ffc 12858
Donderdag S3 Januari.
A0. 1902.
§eze {jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van (§pn- en feestdagen, uitgegeven.
Offieieele Kennisgeving.
FEUILLETON.
LEIDSCH
DAGBLAD.
PRIJS DEZER COURANT:
/'Voor Loidon por 8 maandon I 2 f
Buiten Loidon, per looper en waar agonton gevestigd zijn 9 1.80
i i Franco por post
1.05.
PRIJS DER ADVERTENTIËNt
Van 1 6 regels f 1.06. Iedere regel meer/' 0.17 j. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeron bulten de stad
wordt f 0.05 berekend.
fc;.;,
De Burgemeester en Wethouders van Leiden
/doen te weten, dat door den Raad dier gemeente
l in z\jn vergadering van den 14den November 1901,
ia vastgesteld de volgende Verordening:
VËltORDË.MNG,
houdende wijziging van de Verordening van
/den 17den Februari 1898 (Gem.-BL No. 7), regelende
-de hefling van een plaatselyke belasting voor het
gebruik van openbare gemeentewerken en bezit
tingen te Leidon.
Artikel 1.
ln artikel 2 der Verordening van den 17den
Februari 1898, regelende de heffing van een
Elaalselijko belasting voor het gebruik van open-
are gemeentewerken en bezittingen worden de
'woorden „dit tarief' vervaDgen door „het in
Artikel 3 vermelde tarief."
Art. 2.
Jn artikel 3 dier Verordening worden de navol
gende wyzigingen gebracht.
De aanhef wordt gelezen als volgt:
Voor het gebruik van openbare gemeentewerken
•n bezittingen wordt een belasting goheven naar
het onderstaande tarief:
Aan 7o wordt toegevoegd:
Voor bet afdammen vau een gedeelto eener
gracht, zonder deze over de volle breedte geheel
of gedeel lelijk af te 9luiten, voor elke week of ge
deelte daarvau, per at.rekkenden meter dam f 1.—
8o wordt gelezen als yolgt:
"Voor het hebben van een duiker, een zinker,
een buis, eea riool, of een geleiding Inngs een
brug, voor een jaar of gedeelto daarvan f5.
Voor het hebben van een riool, waardoor uit-
nitsluilond faecale stoffen, menagewater of regen
water worden afgevoerd, is geen belasting ver
schuldigd.
9o wordt gelezen als volgt:
Voor bet hebben ten behoeve van een fabriek
of ander bedrijf van een loosing, hetzij e$n recbt-
etroeksohe of middellijke, van vuil of water in
•en gemeenteriool of gomeentewaler, voor een jaar
of gedeelte daarvanf 5.
Aan lüo wordt toegevoegd
Voor het hebben van Joozingskolken i9 geen
belasting verschuldigd.
15o wordt gelezen als volgt:
Voor hot hebben van een plankijs, bloot- of
Spoelbak, steiger of losplaats in het water, per
viorkanten ntoter, voor een jaar1
Voor een week of gedeelte daarvan 0.50
Aan 24o wordt toegevoegd:
Voor hot hebben van oen brug, welke de eenigo
gele genheid aanbiedt om vau een perceel don
Apenbaren weg te bereiken, is geen belasting
verschuldigd.
Uit 26o vervalt het woord „pompen".
Aan 28o wordt toegevoegd:
Yoor het hebben van over don openbaren weg
opendraaiendo deuren, welke ter voldoening aan
wet of verordening buitenwaarts openslaand ge
maakt zijn, is geen belasting verschuldigd.
Achter 38o worden twee nieuwe bepalingen toe
gevoegd, luidende:
39o voor het gebruik van gemeentegrond tot
elk doel, niet genoemd in de voorafgaande onder-
deelen van dit artikel, per vierkanten moter, voor
een jaar f 0.25
voor een maand 0.10
voor een week 0.05
40o voor het gebruik van wateroppervlakte tot
elk doel, niet genoemd in de vooraigaaude onder
deden van dit artikd, per vierkanten meter voor
een jaar ƒ0.15
voor een maand „0.06
voor een week „0.03
Art. 3.
Deze Verordening treedt iu werking op 1 Januari
1902.
Vastgesteld door den Gemeenteraad van Leiden,
in zjjn Openbare Vergadering van den 14den
November 190L
De Burgemeester,
F. WAS.
Do Secretaris,
VAN IIETST.
Zjjnde de heffing dezer belasting guedgekeurd
bij Koninklijk Besluit van den 30sten December
1901, No. 119 waarbij tevens is aangehaald de
Verordening, regelende de invordering dier be
lasting, van don 17den Februari 1898.
En ia hiervan afkondiging geschied waar het
behoort den 22sten Jan. 1902.
Burgemeestor en Wethouders voornoemd,
F. WAS, Burgemeester.
VAN HEYST, Seoretaris.
Leidon, 23 Januari.
De minister van binnenlandschc zakon
heeft de volgende missive gezonden aan de
Commissarissen der Koningin in de pro
vinciën:
Het is mij gebleken, dat de naleving van
de voorschriften der arbeidswet en der uit
die wet voortgevloeide algemeene maatrege
len van bestuur, over het algemeen, nog veel
te wenschen overlaat. Voor een deel vindt
dat feit zijn verklaring daarin, dat, hoewel
in art. 18 der gonoemdo wet ook de ambte
naren der gemeente-politie worden belast
met het opsporen van de overtredingen der
wet en der bedoelde maatregelen, door die
ambtenaren over het algemeen slechts in ge
ringe mate medewerking wordt verleend bij
het opsporen van overtredingen. Toch zijn
de bedoelde ambtenaren, mot het oog op
hun bekendheid ter plaatse, de aangewezen
personen voor het constateercn van overtre
dingen, voor welker opsporing goen techni
sche kennis wordt gevorderd.
In verband hiermede komt het mij wen-
schelijk voor om de burgemeesters uit te
noodigen om, zooveel in hun vermogen is, te
bevorderen, dat voortaan door de ambte
naren der gemeente-politie, zooveel mogelijk,
worde medegewerkt bij het opsporen van
overtredingen van de artikelen 3, 5, 6, 7, 8,
10 en 11 der arbeidswet en van de voorschrif
ten van het Koninklijk besluit van 9 De
cember 18S9 (Staatsblad No. 176), gewijzigd
door de Koninklijke besluiten van 30 Octo
ber 1890 (Staatsblad No. 158), 17 October
1891 (Staatsblad No. 172), 10 Juni 1892
(Staatsblad No. 136), 27 Augustus 1896
(Staatsblad No. 151) en 2S November 1201
(Staatsblad No. 226).
Het zoude mij aangenaam zijn, indien
U.H.E.G. het bovenstaande ter kennis
bracht van de burgemeesters van de binnen
uw gewest liggende gemeenten.
H. M. de Koningin-Moeder beeft gister
middag te 3 uren Hare zuster, de Vorstin
van Bentheim, aan het Haagscho station der
staatsspoorwegen aan den trein verwel
komd en in Haar rijtuig naar het paleis be
geleid. Bij aankomst was er veel publiek op
het perron en aan de buitenzijde van het
station.
H. M. de Koningin-Moeder en H. D. H.
de Vorstin van Bentheim hebben gister
avond het Diligentiaconcert in het Gebouw
voor Kunsten en Wetenschappen bijge
woond.
Hedenmiddag ontving H. M. de Koningin
ten Palcize een bezoek van H. D. H. de
Vorstin van Bentheim, die daarbij van
H. M. de Koningin-Moeder vergezeld was.
H. M. de Koningin-Moeder zal heden
avond met Haar Zuster de voorstolling in
de Fransche Opera bijwonen.
Z. K. H. de Prins der Nederlanden
heeft het voornemen een tiental dagen te
Schwerin te vertoeven.
De minister van koloniën zal gedurende
de hem aanbevolen rust geen audiëntie hou
den en evenmin zal jhr. v. Asch v. Wijck
particulieren over ambtsaangelegcnheden ten
zijnen huize kunnen ontvangen.
In de buitengewone algemeene verga.de-
ring van aandeelhouders dor Maatschappij
„Wandelhoofd Schevemngen", ia in de
plaats van mr. J. G. Patijn, die als presi
dent-commissaris is afgetreden, benoemd
jhr. M. J. Huydecoper.
Het bestuur deelde voorloopig mede dat
de uitkomsten van het eerste jaar boven alle
verwachting gunstig zijn geweest. Sedert de
opening tot 1 Januari j.l. word de pier be
zocht door 796,358 personen, tegen 10 cents
of met coupons, en buitendien door 535 ge-
abonneerden. Buiten de buffetten bedraagt
de bruto-ontvangst uit entrees, verhuring,
visscherij- en aanlegsteiger ruim f 91,000.
De gemeenteraad te Middelburg be
noemde tot leeraar in de geschiedenis aan
het gymnasium den lieer E. Besse, docto
randus in de Ned. letteren te 's-Gravenhage.
Den len Febr. a.s. za-1 het nieuwe ge
bouw van het Rijks Landbouw-Proefstation
te Wageningen feestelijk worden geopend;
tegelijkertijd zal den directeur prof. dr. Ad.
Maijer door den Nederlandschen landbouw
een blijk van waardeering voor zijn onver
moeide werkkraoht worden aangeboden. Het
zal n.l. op bovengenoemden datum 25 jaar
geleden zijn dat prof. Maijer zijn ambt als
directeur aanvaardde en hem komt de eer
toe de landbouw-proefstations hier tc lande
te hebben geïntroduceerd.
Voor geruimen tijd vormde zicheen co
mité om dit feit te herdonken en als hulde
voor zijn streven en zijn werk, zal hem op
1 Fcbr. aanbieding worden gedaan van zijn
in marmer door P. Pander uitgevoerd me
daillon en van een album bevattende de na
men der bijna 400 deelnemers.
Ten behoeve van het regiment veld-ar-
tillerie in den Haag zullen in gebruik wor
den genomen een aantal rijwielen.
Met net toevouwbaar rijwiel van hot
ITollandsch systeem-kapitein Wagtcndonk,
worden proeven genomen aan de Militaire
School te Saint-Mainent (Frankrijk).
Het jongmensch, dat' een bclecdigendcn
brief schreef aan den inspecteur der re
gistratie in Den Haag, Werd lieden door de
Haagsche rechtbank veroordeeld tot 300
boete of 6 weken gevangenisstraf.
In een Dinsdag 23 Januari tc houden
vergadering van de afdeeling 's-Gravenhage
van de Vereeniging tot bevordering dor ho
moeopathic in Nederland zal o. a, worden
behandeld een voorstel van het bestuur om
ter algemeene vergadering het hoofdbestuur
te verzooken pogingen aan te wenden tot
het verkrijgen van een homoeopatischcn leer
stoel aan een onzer hoogescholen.
Wederom stelt de commissie voor de
Koninklijko subsidies aan jonge kunstschil
ders; Nederlanders van geboorte, de gele
genheid open om een subsidie te verkrijgen.
Jonge artistcn moeten daartoe hun stu
dies of schilderijen, hoogstens vijf, aan de
commissie van beoordeeling inzenden van 10
tot en met 14 Febr. a.s., adres gebouw Loge,
Fluweolen Burgwal te 's-Gravenhage. De to-
rguzending geschiedt francolijsten bchoo-
ven er niet om, maar duidelijk adres moet
er bij.
De heer G. W. J. Becking, sinds 36
jaren ontvanger der gemeente Lochem,
vraagt met ingang van 15 Febr. a.s. eervol
ontslag.
Te Oud-Beierland (Z.-H.) is tot direc
teur der gasfabriek benoemd de heer D.
Eikelboom, directeur der gasfabriek te Bo
degraven.
Volgens een der bladen zou H. Ms. pant-
eerschip ,,Evertsen" binnenkort naar Algiers
vertrekken, tot het verwisselen van eenige
officieren en manschappen van Hr. Ms.
pantserdekschip Utrecht", welk schip, vol
gens hetzelfde bericht, op reis van West-
naar Ooet-Indië, daartoe Algiera zou aan
doen. De kapt. ter zee Brutel de la Rivière,
die den kapt. ter zee Ellis als commandant
van de Utrecht" zou opvolgen, zou mede
met de „Evertsen" naar Algiers worden over
gevoerd.
Men verzoekt ons mede te deelen, dat dit
berioht van allen grond is ontbloot, en dat
zoowel het een als hot ander moet worden be
schouwd als uit de lucht gegrepen. (Hbl.)
De militaire paardenarts J. O. Nu-
mans, in garnizoen te Roermond, is in aan
merking gebracht om voor den tijd van 5 jar
ren te worden gedetacheerd bij het leger in
in Nederlandsch-Indië.
De bij het regimeDt grenadiers en jagere
overgeplaatste eerste luitenants jonkheer V.
E. A. Boreel, J. W. A. Cassa en P. F. W.
van Rornondt zijn bestemd, de beide eerstge-
noemden voor de bataljons grenadiers on
laatstgemelde voor de bataljons jagers.
In de naam- on rangiest der officieren
van het Nederlandsche leger en van dat ln
Ne,1,-Indië, alsmede van de landmacht in West-
Indië voor 1902, komt voor de eerste maal
voor Z. K. H. de Prins der Nederlanden, her
tog van Mecklenburg als generaal-majoor a
la suite by de landmacht, zoowol van het leger
hier te lande als ln Ned.-Indië.
By den Raad van State, afd. Geschillen
van Bestuur, waren gisteren ingekomen ver
schillende koninkiyke besluiten, waarby o. a.
niet ontvankoiyk werd verklaardlo. bet be
roep van een Gromngsch slager tegen de
voorwaardelUke vergunning, door B. en Ws.
van Haren verleend tot het oprichten van
een gedeelte van een gebouw voor het slachten
Woeien, enz. krachtens plaatselyke politie
verordening veii^i daar hiervan geen be
roep by de Kroon opensf&n^y 2o* boro0P
van denzelfde tegen een voorwaafiMy?0 ,ver'
gunning van B. en We. krachtens de Hinder
wet om een slachtery voor koeien, enz. op
te richten, als zynde dit beroep te vroeg in
gesteld.
De gowono audiëntie yan den minister
van koloniën zal a. s. Vrydag niet plaats
hebben.
Het stoomschip „Prins Frederik Hendrik"
vertrok 21 Jan. van Nieuw-York naar West-
Indië; do „Prins Hendrik" vertrok 22 Jan.
van Batavia naar Amsterdamde „Prinses
Sophie", van Amsterdam naar Batavia, ver
trok 22 Jan. van Suez; de „Koningin Wil-
helmina", van Amsterdam naar Batavia, ver
trok 21 Jan. van Southampton; de „Prins
Willem II", van Paramaribo naar Amsterdam,
passeerde 20 Jan. St. Michaels; de „Timor",
van Batavia naar Amsterdam, passeerde 21
Jan. Kaap del Armlde „Flores", van Amster-
naar Ned. Indiö, vertrok 22 Jan. van Middlesbro
do „Prinses Amalla", van Batavia naar Amster
dam, passeerde 22 Jan. Kaap Carvoeiro; de
„Ardjoeno" arriveerde 21 Jan. van Rotterdam
te Batavia; de „Kedlrl", van Batavia naar
Rotterdam, is 21 Januari Sagrea gepasseerd;
de „Morapi", van Batavia naar Rotterdam,
vertrok 21 Jan. van Port-Said; de „Pollux"
arriveerde 21 Jan. van Malta te Piraeus.
Bodegraven. Woensdagavond trad alhier
op prof. P. Biesterveld, van Kampen, in
een openbare vergadering, belegd door de
Christelijke jongelings' ieeniginy-n ,,Elië-
zer" en ,,Lidia". In een keurig gestelde rede
behandelde de spreker het onderwerp ,,Twij-'
fel of Zekerheid." Spreker liet uitkomen,
dat in don tegenwoordigen tijd de twijfel
zucht in vele vormon voorkomt cn gaf do
oorzaken daarvan aan. Het materialisme en
het naturalisme brougen tot twijfel, maar
het zoeken naar de Goddelijke waarheid, een
vaste rots, waarop een geloovig Chrizten
bouwt, verbant den twijfel en voert tot ze
kerheid.
De heer D. Eikelenboom Wz., alhier,
thans geëmployeerde aan de gasfabriek al
hier, is benoemd als waarnemend directeur-
boekhouder aan de gasfabriek te Oud-
Beierland.
llaxerswoude. Dinsdagavond vierde de
Christelijke Jongelingsvereeniging „Fila-
delfia" haar 30-jarig bestaan op feestelijke
wijze in het gebouw der Christelijke school,.
Uit de rede van den voorzitter, den heer
J. Bol, bleek, dat gedurende dien tijd bij
afwisseling 200 personen lid dor vereeniging
zijn geweest, 80 haar door het huwelijk heb
ben verlaten, 4 buitenslands vertoeven en
één, n.l. de heer C. de Bruyn, als zendoling
in Insulinde werkzaam is.
De heer A. Dekker, vroeger voorzitter,
doch sedert 8 jiar eere-voorzitter, was tot'
zijn leedwezen door ongesteldheid verhin
derd ter vergadering te komen; doch gaf
schriftelijk van zijn sympathie blijk.
De secretaris, de heer I. van der Loo, en
de penningmeester, de heer W. van der
Spek, brachten samen hun gecombinor
verslag uit. Thans telt de vereeniging
leden en heeft een .batig saldo in kas van
f 16.94 1/2.
Verschillende afgevaardigden brachten dot
groeten hunner vereoniging over, n 1. van,
Leiderdorp, Benthuizen, Koudekerk, Bos
koop, ,,Eerc zij God" alhier en namens de
Christelijke meisjesvereeniging .jDorkas",
voerde de heer K. van den Borg het woord.
Verscheiden voordrachten werden op meer
of minder verdienstelijke wijze ten gehoorö
gebracht, o.a. een door den voorzitter zelven
- -'ligdo samenspraak over Transvaal.,
vervaai
Voor do TTbü-r™ e.n .k'ndere" \n c°ncon-
tratie-kampen wei!? 7 Kcco,lcc„tc,crd'
Ten slotte eindigde ds. J. L. J'. 011
een indrukwekkende toespraak, waarin
vooral op beginsel vastheid" aandrong, en
sloot do vergadering met dankzegging.
De vereeniging ,,Dorkas", gesteund door
enkele leden van ,,Filodelfia", voerde tot
afwisseling in do rij dor toespraken en tot
opwekking en stichting eenige goedgekozen f
zangnummers uit, die blijkbaar in don
smaak violen. Ook mag gen woord van lof
niet onthouden worden aan den dichter dor
feestliederen, den heer J. Bol, die op dit
gebied, in onze gemeente althans, geen on
bekende is.
A. s. Vrijdagavond zal de vereeniging
tot verbetering van ziekenverpleging in 'fc
gezin een algemeene vergadering houden in
de zaal van den kastelein J. Rodenburg. Bij
deze vergadering, die te 7 uur aanvangt,
wordt trouwe opkomst verzocht.
Hoe men door trouwe zorg, nauwgezet
heid en inspanning anderen de loef kan af
steken, heeft de heer J. G. Cok op proefon
dervindelijke wijze aangetoond. Hij heeft
n.l. een tak van zijn suikerpereboom afge
broken en in een flesch met water in zijn
woonkamer geplaatst. Door eiken morgen
een scheutje warm water in de flosch te gie-
ten en zoo het water op een bepaalden v. .1 na-
Be ïwesuagbroeüers.
65)
Jlm moest nu de geheele historie vertellen;
maar van den brief wilde hy niet meer zeggen
dan het hoogst noodzakolyke; want dat was
©en particuliere zaak.
Juffrouw Chipchase liet zich verzoenen, en
zy vroeg, wat die meneer Hansoll voor een
man was.
„Ja, wat zal ik je zeggen?" zei Jim. tIk
kan dat zoo niet beschry ven. 't Is net zoo'n
soort man, als als die van hierboven vras.
Ik heb dien Alison maar eenmaal 'a avonds
i Id den gang gezien, maar naar wat Ik my
yan hem herinner, ïykt die meneer Hansell
veel op hem, behalve dat hy een knevel had."
„Dien bad hy niet moer, toen hy stierf,"
zei Lobelia, die hier een kansje zag om het
gesprek te brengen op baar interview, dat
juffrouw Jones wel zou imponeeren. „Hy
moet z.yn knevel hebben afgeschoren, nadat
ik uitging."
„Ja, een poosje later, naar ik hoorde van
de lui in de tappery hierover, waar ik gisteren
even was. De buffetjuffrouw zei my, dat de
politie by baar was geweest. Ei moet laat
op dien bewusten avond een man daar zyn
geweest om brandewyn. Hy bad veel haast,
en naar de beschry ving te oordeolen moet
het die van boven-vóór zyn geweest. Maar
toen had hy zyn knevel nog, zei de juffrouw."
XXXVII.
Boor het gerechteiyk onderzoek was Darvel
oveiluigd, datr Stephen Alison de man was
«hen men dood in Exton-street hhd gevonden1
Eer hy dat zeker wist, had hy veel angst
gehad; doch nu liet boven allen twyfel ver
heven wa3, behoefde hy niet meer te vreezen.
Buiten dien doode wist er niemand van het
plannetje, dat hy met den woekeraar had
gemaakt.
Hy schreef Gaygold een briefte, waarin hy
hem verzocht, de zaak met Halford uit de
wereld to helpen. Zoolang het lot van Stephen
Alison onzeker was, had hy een vaag idee
gehad, dat het goed was, May Alison en
haar oom in du stad te houden; hun be
wegingen konden allicht den samenzweerders
een wenk gegeven hebben. Maar nu achtte
hy het beter, dat Gaygold zoo spoedig mogeiyk
van hen af was. Er viel nu een veel belang-
ryker zaak te beëindigen: de 20,000 pond,
waarop Gaygold aanspraak kon doen gelden
na Charltons dood.
De geldschieter zocht don kapitein op in
het hotel en gaf hem CecllB schuldbekentenis
m ruil voor 200 pond.
Op elk aüder tydstip zou deze uitslag den
kapitein zeer verheugd hebben gemaakt. Nu
bleef er te veel anders over, dat hem drukte;
in elk geval was het een verlichting, dat
deze zaak was afgedaan; want in de stemming
van verslagenheid, waarin de geheele familie
verkeerde, zou de kapitein alles gedaan hebben,
wat do schuldeischer vroeg, alleen maar om
te voorkomen, dat hun naam nogmaals op
straat-werd gebracht.
Doch Sampson Gaygold had op het oogenblik
zelf geen behoefte aan publiciteit; hy wilde
zorgvuldig alles vermyden, wat aanleiding kon
geven tot ©enigen argwaan, in verband met
de polis.
Cecil gevoelde na de ontmoeting met Dennis
Avory weer hoop in zyn hart. De connecties
met een Zuidafrikaanschen miilionnalr, die
van de omstandigheden der familie afwist en
toch bereid was, hem te ontvangen en voort
te helpen, konden voor hem van groot nut zyn.
Stophen Alison, overtuigd, dat mot het
„karwei", waarover „de hertog" hem ge
sproken had, toen zy elkaar toevallig op do
straat ontmoetten, de juweelendiefstal by den
graaf van Powick bedoeld werd, zon op
middelen om de politie een wenk te geven
zonder de aandacht op zichzelven te vostigen.
Een ongeteekenden brief vertrouwde hy
niet; want dien moest hy zelf schryven, en
er zou zeker alle mogelijke moeite gedaan
worden om den auteur te ontdekken. Ook
stuitte het denkbeeld van een anoniem
schryven hem tegen de borat, zelfs in een
zaak, waar hy de gerechtigheid diende.
Zooals hy uit de kranten begreep, was
men van moening, dat hy medeplichtigen had
gehad, die de juweelen hadden meegenomen,
't Was best mogeiyk, dat de politie reeds
„den hertog" verdacht, maar het zou heel
moeilyk zijn, bewyzen tegen hem te krygen,
daar geen sporen van inbraak te vinden
waren. Zelfs de brandkast was gewoon met
een sleutel geopend. Niets hadden de dieven
achtei gelaten.
Zelf „den hertog" te gaan opzoeken, om
hem in handen der politie te spelen, ging
ook niet. Daarmee waagde hy te veel. AJles
hing er van af, dat hy zyn vryhoid en zyn
fortuin behield; een misstap kon argwaan
wekken en hem noodlottig worden; hy had
nog altyd een sprekende gelijkenis met den
doode, dien men als Stephen Alison had
moonen te herkennen.
Er bleef één kans over: als hy iemand
kon vinden, by wien zyn geheim veilig was,
kon hy dien persoon van alles op de hoogte
houden. Deze kon dan aan de politie inlichtingen
gaan brengen. Kon hy zulk oen man vinden,
dan zou hy misschien niet alleen zyn eigen
onschuld kunnen bewyzen, maar ook Darvell
en Gaygold beletten, het loon voor hun
schurkenstreek te oogsten.
Maar waar vond hy dien man?
Sinds Dennis Avory hem had meegedeeld,
dal Cecil Halford het aanbod, om hem by
Clement Hansell te introduceeren, aannam,
had Stephen een zenuwachtig verlangen, zyn
nesf te zien en van hem misschien meer
omtrent de familie-omstandigheden te vernemen
dan Avory kon vertollen.
Het was een verlichting voor hem, toen
elndeiyk het uur voor hom gekomen was.
Avory stolde den jongen Halford voor en liet
hem toen met den milJionnair alleen
Stephen, die zyn neef niet gezien had, sinds
deze een jongen was, kreeg dadeiyk een
gunstigen indruk. Hy w&b overtuigd, dat
deze welke zyn fouten ook mochten geweest
zyn een goed karakter moest hebben, en
hy trachtte terstond Cecils vertrouwen te
winnen.
Dit ging gemakkelyk genoeg, daar de jonge
Haiford zeer dankbaar was voor de sym
pathieke ontvangst on de aangeboden hulp,
welke zoo goed van pas kwam.
Zonder terughouding vertelde hy kort en
duideiyk, hoe zyn zaak stond. Het noemen
van Gaygolds naam ontlokte aan Stephen eeiv
gobaav van verbazing; doch hy bedwong zich
spoedig.
Toen Cecil geëindigd had. zag hy eenigs-
zins verlegen den mlllionnair aan en zeir
„Nu weet u alles. U zult hot wel met my
eens zyn, dat het boter is, de studie op te
geven en rond te zien naar een middel om
dadeiyk wat te verdienen. Ik mag niet van
myn vader vergen, dat hy mftn schulden
betaalt en my nog onderhoudt ook."
„Neen," zei Hansell, „te meor, daar naar
ik vau u verneem hot inkomen van den
kapitein niet zoo groot meer is als vroeger."
„Ik vrees van niet. En hy moet natuurly'k
voor myn tante en nicht blyvon zorgen."
„Ja, natuuriykl" bevestigde de ander, met
een warmte in zyn toon, wolke Cecil ver
baasde. „Daar u toch don naam noemde van
dien ongelukkigen man, dien dien
Hy aarzelde, alsof hy niet zeker was van
den naam,
„Stephen Alison."
„O ja. Ik heb natuuriyk de zaak ia de
bladen gelezen. Mag ik u openhartig oen
7raag doen
„Zeker." W
„Gelooft u, dat uw oom betrokken wa9 in
die treurige zaak?"
Cecil dacht even r.a; toen antwoordde hy:
„Eerst geloofde ik het wei. Kan het ook
anders? Maar ik heb nu eenige hoop, dat hy
toch onschuldig was."
„Hoe zoo?" vroeg Stephen haastig.
„Ik ik heb iets gehoord."
„Wat heeft u gehoord?"
„Och, meneer Hansell, u wilt, dat ik open
hartig zal zyn, r.ietwaar? Woinu, ik moot ui
een geheim vertollen. Een poos geloden maakte
ik konuis mot osn jongedame; zy is oen'
nicht dat wist ik toen niet van een
politiebeambte, sergeant Voruy."
„Jaen?"
„Ik heb haar gisteren weor ontmoet; zy
vertelde my, dat haar oom aan de onschuld
van Stephen Alison g* loofde."
(Wordt vervolgd.)