tarifa.
Boskoop. Prins Hendrik der Nederlanden
heeft voor de alhier te houden tentoonstelling
van bloeiendo planten een grooto bronzen
medaille geschonken.
Uuarlemmermeer. De zaal aan het koffie
huis ,,De Beurs" van tien heer J. cL V., te
Hoofddorp, bleek in do laatsten tijd voor de
beurs, toonecluitvoeringcn als anderszins te
klein te zijn cn zal naar men verneemt aan
merkelijk worden vergroot.
Hoewel reeds lang het plan bestaat te
Hoofddorp %roor den Protestantenbond"
een lokaal te bouwon, zal, nu het bezwaar
omtrent plaatsruimte wordt opgeheven,
van dat plan wel worden afgezien.
Van het vanwege de afdeeling „Haar
lemmermeer" van de Noordh. vereeniging
,,Het Witte Kruis", to Hoofddorp bij het
Raadhuis gebouwde ijshuisje werd in den
laatsten tijd geen gebruik meer gemaakt,
daar het niet aan het doel heeft beantwoord.
Hot ia nu cenigszin3 verbouwd en ingericht
voor magazijn tot berging vnn hulpmidde
len van genoemde afdeeling.
In de stoomhoutzagerij der heereu Van
Tekelenburg aan de Nieuwo Meer in dezo
gemeente had eon ongeluk plaats, dat be
trekkelijk nogal goed is afgcloopcn.
Zekere P. Boon, terwijl hij zich bevond
aan de handlier en er zich bezig hield met
hot ronddraaien vnn het rondsel, wat zich
aan de lier bevindt, knelde 3 vingers zijner
rechterhand zoodanig, dat geneeskundige
hulp moest worden ingoroepen cn hij ecni-
gen tijd niet in staat zal zijn om te worken.
Ter vervanging van den heer Boum.un,
onderwijzer aan de school No. 10, die mili
taire plichten heeft te vervullen, werd tot
tijdelijk onderwijzeres aan gemelde school
benoemd mejuff. J. W. Timmerman, alhier.
Huierswoude. A. a. Donderdag-avond, te
halfzeven, zal dr. De Llndt van Wijngaarden,
predikant bU de Ned.-Herv. Gem. te Utrecht,
In „Salvatori" een lezing houden over „de
ambten van den eersten en van den" tweeden
Adam".
Voor hen, die, by het vernemen van dit
onderwerp, zich niot onmiddellijk kunnen
orlenteeren, is het niet ondienstig te verwijzen
naar den eersten zendbrief van den apostel
Paulus aan de Corinthiörs, het 15de hoofdstuk,
te beginnen by liet 45ste vers.
De namen der jongelieden, die, na ge
noten voorbereidend militair onderricht, bet
volledig getuigschrift \Y. ontvingen, zyn: L.
Dekker, Joh. (Jaarkeu kon, J Hassefras, P.
N. Britsemmer, W. Bol, S. van Gorkum, D.
de Gelder en J Erkelem».
Noordwjjkerlioui. In de plaats van do
heeren G. Heemskerk en H. Warmerdam, die
met meer in aanmerking wenschten te komen,
zyn tot bestuursleden van de R.-K. vereeniging
alhier gekozen du hoeren G. Kuigrok en
P. Kerkvliet.
Ondskoom. De bewaarschool alhier werd
op 31 Dec. 11. bezocht door 27 jongens boven
6 jaar en 14 meisjes beneden 6 jaar.
Hot aantal aan hel telephoonnet aan
ltyn en Gouwe aangeslotenen is thans tot 72
gestegen.
Oud-Ado. Mej. Krol, onderwijzeres aan de
openbare lagere 6chool te Rypwetenng, zich
oofenonde in het fietsen, ten einde den afstand
van hier naar school en terug te bespoedigen,
ia met haar stalen ros zoodanig gevallen,
dat er kans, bestaat dat zy eenige weken
haar betrekking met zal kunnen waarnemen.
Woiibruggo. De huishoudster van den
arbeider J. d. G., ln het dorp, die zich Zondag
middag naar gewoonte naar do Geref. Kerk
begaf, gevoelde zich ter hoogte van de hof
stede „Berchshoove" plotseling onwel, on
zakte ineen, zich door den vai kneuzende
op 2 plaatsen aan het hoofd. Eeu arm ls
voorts gebroken, die gezet werd door onzen
dokter den hoer Asman, in do woning van
den heer P. d. K., waar de vrouw liofderyk
werd opgenomen.
Koninkl. Vereeniging „Het Nederl. Tooneei".
Verliefden Twist (/e depit amoureux).
llelacüeiyke lloofsclie Jtiil'ert»,
les priicieuscs ridicules).
gevolgd door
„MLiJn l&euil>r;in<U".
„Minnespel" met, De Vos niot, mevrouw
Holtrop niet, maar ten minste Molière.
Als ik een stuk vau Molière zie, al is 't
dan ook in wooidenboek-Hollandsch vertaald,
dan kan ik het my zoo levendig voorstellen, dat
op oen goeden dag den jeugdigen Coquelin
de studie in de rechten te machtig woid, oa
dat hy een tooneelcarrièro koos.
Melankoliek verlegen, en geestig, wat
moest hy daar als jurist ook mee beginnen 1
Daarom, studenten in de rechtori, die melan
koliek, verlogen en geestig zi wanhoopt
niet, go bozit al vast drie eigen.- appeu om
een Molière te worden. En het is werkelijk
niet onnoodig, dat er nog eens een Molière
komt om onzen tyd te bekyken zooals hy
den zynen bekeek. De menschon zyn sedert
de 17de eeuw niet zooveel minder bekrompen
en belacheiyk geworden, maar de manier,
waarop het zich uit, de toestanden zyn meestal
niet meer die, welke hy aantrof, welke hij
hekelde, en de heilzame invloed van zyn spot
is in zooverre verminderd.
Er zijn nog wel juffers, die „belacheiyk
hoofsch" zyn, maar in de Madeion on de
Cathos uit „les précieuses ridicules" zal geen
tegenwoordige prócieuse zich licht terugvinden.
Er zyn nog wel schynheillgo schurken,
maar als ze „Tartuffe" zien, kunnen ze gerust
meelachen, daarin herkennen ze zich met meer.
Elke tyd heeft zyn eigen uitingen, elke
tyd helaas lang niet zyn Molière.
Madeion en Cathos zyn scherpe bespottmgon.
karikaturen geweest, maar het zyn geen
karikaturen van odzo prócieusos meer, de
origineelon zyn tegenwoordig hooi anders.
De jonge luitenant.
27)
Zóó sprekende, keek hy het spoorboekje na,
dat hy den ganschen dag onder zyn bereik
had. Jeanne maakte niet do minste beden
kingen legen de voorgenomen reiszjj was er
zelfs moe ingenomen. Zzou dan immers
Guy zien, naar wion zy zoozeer verlangde,
en tevens kennis maken met het meisje, dat
hy liefhad I
Zoo werd dan tot de reis bosloten.
„Misschien hoort go nog wel iets naders
omtrent hot meisje.... dat Guy's hoofd op
hol heeft gebracht," zei mevrouw d'Epervans,
toen Jeanne haar goeden dag kwam zeggen.
„Gy ontmoet haar misschien toevallig."
„Ik zal probeeren haar te zien te krijgen",
was het kalme antwoord.
De markies was niot eer op zyn gomak,
voordat hy in den trein, die hem naar Macon
zou voeren, had plaats genomen.
„Hebt gy niets vergeten?" vroeg hy aan
zyn dochter.
„Zyn mijn slobkouson, myn jachtlaarzen
en myn stok ook ingepakt? O, wat is 't toch
benauwd in die coupé's! Schuif het gordyntje
eens dicht, ik ga oen dutje doen."
Tegen den avond kwamen zy te Macon aan.
„U© Broussayea zullen bepaald aan het
station zyn. Ik wed, dat ik ze niet herken.
£e moet ook maar oens kyken. De generaal
Js tamelyk dik, zyn vrouw is lang en slank
ea loopt een beetje voorover."
„Ik zie een kepl en een hoed met veeren 1"
sei Joanne. „Zy komen hierheen."
„Noen, dat zyn ze niet, zoo'n m,ager
manneke en zoo'n corpulente vrouw I We
zullen ze wel in de wachtkamer vinden."
„Daar Is Guy!" riep Jeanne. De luitenant
kwam naar hen toe.
„Wilt go wel golooven, dat ik nu pas over
tuigd ben, dat u hier zyt, mevrouw De
Brous8aye rekende or zoo vast op, maar ik-
was er nog niet zoo zokor van't Doetrme
erg veel genoegen!"
„Tk ben bang, dat Broussaye myn laatsten
brief niet begrepen heeft, anders was hy wel
aan het station geweest", zei de markies.
„Kyk eens, oom, ziet u hem daarginds niet?
Mevrouw is er ook by/'
„SapristiI Wat een mensch toch verandert.
Hy is wel de helft geslonken en wat beeft
zyn vrouw een pmvang gekregen 1 En zy was
zoo Blank 1"
De markies moest zyn verdere opmerkin
gen voor zich houden, want hot bewuste
echtpaar stond vóór hem.
Mevrouw De Broussaye, die moeite had om
in dien corpulenten ouden heer den knappen
kapitein d'Epervans te herkennen, gevoelde
zich een oogenblik teleurgesteld. Maar zy
heritelde spoedig, toen de markies als altyd
oven galant haar verklaarde, dat zy in 't ge
heel niet veranderd was en dat hy haar uit
duizenden zou herkend hebben.
„Ja, niet waar, ik houd me goed; myn ge
zondheid is uitstekend. De generaal is erg
veranderd. Maar laat me eerst uw dochter
eens zien. Haar zou ik niet herkend hebben.
Licht je voile eens op, liefje. Waarom doet
ge een voile voor op uw leeftyd? Dat is goed
op den mynenl"
„Ik geloof, dat wy beter doen, naar huls to
gaan dan hier te biy ven praten," viel do gene
raal haar in de rede.
„Gy hebt gelyk. Uw arm, markies. Neen,
generaal, jy behoeft- Jeanne je arm niet aan
te bieden; dat zal Guy wel doen. Ga ja maar
liever eens kyken, of het rytuig er is."
„Ik dank u nog wel harteiyk voor uw goed
heid," zei do luitenant tot Jeanne, toen zy
achter de spr«aakzamo generaalsvrouw en den
galanten markie3 voortstapten. „Zonder uw
bemiddeling had ik nooit toestemming van
mama gekregen. Was zy niot erg boos op my?"
„Ja, en het heeft my heelwat woorden ge
kost., vóór zy eindelek bezweek en my toe
stond u te schrijven."
„Nu moet ge my nog één pleizier doen, gy
moet kennismaken met juffrouw Plantier; ik
weot zeker, dat go terstond van haar houden
zult en dan kunt ge mama eens vertellen,
hoe lief zy is. 't Is heel gemakkeiyk te doen,
wat ik u vraag. Mevrouw De Broussaye geeft
Donderdag een groot bal, Sophie komt er ook.
Beloof me nu, dat ge biyft tot na het bal."
Zy had geen tyd om te antwoorden. Do
markies en zyn dame hadden reeds plaats
genomen in den landauer, en de generaal
reikte Jeanne de hand toe, om haar behulp
zaam te zyn met instappon.
„Tot ziens I" zelde zjj tot Guy.
„Markies, ik geef Donderdag te uwer eere
een bal, dat moet u met my openen."
„Maar Donderdag zijn wy niet meer bier 1"
„Die beleediging zult ge my niet aandoen,
om vóór dion tyd to vertrekken."
„Ja, maar ik ben niet vry", mompelde de
markies verlegen.
En op zyn dochter wijzende, voegde hy er
by: „Daar is myn kolonel."
„Uw kolonel l Nu dan heeft mijn generaal
ook nog een woordje in te brengen. Kom,
generaal, toon Je gezag eens."
„Kom, kom, van uw vertrek voor Donder.
dag kan niets inkomen. Ik begryp zeer goed,
dat het een opoffering voor u is, om het bal
by te wonen
„Wat, een opoffering?" viel mevrouw De
Broussaye hem verontwaardigd in de rede.
„De freule houdt bepaald veel van dansen.
Afgesproken, liefje, ik boud je hier."
Jeanne had er niets togen ln te brongen;
glimlachend zei ze: „Alsj>apa er mee tevreden
ls, ik vind het goed."
Men had het huis bereikt.
„Ga eens mee uw kamertje zien," zol de
rustelooze generaalsvrouw, toen het gezelschap
zich van mantels en jassen ontdaan had. „Ik
hoop, dat het u bevalt, 't Is niet weelderig,
doch dat zyn wo in het garnizoensleven niet
gewend, 't Is eenvoudig, maar frisch en lief."
Zy had niet te veel gezegd. Het vertrek,
waarin zy byna doorloopend de een of andere
harer beschermelingen logeerde, was een
juweeltje van smaak en bevallighoid. Een
echte jongomeisjeskamer l Alles wit en rose,
van het behangsel en de gordynen tot de
kleine gelakte meubeltjes.
„Zal ik u de kamenier sturen?" vroeg
mevrouw De Broussaye, terwijl zU uitgeput
op Jeanne's koffer neerviel.
„Dank u, mevrouw! Ik ben gewoon myzelve
te kleedon en
„Mooi zool" riop mevrouw uit. „Gy zyt,
naar ik bemerk, volgens myn beginselen
opgevoed. .Geneer je niet, kindkap jo maar,
waar ik by ben. Het diner is zoo gereed.
A propos, ik heb uw neef gevraagd."
Het lichte blo9je, dat Jeanne's wangen
overtoog,- kon aan don uitvorschenden blik
van mevrouw De Broussaye niet ontgaan.
Het diner was zeer opgewekt. Onder het
maal herkreeg de markies zyn gewone opge
ruimdheid, die door de vermoeiende reis
eerst wat verstoord was, en do generaals
vrouw hield voortdurend hot gesprek in gang.
Na tafel achtte zy het oogenblik gekomen
om den jongelui gelegenheid te geven tot oen
vortrouweiyk gesprek.
„Komt, oude heeren, ge vorlangt zeker wol
naar oen töte Atóte, om alle herinneringen
nog eens op te rakelen Gaat maar op den
canapé zitten."
De hoeren volgden haar raad, in zooverro,
dat zy op den canape plaats namen. Van
praton kwam echter niet veel, want woldra
waren beiden ingesluimerd.
„Eu jelui wilt me ook wol even excuseeren,
kinderen? Ik heb nog eenigo orders te geven
Gy zult je samen wel vermaken..." Dit zeg
gende verliet mevrouw De Broussaye de kamer,
om na oen halfuur terug te komen.
„Wel l Zyn de heeren uitgerust? Dan kunnen
wy gezellig een kop thee drinken."
De thee werd binnengebracht, maar de ge
zelligheid wilde niet komen, en Jeanne, die
zag, hoe vermoeid haar vader nog was, drong'
er op aan bytyds ter ruste te gaan.
Jeanne had bovendien behoefte om alleon
to zyn. Er dwarrelden haar zooveel gedachten
door het hoofd I Guy had zich ook zoo zonder
ling aangesteld en zoo vreemd gesproken ovei
zyn aanstaandel Het kwam liaar voor, dat,
hoewel nu allo bezwaren uit don weg warou,
geruimd, Guy toch niet op zyn gomak was
en in 't geheel niot leek op oen gelukkigen
verloofde.
„Ge moet hot met Sophie on de verdere
familie nu maar niet zoo heel nauw nomen,''
had hy verlegen gezegd.
Wordl vervolgd.)
