MENGELWERK.
Verliezen van het Engdsctis leger,
i
1
k
■s
"s
18
ttd ran de rechterzijde, dan pratend met ten
der minister! oluisterend naar deogene, die
aan het woord la, ia de heer Drucker, levendig
an druk van aard nomen eet omen l go-
Stadig in beweging. Zijn donker hoofd te oen
van de knapste, meest Intelligente koppen
der Kamer. De heer H&rtogh waa in dit naar
het uiterlijk semiotisch trio der Dritte im
Bunde van het Oude Verbond. Men ziet
namelijk deze drie heeren het meest te xamen,
overleggend, keuvelend, lachend soms, in de
Kamer, maar ook, ln de pauze, in een of
andere restauratie, met den heer Fokker als
vierden tafelgenoot.
's Heeren Druckers afkomst ls aan twee
dingen merkbaar: het intens zwarte van zijn
glanzend, hier en daar met een gitJs streepje
doorspekt" haar; den eenigermate hoog-
nasalen klank van zijn scherp, wat zangerig
•preken. De betoogkracht des heereD Drucker
ls correct, helder, duidelijk, ook waar het de
moeilijkste vraagstukken betreft, maar er is
altijd nog iets in van den docent. Alleen
mocht men willen, dat alle Kamerleden dan
oud-hoogleeraren waren, als het op duidelijk
heid aankomt. Hoewel zijn uiterlijk bijzonder
lmpressionabel toelijkt, is de heer Drucker
een kalm man, die zich niet licht laat ver
voeren tot heftigheid, tot hartstochtelijk zeg
gen. Met de levendigheid van zijn gebaar,
is zjjn kalm, geaccentueerd spreken in vol
slagen tegenstelling. Ook bezit hy de gave
©m kort te kunnen zijn, wat de waarde zijner
adviezen verhoogt.
Die adviezen waren niet al te talrijk; zij
Worden bij voorkeur vernomen by die onder
werpen, die verband hielden met de zooge
naamde sociale wetgeving, waarvan de heer
Drucker een der ijverigste voorstanders is.
Aan hem is dan ook opgedragen de uitwer
king van het ontwerp eener arbeidsovereen
komst, ongetwijfeld een van de moeilijkste
vraagstukken op dit terrein, wijl daarbij de
rechtsverhouding van werkgever en werk
nemer, in onze wetgeving thans uiterst ge
brekkig en eenzijdig geregeld, zal moeten
worden vastgesteld. Dit onderwerp is er een
van speciale studie van den bekwamen rechts
geleerde, als hoedanig mr. Drucker onbetwist
gelden mag.
De regeling daarvan is voor een volgende
parlementaire periode weggelegd. De volgende?
Hier past een vraagteeken. Als voorstander
van algemeen kiesrecht (hij stemde ook vóór
de motie-Troelstra) zal de heer Drucker onge
twijfeld de consequentie moeten aanvaarden,
dat, om dat desideratum te bereiken, her-
lening der Grondwet noodzakelijk is. Én de
consequentie zal er hem misschien ook toe
verplichten zich te scharen aan de zjjde van
enkelen zijner vrienden, die thans Grondwets
herziening als „het eene noodige" op den
voorgrond plaatsen. Alleen dan, wanneer zy
voor deze meening op een meerderheid in de
Kamer konden rekenen, zou de wetgevende
arbeid van ons parlement een gevoelige
atoring moeten ondergaan. De kans daarop
te echter niet groot veel grooter dus die
voor den heer Drucker om voor de volgende
Kamer zijn ontwerp-arbeidscontract te kunnen
toelichten en verdedigen.
"Voor- cl© Boeren.
Georg Verbeek trad het elegant ingerichte,
gezellige boudoir binnen van Lilli Lükens.
Met een hartelijk „welkom" kwam de jonge
weduwe hem te gemoet, Zy droeg een rose
kostuum, ryk gegarneerd met crèmekleurige
kant, en in deze bevallige dracht kwam haar
mooi gezichtje btyzonder goed uit.
„'t ls mooi van je, dat je er zoo precies op
tijd bent, Jürgen. Ik mag toch wel „Jürgen"
zeggen, nietwaar? Dat sta je wel toe aan
een oude vriendin uit je jeugd, zoo'n ver
trouwelijkheid, is het niet? En nu, ga op je
gemak zitten, daar, tegenover mij, en laten
wy dan eens gezellig praten over den goeden
ouden tyd en over wat we nu beleven. Ik
denk, dat ik wel geen theevisite zal krygen
©n dan biyven we dus met ons beidjes."
„Maar, mevrouw, of mag ik „Lilli" zeggen?"
„Natuuriyk, je zoudt er me zelfs een pleizier
mee doen."
„Nu, graag, Lilll. Maar, wat ik zeggen
wilde, je hebt toch vandaag niet Je ont
vangdag?"
„Hoe kom je daarby? Ik liet je toch gis
teren door het kamermeisje weten, dat
„Precies, je was zoo goed, my te laten
zeggen door het meisje, dat je van middag
om vyf uren „ontving" en my stellig wachtte.
Maar je zult je herinneren, Lilli, dat je me
eergisteren, in dank voor de rozen, een kaartje
stuurde, met het overbodige p. r. in den
hoek. Én er boven op stond gedrukt, links
bovenaan: „Maandag van 6 7 uren after-
noon-tea". En, daar het nu Dinsdag is,
ben Lk erg biy, dat je meisje my die bood
schap gebracht heeft."
„O, ja, dat is waar, dat kaartje, daar had
lk niet aan gedacht." Het vrouwtje kleurde.
„Daar had lk niet aan gedacht! Wat dom
van me 1 En jy, die zoo aanmatigend bent
„Ik?! Maar, Lilli, lk ben de bescheidenheid
in persoon
„O, jok zoo niet, Jürgen, je bent altyd
aanmatigend geweest. En nu, nu Je een man
en beroemd bent!.... Maar wat lk wou
zeggen, maak geen verkeerde gevolgtrekkingen
uit myn verwarde opgaven. Het is toch eigen-
lyk zoo eenvoudig mogeiyk, dat lk met een
ouden vriend ongestoord wil praten, te meer,
omdat, zooals je gezegd hebt, morgen die oude
vriend weer weggaat."
„Ja, dat ls zoo, maar myn vertrek hangt
nog af van een paar omstandigheden."
„O.... Denk je er over om nog langer
hier te blyven, Jürgen?"
„Ja, misschien. Toen lk laatst, LilH, vyf on
dertig jaar werd, dacht lk er over, dat het
voor een man van myn leeftyd toch eindeiyk
©ens tyd werd aan een eigen
„Huishouding te denken," viel xy hem
haastig en zenuwachtig in de rede. „Heel
verstandig, werkeiyk, heol verdienateiyk 1 En
mag ik weten wie de gelukkige ls?"
„Helaas, neen. De zaak ls nog niet heele-
maal in orde."
Dus hy wilde gaa; luwen! Zy roorde
met het fijne theelepe ln het kopje. En
teler te Beriyn woonde ze. Wie zou hot zyn?
Natuuriyk e©o dochter van ©en of ander geld
of naam-arlatocraat, dio hem, dan in aan paar
jaar tyda beroemd geworden schilder, be
wierookte.
„Weet je het nog, Lllll", en hy kwam met
zyn gezicht dichter by haar, „toen we verloofd
waren, vroeger, negen jaar geleden...."
„Acht jaar, meen Je."
„Goed dan, voor acht jaar, en toen lk de
verloving met drie kussen wilde bezegelen?
By den tweeden ging het goed, maar toen
lk je den derden wilde geven, kwam opeens
je vader als een wrekende Nemesis en joeg
my, armen duivel, weg. En na dien tyd durfde
ik niet meer by je komen, en
„Och, laat dat! Het ls onnoodig, om die
oude koeien uit de sloot te halen. En vooral
jou, als aanstaande bruidegom, past het niet."
„Ja maar, ik dacht toch...."
„Neen, neen, lk wil er niets meer van
hoorenl Ik wü het niet, Jürgen 1 Laten we
over iets anders praten. By voorbeeld over den
oorlog 1 Wèt, heb jy het op met de Engelschen
Ik voor my, ik haat ze l Ik geloof, dat er niets
in de wereld is, wat me zoo onsympathiek
ls als die stugge, styve Engelschen l En daar
tegenover de Boeren I Die dappere, on-egoïs-
ti8che, edele mannen. Ik dweep met dit
heldenvolk. Alles zou ik voor hen kunnen doen,
alles I Nu hebben wy een groote collect© op
touw gezet. Ik zit in het bestuur. O, daar
valt me wat in." En vlug liep ze naar haar
8chryftafeltje. „Hier heb ik de lyat. Hier heb
je een potlood en nu moet je inteekenen,
Jürgen 1"
„Ja, dat ia best, maar hoeveel? Drie mark?
Is dat genoeg?"
„Drie mark, foei, wat gierig. Je verdient
toch zoo'n ma8sa geld met je schildoryen."
„Nu goed dan, ik zal voor 600 mark
teekenen
„Dat is heerlyk!"
„Ja, maar op één voorwaarde."
„En die is?"
„Ja, die moet je vervullen, Lllll."
„Voor de Boeren doe ik alles, dat heb ik je
al gezegd. Dus wanneor het niet te lastig is...."
„Lastig 1 Integendeel, een kind kan het doen!
Ik teeken voor 500 mark voor 66D kus van
je, Lilli."
„O, Jürgen 1" En zy sproDg kwaad op. „Neen,
dat gaat te ver. Het is schande om my zoo iets
voor te stellen!'1
„Maar, Lilli." Hy was opgestaan en pakte
haar kleine rechterhand. „Is het dan heusch
zoo verschrikteiyk, wat ik van je vraag?
Eerst wil je voor de Boeren alles doen, en
nu weiger je, om my één kusje te geven.
En dan is het nog te doen om een kus,
dien je my eigeniyk nog schuldig bent van
vroeger van voor negen, neen, van voor
acht jaar, Lilli; ik bid je, toe, zeg „ja.""
Zy keek hem een oogenbllk van ter zyde
aan en fronste haar wenkbrauwen. Ach, als
hy eens wist, hoe graag ze hem dien kus
gegeven zou hebben! Als hy wist.... neen,
zoo was het goed heel goed, dat by niets
wist. Maar waarom zou zy hem eigeniyk, of
liever den Boeren, dat pleizier niet doen?
Wanneer mocht ze dan iemand wèl een kus
geven, als het nu niet was?"
Plotseling stond ze op. Ja, ze zou het doen.
Eén keer, één enkelen keer maar in haar leven,
zou ze kussen, werkeiyk kussen en gelukkig
zyn, maar ze moest hom nog een beetje
plagen. Zy hield hem haar hand voor en zei
„Nu, wanneer je het dan absoluut wilt, ga
Je gang."
„O, neen, zoo goedkoop kom je er niet af',
zei hy lachend. „Voor 600 mark moet lk
minstens myn loon hebben van deze heerlyke,
schoone lippen."
„Jürgen, heusch, je bent erg brutaal. Maar,
wat doe je al niet voor de Boeren 1"
„Bravo, LilliI Dat noem ik menschlievend."
En toen sloot hy haar in zyn armen, en zyn
lippen drukten zich op de hare.
Het was een kus, zooals Lilli er nog nooit
een gehad had. Eon heerlyke, lange kusl En
misschien had hot nog langer geduurd, wanneer
niet een krachtig „Hoeh" uit de richting van
de deur gekomen was, zoodat zy zich plotse
ling uit bun omarming loslieten. Bettl, de
meid, want zy was het, die binnenkwam,
stamelde schuchter:
„Neem u het my niet kwaiyk, mevrouw,
wanneerik u stoor, maar de kleermaakster
stuurde een boodschap, om te vragen of
mevrouw morgen kwam passen?"
„Ja", antwoordde Lilli geörgerd, „dat heb
lk haar gisteren toch al laten zeggen. Maar,
Bettl, waarom heb je niet geklopt?"
„Ik heb geklopt, mevroaw, wel driemaal.
En daar niemand „binnen" riep, dacht ik...."
„Ja, dat is goed, ga maar wegl"
Toen het meisje de kamer uit was, liep
Lilli met de armen over elkaar en met groote
passen de kamer op en neer. Zy had tranen
ln haar oogen van kwaadheid.
„Dat komt er van, als een oude, verstandige
vrouw van vyf en twintig Jaar nog zulke
dwaasheden doet. Ik ben buiten mezelf van
woede. Myn goede naam ls wegl"
„Maar, beste Lilli, houd je toch kalm. Wat
voor vree8eiyks is er nu gebeurd?"
„Ja, jy hebt gemakkeiyk praten, Jürgen.
Doe nu niet net of je van den prins geen
kwaad weet. Dat meisje, Bettl, heeft toch
alles gezien. Dat was toch Betti, myn meisje 1"
„Ja, dat was Betti, zei hy onverschillig.
„Ik herkende haar dadelyk".
„Nu ja, en Betti la het praterigste kind
van heel do wereld. Als zy praten kan, laat
ze het niet. Dadelyk weten de meiden en de
knechts het. En van avond gaat ze naar
mevrouw Müller, de ergste kletskous van heel
Beriyn, en die vertelt ze natuuriyk ook de
wocderiyke gebeurtenis. En morgen of over
morgen weet de beele stad het en men zal
me nawyzen. Ik kan me niet meer op straat
▼ertoonenl En dat alles om dien eenen onge-
lukkigen zoen voor de Boeren!"
„Maar, lieve, kieine Lllll, daar is nog een
erg eenvoudig middel, om alles weer goed
te maken".
„Nu, ik ben er benieuwd naar, om dat te
hooren."
„Heel eenvoudig. Wy veranderen dezen
bultenechtelyken Boeren kus, dezen weldadig-
heidskus, in een heuschon, echteiyken. In
het kort: Jy, Lilli, wordt myn vrouw!"
„O, Jürgen, ik begryp niet, hoe je zóó
■potten kunt met deze zaak."
„Maar, Lllll, lk ben nog nooit hl myn teren
too ernstig geweest als nu".
„Ja, maar Jürgen, dat gaat toch niet. Wat
zal dan je bruid, wat «al die dan zeggen?"
„LU11, klein, lief vrouwtje, begryp Je het
dan niet, dat jy dio eene en ook die andere
boot, alios ln één persoon. Dat jy de eenige
bent voor myi Toen ik je vóór acht dagen
sag, sei lk by mezelf: Deze of andere niemand!"
„Ja, als de vork zoo ln den steel zit, dan
natuuriyk 1 maaren zy dreigde hem met
den vinger, „een beetje te veel gevergd is
het toeh wel. Dat ik me door jou kussen
liet voor de Boeren, Jürgen, dat gaat er nog
mee door, maar dat lk nu nog voor de Boeren
met jou moet trouwen, datis toch wel
wat te erg."
UNGKZON BEN.
Een Wm^am-quaoetle.
In het Leldtch Dagblad las men onder
rubriek Leiden het volgende:
„Er komen ons geruchten ter oore, dat
„men, evenels eanigen tyd geleden, wede om
„pogingen van hooger band aanwendt om het
„Etbnographisch Museum uit Lelden over te
„plaatsen naar Amsterdam."
Het zaakje zal weer beginnen. Thans schy'nt
men Amsterdam met deze verzameling te
willen verryken. Eerst stond Delft op het
programma en „last not least" Den Haag.
Nu komen wy onwillekeurig tot deze vraag
Is het Kyks-Ethnographisch Mnseum te rang
schikken onder de lyst, indertyj opgemaakt
door den toenmaligen Minister van Binnenl.
Zaken, mr. Heemskerk, bevattende olie hulp
bronnen en hulpmiddelen dienende voor bet
Universitair onderwys? Myns inziens dit
museum niet. Wte maakt er gebruik van?
De vorige directeur mr. Serrurier schreef,
dat gedurende den tyd van zyn beheer de
hoogleeraar ln de Land- en Yoikenkunde dr.
J. J. M. De Groot nooit eenlg biyk van
belangstelling hoeft gegeven en alleen toon men
bevreesd werd, dat de verzameling uit Leiden
zou weggenomen worden, eenige voorwerpen
in bruikleen heeft gevraagd. Doch er ie meer.
Wie ln Leiden dit museum wil bezoeken, gaat,
als hy van het station komt, eerst naar de
afdeeling „China en Japan", Rapenburg 69.
Deze kostbare en ryke verzameling zelfs
buitenlandsche geleerden zeggen zelve een
der rykste van Europa ia opgesteld in een
gebouw, dat eer den naam van pakhuis dan
museam verdient. De kasten staan zoo dicht op
elkaar, dat corpulente personen groot gevaar
loopen eenige ruiten iu te drukken. Het is be
paald vermoeiend om alles eens op zyn gemak te
bezien, daar de kaaien zoo opgevuld zyn wegens
plaatsgebrek, en daarby komt nog, dat men op
sommige plekken ln het halfduister staat. Het
door het „Ryk der Nederlanden" een paar jaren
geleden aangekocht*» perceel daarnaast, No. 67,
vroeger bewoond aoor wyien den hoogleeraar
Schol ten en later nog door diens weduwe en
dochter, is een perceel, dat evenmin voor
museum geschJtt is, en men verkrygt daar
later, wat natuuriyk niet Qlt kan blyven,
denzelfden ellencugen toestand.
Hoogewoerd en Heerengracht, reap, her
bergende Nederlandsch Oost-Indiö en Australië,
Voor- en Achter-Indiö, Afrika en Amerika,
verkeeren natuuriyk in hetzelfde geval. By
de driemaandeiyksche statistische opgaven over
het aantal bezoeken, aan Ry ka verzamelingen
gebracht, is dit aantal voor het hierboven
genoemde museum altyd zeer laag te noemen.
Kaï) het dan ook anders?
Maar nu eindeiyk komen wy tot ons
resultaat. De LnzendiDg van dit stuk beoogt
het doel om dit kostbare museum van een
ge wissen ondergang te redden. Niet willen
wy het aan Lelden ontnemen, maar ons
beyveren om localiteit te bekomen, die ten
minste aan een wetenschappeiyk land als
ons dierbaar Nederland niet tot schande
strekt.
Maar hoe? Welnu, ik zal u eens een aardige
geschiedenis vertellen. De Utrechtscho Hooge-
school zou ln 1886 haar 260-jarig bestaan
vieren. De gemeenteraad nam in een geheime
zitting het initiatief om honderd duizend gulden
te geven tot stichting van een nieuw
academiegebouw, de Staten van Utrecht
droegen ook by, en de burgery, groot en
klem, aanzieniyk en gering, bracht uit liefde
voor haar dierbare Universiteit een som van
f 60,000, zegge vijftig duizend guldenter
verwezeniyking van dit plan, byeen. Hier
heerschte dus wel een liefde voor hun „Alma
Mater" en den bloei der gryzo Bisschopsstad.
En al zyn er eenige jaren voorbygegaan, eer dit
plan, door allerlei gezanik tusschen Ryk en
Gemeente, tot staud is gekomen, welnu het
is er gekomen het fraaie gebouw, dat thans
zonder eenige grootspraak het schoonste
academiegebouw van alle vier de Neder-
landsche universiteiten kan genoemd worden.
Wy slaan het oog op Leiden. Een academie
gebouw, dat reeds in 1876 zou vernieuwd
worden, staat er en is een prachtstuk f 11
van bouw. Museums, o, laten wy er over
ophouden, anders ergeren wy ons den ganschen
dag maar l
Leidenaar8, kunt gy evenals Uw Utreehtsehe
broedeia en zusters wel één enkel biyk, dat
van de liefde voor uw universiteit getuigenis
aflegt, aanwyzen? Ik geloof het niet.
Men is ln Leiden egoist, men wil oen kost
bare verzameling behouden en liever ten gronde
zien gaan, dan een hand uitsteken om dat
te verhoeden. Men wil niets afstaan, maar
ook niets offeren. Men weet er geld byeen
te brengen voor Zuid-Afrika, maar voor de
Universiteit, een stichting van den „Yader
des Vaderlands", heeft men niets over en laat
men zich door Utrecht beschamen
Welnu, inwoners Y&n Leiden, nog is het
niet te laatl Slaat de handen ineen en geeft,
arm en ryk, ieder naar zyn vermogen, en
ziet, als dan Lelden over vier jaar haar drie
honderd dertigjarig bestaan viert, mocht het
er dan staan het gebouw, dat monument van
de liefde der Leldenaren voor hun roemruch
tige Universiteit l En dan zou bet voor hem,
den man, die zyn dagen wydt aan de be
langen van dat Museum, aan welks hoofd hy
is geplaatst en dat reeds gedurende zyn drie
jarig directeurschap zooveel aan hem verplicht
U, eon belooning en erkenning van Ryk, 6tad
en burgery zyn voor de vele reeds doorhem
bewezen diensten. Want, evenals ln Utrecht
moeten allen medewerken, het Ryk, de pro
vincie, de stad en de burgery.
Een heerlyke droom, wie helpt hem my
verwezenlijken? Wte wil mal my vormen
een voorlooplgo commissie, ten einde dit doel
reeds voor U bereiden?
Dames en Heeren, inwoonsters en Inwoners
van Leiden, zoo u hiertoe geraken wilt, zendt
my dan Uw adreskaartje, op it, by voldoende
deelneming, tot het kiezen van een definitief
bestuur kan worden overgegaan.
H.H. 8tudenten der Leldsche Universiteit,
hoe grooter Uw aantal zal wezen, dee te
aangenamer het my wezen zal, en Gy, oud
studenten, die eenmaal Uw Leldsche Alma
Mater hebt liefgehad, ook op Uw mede
werking hoop ik. M. A. Dia,
Noom>wux-AAH-Z*a, „Huis ter Duin".
Het is den inzender blijkbaar onbekend, dat
de gemeente Leiden voor verschillende univer-
eiteits-gebonwen aan het Ryk reeds veel grond
heeft ten geaohenke gegeven, aangekocht ora
daarna weer kosteloos aan te bieden, en nog grond
buiten de voorm. Hoogewoerdspoort beschikbaar
houdt voor het Ethnographisch Museum, al welke
grondon voor bouwterrein zeker een hooge waarde
vertegenwoordigen. Ran. L. D.
Mt/jnhecr de Redacteur
In elkeu tak van handel is het wellicht
noodlg en nuttig, vooral met het oog op het
algemeen belang, dat er concurrentie zy. Het
is echter geheel iets anders, wanneer de con
currentie zóó scherp wordt, dat zy bepaald
doodend ls.
Dit toch is het geval met het artikel
petroleum.
Het zal een ieder duideiyk worden, wanneer
men weet, dat de petroleum zoowel door
„De Automaat", als kleine afnemers op de
voordeeligste wyze ingekocht, 61/* cent per
liter kost; terwyi „De Automaat" ze verkoopt
voor ö'/t cent.
BreDgt men daarmede in verband de voor
„De Automaat" onvermydeiyke onkosten,
zooals: arbeidsloonen, wagens, kannen, uni
formen, enz., enz,, dan kan men licht nagaan,
dat voorshands hier te Leiden ontzaglik
veel geld verspild wordt. Het is dan ook niet
anders dan een verdelgingshandel, waardoor
groote huisgezinnen, welke enkel van de reeds
vroeger karige winst moesten loven, tot den
bedelstaf zullen gebracht worden. De dieren
bescherming tracht het lot van dieren te
verzachten, vooral in den winter. Best. Maar
hoe weinigen trekken zich het lot aan van
die arme petroleumverkoopers Het is wonder-
lyk. Menachen die een flinke som voor lief
dadige doeleinden besteden, beknibbelen die
arme menachen, tot op e&n halven cent!
Is het met te betreuren, dat er zooveel ge
goeden in onze stad z^n, die zulk een onder
neming als „De Automaat" nog steunen? De
last der armen komt toch ten slotte op hen
neer. Is het dan niet beter door hen het
brood te laten verdienen, dan het te laten
bedelen? Bovendien is het niet minder te be
treuren, dat er nog zoovele arbeiders zyn, die
van deze onderneming petroleum betrekken,
en alzoo voor hun medewerkmenschen het be-
Btaan onmogeiyk maken, terwijl zy zelve het
maar al te goed weten hoe amarteiyk het is,
wanneer de inkomsten gering zyn of soms
geheel ophouden.
Zegge nu toch niemandEen ieder ziet naar
zyn voordeel.
By een weinig nadenken zal men tot de
overtuiging komen, dat het de onderneming
er om te doen is, het tot den laateten petro-
leumverkooper toe, onmogeiyk te maken. Als
dat gelukt is, zal men den prys der petroleum
niet weinig zien stygen. Ze heeft dan de
handen vry en er zal betaald moeten worden
wat nu verloren wordt.
Waar het toch alechta een tydeiyk voordeel
is, wat wellicht in de naaste toekomst in
nadeel zal verkeeren, eindigt ondergeteekende
met bet beleefd doch dringend verzoek, dat
niemand meer zal medewerken om zooveel
gezinnen in armoede te dompelen en een
handel te steunen, welke beneden alles ls en
waarvan wy zelf de dupe zullen worden.
U, Mijnheer de Redacteur, dankzeggend voor
de plaatsruimte verbiyve ik,
Een Petroleum-Verbruiker,
Burgerlyke Stand vau Lelden,
BEVALLEN: O. Tegelaar geb. Van Boren Z.
M. Plame geb. Blanchard, D. AM. Collageb.
Van Leeuwen Z. C. 8mite geb. Hengstmengel
D. C. Olivier geb. Zaalberg Z.J. Van Santen
geb. Van Dijk D. C. J. Van Hoven geb. Ribot
L C. J. Stuifzand geb. Knynenburg D. AL
J. Van Eyken geb. Heemskerk Z. J. 0. Dreef
geb. Kriek D. W. baars geb. Tnrk D. J.
Van der Lelie geb. Van Dorsten D. AM.
Klinkhamer geb. Sloos D. E. Optendreea geb.
Vroom D. 8. De Graaf geb. Tiaseur L).J. E.
Ven der Zeeuw geb. Van Ae D. E. Prina geb.
Pjjnnaken D. T. Van der Meyden geb. Van
Wezenberg Z. 8. Mooten geb. Kraneveld D.
8. Kriek geb. Hanaelaar Z. 8. Van der Wilk
geb. De Haan Z. A. Nenteboom geb. Van der
Stoel D. A. AL Goddijn geb. Versteegen D.
A. C. M. Fano geb. Zomerdyk Z. M. M. v. d.
8teen geb. Angevaaren D. M. E. Sundermann
geb. Dernison Z. J. C. Van Weeren geb. Seller
2 Z. A. Christiaanse geb. Kiel Z. M. O.
Teljenr geb. Choufour D.
GEHUWD: J. Benmog w. en M. Stuivingajd.
G. Boom w. en J. Mieremet jd. H. B. v. d.
Keur jm. en J. Van Ulde id. W. N. Bink jm.
en W. Hazolboret jd. J. Van Ulden w. en L.
Prine jd. P. J. Kok jm. en E. Af. J. Van
Lansen jd.
OVERLEDEN: J. J. Vinkeatein Z. 1 j. G.
LaogevoM geb. Henzen W. 90 j. 0. Van Veen
D. 19 j. «LA P. Trel Z. 4 j. A Van der
Blij S. 74 j. S. Oudshoorn D. 11 m. C. AL
Sohimrael D. 19 m. A. Van West Z. 27 f.
C. J. Walle W. 74 j. G. Van den Bogaard Z.
8 j. E. Perné M. 63 j. A J asperse geb. Van
Wouw V. 83 i. J. M. Onvlee D. 19 m. A
8ypeetrjn geb. Schinitz W. 73 j. AL M. Roelandae
D. 21 m, M. J. Knijnenbnrg D. 6 w. E. M. By
D. 7 m. J. G. Oostenga Z. 1 ra. A Van
Kooperen D. 21 j. T. Prook geb. Van der Viach
V. 66 j. J. Oudehoorn M. 61 j. H. J. Mulder
Z. 1 j. M. Loinbart geb. Ruytera W. 89 j. v
J. H. Raabe M. 61 j. C. Ls Maitre D. 2 j.
J. Kokkedee geb. Maznrel W. 74 j. A L. Heuzen
Z. 8 m. J. P. Meiman Z. 8 m. J. B. Rombanfe
Z. 6 m. W. Postuma Z. 12j. C. Duk D- 5 m.
J. D. v. d. Meer D. 1 j. J. Dreef Z. 18 m.
J. H. A d. Tuin Z. 11 m. D. De Groot W. 82 j.
AARLANDERVEEN. BoraIIen: W. Barre-
ve'd geb. bol D.
Overleden: J. Krimpelman, D. 19 j, T.
Van Oosterom, Vr. vod D. Hoogendoorn, 40 j.
Gehuwd: J. Streefiand en G. 8 tig ter. P.
0. Sohellingerhout en AL Sohellingerhouk
ALFEN. Bevallen: W. A Van der Ent
Braat geb. Wolmerstett D. G. Van Zeyl geb.
Overes Z.
Overleden: A Zwart, X. 38 j- W. Van
Ooyen. Z. 8 j. D. Bahlmann. D. 15 j. - C. J.
Van der Ent Braat, D. 1 d. A- Rijneveld, D.
tl j. Lte Leiden). P. De Bruym, Lij.
BODEGRAVEN. Bevallen: J. Boerama geh
Heiasma Z. AL J. Weyers geb. Fortuin D.
O Bakker geb. Van Ueema Z. U. Do Kruyf
8eb. Oekam D. J. Rietveld geb. De Jong Z.
.Van Egdorn geb. O iterom D.
Overleden: G. Hoogendoom, 6 mnd.
HILLEGOM. Ondertrouwd: N. Uitendaal
en P. v. d. Ploeg. A \an Beaumont en M.
C. Van Biezen.
Bevallen: N. De Jong geb. Hurtog D. A
0. Goemans geb. Dirken Z. P. v. d. Welle geb.
De Groot Z. A. M. M. too geb. Van Wave-
ren 'L M. Mulder geb. Lommorae Z. M. P.
Meiland geb. Van Straten D. E. Van Engelen
Jeb. Poet Z. A. Klinkenberg gob. Zandvliet Z.
C. Huisman geb. Reumaurs Z.J.G-Duurmaa
geb, 8cholten Z. P. Raamsveld geb. Turcnhout
D. AL Kusman geb. Van Slem Z.
Overleden: J. Bouwmeester 5 mnd. P.
Kastien 95 j. H. C. Meyer It) uind.
NIEUWKOOP. Bevallen: J. Sern4 geb.
Zuidbroek D. A. M. Scbeliiagerhont geb.
Blom Z.
Overleden: D. Samaon. echtg. van A. Yan
Dam, 61 j. H. Scbeliingerhout, wed. v. E. Van
Maurik, 89 j.
NOORDVVIJK. Geboren: Sophia Wilkelmina
Maria, D. van H. De Groot en S. C. Van Rijn.—
Joban Karei, Z. v. P. H. v. d. Lippe en B. Scbrier.
Gehuwd: A. Steeuvoorden, jm. 23 j. en Th.
''Van der Wiel, jd. 24 j.
Overleden; A. Waasdorp 32 j., gob. met G.
Vermeulen. A. Caape* 39 j., geb. met M. Van
der Linden.
OUDSHOORN, Bevallen: D. M. Van Donk
geb. Huisman D. A. Den Hertog geb. Den
Hertog D. M. Kammeraad geb. Krop Z.
zooale die voorkomen in de „Daily Graphic
O
3
t>
a
o a
c®
O
O
o
o
11 Febr.
7
9
22
12
7
19
1
29
9
21
2
45
1*
3
4
1
14
16
11
-
-
11
16
Totaal.
UITLüTINtiEN. 2-pCte. 6eoteehe ioien van
1896 a Ir. 100. Trekking van 9 Fobr. 1901. Betaal*
baar 1 Ju i 1901. Geiro^keu eerieéo3996 5441
8886 11124 12204 12236 12816 13420 16U0 20278
20462 21630. Hoof (prezen0. 20276 n. 18 fr. 60.000,
e. 20278 n. 21 fr. 2600, s. 6441 n. 10 fr. 1000 a.
16460 n. 1 en e. 204g2 d. 12 elk fr. 5U0, a. 8995
n. 2, s. 8995 n. 4, e. 8886 n. 3. 8886 n. 23 e.
11124 n. 5 s. 11124 n. 16. e. 13204 n. 8, a. 12286
n. 7 s. 12236 n. 17, e. 12236 n. lt, e. 12235 n. 23,
0. 12335 n. 25, s. 13420 n. ii. e. 20276 b. 2, s.
20278 n. 6. e. 20278 n. 10. a. 30276 o. 92. e. 20278
n. 25, 0. 20462 u. 18. o. 21630 «lk Ir. 160.
De overige nummers, in boroneta..ede serieën
vervat zyn loebaar moi fr. 100»
Transvaal en Oranjc-Vryateat.
Het perskantoor van het Algemeen Neder
landsch Verbond te Dordrecht vraagt inlich
tingen omtrent de volgende personen
Dr. A. Jurriaanse, ambulance Ermeloo-
commando.; C. Scheepens, was ambt. Z.-A
S.-M. te Belfast, later op commando by het
verkenningakorp8 van TheronCornelia Breefc,
was ladingmeester by de Z.-A. 8.-M. te Johan
nesburg, op commando; Otto Bonsema, was
conducteur der Z.-A. S.-M. te Heidelberg, op
commando by generaal Botha; Johannes
Hendrik Qöbel, was werkzaam op het gouvsr-
nementsmyn-commi8aari8kantoor te Boksburg,
op commando; Hendrik "Willem Dykstra en
Bouke Willem Dykstra, beiden te Doorn kop
dlstr. iy denburg, op commando; Willem
Collard, op commandoJan Koudstaal, 60
jaar oud, te Modderfontein, was by de bezet
ting van Pretoria machinist in het hospitaal
voor de badverwarming; H. J, Van Eyk, te
Kaapmulden, op commando; Jan Van Halteren,
op commando en Conrad. H. Fr. Laudi, op
commando, woonplaats Jagersfontein O.-Y.-S.
MeJ. O. Dane, te Rotterdam, ontving van
onzea consul-generaal te Kaapstad, dd. 22
Januari, het volgend sohryven:
„Ik heb de eer u de ontvangst te berichten
van uw schryven van 8 dezer en kan u in
antwoord daarop mededeel en dat het op het
oogenbllk zoo goed als geheel onmogeiyk is.
goederen naar de Transvaal of Yrjjstaat te
verzenden. Er schynt inderdaad onder de in
kampen enz. door de Engelschen byeenge-
brachte Boerenvrouwen en kinderen veeL ge
brek te heerschen, ten minste in de Transvaal
en Vry staat; het comité hinr gevestigd, waar
van ook ik deel uitmaak, tracht door het
zenden van geld zooveel rogeiyk te helpen.
Indien n de bewuste goederen aan myn
adres wilt verzenden, dan zal ik zorg dragen
dat zy de bewuste personen zoo spoedig
mogeiyk bereiken; ik kan echter zelfs niet
by benadering bepalen wanneer dit het geval
zal zyn.
Mej. Dane is gaarne bereid, goederen en
geld voor de arme vrouwen en kinderen ln
ontvangst te nemen, en hoopt zoo spoedig
mogeiyk een paar kisten naar Zuld-Afrika te
kunnen zenden.
Aan een brief van den heer Versélewel de
Witt Hamer, kapitein by hot Hollandsch©
vrywilligerscorps, geschreven te 8L-Helena
den 18den Dec. 1900 aan den heer .1. Th. B.
Oanneel, vice-consul der Z.-Afr. Republiek t©
's-Gravenbage, wordt o. a. or tleend
De menecben m Nederland blyven, gelukkig
voor ons, hun bewyzen van sympathie niet
onthouden en ben ik thans dooreen vanwege
het Middelburgsche James-comite ontvangen
zending, in staat een kerstboom te houden
ln het kamp. Ook kucht ik voor de krygage-
vangenen een piano ter begeleiding van de
zangoefeningen on concerten, terwyi ik bet
plan heb een kleederr^akery en sckoenmakery
in het kamp op te rv-hten, waar de jeugdig©
Boeren een ambacht kunnen loeren. Ik heb
daartoe de hulp verzocht van gezegd Comité.
Hoofddoel by een oo ander ia by my, de
ledigheid en ldH-tid te beatryden en tot na
toe lukt my dat aardig. Onze scholen gaan
goed vooruit, waartoe lk het noodige verkryg
van de Zuid-Hollandsche Yereeniging voor de
Boerenkrygsgevangenen te Sliodrecht, Zwolle
steunt met geld, Arnhem met geld en goed
en Rotterdam is flink alt den hoek gekomen
met de laatste mail, waaruit ik dan ook den
keratboom opbouw. Den Haag was het eerste
mot ons een bezending te sturen, maar mocht
ik nimmer taal noch toeken meer hooren na
die eerste bezending. Wy zyn geenszins hope
loos omtrent dan uitslag.