N\ 12853
"Vrijdag W Januari.
A0. 1902.
tgeze Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Uit de „Staatscourant."
FEUILLETON.
i)e Tweelingbroeders.
IDSCH
DAGBLA
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden por 8 maanden. H?'
"Buiten Leiden, per loopor en waar agenten gevestigd il)n 1.8
1.65'
Franco per post
PRIJS DER ADVERTENTIÉN:
Van 1-6 regels 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. - Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Leiden, 17 Januari.
Voor het gala-bal hedenavond ten Hove
/trekken do uitnoodigingen zich uit tot de
zelfde categorieën van gasten als op do
Nieuwjaarspartij ten vorigen jare, t. w. de
leden der rospectiove Huizen van Hare Ma
jesteiten en Z. K. H. den Prins; het corps
diplomatique, do hooge Staatscolleges, de
Ministers, do besturen van gewest en ge
meente, den gemeenteraad, de rechterlijke
macht, schutterij, zeemacht, landmacht,
hoofdambtenaren der Departementen, hoog
geplaatste Indische burgerlijke en militaire
autoriteiten cn tal van particulieren, behoo-
rendc tot do uitgaande kringen der resi
dentie.
De planten en gewassen, waarmede de
zalen rijkelijk zijn versierd, zijn herkomstig
uit de kweekkassen in den tuin van het Ko
ninklijk Paleis.
De Koninklijke Militaire Kapel en de mu
ziek der dd. schutterij voeren de dansmu
ziek uit.
De Prins der Nederlanden heeft het
©erelidmaatschap aanvaard, hem aangeboden
door de „Sociëteit Doctrina et Amicitiae" te
Amsterdam, in navolging van de koningen
"Willem II en Willem III, prins Frederik, prins
Hendrik en den prins van Oranje
Nader is bepaald dat het stoffelijk over
schot van baron Galvagna, in leven Italiaansch
gezant te 's Gravenhage, naar Italië zal worden
overgebracht a. s. Zondagmiddag per staatsspoor
te 4 u. 20 minuten. De ovorbrenglng van het
hulsel van do R.-K. begraafplaats naar het
etaatsspoorstation zal op streng eenvoudige
■wyze geschieden.
De zaak Ter-Laan zal Vrijdag 2"5 dezer
ln den gemeenteraad van Delft behandeld
worden.
Do uitslag der te 's-Gravenhage gehou
den Gemeenteraadsverkiezing is als volgt:
District I. Herstemming. Aantal klezeis 726,
uitgebracht geldige stemmen 482. Gekozen de
heer B. Stofkoper met 282 stemmen De heer
J. H. Voerman verkreeg 207 stemmen.
District II (vacature wijlen dr. Van Tion-
hoven) geldig 2191 biljetten. Volstrekte meer
derheid 1096, dr. A. N. Eikelens (lib.) 946,
dr. T. v. d. Hoorn, arts (a r.), 1245 stemmen,
zoodat gekozen is de heer T. v. d. Hoorn, arts.
District III (vacature Van Kempen): geldig
2264 biljetten, volstrekte meerderheid 1133;
C. Lely, oud minister, 1636, M. de Mos, reeüer
en lid der Prov. Staten, 628 stemmen, zoodat
gekozen is de heer C. Lely.
Door curatoren der universiteit te Am
sterdam worden ter vervulling der vacature
van gewoon hooglceraar in de heelkunde,
ontstaan door het eervol ontslag, verleend
aan Dr. J. A. Kortoweg, aanbevolen de hee-
ren: Otto Lanz, privaat-docent in de heel
kunde te Bern; C. W. J. Westerman, arts
tu Haarlem; Dr. D. Mac Gillavry, assistent
bij het onderwijs in dc heelkunde te Am
sterdam.
B. en Ws. stellen voor, aan een te benoe
men titularis een jaarweddo toe te kennen
van f '1500, benevens cht aandeel in de les
gelden, bedoeld bij de verordenir;; tot rege
ling der Universiteit.
Als leden van het Hof van Arbitrage
zijn doof den koning van Griekenland be
noemd de heeren: Denys Stephanos, afge
vaardigde, oud-minister van buitenlandsche
zakenGeorges Streit, hoogleeraar in het
ii ternationaal recht aan do universiteit te
Athene, en Michel Kebedgy, hoogleeraar in
het internationaal recht aan de universiteit
te Bern. NC.)
,,Do Tijd" meldt: In verband met het
gisteren opgenomen bericht omtrent een
aanslag, waaraan te Buitenzorg op Java
katholieke geestelijken zouden blootgestaan
hebben, wordt ons van de best ingelichte
zijde medegedeeld, dat pater B. Schweitz,
wiena naam gisteren in de bladen genoemd
werd, zich hoogstwaarschijnlijk daar niet
meer zal bevonden hebben. Ruim twee maan
den geleden toch werd reeds bepaald, dat de
heer Schweitz ter standplaats Buitenzorg
zou vervangen worden door den heer N. Vis
ser. M;n veronderstelt, dat die verwisseling
teeds lang is geschied.
Bij beschikking van den minister van
oorlog zijn bestemd tot chef van het militair
hospitaal
te Kampen, de bij Kon. besluit dd. 7 Jan.
1902 tot dir. off. van gez. der 3de klasse be
vorderde officier van gezondh. der 1ste kl.
E. J. Kühne;
to Amersfoort, de dir. off. van gez. der
3de kl. L. F. Boekelman, chef van het mi
litair hospitaal te Kampen;
te Leeuwarden, de off. van gez. der 1ste
kl. J. F. Tuinstra, van het 5de reg. inf.
De minister van oorlog heeft met in
gang van 1 Februari don lsten luitenant B.
C. Ootmar van het Instructie-bataljon be
noemd tot adjudant bij het korps.
Do minister van binnenlandsche zaken
brengt voorloopig ter kennis van belang
hebbenden
le. dat in 1902 slechts eenmaal gelegen
heid zal worden gegeven tot het afleggen van
het examen ter verkrijging der akte van be
kwaamheid, bedoeld in art 56, onder a, der
wet tot regeling van het lager onderwijs,
zooals die laatstelijk is gewijzigd bij de wet
van 24 Juni 1901 (Staatsblad No. 187), en
dat voormeld examen in dit jaar zal aan
vangen op 1 April;
2e. dat in 1902 eenmaal gelegenheid zal
worden gegeven tot het afleggen van het
examen ter verkrijging der akte van be
kwaamheid, bedoeld in art. 65bis dor voor
beschreven wet, voor huis- en schoolonder
wijs in het vak, vermeld onder j in art. 2
der wet (de vrije- en orde-oefeningen der
gymnastiek), en dat dit examen zal aan
vangen op een nader te bepalen dag in Oc
tober.
Het tijdstip waarop, en de autoriteit bij
wie zij, die zich aan deze examens wenschen
te onderwerpon, zich daartoe zullen behoo-
ren aan te melden, zullen nader, overeen
komstig de voor deze examens bestaande
voorschriften, worden bekend gemaakt.
(Sts.-Ct.)
De heer on mevr. Booth—Clibbom hebben
zich van het Leger dea Heils afgescheiden en
zich aangesloten by Dowie's Christeiyk-
Katholieke Kerk van Zion te Chicago. Do wie
is een Schot van geboorte.
Het stoomschip „Amsterdam" vertrok
16 Jan. van Rotterdam naar Nieuw-Yorkde
„Myrmidon", van Batavia naar Amsterdam,
passeerde 16 Jan. Suez; de „Prinses Sophie",
van Amsterdam naar Batavia, vertrok 16 Jan.
van Genua; de „Timor", van Batavia naar
Amsterdam, vertrok 16 Jan. van Port-Said;
de „Kedirie", van Batavia naar Rotterdam,
arriveoide 16 Jan. te Marseille; de „Prins
Fioderik Hendrik" arriveerde 16 Jan. van
W.-Indiö te Nieuw-York.
Hlllegom. Gistermorgen had de heer B. H. T.
alhier, by het verwerken van dekriet, het
ongeluk een 15-jarigen jongen, die hem daarby
behulpzaam was, met de punt van zyn rietvork
boven een z(Jner oogen to treffen, tengevolge
waarvan by per rytuig naar de woning van
zijn ouders moest worden overgebracht, alwaar
na geneeskundig onderzook, de toestand van
het kind van dien aard werd bevonden, dat
het wenscheiyi^ werd geacht, dat nog dien
middag goesteiyke bestand werd verleend,
daar de mogolykheid mot was buiten gesloten
dat de hersenen konden zyn geraakt.
Wassenaar. Gedachtig aan het spreek
woord, dat verandering van spijs eten doet,
werden do leden der vereeniging ,,Nut en
Genoegen" gisteravond onthaald op een
voorstelling van ,,de Biograaf". Het pro
gramma was zeer uitgebreid en dit is mis
schien het beste, wat we van deze voorstel
ling kunnen zeggen. De afzonderlijke por
tretten, stadsgezichten enz. waren zeer
goed, maar de levende beelden misten de noo-
dige scherpte, terwijl men ook veel last had
van het trillen van het licht. Yoor hen, die
zoo iets nog niet hadden gezien, was de voor
stelling zeker een aangename kennismaking.
Menig tooneeltje lokte dan ook een dave
rend handgeklap uit. Zij, die ,,de Biograaf"
elders hadden gezien, waar men electrisch
licht tot zijn beschikking heeft, die hebben
zeker naar de vleeschpotten verlangd.
Niettegenstaande, dit alles heersckte gister
avond een bijzondere gezelligheid in de zaal.
Bij de beelden onzer vorstelijke personen en
bij ,,de huwelijksfeesten in Den Haag en
Amsterdam" zong men het ,,Wien Neer-
landsch bloed" en 't „Wilhelmus" uit volle
borst, terwijl bij het beeld van Paul Kruger
het Transvaalsche volkslied werd aange
heven.
D,e vroolijke stemming mag voor een groot
deel worden toegeschreven aan de muzikan
ten. Dc heer J. van der Wilk, die voor de
vereeniging geen onbekende is, werd gister
avond begeleid door viool en klarinet: Dit
trio had verscheidene fraaie, nummers op
zijn programma.
De Faust, die we te k o o r e n kregen, won
het ver van den Faust, dien do Biograaf Le
zien gaf. Goldkapchen en andero nummers
werden goed gespeeld.
Na afloop der voorstelling hadden de
heeren nog wat edels te hooren willen geven,
dochde stoelen werden opgeborgen en
de tonen eoner Polonaise werden de „Invi
tation a la danse". Geen wonder dus, dat de
heer Gr. bij het sluiten der vergadering wei
nig gehoor vond. Al had Barthold Schwartz
in eigen persoon die sluitrede gehouden,
men zou niet naar hem hebben geluisterd.
Zegwaard. De bediening van de overwegen
aan de spoorlijn onder deze gemeente schijnt
nogal wat te wenschen over te laten. Gister
morgen o.a. scheelde het weer v. :inig of er
was een groot ongeluk gebeurd. De manu-
facturier B. reed op den Molenweg en de
boomen niet gesloten zijnde, ging hij met
paard en wagen do lijn over juist toen er
een trein aankwam. Terugkecren was niet
meer mogelijk; het eenige was het paard
flink aanzetten em daarmee gelukte het ook
dat do trein vlak achter den wagen voorbij
vloog zonder ongelukken te veroorzaken.
Het scheelde slechts een enkel oogenblik en
een vreeselijk ongeluk was onvermijdelijk
geweest.
Zegwaard-Zoetermeer. Tot kerkvoogd by
de Ned.-Herv. Gemeente alhier is gekozen do
heer Joh. Blonk te Zegwaard, die de- betrek
king heeft aangenomen.
De heer D. Riezebos uit Kampen, ben.
tot hoofd van do Chr. school alhier, hoopt
reeds 1 Februari a.s. in functie te treden.
Met ingang van dien datum zr.l de heer
Langevoort, thans waarnemend hoofd, zijn
betrekking, die hij op uitnemende wijze ver
vulde, neerleggen en in Den Haag zijn
werkzaamheden aanvangen.
Kon. beslniten: Aan rar. J. F. C. Meijer,
op zijn verzoek, eervol ODtslag verleend als lid
van het college van regenten over het huis van
bewaring te Eindhoven, onder dankbetuiging voor
de als zoodauig bewezen diensten; benoemd tot
lid van genoemd college van regenten mr. J. A.
E. Bink, griffier bij het kantongerecht aldaar.
Op zun aanvrage gepensionneerd met den rang
van majoor de kapitein W. J. J. J. Ledel van het
achtste legiment infanterie en het bodrag van het
pensioen bepaald op 1472 'ejaars.
Benoemd tot eereten luitenant bij het 1st e reg.
infanterie de 2de luitenants Tb. de Goeijen en
A. J. E. Lncardie, beiden van het korps.
Hoog ere Krijgsschool.
De minister van oorlog brengt ter kennis van
belanghebbenden, dat dit jaar voor toelating tot
do hoogere krijgsschool worden opengosield:
voor het leger hier te lande 13 plaatsen, en
voor dat in Nederlandsch Üost-Indiö 9 plaatsen,
welke plaatsen als volgt worden verdeeld;
A. Legor hier te lande:
a. Krijgskundige studiën;
6 voor officieren van hot wapen der infanterie;
1 voor officieren van het Vapen der cavalerie;
2 voor ofücieren van het wapen der artillerie, en
1 voor officieren van het wapen <jer gemo;
b. Studiën voor den intendance dienst3 plaatsen
B. Leger in Nederlandsch Oost-Indiö:
o. Krijgskundige studiën;
3 voor olficieren van het wapen der infanterie;
1 voor officieren van het wapen der cavalerie;
1 voor olficieren van het wapen der genie;
b. Studiën voorden intendancedieost3 plaatsen.
In cle Lakenhal.
De Vereeniging „de Laeckenhalle" heeft
thans een tentoonstelling georganiseerd, die
in allo opzichten belangryk mag heeten en
een welkome afwisseling biedt voor hot kunst
lievend publiek. Want het gebeurt niet dikwyis,
dat hier ter stede oude Hollandsche kunst
tentoongesteld wordt, en daarom moeten wy
het des te meer apprecieeren, dat de eigenaar
van een onzer grootsto v criamzBngen van
teekeningen. dó 'neer P. Langerhulzen Lzu.,
te Butsum, de welwillendheid heeft gehad,
een gedeelte zijner collectie oude teekeningen
ter expositie af te staan.
De zes en negentig tentoongestelde teeke
ningen zyn voor het meerendeel uit de zeven
tiende eeuw, maar uit de zestiende en acht
tiende zyn er ook eenige fraaie stukken onder.
Op enkele wensch ik hier de aandacht te
vestigen, niet om daardoor de Diet genoemde
op den achtergrond te doen treden, maar
slechte om den lezers een indruk te geven
van hetgeen er ongeveer te zien is en volgens
welken maatstaf het oog der meesten onder
hen, gewend aan het zien van moderne kunst,
dient te oordeelen. Want voor het juist bo-
oordeelen van kunst Is kennis even noodig
als smaak, en niemand kan onze oude meesters
naar waaide schatten, wanneer hy zich niet
©enigszins terugdenken kan in de opvattingen
van den tyd, waarin zy leefden. Daarom dus
meen ik hier wel eenige opmerkingen ter
opheldering der tentoongestelde teekeningen
van Leidsche schilders in hot midden te mogen
brengen.
Laat lk in de eerste plaats wyzen op do
byzonder fraaie portretjes door Hendrlck
Goltziu8. Het eerste, het portret van Jan
Bartsen Schoon, is in zuivere, doch niet te
minutieuze trekken aangezet en daarna mot
zilverstift en waterverf voorzichtig opgewerkt.
Vooral in de oogen heeft d6ze Haarlemsche
kunstenaar een byzonder fraaie uitdrukking
weten te leggen. Het andere poitretje, evenals
het vorige op hoorn geteekend, stelt een
jongen voor, dien Goltzius op elfjarigen leeftyd
teekende, geiyk uit de inscriptie biykt. Het
is haast nog fijner van uitvoering en vol van
de beste qualiteiten, die men by Goltzius
verwachten kan Deze manier van portret-
teeron met potlood of pen is in de eorste
jaren der 17de eeuw zeer in zwang geweest.
Ook de Leidsche schilder David Bailly was
er in bedreven, dergelyke portietten „in het
cleyn mette penne endo daer naer met een
fijn pinceeltgen seer curieus en suyver te
maocken", geiyk een zyner tydgenooien ver
haalt. Een voorbeeld van die kunst is op deze
tentoonstelling te zien in het serieus getee-
kende portret van Pieter Hasselaer, schepen
en raad van Amsterdam.
Geheel anders weer van opvatting, meer
als 8Cbildery dan als teekening gezien, is het
mansportret door Dirk de Bray, een zeer
goed werk van dezen zeldzamen Haarlemschen
kunstenaar.
Het jongensportretje van den beroemden
Leidschen fijnschilder Frans van Mieris den
Oude lykt my een schets voor een genre
stukje of een portret. Het ie vluchtig gedaan,
een beetje sterk omiynd hier en daar, om
de eigenaardigheden meer te accentueeren.
Hoe mee8teriyk onze oude schilders gelaats
uitdrukkingen en gebaren konden weergeven
biykt altyd het meest uit hun genrestukjes.
Zoo byv. die schets van Adnaen Brouwer,
een herbergtafereel. In weinige trekken
slechts is de teekening aangezet. Zelfs zyn
van esnige figuren slechts de hoekige omtrok
ken te zien. Maar hoe veel is reeds in die
weinige lynen uitgedrukt 1 Hetzelfde is er te
bewonderen in de beide aan Jordaens toe
geschreven lachende jongenskoppen, in de
schetjes van Jan Steen, de mooie teekeningen
van Adriaon van Ostade (vooral de beide
gekleurde zyn ln hun soort meesterstukjes,
ook van kleur), Cornells Bega, den geestigen
Pieter Quast en zoovele audere hier tentoon
gestelde teekeningen.
By onze oude landschapsschilders treft ons
ook hier weer hun scherpe opmerkingsgave en
zucht naar karakteriseeren. Van Goyen staat
zonder twyfel an met zfin h«ide potlood
schetsen, landschapjes, zooals hy ze op zyn toch
ten - want hU heeft vool en lang gereisd zag
en teekende. Het teekemngetjo van Pieter Mo
lyn een van oe beste, die ik van dezen meesier
zag staat er echter nauwelyks by achter
En dan de ruïnes van Egmond maar laat
ik niet trachten, alles te bespreken. Ik zou nop
op veel interessante zakou kunuen wUzen,
byv. het kykje in een zeventiende eeuwsche
schilderswerkplaats, door Van Musscher, waar
aan men zien kan, dat de verhalen van
arti8lenarmoedo in vroeger eeuwen geen
legenden zyn. Trouwens, er is op deze ten
toonstelling menig teekemngetjo, dat ons een
blik doet werpen op hot toenmalig burgerlyk
leven.
Nog zy er op gewezen, dat de hoor Langer-
huizen by do keuze der teekeningen er op
Het loont bij dit en andere stukken de moeite
ze door een vergrootglas te bezichtigen, om de
fijnheid der bewerking des te beter te kunneu zion.
49)
Doch er was een gevaar. Die koetsier had
eren echten Clement Hansell gereden, en hij
zou nu een anderen man vinden, die zijn
naam droeg.
Stophens vrees duurde echter maar oen
oogenblik. Koetsiers nemen hun „vracht" niet
zoo nauwkeurig op, dat het beeld van een
passagier in hun geheugen blyft gegrift, en
zelfs al had de man een heldere voorstelling
van Clement Hansell, dan zou hy toch diens
dubbelganger vinden. Als Stephen voortaan
door de wereld wilde gaan als Clement Hansell,
zou hy grooter gevaren ontmoeten dan een
Londensch huurkoetsier en het zou onzinnig
zyn, dat onderhoud te willen vermyden.
„Goed", sprak Hansell tot den hofmeester;
„laat den man maar hier komen."
Een minuut later werd de deur weer ge
opend, en een opgedirkte jonge koetsier, met
©en bloem in zyn knoopsgat, kwam binnen,
den hood in de hand.
Stephen Alison keek op en de kamer
draaide met hem rond: de koetsier, die den
brief van Clement Hansell kwam terugbrengen,
was de zoon van zyn hospita, James Cbipchase.
„Pardon, meneer" begon Jimmy, op zyn
beleefdsten toon; „maar toen ik u laatst naar
de City had gereden, vond ik een dokkeraent,
dat zeker uit uw zak gegleden is."
Be jongeheer Chipchase keek hem vlak in
het gezicht; doch ©r was geen zweem van
twyfel of verbazing op dee koetsiers slim
gelaat.
Dit stelde Stephen morkeiyk gerust. Hy
herinnerde zich, dat Chipchase hem ook niet
anders gezien had dan by avond in de slecht
verlichten, nauwen gang. Hy had toen een hoed
op en droeg een knevel. De koetsier werd
volkomen misleid door de gelykenis van den
bewoner van dit huis met zyn passagier van
onlangs.
„Een document?" vroeg Stephen kalm.
„Waar is het?"
„Ik hoop niet, meneer, dat u my voor
achterdochtig houdt, maar zaken zyn zaken;
ik had het papier naar hot bureau van
gevonden voorwerpen kunnen brengen; maar
ik geloof niet, dat u het aardig gevonden
zoudt hebbeD, als de politie er den neus in
gestoken had."
Den eigenaardigen nadruk, dien James Chip
chade legde op het woord „politie", waar
schuwde Stephen, dat hy voorzichtig moest
zyn in zyn antwoorden. 'tGold hier naar alle
waarschynlykheid een zaak, waarvan hy
niets wist.
Hy sprak bedaard:
„Dat is heel goed van u gezien. Dus u gaf
lievor hot papier direct aan my terug. Wat
la het?"
„Wel, meneer, 't Is een brief van eon dame,
en geen minnebrief, hoorl Nu raadt u het
misschien al?"
„Ja.... ik denk het wel", zei Stephen,
die vreesde, zyn totale onwetendheid te
bekennen. „Ge hadt zeker gerekend op een
belooning?"
„Dat wil ik niet tegenspreken. Maar ik
hoop, meneer, dat u my niet zult verdenken,
dat ik u geld wilde afpersen of zoo iets. Als
ik goed gedaan heb, met u den brief te
brengen, dan laat ik het honnerarium aan
uw beleefdheid over. Daar hebt u den briefl"
Hy gaf den brief van do Duitsche vrouw
aan Stephen.
Deze zag het papier vluchtig in.
„O, was het dat?" zei hy. „Ik hecht or
eigeniyk niet veel aan. 'tls vreeseiyk dwaas
een poging om my af te zetten. Maar daar
u er moeite voor heeft gedaan, zal ik maar
zeggen, dat de brief my vyf pond waard is."
Jitn Chipchase's gezicht betrok.
„Ik had gedacht, meneer", sprak hy, als
iemand, die zyn speech vooraf heeft klaar
gemaakt, „dat het een millionnair als u, en
een publiek persoon, om zoo to zeggen, meer
waard geweest zou zyn, dat deze brief uit
handen van de politio bleef. O, u behoeft
niet bang te wezen, dat ik zal gaan babbelen,
als u niet betaalt; ik ben een eeriykejongen,
en als u zegt, dat een vyfponds briefje de
prys is, dan neem ik datmaar om u de
waarheid te zeggen, had ik gedacht, dat het
u wel vyftig waard zou zyn.
Stephen las den brief nog eens over Hy
geloofde wel, dat Clement Hansell inderdaad
liever vyftig pond zou gegeven hebben, dan
dezen brief onder de oogen der politie te zien
gebracht, nu hy van plan was, in Engeland
te blyven wonen.
„Nu, jongmen8ch," sprak hy tot Jim, „gy
hebt de zaak eeriyk en naar uw beste weten
behandeld en al is er niets in den brief, waar
over ik my bepaald zou hebben te schamen,
zal ik in uw conditie bewilligen. Ik heb echter
nu geen vyftig pond by my. Kom ze morgen
halen; ge kunt den brief zoolang in pand
houden, als ge wilt."
Jim schudde het hoofd.
„Neen, meneer. Uw woord is my voldoende,
en een chèque van u ook. Als u my zoo'n
papiertje geeft, behoef ik u niet voor den
tweeden keer lastig te vallen."
Dit voorstel maakte Stephen eenigszins
verlegon. Hy kon nog geon wissel afgeven,
eer hy aan de Bank was geweest.
„Ik wou liever in contanten betalen", zei
hy; „kom morgenochtend tegen elf uren. Ik
zal het geld klaar leggen, dan kunnen de
bedienden het u geven."
„Uitstekend, meneer. Dat is dan alweer
in orde."
De heer James Chipchase maakte een
prachtige buiging voor den millionnair en ging,
voldaan over zyn boodschap.
XXXIII.
Toon Jim weg was, stond Stephen Alison
op en bogon de kamer op en neer te stappen.
Hy kon zich niet goed een denkbeeld maken
omtrent het gewicht van den dreigbrief, welken
zyn broeder in een cab had verloren. Er was
een of andere schurkenstreek begaan aan de
Kaap, begreep hy de vrouw zou wel redenen
hebben voor de beschuldiging.
Het viel hem niet in, dat nu hy, die Cle
ment Hansell8 plaats had ingenomen, zelf
bedreigd werd met moord.
Het denkbeeld, dat hom op dit oogenblik
geheel beheerschte, was, dat de man, met
wien hy zooeven had gesproken, kwam uit
het huis, waar zyn doode broeder lag; die
man moest geheel op de hoogte zijn van wat
er gebeurd was, sinds de politie het ïyk
ontdekte en naar hetgeen uit het kranton-
nieuws, dat Marsden hem vertelde, bleek
tot de conclusie kwam, dat Stephen Alison
zelfmoord had gepleegd. Hy had alles willen
geven om Jim Chipchase daarover aan het
praten te krygen, doch hy had het onderwerp
niet durven aanroeren. Een onvoorzichtig
woord had kunnen verraden, dat hy meer
van de zaak afwist, en dat kon don slimmen
koetsier aan het combineeren hebben gebracht.
Na eenige oogenblikken van zenuwachtige
opgewondenheid volgde kalmer stemming.
Stephen had het geruststellende gevoel, dat
hy een govaariyke beproeving zegevierend
had doorstaan. Maar opnieuw had dit geval
hem doen inzien, hoe noodzakelyk het was,
de noodige zelf-beheersching en tegenwoordig
heid van goest te behouden.
Als de offlcieole ïykschouwing maar eerst
was geschied en het ïyk was gehouden voor
dat van Stephen Alison, zou hy veiliger zyn.
Hy zou dan de zaken van zyn brflfcder gaan
beheeren en zinnen op een plan, om vrouw
en kind terstond te doen deelen in den zoo
toevallig verkregen rykdom, die hem nu
wettig toekwam, blykens het testament van
zyn broeder.
Hy wilde het politie-onderzoek naar don
moord van lord Charlton afwachten on dan
oen poos buitenslands gaan reizen, om dd;
geschokte zenuwon te gaan herstellen on
kracht te zoeken voor de taak, die hem
wachtte: de schurken Darvell en Gaygold
onschadeiyk maken. Hy wilde zijn vyanden
straffen en zyn vrienden beloonen; hy moest
dat echter doen op zoodanige wyze, dat geen
sterveling ooit kon vermoeden, dat Stephon
Alison nog loefde.
Zyn dood zou aan de wereld worden bekend
gemaakt na de ïykschouwing,, eerder waar-
schyniyk nog; want de reporters zouden varj
de praatgrage Chipchases wel den naam va»
hun overleden huurder te weten komen.
Wordl vervolgd).