N®. 12717
Vrijdag O Augustus,
A®. 1901.
(Deze <€onrant wordt dagelijks, met uitzondering
van <Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
Een opvoedster, j
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Leiden por 8 maandon 1.10.'
7 Buiten Leiden, per looper en waar agonten gevestigd zyn 1.30
i Franco per post 1-65*
PRIJS DER ADVERTENTLËN:
Van 1 6 regels f 1.05. Iedero regel meer f 0.17Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor bet incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
Offloieolo Kennlvgeying.
Burgemeester en Wethouders van Leiden brengen
ter algemeens kennis, dat het tweede toe
latingsexamen voor do Uoogoro Bur
gerschool voor Jongons dit jaar zal
plaats hebben tusschon 28 Augustus en 2
September a. s., in het gebouw aan de Pieters-
koikgracht aldaar, en dat zij, die zich aan dat
examen wen9cben te onderwerpen, zich vóór don
1 5 d e n Augustus a. s. schriftelijk belmoren
te wenden tot den Directeur.
Burgemeester eu Wethouders voornoemd,
Leiden, H. C. JUTA, Weth., loc.-Burg.
22 Juli 190L VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 9 Augustus.
Heden slaagde te 's-Gravonhage voor
het examen Franscbo taal, lager onderwijs,
mej. J. P. de Carpentier Wildervar.ck.
Voor 'het examen der hoofdakte Is ge
slaagd do heer G. de Jong, van Leiden; voor
het examen Fransch lager onderwijs mojuffr.
F. A. M. B. Frohn, van Noordwijkerhout, en
de heer J. A. Steinz, van Katwyk-aan-Zee.
Behalve de zeereerw. heeren P. H. H.
Finketlügel, pastoor to Wateringen, en P. A.
de Bruyn, pastoor te Loosduineu, zullen hun
40-jarig priesterfeest op 15 Aug. a. 0. even
eens liordenkai de zeoreerw. heeren H. L.
Sloots, pastoor aan „De Liefde" te Amsterdam,
P. J. Kookboven, pastoor te Bovenkarspel, en
N. J. Sineulders, deken en pastoor te Warmond.
Ook de zeereerw. heer P. J. Lucasson, pastoor
te Boskoop, dezer dagen overleden, behoorde
tot dit getal.
Benoemd ls tot onderwijzer aan de Chr.
school te Nieuwveen de heer F. ten Kaate,
gewezen onderwijzer te Buffeldoorns (Trans
vaal), die deze benoeming heeft aangenomen.
Na het Koninklijk bezoek gisteren aan
do tentoonstelling voor ambachtsonderricht te
's-Gravenhage, begaven H. H. en de Prins
zich naar het Paleis in het Noordeindo, ter
bezichtiging van de in do jong6to maanden
nieuw ingerichte particuliere vertrekken in
dat gebouw.
To halfvijf verlieten de Koningin en Haar
Gemaal weder het Paleis, om zich langs een
anderen weg naar het station van het Staats
spoor te begeven. De overtalrijke menigte
begrootte opnieuw de Koninklijke Echtelieden
met luide hoezees.
To 4 u. 46 m. verlieten H. M. en de Prins
per Staatsspoor de residentie.
De trein reed weg onder het gejuich der
dichte menigte, die zich by hot vertrek langs
den weg en voor het station bevond.
Precies om 6 u. 67 m. kwam do extratrein
ten paleize Het Loo aan. H. M. de Koningin
en Prins Hendrik namen plaats in een gereod-
staand rytuig; de dames en hoeren van het
gevolg volgden te voet. Officieele personen
waren ook thans niet aanwezig, wel een zeer
t&lryk publiek, dat het Vorstelijk Paar harte-
lyk toejuichte.
Na op het bordes door den hofmaarschalk
baron Clifford te zyn bogroet, vertopfdo H. M.
nog eenige oogenblikken op het bordes en liet
den blik over het basse-cour weiden. De
standaardvlag werd by aankomst van het
Echtpaar onmiddeliyk geheschen.
Te Amsterdam ls overleden mr. H. L.
Asser, de jongst benoemde rechter In de
arrondissements-rechtbank aldaar.
Het overiyden van mr. Asser ls voor de
rechtsgeleerde wereld een zeer groet verlies.
Hy heeft 0. a. een belangryk werk geschre
ven over de betore regeling van de oudorlyké
macht en de voogdy, in antwoord op een
prysvraag.
Geruimen tyd heeft hy, eenige jaren geleden,
wegens zyn ernstig bedreigde gezondheid, in
het buitenland vertoefd, en men koesterde na
zyn terugkomst de verwachting, dat hy her
steld was. Zyn neef, de Leidsche hoogleeraar
mr. C. Asser, ls een paar jaar geleden even
eens op betrekkeiyk jeugdigen leeftyd aan
zyn nuttigen werkkring ontrukt. Beiden heb
ben den eervollen naam, dien zy droegen, hoog
gehouden.
Door de firma Thomas Ronaldson Co.,
gevestigd te Londen, Antwerpen, Gent, Rotter
dam en Amsterdam, is een brochure in hot
licht gegoven, waarin belangryke byzonder-
heden betreffende bovengenoemde havens en
over Zaandam worden behandeld. Vele fraaie
platen en kaarten geven afbeeldingen van de
voornaamste handelsinrichtingen en dokken.
Voor belanghebbenden by handel en scheep
vaart bevat de keurig uitgevoerde brochure
veel wetenswaardigs.
Het 60-jarig bestaan van de Vereoniging
ter bevordering van Fabrieks- en Handworks-
nyverheid in Nederland is gisteravond In de
Haagsche afdeeling Ingewyd. In een samen
komst van leden van het hoofdbestuur en
afgevaardigden der afdeelingen in een dor
zalen van het „Zuldhollandsch Koffiehuis"
werd do eerewyn aangeboden en heette de
voorzitter van de Haagsche afdeeling mr. A.
E. J. A. Bik de heeren harteiyk welkom.
Het verheugt hem, dat voldaan was aan den
wensch om het gouden feest van de Vereeniging
te vieren to 's-Gravenhage, do wieg en baker
mat van de instelling en waar nog steeds
de hoofdzetel is gevestigd. Deze avond was
voor het leven der Vereeniging van gewicht.
Ze besloot den dag, waarop H. M. de Koningin
als Beschermvrouw de tentoonstelling had
geopend voor ambachtsonderricht, en ging
vooraf aan den dag waarop de 50ste ver
gadering zou worden geopend, die blykens
de te behandelen onderwerpen en uitgebrachte
praeadviezen een si uitateen zal kunnen go-
noemd worden van GO-jarigen ernstigen arbeid.
Voor gisteravond was echter zyn bedoeling
alleen een welkomstwoord te spreken, binnen
de muron van 's-Gravenhage kon hy niet
zeggen, want die had Den liaag nooit gehad,
maar hy hoopte, dat dit juist zou worden
opgevat in dien zin, dat Den Haag do heeren
met de grootste bereidwilligheid, met open
armen ontving.
Op deze vriendeiyko woorden antwoordde
de voorzitter van het hoofdbestuur, mr. E.
Fokker, namens de leden. Ook hy zou nu de
geschiedenis der Vereeniging niet nagaan en
haar verdiensten mocht hy bekend achten.
Hy wilde alleen de afdeeling en haar voor
zitter danken en de hoop uitspreken, dat,
waar de 50ste vergadering wordt gehouden
ln het „vlek" 's-Gravenhage, ze zou blykon
vlekkeloos te zyn wat haar debatten en be-
eluiten betreft. Den Haag is een der oudste
en getrouw8te afdeelingen der Vereeniging ge
weest, waaruit groote kracht is uitgegaan.
Op haar voortdurenden bloei ledigde hy een
beker.
Nog eenlgo oogenblikken bleven de heeren
byeen, om zich toen naar Scheveningen te
spoeden.
Men meldt uit Vllsslngen: deEngelscho
koninklyke familio zal Zaterdagavond om 9
uren hier aankomen om met een extra-trein,
die denkelyk te 10 uren vertrekt, do reis
naar Duitschland te vervolgen.
Men meldt uit Sliedrecht aan de „D. Ct.":
In de gisteren gehouden vergadering der cen
trale anti-revolutionaire kiesvereeniging is tot
candidaat gesteld voor do Tweede Kamer
(vacaturo-Kuyper) de hoer A. D. P. V. van
Lóben Seis, inspecteur van den arbeid te
Arnhem, en tot candidaat van de Prov. Staten,
(vacature A. Kleyn) de heer C. M. van Hou-
welingen to Poursum.
Ook de „Prov. Gr. Ct" verneemt, dat
mr. Troelstra geweigerd heeft in de gegeven
omstandigheden een candidatuur tegenover
mr. Drucker te aanvaarden. Van soc.-dein.
zyde zal nu geen candidaat gesteld worden.
„Het Volk" meldt echter, dat mr. Troel-
stra de hem aangeboden candidatuur te Gro
ningen in beraad heeft gehouden.
In do gecombineerde vergadering van
S.-D. A.-P. en Arbeiderskiesvereeniging te
Amersfoort ls besloten, J. Oudegeest te can-
dideeren. Volk.)
De luit. t z. 2de kl. H. P. A. Buysing
Damsté ia geplaatst a. b. van Hr. Ma. wacht
schip ln de maritieme directie te Amsterdam.
De luita. t. z. 2de kl. B. C. A. van
Renterghem en C. van der Burg zyn uit Oost-
Indiö teruggekeerd en zullen op non-activiteit
worden gesteld.
De luit8. t. z. A. J. Gooszen, J. W. van
Aalst en J. F. Nyland, die met 1 Sept. zullen
optreden als leeraar by het Kon. Instituut der
Marine, .worden respectieveiyk belast met het
onderwys In de practische zeevaartkunde en
den scheepsbouw, het onderwys in de stoom
werktuigkunde, hot werktuigkundig-, hydrau-
graphisch- en topographisch teekenon en hot
onderwys in do Maleiscbe taal en het inter
nationaal zeerocht.
Het stoomschip „General" (thuisreis)
passeerde 7 Aug. Pomegues; de „Prinses
Sophie", van Batavia naar Amsterdam, vertrok
8 Aug. van Perim; de „Reichstag" (thuisreis)
passeerde 7 Aug. Aden; de „Soembawa" ver
trok 8 Aug. van Liverpool naar Amsterdam;
de „Timor", van Batavia naar Amsterdam,
vertrok 8 Aug. van Port-Said; de Ambon"
arriveerde 8 Aug. van Java te Boston; de
„Koning "Willem I", van Batavia naar Am
sterdam, is 8 Aug. Dungerjess gepasseerd.
Koudekerk. Gisteravond omstreeks negen
uren ging het gerucht als zou er brand uit
gebroken zyn in den hooiberg by den land
bouwer G. D., in den I Agon waard, waarop
de brandspuit uitrukte. Ter bestemder plaatse
aangekomen, bleek, dat er van brand niets te
bespeuren was, zoodat de spuit onverrichter
zake kon terugkeeren.
Doordat de rook uit den sohoorsteen over
den hooiberg streek, meende men, dat hy
uit dien borg kwam, zoodat daardoor loos
alarm werd gemaakt.
Naar wy vernemen, moet by do gisteren
gedane opname gebleken zyn, dat de schade,
welke eergisteren aan de Koudekerksche brug
gevaren werd, ongeveer f 200 bedraagt.
Leiderdorp. Ter gemeente-secretarie alhier
ligt ter inzage een verzoek met byiagen van
den heer L. A. J. Koning om vergunning
tot oprichting van een inrichting tot het drogen
van sigaren in het perceel Dorpstraat No. 100,
kadastraal bekend Sectie B No. 558.
Door het spelen met lucifers der kinderen
van B. K. ls hedenmorgen te ongeveer zeven
uren braDd uitgebroken in hot perceel Does
laan 28. Hot mocht der brandweer, die spoedig
ter plaatse was, gelukken, de vlammen weldra
moester te worden.
De inboedel, die niet verzekerd was, is ge-
deelteiyk vernield.
Hedennacht is ten nadeele van T. v. d.
H., visscher alhier, paling uit zyn vischbun
ontvreemd.
Zoeterwoude. Door den Ryksveldwachter
van den Haagweg is proces-verbaal opgemaakt
tegen twee schuitenjagers, wonende aan den
Leidschendam, omdat zy een beer, die aan
den Trekvliet onder Zoeterwoude zat te visschen,
te water hebben gedrongen en daarna met
stokken hebben geslagen, zoodat die heer, die
gelukkig zwemmen kon, genoodzaakt was
over te zwemmen.
Nog niet tevreden met deze aanranding,
greep een der jagers een korporaal van de
infanterie, die aldaar met zyn meisje liep, by
de keol. In plaats echter dat do korporaal
klappen kreeg, kreeg de jager klappen en
wel zoodanig dat hy om hulp riep aan den
anderen jager, die wel kwam, maar niet dorst
by te springen.
Uit de „Staatscourant."
Kon. besluiten: Aan mr. J. A Loeff, op
zijn verlangen, eervol ontslag verleend als rechtor-
plaatsvorvanger in de arrondissements-rechtbank
te '8-Hertogonbosch.
Met ingang van 1 September a.s.bevorderd,
tot ingenieur 2de kl. der marine, de adspirant-
ïngenieur der marine C. Penning; bonoemd tot
adspirant-iDgenieur der marine, de beer S. F.
Monbemius.
Aan den luitenant-kolonel O. W. Westerouen
van Meeteron en aan de eerste luitenants H. S.
Hordijk (adjudant), G. T. M. Ongerboer, L. H. C.
Beijena en W. S. A. A. H. M. van Kjjswjjk de
JoDg, allen van het regiment grenadiers en jagors,
vergunning verleend tot bet aannemen en hot
dragen, voor wat betreft den luitenant-kolonel
Westerouen van Meeteren van de ordetoekenen
van ridder 3de kl. dor orde van den Rooden Adelaar
en voor wat de overige officieren aangaat van
die van ridder 4do kl. der Kroonorde, bun door
Z. M. den Duitachen Keizer, Koning van Pruisen,
geschonken.
Raad van State. Openbare vergadering van
de afdeeling voor de geschillen van bestuur, op
Woensdag 14 Augustus 1901, des voormiddags te
elf uren.
Gemengd Nieuws.
De Leidsche Wielry dersver eon l-
ging „All Right'' viert Zondag a. s. haar
8-jarig bestaan.
Werd een vorig jaar een Polo-wedstryd
op Den Burcht gegeven, dit jaar moest door
verschillende omstandigheden hiervan worden
afgezien. Thans wordt deze dag moer in
intiemeren kring herdacht door het houden
van een grooten picknick voor leden met hun
dames, waarvoor reeds een 50-tal ls Inge
schreven.
Na afloop van den picknick is er oen vossen
jacht en zullen er bovendien eenlgo kleinere
wed8tryden gehouden worden.
Des avonds vereenlgt men zich in „Musis
Sacrum", waarvan de tuin door de goede
zorgen van den heer Hannaart weer ügiorno
verlicht zal zyn.
Na afloop van het concert gaat men ln
optocht, voorafgegaan door muziek, naar „De
Nieuwe Graanbeurs", waar een bal gehouden
wordt voor leden van „AU Right" en „Musis
Sacrum" met hun dames.
Den 12den Augustus a. s. hoopt
Lodewyk v. d. Laken den dag te gedenken,
waarop hy vóór 25 jaren als sigarenmaker
by de firma Voorhoeve en Ravesteyn alhier
in dienst trad.
Het Openbaar Ministerie by het
Haagsche Kantongerecht vorderde boeten van
f 10 tegen kooplieden, die op de Groote Markt
zonder vergunning van de overheid een lotery
hielden benoden de f 100, door a 6 cents
3 kaarten te verkoopen, op elke waarvan 8
nummers geplaatst waren. Waren genoegzaam
kaarten uitgedeeld, dan werd uit de bus een
nummer getrokken en do houder van de kaart,
waarop dit getrokken nummer voorkwam,
had recht op den prys (een galanterie artikel
op den wagen uitgestald) of de waai de in geld.
Beklaagden beweerden niet dc loten 10
verkoopen, doch oenige caterns pos!.ij ier voor
6 cents, waarby iedero kooper 3 ij <1; cadeau
kreeg. Inderdaad bleek ter terechiziü.p.g, dat
de beklaagden op deze wyze handelaars, doch
éénmaal hadden zy verzuimd om zich op deze
vryze te dekken en van dm rnbe.'J
hadden rechercheurs, die zich onuc. ^uuliek,
bevonden, gebruik gemaakt om de kooplieden
te bekeuren.
De ambtenaar van het O. M., mr. Van
Haren Carspel, deed by het nemen van zyn
vordering uitkomen, dat, in hot midden gelaten'
den al- dan niet verkoop van papier, de
bedoeling om de verordening betreffende de
loteryen te ontduiken voldoende bleek by
bovengeschetste manoeuvres van die koop-
lioden alias loteryhouders.
N^ar aanleiding van het bericht
omtrent de afkeuring van 38 Haagsche tram-
paarden, wegens ongeschiktheid ten gevolr-c
van oververmoeidheid, deelt de directeur der
Haagsche Tramweg-Maatschappy het volgende
mede aan „Hot Vad.":
Door onzo Maatschappy word geprotesteerd
tegen de bedoelde afkeuring, ten gevolge
waarvan de beslissing in dit geschil werd
opgedragen aan een commissie van drie des
kundigen, nl. de heeren J. Lameris, J. O. van
der Slooten en M. H. de la Vieter, de eerste
paardon arts lste kl. en de beide laatsten
ïyksvèearts, allen te 's-Gravenhtge.
Hot door bovengenoemde drie deskundigen
uitgebrachte rapport luidt woordelyk als volgt;
„De uitslag van dit onderzoek is, dat geen
der opgegeven {38) paarden om boveu-
genoemde reden ongeschikt voor den dienst
kan worden verklaarddat echtir volgens»
oordeel der bovengenoemde commissie eenige 1
paarden, te weten Nos. 179, 281, 449, OO'
en 784, ongeschikt voor verdere diensten zyn
verklaard en den directeur ten verkoop zyn
voorgedragen, waartoe doze zich onmiddeliyk!
bereid verklaarde."
De te Amsterdam verschynenda
„Volksbanier" achryft het volgende:
„Toen Z. K. H. Prins Hendrik Dinsdag der
vorige week een bezoek bracht aan de Marine
werf, alhier, en aan boord van het in aar
bouw zynd pantstrschlp „Hertog Hendr*"^)
kwam, moesten de werklieden (ten einde het
spreken verstaanbaar te doen zyn) even1
stoppen. In het voorrnim etond, onder meer
andere werklieden, ook de voorzitter van de;
afdeeling Amsterdam von den R.-K. Volksbond,
J. W. Smit, die door den Prins werd herkend
„Z. K. H. liep op hem toe en vroeg, of,
hy geen vereeniglngsman was: „U w&»)
immers by het defllé in het Museum, toen'
die aanspraak werd gehouden?"
„Smit, een oogenblik ln de war gebracht
door zulk een onverwacht gesprek in tegen
woordigheid van zyn superieuren en vele
autoriteiten, antwoordde bevestigend en voegde
er by, dat hy ook de eer had tegenwoordig
te zyn by de aanbieding van de Gouden Koets
te 's-Gravenhage.
„O ja", sprak de Prins, „lk herinner I
u ook daar gezien te hebben, werkt a
hier ook op de werf?"
„Nadat wederom een bevestigend antwoord 1
was gevolgd, was het gesprek ten einde en'
ging de Prins met xyn gevolg verder.
Z. K. H. sprak zeer innemend en duideiyk
Hollandsch.
„De Indruk, dien dit gesprek op de werk-
lieden maakte, was hoogst aangenaam. Een,
21)
„Dan willen wy u niet ophouden 1" zei de
oude heer Pracht, die zich tot dusver braaf
had zitten ergeren.
Mizzi nam afscheid. De Deensche kreeg
nog een allerharteiyksten groet van haar
concurrente, met een felicitatie voor haar
werk, en eindolyk ging de deur toe achter
de „adjudante van mevrouw Stephanie".
Nu zy weg was, barstte de schilder uit:
„Een onbeschaamdheid is het, een groote
onbeschaamdheid I Dat durfde ze my zeggen,
my, zoo'n babbelaarster, zoo'n dilettante 1"
De anderen trachtten hem te kalmeeren,
de oude met grapjes, Dagmar met. zachte
woorden; maar het onderwerp was teirslotte
voor den oude al te mooi, om niet eens door
to slaan.
„Wie zitten er in die jury? Enkel vrien
den van mevrouw Pollinger en vyanden van
jou, en dus ook van Dagmar. En je denkt,
dat die onpartydig zouden oordeelen? Dat kan
je begrypen. Brendicke senior, de redacteur,
en zyn neefje, Brendicke junior, dat mooio
criticusjel En dan mevrouw Stóphanie, do
mooie mevrouw FarlandI Het publiek, dat
enkel verneemt, wat mevrouw Farland door
haar vriendin laat rondstrooien, zal nooit
gelooven. dat jy over het werk van je meisje
zoo bezonnen en kalm hebt geoordeeld als
over dat van een vreemde. Daarvoor zal onze
vriendin uit het Westend wel zorgen 1"
„Vader," zei Heinz, ontstemd, „ik heb u
difcwjjla verzocht, de onaangenaamheden
in zaken niet te verwarren met private aan
gelegenheden. Mevrouw Farland heeft her-
haaldeiyk getoond, dat zy persooniyk geen
wrok togen ons hoeft."
„Hoe goedl Hoe liefl" riep de oude. „Neen,
dat ontbrak er nog aan: zy eon wrok tegen
onsl Welzeker; nu zy en haar zoontje ons
do eene gemeenheid na de andere aandoen.
Je zult wel gewaarworden, jongen, wat je
van die te wachten hebtl"
„Och, laat dat nu biyvenl" smeekte de
professor; „waarom telkens die oude geschiede
nis op te warmen?"
Zy zwegen een poos, elk door zyn eigen ge
dachten beziggehouden. Eindeiyk zei Dagmar:
„Heinz, ik zou je wel een groot verzoek
willen doen: je moet niet in die commissie
blyven. 't Is beter, dat je bedankt."
Vader en zoon wissoldon een verschrikten blik.
„Wat? Voor die lui het veld ruimen? Zou
je dat in ernst willen, Dagmar?"
„U moet niet boos op my worden, papaatje,"
zei Dagmar schuchter, „maar ik geloof, dat
hot veel beter was voor onzen goeden Heinz."
„Neen, neen, lieve Dagmar," zei de schilder
nu op vasten toon, „daarvan komt niet in.
Ik blyf in de commissie; want als ik mij
terugtrek, zouden de Brondickes en consorten
dat uitleggen als lafheid. Neen, moedig zal
ik my in het gevaar begeven, en lk zal zoo
rechtvaardig en eeriyk oordeelen, dat geen
mensch het zal wagen, my van partydigheid
te betichten."
„tn do commissie moet je blyvonl" zei
do oude.
En daarmee liep het af.
VIIL
Mizzi Pollinger was mot het resultaat van
haar bezoek tevreden. Wekenlang had zy
haar best gedaan, de juryleden gunstig voor
zich te stemmen. Zy was een aardigo, levens
lustige, ryke en onafhankelyke vrouw; het
viel haar dus niet moeilyk, lui van het slag
der Brendickes, oppervlakkige babbelaars over
kunst en andere zaken, voor zich te winnon.
Meer moeite had de vesting Farland haar ge
geven. Mevrouw Stóphanie was vroeger nooit
erg tegemoetkomend goweest; Mizzi had dat
wel gemerkt, doch nooit den moed bezeten
met de invloedryke vrouw te breken.
Tot haar verbazing bleek mevrouw Farland
echter sinds eenigen tyd minder toegankelyk,
en het kostte do slimme beeldhouweres weinig
moeite, zich in te dringen. Zy verdroeg ge
duldig allo nukken der verwende, zenuw
achtige, overwerkte vrouw; zy dood allerlei
boodschappen voor haar, hielp haar by al
haar maatschappeiyke bezigheden en maakte
zich iy Stóphanie, wie de zaken over het
hoofd groeiden, inderdaad onontbeerlyk. Zy
genoot nu de bevoorrechto positie van een
vertrouwde, al was het maar alleen voor zoo
ver het vrouwenverenigingen en soortgelyke
diDgen betrof.
Als adjudante van een vrouw, wier invloed
in haar kringen nog altyd groot was, wist
Mizzi aan haar eigen persoontje ook zeker
gewicht te vorschaffon. Zy was een pikante
verschyning, en om haar porsoonlyke aan-
trekkelykhoden vergat men, dat haar kunst
zich binnen zeer enge grenzen bewoog.
Behalve eerzucht om den prijs to verove
ren, leefde ln het hart der jonge woduwe
eon groote toegenegenheid voor meneer Theo
Farland, een reden to moer, om zich, zoo dik-
wyls hot maar ging, in het groote huis van
het Westend te laten zion. Haar paardjos
vonden al vanzelf don weg.
Ook heden, was zy er geweest; doch zo had
met de vrouw des huizes, die door werk
overstelpt was, slochts een paar woorden
kunnen spreken. Enkele minuten waren echter
voldoende geweest, om het nieuwste gebab
bel over het goöngageerde paar te vertellen.
Dit moest echter voorzichtig gebeuren, want
Stóphanie speelde, zelfs tegenover volkomen
ingelichten als mevrouw Pollinger, nog altyd
do vriendin en beschermster van den professor
en zyn verloofde.
Mizzi waagde echter, ronduit te bekennen,
dat het haar raadzaam voorkwam, dat meneer
bracht ophield lid der jury te zyn; „de men-
Bchen spraken er al over". Zy vertelde er
niet by, dat haar overgroote bezorgdheid voor
des professors reputatie als eeriyk man de
„menschen" gaande had gemaakt.
Mizzi deed na haar bezoeken in Moabit en
Westend nog een tochtje door den Thiergar-
ton, eer ze zich bogaf naar haar woning in
de Hardenborgstrasse, waar ze een bezoek
verwachtte van den bollenman Paimpol, die
vroeger met haar ouders voel zaken had
gedaan.
Eerder dan óón uur behoefde zy echter niet
thuis te zyn.
By het Thiorgarten station gekomen, hield
zo plotseling do paardon in. Een net gekleede
jonge man was vlak voor haar tweespan
heengoloopon; hy wilde zeker met een der
lokaaltroinon mee.
„Theo FarlandI" riep Mizzi verrast en
wonkto met de zweep.
Toen hy haar herkende, kwam een uit
drukking van ongoduld op zyn gezicht, en hy
wildo met een groet verder gaan; doch zjj
liet hom niet schieten.
„Wat een haast 1" riep zy. „Wou u my
ontloopen? 't Is een wonder, als men u eens
treft.^ - - - y
Juist floot een locomotief, en do trein, dien
hy had willen halen, vertrok. Tb*o naaide
de schouders op, als iemand, die zich ln zyn
lot schikt, en zei: „Nu, dan nietl"
„Waar wou u heen? Stap maar op; ikj
zal u bron gen, waarhoen u verkiest"
Theo stond een oogenblik besluiteloos;
toen sprong hy vlug op den bok naast haar,
do panden van zyn lange Engelsche jas om
de knieón plooiend.
Mizzi maakte het bonten dekkleed los en
sloeg het eene eind om hem hoen.
„Kom maar moe binnen," lachte zy. „Uit
puren eerbied behoeft u geea verkoudheid te
halen."
Het ging in gestiekten draf langs den
Charlottenburger straatweg.
„Was het zoo belangryk, wat u ln het
Westend had te doen?" vroeg de schooue
dame.
„Ik wou eens naar hot werk zien. De
eiectrotechnici zUn er bezig. Maar lk kan er
nu niet vóór den schaf tiy-J zyn; ik word
ongelukkig opgehouden."
„Door my?"
„Noen, neen, door meneer Poggerlink, onzen 1
tweeden scheikundige. Och, u kent hem
immers well"
„Zeker, kou ik hem: zoo'n klein, beenig,
inpomp-!- roanneke, is 'tniet?"
i .vio glimlachend.
„Precies. Maar hot is een goede kop. Be-|
paald een vernuft 1"
„Dat heb ik al eens gehoord. Hy maakt
het, geloof ik, uw mama erg lastig met zya'
onophoudelyke uitvindingeu."
„Ja, en hy heeft my juist in zyn particu
lier laboratorium de allernieuwste uitgelogd."
„Eu deugde die?''
{Wordt tervolgdj