IJ®. 12670
Zaterdag 22 Juni.
A«. I9W.
Courant wordt dagelijks, met uitzondering
van fpn- en feestdagen, uitgegeven.
Feuilleton.
IEIDSCH
DAGBLAD
PRIJS DEZER COURA2TT:
Voor Lolden por 8 maandon f
Ruiten Leiden, por looper en waar agonton govostigd z(Jn 1.80
Franco por post 1-66»
PRUS DER ADVERTEKTEENx
Van 1 0 regel» f 1.06. Iedere regel meer f 0.17 j. Grootere
letters naar plaatsruimte. Voor het incasseeren buiten de stad
wordt f 0.05 berekend.
"Dit nonimer bestaat uit VLEK
Bladen.
Eerste Blad.
OfGcioëlo Konnisgeyingoo.
De Burgemeester der gemeente Leiden;
"vestigt de aandacht der ingezetenen op den
inhoud van de artikelen 57 en 5d van de Kies
wet, luidende als voJgt:
Artikel 57.
Personen, bij vrie en bestuurders van bijzondere
ondernemingen en instellingen, waarbij mannen,
«ne deu leettyd vun vyl en twintig jaren hebben
bei eikt, in dienstbetrekking zyn, zijn, voor zoover
met bij algemeeuen maatregel van bestuur vrij-
feielling ia verleend, verplicht te zorgen, dat ieder
van dezen, die bevoegd is tot de keuzo mede te
■weiken, gedurende ten minsie Iw.o achtereen
volgende uien tusschen acht uren des voorund-
tlaga en vijf uren dea namiddags Uaai toe gelegen
heid vindt.
Artikel 58.
Personen en bestuurders, in het voorgaande
tl kei bedoeld, zi,n, voor zoover arbeid wordt
verricht in abrieken ot werkplaatsen, verplicht
te zoigen, dut in het arbeidslokaal, en zoo er
meerdere arbeidslokalen zijn, in bot.grootste of
■wel in meer dan eóu arbeidslokaal, geduiende
tweo werkdagen vóór eu op deu tot atemniiog
bepaalden tyd op een zichtbare wyze ia opge
hangen een dooi hem of van hunnentwege onder
tekende iy«t, de uren, in het voorgaand artikel
bedoeld, verinejdende, voor elk aizonderlyk of
groepsgewijze ol voor allen gezamenlijk.
Uy bon. besluit vau 24 Mei 1901 (Staatsblad
No. 109), zijn de volgonde vrijstellingen van de
bepaling vun art. 57 aangewezen, als:
Vrijstelling wordt verleend aan de in art. 57
%der Kieswet bedoelde personen en bestuurders
,van b zoadere mstelhngen en ondernemingen
„ten aanzien van bij hen iu dienstbetrekking zijnde
„personen, welke uit hooide van die dienstbeti ek-
„king op den dag dor stemming tusschep de m
„vermeld aitikel genoemde tijdstippen niet ge
durende tweo achtereenvolgende uren vertoeven
„in de gemeente, op welker kiezerelyst zij voor
tkomen."
Vrijstelling als boven omschreven wordt voorts
verleend aan geneeskundigen en apothekers ten
aanzien van bij hen in dienstbetrekking zijnde per
sonen alsmede aau personeo en bestuuidore van
bijzondere instellingon en ondernemingen ten aan
Zien van by hen in dienstbetrekking zijude
aieken verplogera."
De Burgemeester voornoemd,
P. WAS.
Loidei^ 22 Juni 1901.
Leiden, 22 J ni.
Door de roomsch katholieke kiesvoreeni-
ging alhier zijn, in een gisteravond gehouden
vergadering, voor hot lidmaatschap van den
gemeenteraad de volgende hoeren candidaat
•gesteld
In kiesdistrict I: H. I. Sloots, P. J. M.
Boonekamp; kiesdistrict II: J. A. Bols,J. W.
Hoogenstraaten; kiesdistrict III: U. P. Timp,
O. J. van Tol.
1 Door de antl-revolutlonaire klesvereeniging
„Nederland en Oranje" zyn denzelfden avond
candidaat gesteld do heeren:
i In district I: A. Koppier, G. Mulder; dis
trict II: L. J. A. Braakenburg van Backum
(vacature dr. Den ïïouter), mr. P. v. d. Eist,
!p. J. van Hoeken, A. G. Kloots Jr.; district
III i J. Bosch en A. Mulder.
In district I zijn vier, m II zes en in III
Vier plaatsen te vervullen.
Tot candidaten werden geproclameerd,
vroeger, door de „Vrijzinnige Kiesvereeuiging"
de heet en:
l8te kiesdistrict: J. J. Hasselbach, H. 0.
Juta, J. Korevaar P Az, en K. Sytsma;
2de kiesdistrict: J. Bink, Dr. E. F. van
Dissel, J. A. van Hamel, Dr. P. J. Kaiser, C.
H. Kouw en AL Witmans Mz.;
8de kiesdistrictA. J. den Hollander, H.
Marks, dr. A. van Rhyn en J. Zitman.
Vóór tot de keuze dor candidaten voor den
gemeenteraad werd overgegaan, was goed
gevonden om met* de vrjjzlnnig-dem. klesver
eeniging „Vooruitgang" samen te werken,
mits haar candidaten instemming b|J deze ver
gadering konden vinden. „Vooruitgang" had
Ingezonden het volgende candidatenlystje: voor
dictrict I de hoer K. Sytsma, voor II de
heeren C. H. Kouw en J. Bink, voor Hl do
heer J. Zitman.
—Eindelijk is er ln een reeds jarenlang bo-
staande behoefte voorzien, nl. uitbreiding der
politielokalen in het Raadhuis dezer gemeente.
Niet alleen door vermeerdering van personeel,
maar ook door vermoerdering van administra
tieve werkzaamheden, vooral na de annexatie
in 1896, was die uitbreiding hoog noodig.
Verschillende takken ven dienst moesten in
éón lokaal behandeld worden, zeer ten nadeele
van den goeden gang van zaken en minder
aangenaam voor het publiek, dat daardoor
soms urenlang moest wachten, gezwegen nog
er van, dat de verschillende bureelon met het
oog op de gezondheid veel te klein waren.
Door den aankoop van een huis aan de
overzijde der Breestraat, boek Wolsleeg, kon de
administratie en het m&gaziin der schutterij
van uit het Raadhui? naar dat pand worden
overgebracht, waardoor de noodige ruimte tot
uitbreiding der poliiielokr.len, voor de admi
nistratieve politie bestemd, kon worden
verkregen. Door verbouwing zijn aisnn daar
gevestigd het bureel van don commissaris,
het bureel van den hoofdinspecteur, annex
een archiofkamer, het bureel vhd den inspec
teur 1ste klasse, die deu commissaris is toe
gevoegd in diens Justitieeleo arbeid, en het
bureel van. den klerk, benevens een kamer
voor den agent-portier eu de beide recher
cheurs van politie.
Tusschen" de bureelon van den Inspecteur
en den klerk treit men aan een portaal,
waarla twee retraites, voorzien van water
closets. Verder tusschen de bureelon van den
hoofdinspecteur en den inspecteur 1ste klasse
de wachtkamer voor het publiek, in aanslui
ting met de oude wachtkamer.
Wat meubileering dor verschillende lokalon
betreft, trekt bijzonder de aandacht bet bureel
van den commissaris van politie, hetwelk in
den stijl van dat lokaal zelf is gemeubileerd.
Het oude gedeelte blijft bestemd voor de
actieve politie, als inspecteurs 2de klasse,
controleurs en agenten van politie van ver
schillende rangen, waardoor do daar aanwe
zige lokalen, mot het oog op de gezondheid,
kunnen woiden vergroot, terwijl ook d&ir
zal worden ingericht een geritflyke bewaar
plaats voor personen, die, verdacht van een
of ander misdrijf, een of meer dagen aan de
politiewacht moeten verblijven.
Die verandering is dan ook van grooto be-
teekenis, waarom wij het ten volle eens zijn
mot don burgemeester, die als hoofd der
politie daartoe het initiatief nam, en daarmede
ook bedoelde het prestige der politie te ver-
hoogen.
Ondor verwijzing naar do advertentie ln
dit nommer, dat de verloting van door de
leerlingon der Ambachtsschool vervaardigde
voorwerpen zal plaats hebben ln het laatst der
maand September a. s., kunnen wij mededee-
len, dat de oorzaak hiervan is, dat de school
mededoet aan de tentoonstelling van Ambachts-
onderricht, weiko in de naand Augustus ln
Den Haag zal gehouden worden, en dat op
die tentoonstelling do meubelen, die verloot
worden, tullen worden Ingezonden.
Aan de school en by de heeren Blankenberg,
Gobr. Yan der Hoek, Los, Kooyker, Wiorda,
Sleyser, Jung, Rienks en Van der Werf zyn
steeds loten vorkrljgbaar.
Voor het examen ln Boekhouden, Handels-
rekenen en Handelsrecht, vanwege de ver-
eeniging „Mercurius" te Rotterdam is geslaagd
de heer H. J. van Kleef, leerling van den
heer J. W. de Tombe Jr.
Het Rijks Eihnographisch Museum alhier
heeft van Senhor Don Tomas Menchaca, te
Concepclon (Chili), als biyk zijner belangstel
ling in deze Rijksinstelling wederom ten ge
schenke ontvangen een houten grafteeken,
zooals door de Araucanen op het graf van
een kind wordt geplaatst; zijnde het beeld
eenor vrouw met tegen borst en buik gedrukt
kind.
Het voorwerp, afkomstig van Galvarlno ten
zuiden van Traiquón, is geïnventariseerd als
serie 1284.
Bi) Koninklijk besluit van 28 Mei 1901 ls
aan Senhor Don Tomas Menchaca toegekend
de zilveren eerepenning, bedoeld by de Konink
lijke besluiten van 24 Mei 1897 No. 87 en van
22 Juni 1898, als blijk van waardeer in g z^ner
belangstelling ln 'sRyka wetenschappelijke en
kunstverzamelingen. (Sts.-Ct.)
Ter vervulling dor vacature van directeur
der 1ste Hoogere Burgerschool met 8 jarigen
cursus voor jongens, te Amsterdam, ontstaan
door het overlijden van dr. J. A. Strieker,
worden door B. en Ws. aanbevolen de heeren:
F. J. Heeris, leeraar aan, de lste H. B.-S.
met 8-jarigeu cursus voor jongens; J. IJzer
man, leeraar aan de Openbare Handelsschool;
G. A. 0. van Goor, leeraar aan do Isto H. B. S.
mot 3 jarigen cursus voor jongens, allon aldaar.
De Kroonprins van Siam wordt 28 dezer
des morgens van Hoek van Holland te
's Gravenbage verwacht. Denzelfden dag zal
h(J door H. M. de Koüfcgtn op het Loo in
audièntle ontvangen worden en dos ayonds
weer in Den Haag terugkeoren. Hij zal voorts
nog zijn opwachting maken aan H. M. de
Koningin Moeder te Soestdtjk en eon bezoek
brengen aan Amsterdam.
De heer Yosblda, secretaris der Japan-
acho legatie, vertrekt eerstdaags uit Den Haag
naar zijn nieuwe standplaats Weenen.
De secretaris van legatie lste kl. van ItaUÖ
L. Ridder Bruna heeft ter-beschikking-stelling
aangevraagd en keert niet meer in Den Haag
terug.
„Nederland8ch Mettray" vierde gisteren
zijn 60 jarig bestaan. Van allo gobouwen der
stichting wapperden do nationale vlaggen, on
reeds vroeg klonken de tonen van koraal-
muziek over het binnenterrein, en luidde de
kerkklok, om den feestdag in te wyden.
Te 11 uren was er weer muziekuitvoering,
terwijl om 12 uren de kweekelingen aan een
feestmaal vereenigd werden.
Tegen 2 uien waren in de kerk saam-
gekomen: genoodigdon en de geheele bevol
king van Mettray, terwyl ook verschillende
oud-kweekelingen voor de plechtigheid van
elders overgekomen waren.
Yóór het spreekgestoelte stond tusschen
groen het geschilderd portret van den stichter
der Inrichting, den heer Suringar, aan de
wanden in lauwerkransen op blauwe schilden
namen van wie hun krachtigen steun aan
„Mettray" gaven.
Onder het luiden der kerkklok kwamen de
hoofdcommissie en de commissarissen de kei k
binnen.
Onder de aanwezigen merkten w(J op de
familie Völcker van Soelen, mr. C. J. Sickesz,
mr. Umbgrove, den heer Storm Buysing,
jhr. H. A. D. Coenen, den burgemeesior en
den secretaris dor gemoonte Gorssel.
Ds. Laurillard, president-commissaris, trad
nu naar het spreekgestoelte, tot het uitspreken
van de feestrede.
Tegelijkertijd klonken de tonen van een
viool en orgel plechtig door de ruimte. Ds.
Laurillard heette allereerst de aanwezigen
welkom by het 4do feest van dezo stichting.
Spreker herinnerde aan de feestrede in '64
uitgesproken door don heer Suringar; toen
werd dit kerkje voor het eerst in gebruik go-
nomen. In '76 stond Suringar hier niet meer
toen stond spreker hier al. In '72 hadden we
verloren don man, uit wiens mond zooveel
goede woorden en uit wiens hand zooveel
goede werken kwamen. Thans hebben we
het gouden feest-. Mocht de heer Suriogar nog
eens terugkomen om te zien, wat zyn kind
is geworden, dan zou hy zich vorheugen.
Slechts weinig wil spreker zeggen van de
geschiedenis vau Mettray. Maar niet mag ver
geten worden do naam van D. J. Schuur, die
de eerste was die een vorsteljjke gift schonk aan
de inrichting. E/onmin de namen Schimmel-
penninck en Yan der Heyden, die van den aan
vang Mettray steunden met de macht van geld,
aanzien, kennis en goeden wiL
Daarom vergeten we met de anderen die
zooveel deden voor „Mettray", alle namen staan
in onze harten.
Laten we ook gedenken den steun, dien
wjj vanaf den beginno hadden van het Konink
lijk Huis.
Spreker herinnert aan wat dit voor de
kolonie dood.
Daarbij wees spreker op het feit, dat do
Koningin by dezo gelegenheid aan „Mettray"
haar portret geschonken beeft.
„De landahistorie bezingt Oranje, Noder-
landsch Mettray zingt daarin mee".
Spreker herinnerde aan het woord: zoo de
Heer bet huis niet bouwt, bouwen daaraan
vergeefs de werklieden.
Daarom bovonal dank aan God.
De aanwezigen zongen hierop hot lste vers
van den 103den Psalm: „Loof, loof den Heer,
myn ziel l met alle krachten".
En het hoogo gebouw vulde zich met plech
tige klanken.
Daarna Bprak dr. Laurillard do hoofdcom
missie toe met een woord van hulde en erken
telijkheid.
ln het byzonder bracht spreker hulde aan
jhr. Coenen ©n aan den heer en mevrouw
Völcker van Soelen.
Ook de afgevaaidigden van verschillende
afdeelingen werden door spreker welkom ge-
heeion.
Huldo bracht hU ook aan den directeur van
„Mettray", den heer Adeling, die hier 17 jaar
heeft gewerkt en allen tot dank heeft verplicht.
Hem herinnerde spieker aan het vroord van
Suringar: „courage". Want moed is kracht.
Vervolgens weld dank gebracht aan den
adjunct-directeur, de godsdienstonderwijzers,
aan den heer Sieberg, als muziekonderwijzer,
en aan alle anderen, die de kweekelingen hel
pen vormen.
Vervolgens een woord tot de jongens. Spre
ker maande hen aan alles aan te nemen, wat
het hoofd kan verhelderen, het hart verzachten,
de hand versterken.
Spreker eindigde met eon betuiging van
erkentelijkheid aan alle aanwezigen, in bet
bijzonder het gemeentebestuur van Gorssel,
en de leden der famiJie van den stichter.
God leide en bescherme „Mettray", brenge
vesl zegen in veel levens. Wat ook moge ver
zinken, de hoogste en trouwste liefde blijft.
Allen begaven zich nu naar de pas vol
tooide familiewoning, geschenk van den heer
en mevr. Völcker van Soelen van der Duyn,
dat thans overgegeven werd. (Zutf. Crt.)
Mr. 0. J. Sickesz, directour-geüeraal by
het departement van Binnenlandsche Zaken,
zal volgens het „Ned.Landbouw-weekblad"
binnenkort ontelag uit zyu tegenwoordige
betrekking nemen.
Er beslaat grond voor de veronderstelling,
dat des heeren Sickesz erkende werkkracht
den landbouw ten goede zal blijven in een
belangrijke betrekking op waterstaatkundig
gebied in Gelderland, waaraan zijn naam vroo-
gor ten nauwste en mot eere verbonden was.
De heer Dutoit, zoon van den welbekenden
predikant S. J. Dutoit in de Kaapkolonie,
heeft, naar men aan het „Hbl." mededeelt, cum
laude hot eind-examen voor predikant aan do
Vrije Universiteit te Amsterdam afgelogd.
De Eerste Kamer is op reces uiteen
gegaan, d. w. s. dat zy, behoudens onvoor
ziene omstandigheden, vóór September met
terugkomt.
Een commissie van „Pulchrl Studio,"
bestaande uit de heoren Mesdag, Taco Mes
dag, Bisschop, Duchatel en Willy Martens,
heeft gistermiddag op Het Loo aan H. M. ds
Koningin, namens voormeld genootschap, een
huwelijksgeschenk aangeboden.
Naar men verneemt, heeft do Bond van
distillateurs in Nederland besloten aau H. M.
de Koningin de vernietiging aan te vragen
van de by besluit van den Raad der gemeente
Schiedam dd. 7 Mei vastgestelde verordening
tot regeling der contróie op de echtheid van
Schledamsche jenever, omdat deze naai zyn
meenlng in stryd is met het algemeen belang
en de wet.
De gemengde commissie voor do steno-
graphio uit de beide Kamers der Siaten-Geno-
raal heelt, met ingang van den dag na de
sluiting der tegenwoordige zitting eervol ont
slag verleend aan den heer C. A. Sieger ala
directeur van de etenographische inrichting
dor Staten Generaal, onder dankbetuiging voor
de vele en gewichtige diensten, door hem aan
de atenographische inrichting bewezen, en be
noemd tot dirocteur der inrichting den hoer
J. Boudewynse, onder-directeur, tot onder-direc
teur den heer D. W. P. Keuskamp, thans
stenograaf, en tot stenograaf den heer C. van
den Berg, tydeiyk werkzaam by de inrichting.
Het atoom8chip „Prinses Amalm" am-
veerde 21 Juni van Batavia te Amsterdam;
de „Bielefeld" vertrok 20 Juni van Makassar
naar Amsterdam; de „Kaïser" (uitreis) arri-
veerde 20 Juni te East-London; de Myrmidon",
van Amsterdam en Liverpool naar Java, pas-
seerdo 19 Juni Port-Said; do „Prins Willem
III" arriveerde 21 Juni van Paramaribo ts
IJmuiden.
ten bibliothecaris van den ouden slempeL
B'ot
WD zien hem over den wog stappen: lang
haam, in scheevo, gebogen houding scharrelt
hy de straat langs, langs grachten met groene
'boomen, voorby ouderwetscho gebouwen, tot
hy aan een groot, statig huis komt, dat door
zyn cla8sioken bouwstyl b\j de alJedaagscho
woonhuizen sterk afsteekt. Scharrelend werkt
hy zich de trappen op tot aan de breeds
vleugeldeur, met moeite drukt hy zo open,
komt in een ruime vestibule en treedt door
©en tweede deur eon met oen lessenaar on
tafels gostoffoerde kamer binnen. Dit is zijn
kamer. Hier is hy thuis, hier rust het geluk
zyn levens, hier ln dit groote, statige huis
bevinden zich op lango stellingen van planken
al die duizenden boeken, die de wetenschap,
het denken, het voelen van een ganscho
menschheid, netjes in karton of leer gebonden,
bevatten. Deze boeken bekleeden by den ouden
vrijgezel de plaats van een gezin, deze boeken
beschouwt hy als zyn kinderen, hy heeft ze
lief als zijn levon en besteedt of verkwist er
alle zorg aan. Neen verkwisten, dat kan
niet: zulke boekon zou hy in zyn verzameling
met dulden. En al loopt hy zelf ook in ver-
Bleten kleeren, zij moeten onberispeiyk ge
kleed zyn, en wee don boekbinder, die deze
kleeren leeiyk of verkeerd om de boeken lymtl
Ginds z\jn de leerlingen van den boekbindor
Juist bezig geheele hoopen nieuwgebonden
boeken op een tafel te stapelen. Meesmuilend
ziet de oude bibliothecaris hun arbeid aan;
daarna trekt hy zyn onbeschryflyke jas uit,
om ze met een nog meer onbeschryflyke, een
zoogenaamd huisjasje, een meesterstuk van
kaal- en smerigheid, te verwisselen. By de
poging om tiaajrechter&rjca te de rechtermouw
te steken, verdwaalt de hand eorst in eon
onderaardsch voeringhoL Van haar dwaling
overtuigd, trekt zy zich weer terug, vindt de
breedo hebbaan, doch geraakt op de plek,
waar zich anders de elleboog bevindt, woer
op zypaden en komt, tot vermaak der toe
schouwende bookbindersleerlingon, plotseling
door eon schilderachtig© Bcheur midden in de
mouw aan het daglicht. In kreeftogang gaat
zy weer terug, schiet dan nogmaals vooruit
en komt tot voldoening van den ouden heer
eindeiyk op de juiste plaats uit de mouw
opening te voorschyn. Daarmee is het werk-
kostuum voltooid, en dr. Menke begeeft zich
aan zyn arbeid.
Meesmuilend krabbelt hy naar do tafel,
waarop de in 't nieuw gekleedo liovollngon
liggen. Met een knipoogje aan het adres van
een der boeken neemt hy het op en bekykt
het met kennorsblik. Wat is dat?[ Zyn ge
zicht betrekt, zyn oud, half goslotoQ oog krygt
nieuw leven, zyn blik vestigt zich sterker en
sterker op de plaats, waar de vergulde titel
op den rug gedrukt is, Hy bekykt don titel
rechts, hy bekykt den titel links, houdt hem
tegen het lichte venster, tegen den ln do
schaduw liggenden wand maar het wordt
hem niet helder genoeg. Sneller en niet zoo
onbeholpen als anders scharrelt hy naar zyn
schrijftafel, neemt een daarop liggend zak-
microacoop wy zeggen ook wel: vergroot
glas en legt hot op den tlteL Zyn voor
hoofd rimpelt zich nog meer, zyn oog zoekt
een dor boekbindersleerlingen uit, en hem by
zich roepend, houdt hy den jongen het boek
onder den neus.
„Zeg aan Je baas," knort hy, zoo goed als
zyn week gestemd gomoed knorren kan, „zog
aan je baas, dat wy zulk werk niet kunnen
gebruiken. Ziet ge de fout? Ziet ge ze?"
De jongen Bchudt ontkennend het hoofd.
„Wel, wel," zegt doctor Menke afkeurend,
4en ik kan hst mat myn oude oogsa nog
wel zien." Hy kykt nogmaals door het vor-
grootglas, wyst dan op een plek in den titel
en bromt: „Hier, hier, het dwarsatreepje boven
aan de I is niet zuiver afgedrukt. Zog aan
je baas, dat wy zulk werk niet kunnen ge
bruiken."
De jongen neemt het boek weor moe, bot
streepje aan de I wordt nogmaals gedrukt,
en de oude bookenwurm is tevreden gesteld.
Stalen pennen bestaan voor don ouden
bibliothecaris slechts by naam. Zynschryfpen
is de ganzevoer. Daarmoe schreef hy als knaap,
daarmee schreef hy als studont, en daarmee
schrijft hy nu nog. Hiervoor gebruikt hy oud,
ruw papier, en iemand met zwakke zenuwen,
die veroordeeld is zyn geschrijf eenige uren
by te wonen, voert dat krassen, piepen en
steunen der veeren pen zeker tot razerny.
Den ouden Menko echter hindert dat gekras
niet: integendeel, voor hem is het een lieflyke
melodie, en hy gevoelt zich oerst recht op zyn
gemak, wanneer hot krasseD dor ganzeveer
op de maat der lettorteekens door de stille
kamer gonst.
Nu en dan wordt dr. Menke naar de kamer
geroepen, waar de boekon wordon uitgegeven,
om inlichtingen aangaande eon of andor werk
te vorschaffen. Zwygend luistert hy naar do
verklaringen der belanghebbenden, zwygend
strykt hy met do dorre hand over den sneeuw-
witten baard, en vervolgens kortaf een paar
woorden als „woot 't al" uitbrengend, strompelt
hy weg. Ala een trouwe poedel volgt hem
do oude boekeryknecht, en beiden trekken
zwygend trap op, trap af, door lango zalen,
waar op lango ryen planken duizenden boeken
staan, die mot hun eeuwig gelykvormigo ruggen
een vervelenden indruk maken en tot geeuwen
uitlokken. Doch de oude heer verveelt zich
hier niet, neen, hy gevoelt zich hior het wel
varendste, en evenals den huisvader te midden
van de juichende kinderschaar hart en gemoed
verkwikkend opengaan, zoo waait een frisscho
tevensadem door do gebogen gestalto van den
ouden bibliothecaris. Mot liefhebbende zorg
waart het oog langs de ryen boeken; hier
en daar streelt do trillende hand over don
rug van eon boekwerk, zacht en liefkoozend,
als streoldo zy hot krullende hoofd van een
geliefd kind.
Vóór een wand, die geheel met boekon,
als soldaten ln 't gelid, bezet is, biyft by staan.
Langzaam en in de juiste richting wyst hy
naar de bovenste plank en noemt een titel
en een nummer. Met oen knikje van „be
grepen 1" draagt de oude knecht eon ladder
aan, zet ze behoedzaam schuin tegen de plank
en klimt langzaam sport voor sport omhoog.
Na eonigen tyd heeft hy het bewuste boek
gevonden. Omzichtig klautert by weer naar
beneden, en hun schat meevoerend, 8<diryden
de twee oudjes zwygend langs denzelfden
wog terug. Hot boek wordt afgeleverd, en
doctor Menke verdiept zich weer in zyn
eeuwige catalogi.
Is zyn dagtaak afgoloopon, dan gaat Menke
eenige uren wandelen alvorens naar zyn
oudevryerswoning te strompelen. Ook hier
ziet men niets dan boeken, boeken en nog
eens boeken. Do oude tafel, de wrakke stoelen
en zelfs de platgezeten, van vet glimmende
canapó, allo zyn er mee bedekt. De oude
worpt den boeken een minnenden blik toe,
dan gaat hy naar het veuster en opent het.
Nauweiyks rammelen de ruiten, nauwolyks
wordt Menke in de omiysting zichtbaar, of
van allo kanten komen sjilpende vogels aan
fladderen, gaan onbevreesd op do vensterbank
zitten on zien het voeder, dat hun oude vriend
voor hen uitstrooit, dankbaar kweelend te
gemoot. ZU zyn dat zoo gewoon, zy verwachten
dat zoo en kennen reods het uur, wanneer
de oude vrygezel zyn woning binnenkomt.
Alle jaren op denzelfden dag veroorlooft
dr. Menke zich een uitgave, die zyn mede
burgers het hoofd doet schudden. Den 22sten
Juni troodt hy een bloemenwinkel binnen en
koopt een kostbaren ruiker. Hiermee stapt
hy ernstig en behoedzaam do stad uit naar
een grooten, stillen tuin, die door oen muur,
grys van ouderdom, wordt ingesloten. Het is i
de doodenakker, en al die omheinde bloem
bedden wyzon do woningen der ontslapenen
aan. Hior is vrede, eeuwige vrede; hier rust'
de vriend naast den vyand, de rjjke naast
don arme, hier is do opgewonden, treurige
stryd om hot dageiyksch brood ten einde.
Langzaam strompelt de oude laDgs de be
graafplaatsen, ondorzoekend rust zyn oog op
do kiuison on gedenktoekenen. Opeens staat
hjj stil en buigt neer over een graf, dat door;
de liefhebbende hand der natuur verzorgd
wordt, welks bescheiden gedonkteeken
weelderig met klimop en andere slingerplanten
begroeid is. Met bevende hand schuift hy het
woekerende loof van do marmeren zerk tert
zyde on kan nog slechts met moeite het op
schrift lezen, hetwelk hein telkens weder ver
haalt, dat hier een jonge maagd rust, dio in
don bloeityd des levens iu de koele aards
nederdaalde.
Zuchtond knielt de grijsaard naast den steen
neder en legt met trillende, tastende hand den
heeriyk geurenden ruiker op den grafheuvel
neer. Dan staat hy op en blyft, op zyn atok
geleund, lang in gepeins vorzonken. Hy droomt
van vervlogen dagen, hy denkt aan den tyd,
toen deze maagd, die hy eenmaal de zyne
hoopte te noemen, nog onder de levenden
verkeerde. Maar God had hot anders beschikt:
de dood kwam en sloot de geliefde voor alt yd
do minnende oogen. Zy ging heen dr. Menks
bleef alleen. Hy is alleen gebleven tot dea
huldigen dag, nu zyn haar zilverwit ls ge
worden; hy bleef alleon, en die eenzaamheid
maakto van hem een zonderling.