Kr f2679
ffl
-rrf
feze <§ourant wordt dagelijks, met uitzondering
van (Zon- en feestdagen, uitgegeven.
Professor Bonten.
Woensdag SO Juni;
Ar 1901.
1
41 - -
Voor Loidon por 8 maandon
PRIJS DEZER COURANT: 1
Tl
1.10.1
v Baiton Loiden, por loopor en waar agonten gevestigd z(Jn 1.80
51 Franco por poat 1.65\
PRUS DER ADVERTENTIÊN:
Tan 1 5 regels f 1.05. Iedere regel meer f 0.17J. Grooter»
lettere naar plaatsruimte. Voor bot incaeseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
K
jDit uornmer bestaat uit TWEE
Bladen.
Eerste Blad.
De Herstemmingen
töor leden van d# Tweede Kamer hebben
jnorgen plaats en de uitslag zal donzelfden
avond bekend worden.
Van verschillende zydon ia ona verzekerd,
dat het publlceeren van den uitslag devorigo
maal in de [Vs.
Stads-Geboorzaal
uitstekend la bevallen. Vooral daar hot dien
avond regenachtig was, trof het bijzonder I
Wy weten dus niets beters te doen dan de
kiezers weer uit te noodigen zich morgen*
(Donderdag-)avond naar de j.
Stads-Geboorzaal
t« begeven, alwaar do uitslag op dezelfde
wUzo als op 14 Juni 11. zal worden bekend
gemaakt.
De deuren der Stadszaal wordon wei vdór
halfzeven geopend.
De toegang tot de Stadszaal is alleen aan
ie Breestraat.
Sed.-Zuidafi'ikaansclie Vereeniging.
Afdecling Leiden en Omstreken.
Ontvangen by den Penningmeester, Zooter-
woudsche Singel 41:
Door bemiddeling van het Leidsch Dagblad
Gecollecteerd op de bruiloft van Stien
en Janf 2.10
Opgehaald door Coba, te Leldschen-
dam, op het 40-jarig huwelDksfoest
van haar Opa en Opoe, bestemd voor
do BoerenkrUgsgevangenon en hun
vrouwen„3.785
Bydragon kunnen worden~toegezondon aan
den Penningmeester of aan hot Bureel van dit
Blad.
Ofüoleol© Keuulsgorlög#
Burgemeester en Wethouders van Loiden;
Gezien art. 8, lste alinea, der Hinderwet;
Brengen ter algemeens kennis, dat door hen
vergunning is verleend aan JL>. STOLWIJK en L.
G. T. NELI8SEN, en rechtverkrijgenden tot het
oprichten respectievelijk van oen smederij en
herstelplaats van rijwielen in hot perceel Oude
Vest No. 111, Sectie H No. 2614 en van een
Stoom-Zeep- en Eau-de-Cologne-fabnek in het
perceel RijDsburgersingel Sectie A No, 869.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
Leidon, F. WAS, Burgemeester.
25 Juni 1901. VAN HEYST, Secretaris.
Leiden, 26 Jimi.
In de op hedenmorgen, 26 Juni, gehouden
vereenigde vergadering van Rynland is mr.
G. H. Bisschop, secretaris der gemeente Schie
dam, met algemeene stommen benoomd tot
Beoretaris van Rijnland.
Voor het examen in de handelsweten
schap (boekhouden, handelsrekenen en bandels-
recht) vanwege de Vereeniging van Handels
bedienden „Mercurius", te Rotterdam, is ge
slaagd de heer H. Filippo W.Fzn., van Leiden,
leerling van den hoer A. H. van don Oever.
Ook het vierde „Zomerzorg"-concert werd
gisteravond door goed weer begunstigd. De
opkomst der leden met hun dames was daarom
andermaal talrijk: en niemand zal zDn gang
naar dan Stationsweg betreurd hebben, want
de heer Van Erp had voor een uitgelezen
programma gezorgd, hetwelk door zyn vol
ledige kapel verdienstelDk werd uitgevoerd.
Over welke bekwame krachten deze beschikt,
bleek ten overvloede nog weer eons o. a. uit
Sellenik's picolo-polka met nog andero solo's,
maar vooral uit de fantaisie op Halevy's „La
Juive",. waarin do trombonist Rap zich van
een allergunstigste zijde deed kennen, mot
zDn twee instrumenten, «oowel het roodkopo
ren met het diep-ronde, machtig sprekende
geluid, als dat voor de solo's in de hoogere
tonen. De heer Rap, die op hot programma
tevens als marseh-componisfc was voorgesteld,
is een musicus, dio door zyn gevoelvolle,
zuivere en odele voordracht, het stafmuziek
korps van het „Vierde" tot groote eer verstrekt.
By de te 's-Gravenhage gehouden ver
kiezing zyn do periodiek aftredende leden van
den Gemeenteraad dadeiyk herkozen, daar geen
tegoncandidalen waron gesteld.
Verplaatst is de assistent der post- on
tel, C. Hooren8 van Heyningen, van Lelden
naar het bureel van don ingen. der tel. in
Den Haag.
De Staatsraden mr. Moltzer, die om
gezondheidsredenen in het buitenland vertoefde,
en mi'. Hubrecht, die een operatie onderging,
hebben weder hun functie in den Raad van
State hervat. Laatstgenoemde is thans met
verlof.
Kapitein Van Hoogstraten, adjudant van
de Koningin, is toegevoegd aan den kroon
prins van Siam tydons diens vorbiyf in
Nederland.
Burgemeester en wethouders van Don
Haag hebben don gemeenteraad do volgende
aanbovolingen aangeboden ter benoeming aan
de hoogere burgerscholen met B-jarigen cursus
aldaar, van:
a. een leeraar in werktuigkunde, cosmo-
graphic en natuurkunde: dr. G. Bakker, leeraar
aan do H. B.-S. to Schiedam;
b. een leeraar in wis- en natuurkunde: dr.
A. H. Borge8ius, leeraar aan de rykslandbouw-
school te Wageningen;
c. twee leeraren in do Ned. taal- en letter
kunde: I. lo. C. G. Kaakebeen, leoraar in
Nod. taal aan de H. B.-S. met 8 jarigen cursus
te 's-Gravenhage; 2o. A. D. Raadgeep, tydeiyk
leeraar aan de H. B.-8. te Amersfoort; II:
lo. A. D. Raadgeep; 2o. dr. G. Engels, leeraar
aan do H. B.-S. to Schiedam;
d. oen leeraar in aardrykskundelo. A.
Swets, thans als zoodanig werkzaam aan do
H. B.-S. met 3jarigen cursus; 2o. H. F.
Eckmann, leoraar aan het gymnasium te
Gorkum;
e. oen leeraar in handteekenon: lo. H. J.
van der Weele, thans als zoodanig werkzaam
aan do H. B.-S. met 3-jarigen cursus; 2o.
"W. J. Lampe, thans tydoiyk als zoodanig werk
zaam aan de H. B.-S. mot 6-jarigon cursus;
feen leeraar in Hoogduitsche taal en
letterkundo: lo. B. van der Each, leoraar in
Hoogduitsche taai aan de H. B.-8. mot 3 jarigen
cursus; 2o. J. P. Heyligors, tydeiyk als zoo
danig aan dezelfde school werkzaam;
g. een leeraar in Engelsche taal en letter
kundo: lo. N. van Milligen, leeraar aan de
H. B.-S. te Gorkum; 2o. R. R. de Jong,
leeraar aan de Nedorlandsche school voor
industrie, handel en nyverheid te Enschedee.
Van doorgaans wöl ingolichte zyde wordt
aan „Het Vad." verzekerd, dat dr. Kuyper,
voor het geval hom do Kabinetsformatie
wordt opgodragen, het beheer op zich zou
nem6n van eon nieuw ln te stollen „Ministerie
van Arbeid en Landbouw". Voorts verzekert
men, dat 2E. baron Mackay in het nieuwe
Kabinet als Minister van Binnenlandsche Zaken
zou plaats nemen en dat de heer De Savornln
Lohman zich heeft bereid verklaard het voor
zitterschap der Tweede Kamer te aanvaarden.
Eindeiyk beweert men, dat mr. Th, Heems
kerk er de voorkeur aan geeft wethouder
van Amsterdam te biyvon, liever dan dat
ambt voor een ministerieeion zotel te ver
wisselen.
Aan do „Haarl. Crt." wordt uit Den Haag
gemeld:
„Naar ik vernam, heeft dr. A. Kuypor de
opdracht tot Kabinetsformatie geweigerd en
zijn mr. Hoydenryck en dr. Vermeulen door
de Kroon gepolst betreffende de formatie.
Men vermoedt, dat dr. Vormeulon nu do for
meerder zal zyn."
Zou dus Staatsraad Heydemjjek do hoog
geplaatste persoon zyn, buiten de Kamor
staande, waarvan de „N.-Br." onlangs als
Kablnetsformeorder gewaagde
Bedankt is voor het boroep naar do Gerof.
Gom. te Harmeien door ds. J. van Lonkhuyzon,
te Wilnis.
Betreffende de voorgestelde grensuilbrei-
ding dor gemoente Haarlem doelt do „Haarl.
Ct." hot volgende mede:
De plannen, daartoo aan do betrokkon go-
meentebesturen gezonden, omvatten oen uit
gestrekt terrein, gelogen lusschen de volgendo
grenzen.
Voorgesteld wordt de noordeiyko grens,
thans loopende tusschen de beide begraaf
plaatsen door, langs het Spaansche Vaartjo,
uit te breiden tot aan do Jan Gljzenvaart. Zy
zou dan loopen langs die, over het Spaarne
tot Sohotoroog. Van daar volgt zy den weg
zuidwaarts uitloopende op den Oudenwog en
gaat verder zuidwaarts tot op de hoogte van
iïóevevreugd. Dan volgt zy westwaarts do
Kraainestervaart, de Emmauslaan, langs Ein-
denhout, do Munsterslaan, de Aerdenhoutslaa',
Elawouls- en Rampelaan noordwaarts tot do
Brouwersvaart; pl. m. 400 meter langs dio
vaart, den Zyiweg Bnydendo tusschen de
huizen der heeren notaris Ter Hoffatoede en
Prins. De grens loopt verder evenwydlg aan
den Bloemendaal8chen straatweg naar het
noordon, zoodat de buitens aan Bloomendaal
biyven on hot vlakke land aan Haarlem komt,
langs den spooiweg Haarlem Helder tot do
Jan Gyzenvaart.
Do bedoeling van dit plan is, reeds maat
regelen te treffen om to voorzien in de be
paling van het ontwerp-woningwet, dat alle
groote gemeenten een vast plan van uitbrei
ding moeten bezitten. Hot is noodig, dat,
worden de grenzen uitgebreid, dit op groote
scbaai geschiede, omdat de omliggende ge
meenten wel altyd zullen trachten, kleine
gedeelten van hun gebied, die wegens bestra
ting, rioleering, enz. schadeposten voor haar
zyn, op den rug der grootere te schuiven,
maar zich, zoodra zy dat kwyt zyn, stoeds
mot hand en tand tegen de iniyving van het
meor landeiyk deel verzotten. Zoo by v. is het
te wachten, dat, wanneer het stads-achtlg deel
van Schoten (indien men het zoo noemen
mag) by Haarlem werd getrokken, de Raad
dier gemeente, waar in het geheel slechts 86
kiezers zyn, onmiddeliyk anti-iniyvingo-gezind
zou worden, zoodat het landoljjk deel, waar
do baten grooter zyn dan do lasten, nooit by
Haarlem kon worden gevoegd.
Van Heemstede is het in te ïyven gedeelte
betrokkeiyk klein. Een groot gedeelte er van
zal vermoedeiyk evenals do geheele ooslo-
ïyke strook met arbeiderswoningen worden
bebouwd.
De weatelyko strook, die aan Haarlem moet
wordon toegevoegd, bestaat, zooals een blik
op de kaart toont, hoofdzakelijk uit landerijen
en bloemenvelden; de geheele duinstreek met
villa's en buitenplaatsen bjyft aan Bloemendaal.
Utrecht was gisteren natuuriyk vol van
vreemdelingen om de maskerade van het
Studentenkorps, voorstollondo „den intocht van
Karol YI1 te Rheims", to zien.
Den geheelon ochtend was het regenachtig,
maar orn halftwee, toen de optocht op het
Janskerkhof samengesteld werd, klaarde het
weder op.
Tegen vier uren des namiddags brak do
zon door en deed hot licht van do kurassen
en helmetlon naar alle kanton stralen.
Uit verschillende ramen, waarlangs do stoet
passeerde, werden bloemen gestrooid boven do
gekostumeerden.
By den Commissaris der Koningin, den
Burgemeester, en voor de woningen van tal
van andoro personen, o. a. b\j don heor C.
J. Begeer, werd halt gehouden en worden
vei'verschlngen aangeboden.
In de Korte Jansatraat word aan Jeanne
d'Arc door tweo aardige kinderen Adrlenno
Gonouy en Lóontlne Gauverit oen ruikor aan
geboden, bestaande uit roodo, witte en blauwo
bloemen, terwyl zy de Maagd tevens eon In
hot Fransch gestelde oorkondo ter hand
stelden.
Zoo ging het den geheolen weg langa. Ook
in do zoogenaamde Oranjewyk werden do
deolnomers aan de maskerade mot veel goost-
drift ontvangen. Ook daar wordon bloemen
gestrooid.
In de Oranjestraat en op de Nieuwe Gracht
word eon militair van het paard geworpen,
gelukkig do boide keeren zonder ernstige go-
volgen. Op enkele punten was het godrang
soms vreesolyk.
Eerst om kwart voor negenen kwam de
stoet ln „Tivoü" aan.
De zeer vele plaatsen, waar eorewyn of
verver8cbingon worden aangeboden, waron oor
zaak van deze late aankomst.
Dank zy hot lioeriyke weder slaagdo do
verlichting ln allo opzichten. De schilder
achtige grachten en straten van de hoofdstad
van het Sticht boden oen eenigen aanblik.
Byzonder mooio [verlichtingon waren aange
bracht aan het Centraal-bureau dor Staats
spoorwegen, waar ook een zoeklicht zyn
stralen wierp over de feestvierende stad, aan
het perceel van don heer Uyttenbogaert op de
Plompetorengracht, het Stadhuis, de Studenten
sociëteit „Placet Hie Requiesccro Musis", do
Utrechtsche Hypotheekbank, enz.p enz.
De twoedo ommegang van do maskerade
duurde tot laat in den nacht.
Do drukte op straat was byna nog grootor
dan op den dag.
Uit het verslag over 1900 van de Neder-
landsche Vereeniging „Ue Stuors", tot het ver
strekken van kunstledematen on andero toe-
stollen aan behooftigo verminkten on gebrek-
klgen, biykt, dat do toestand, waarin do
Voreeuiging zich bevindt, oenerzyds gunstig,
is, daar zy meor en meer blykt te beant
woorden aan hot doel, waarmedo zy is
opgericht, doch anderzyds ongunstig is, omdat'
zy niet over genoog guidon beschikt ter
betaling der steeds grootor wordende uitgaven.
Over 1900 is het tekort zeer groot, daar
f 1100 meer is uitgegeven dan ontvangen,
terwyl op het oogenblik, dat dit jaaroverzicht
werd opgesteld, do inkomsten van 1901 roods
nagenoeg geheel zyn verbruikt.
Onder die omstandigheden heeft liet bestuur
gestaan voor do vraag of het do te verieenen
liulp voor 1901 moest staken of alLlians zeor
verminderen, dan wel of het gedurende den
verderen loop van dit jaar behoorde voort te
gaan te voldoen aan de in to komen aanvragen
om hulp.
Het bestuur heeft het zyn plicht geacht in
laatstbedoelden zin te beslissen, doch ziet zich
dientengevolge verplicht een dringend beroep
te doen op de offervaardigheid van do loden
en belangstellenden.
Gedurende 1900 hadden 281 vertrekkingen
plaats tegen 172 ln 1896, terwyl het aantal
personen, aan wie die toestellen z'Jn uitgereikt^
reparation zyn buiten boschouwing gebleven,'
heeft bodragen ln 1900 230, togen 149 in 1896.
Het verslag vormolut voorts de ontvangsten
en uitgaven, bevat eenige mededeelingon over
ontvangen giftor., de werking van correa^
pondenten, en sluit mol een hartoiyke dank
betuiging aan allun, die iiet werk der Ver-
ooniging steunden, vooinamoiyk do corres-(
pondenton, en met een dringende aanbeveling
voor de toekomst.
Lisse. Do collecte voor den gowapendon
dienst heeft ln deze gemeente opgebracht
f 02.81.
Noordwyk. Door den gemeentegeneesheer
dr. H. Yan Nes zal gelegenheid gegeven worden
tot kostelooze vaccinatie en revaccinatio op
Maandag 8 Juli a. s. Belanghebbenden voor
kinderen een dor ouders kunnon zich daartoo
ter* raadhuizo aanmelden op a. s. Maandag 1
Juli, 'a voormiddags tusschen 11 en 12 uren.j
Zoeterwoude. Tot bestuurslid der R.-K.*
centrale kiesvereeniglng district Katwijk is
voor de afdooling Zoeterwoudo gokozen do
heor M. Pli. Kompier, en tot gedelegeerde
op de vergaderingen der centrale klesvor-
eöniging de heer P. Paardekooper.
Slot)
„Gy vernoemt natuuriyk niet, wat do
Tnenscbon van je zoggen; maar ik en ons
arm kind, wy krygen hot te hooren, wy
moeten den spot dragen. O, wat zal dat nu
weer voor een gepraat in do stad worden l"
„Gepraat? Zoover ik weet, niet. Gepraati
over zoo'n kleinigheid. Maar wat ik nog zeg
gen wou, lieve Mina; ik heb zooeven mijn
ouden vriend, dr. 5., aangetroffen."
„Vertelde hy iets van de verloving?" vroeg
Mina haastig.
„Verloving? Zoover ik weet, niet."
1 „Ge weet toch, men fluistert van een aan
staande verloving zyner dochter met mr.
Meinen. Heeft hy daarvan niets verteld? Be
denk je eens goed, Theodoor 1 Sprak hy daar
heelemaal niet over?" drong de nieuwsgierige
vrouw aan. Haar man schudde echter bedaard
het hoofd.
„Zoover ik weet, niet. Wy sprakon over
gewichtiger dingen over het boek van Helbig,
waarin het huis van Homorus heel merk
waardig beschreven is, en dan vooral over
myn groote geschiedenis van Griekenland."
„En heelemaal niets over oen verloving?
Heelemaal niets?"
„Zoover ik weet, niet. Dat thema ligt vol
strekt niet op onzen weg. Maar wat ik zeggen
wil, lieve Mina: aangaande die reis naar
Griekenland geeft myn vriend my volkomen
'gelijk. Ik hoop, dat ge u naar dit oordeel
van eon deskundige zult schikken en dat ge
nu eindelyk eens inziet, hoe onvermydeiyk
zoo'n reis Is."
Maar mevrouw Bonten zag dit, helaasnog
altyd maar niet in. Nadat zy tot ontzetting
van haar gemaal eenige beminneiyke opmer
kingen over Griekenland en de oude Grieken
had ten beste gegeven, verklaarde zy mot
snerpende stem, dat zjj nooit ofte nimmer
haar toestemming tot die reis geven zou en
over deze aangelegenheid In 't geheel niet
meer wonschte te spreken. Daarmee was liet
lot der veelbelovende geschiedenis van Grieken
land beslist; der wetenschap was door een
vrouw, die steeds tegenwerkte, weer eens
een allerdiepzinnigsfc onderzoek onthouden.
Do professor sloop neerslachtig naar zyn
studeerkamer. Hy had op hot invloedryk
oordeel zyns vriends groote verwachtingen
gebouwd, maar nu hy zag, dat zelfs dit
oordeol niets op zyn vrouw vermocht, vielen
dio verwachtingen in duigen, en hy begon
zich allengs met de verschrikkeiyke gedachte
vertrouwd te maken, dat hy den vurig ver
langden bodem van Griekenland nooit betreden
en dientengevolge zyn groot werk nooit vol-
tooion zou.
Ook het meegebrachte boek, waarin hU
thans begon te lozen, verschafte hem niet
veol vreugde. De wereld van Homerus, die
zich hier vóór zyn blikken ontrolde, was niet
do ideale wereld, zooals zy voor zyn droo
menden geest stond. Door de scherpzinnige
nasporingen van den koelen geleerde woei een
ademtocht der ruwe werkeiykhoid, do men-
schen, kleederon, wapens en huizen waren,
getrouw de natuur volgend, naar de opge
graven vondsten geschilderd, en voor dit
natuuriyke schrok de kamergeleerdheid van
den professor terug. Hy was in de vooroor-
deelen der oude school opgegroeid, en zyn
logge geest was niet in staat de koele, nuch
tere navorschingen der nieuwere Grieksche
oudhoidkundigon met onbevangen blik te
onderzoeken en te verwerken.
Openhartig gezegd, was de professor ondanks
zyn hoogvliegende plannen slechts een meteoor
onder de sterren der wetenschap. Hy geleek
op den tuinier, die naar voorvaderiyken aard
gewone kool teelt, maar het veredelen der
planten aan diepere denkers overlaat. Sedert
veertig jaren doceerdo hy aan de universiteit,
en de voorlezingen, die hy thans aan het
eind zijner professorale loopbaan hield, waren
nog vrywel dezelfde, die by by zyn eerste
optreden gehouden had. Hy behoorde, onder
de geleerden, tot het ras der herkauwers, die
in hun jeugd oen geestelyko spys opnemen,
welke zy hun gansche leven lang ln den mond
ronddraaien.
Geiyk echter ieder mensch zyn lievelings-
bezigheden heeft, die men idoalen, liefheb
benen of stokpaardjes noemen kan, zoo be
reed ook onze hoogleeraar laten wo maar
zeggen hot stokpaardje van z\jn ontworpen,
maar nooit voltooide geschiedenis van Grioken-
land. Toen hij nog jong en vol hoop was,
ontkiemde in zyn borst een liofelyk ideaal,
en toen hy dit door do ruwe werkelijkheid
zag vernietigon, zocht hy vergoeding daar
voor en vergetelheid in den ontworpen geeste-
lyken arbeid, waartoe het hem aan mets ont
brak dan aan den daarvoor noodigen geest.
Zyn jeugd verliep effen on vreedzaam, als
het beekje, dat door oen malsche weido mur
melt, dat niet schuimt en niet hartstochtelijk
raast, maar dat ook geen raderen in beweging
brengt en geen zware lasten draagt. Hy stu
deerde, was een yverigo, goede jongen, deed
zyn examens, danste geduldig met de clochtors
van Invloedrijke hoogleeraren, werd privaat
docent, bezocht getrouw de academische thee
kransjes en bracht het op byna dertig-
jarigen leeftyd tot buitengewoon hoogleeraar.
Daar hy oen klein vermogen bezat, konhy
thans aan de verwezeniyking van zyn ideaal
gaan denken. Dit Ideaal was een gelukkig
huwelyk. In de byna even oude Juffrouw
Mina Kollerman meende hy het wezen go-
vonden te hebben, dat aan dit Ideaal beant
woordde. Tydens den bruidstyd noemde hy
haar vaak de „roos", die zyn eenzamen levens
weg met „zoeten bloemengeur" zou veraan
genamen. Na de bruiloft ontdekte hy, helaas 1
dat de schoonheid der bloem ras verwelkte
en dat van de ietwat oude roos slechts de
doornen overbleven.
De zachtaardige juffrouw Mina veranderde
verbazend snel in een koude, zelfzuchtige
mevrouw Mina, maar de bitterste ontgoocheling
voor den nieuwbakken echtgenoot was, dat
de belangstelling, die hy in juffrouw Mina
voor zyn wetenschappelijk streven had moenen
te bespeuren, reeds zeer kort na hot huwelyk
by mevrouw Mina in volkomen onverschillig
heid overging. Zoo werd do professor van een
schoonen droom beroofd, en een bittere erva
ring was daarvoor zyn deel.
De hoogloeraar onderscheidde zich reeds in
z'Jn jeugdige jaren door wondoriyke kuren
en zonderlinge gewoonten. Hiertoe behoorde
een overdreven vrees voor ziekto en dood.
Van vóór zyn huwelyk reeds sliep hy nooit
zonder slaapmuts, daar hy bang was zjjn
spaarzaam bebaard denkershoofd aan een ver
koudheid prys te govon.
Dat zou de aanleiding tot de eor6te echtelijke
oneenigheid wordon. Mot schrik zag de jonge
vrouw hem toebereidselen maken zyn hoofd
tegon nachtelijke afkoolingen te beschutton,
en zy verhief krachtig haar stem tegon de
gehate slaapmuts. Eenige dagen handhaafde
hU z(jn oud recht nog, maar reeds den vierden
avond verklaarde hy zich bereid de muts weg
to doen, op voorwaarde, dat zyn huisdokter
eerst om raad zou gevraagd wordon en zyn
toestemming moest geven. Om den stryd
terstond te beslechten, word het dienstmeisje
uit haar zoeten slaap gewekt en uitgezonden,
om den hulsarts te halen.
De laatste was als geneesheer zeer bekwaam
en geacht, maar als mensch In dezelfde mate
ruw en gevreesd. Iiy had eon dag van inspan
ning achter den rug on lag op dit uur reeds
in diepen slaap. Doch de geneesheer is een
slaaf van zyn beroep, voor hem bestaat er
geen volkomen nachtrust, de snerpende deur
schel roept, en hy springt van zyn legerstede
op, om naar de ziekenkamer te snellen en
daar lafenis en verzachting in het Hjden te
brengen. Zonder morren verliet ook thans de
huisdokter zyn warm bod, toen by hooide,
dat zyn oude studiemakker dringend zijn raad
Inriep. Hy kleedde zich aan, hulde zich in
een dikken pels en schreed naast het dionst-
meisje door den kouden winternacht naar het
huls zyns vriends.
Maar hoezeer stond hy verbaasd, toen hy
do gezellige, nog warme kaïrrsr tuinen trad en
hier den gowaanden patiönt gezond en wel
tt«t zyn vrouwtje aan tafel zag zitten l Zijn
verbazing ging evenwel in grenzenloozo woede
over, toen hy vernam, waarom by in dit
nachtelyk uur naar het huis van het niets
mankoerende echtpaar had moeten dravenI
En dan de manier, waarop de mannelijke
helft hom dit zonder blikken of blozon duido-
lyk maakte, en de klemtoon, dien hy op deze
woorden legde, waarmede hy bedaard zyn'
redo besloot: „Ziet go, beste vriend, ik wou
toch myn jonge vrouw gaarne o vei tuigen,
hoe onmisbaar my dio muts is. En opdat zy
dat uit den mond van mijn huisarts hooren
zou, liet ik je hier verzoeken. Mocht je intus-
schen meenon, dat ik geen nadeel door ver
kouden-worden zal ondervinden, dan zou ik
immers de muts
Verdor kwam hy niet. Als een getergdo
leeuw was de dokter opgesprongen, en een
paar krachtige woorden men zou haast ge
zegd hebben: vloeken uitbrengend, die op.
alles behalve op vloiery gelekon, rukte hy de
deur open en vloog woedend de trap af. «Sinds
dien tyd heeft hy het huis van het echtpaar
nooit weer betreden.
Hoe ouder, bijziender en verstrooider do
professor word, des to erger worden 2yn
kuren en grillen. Zelfs op het ziekbod toondo
hy zich den naam waardig, dien hij zich daar
door verworven had. En daar ziekte en dood,
het eind van alles is, zullen wy do levons-
'beschrijving van onzen zonder- enj
origineelen professor besluiten met c. io-
ring, die men een anekdote noem-i: als
zy niet waar gebeurd was.
Toen hy eens gevaarlijk ziek op zyn s; mde
nederlag, verscheen zyn boezemvriend, dr. Xy
opgewonden in z'yn woning en informeerde
naar den zieke. Mevrouw Bonton bracht hem
aan het ziekbed on hier barstte X. in do
ondoordachte woorden uit:
„Yorbeeld je, b6sto Tlioodoor, men hoeft
my zooeven verteld, dat ge gestorven waart/'.
Glimlachend kykt do zieke zyn opgewonden
vriend aan, ongeloovig schudt h'j het hoofd
en antwoordt: „Gestorven? Zoo ver ik weet,
niet. Daar is my nog niets van bekend. Besi.o
Karei, dat zal toch wel een vergissing zijn?"