IK 12567
Maandag 11 Februari.
A0. 1901.
jouraat wordt dagelijks, met uitzondering
van gon- en feestdagen, uitgegeven.
Fouilieton.
VERBODEN LIEFDE.
LEIDSCH
DAG-BLAD
PRIJS DEZER COURANT:
Voor Lelden per S maanden, i i i t i 1.10.
Buiion Leiden, per loopei en nul (genten gevestigd zyn 1.80.
Franco per poet .«teletieiiêntre 1.66.
PRIJS DER ADVERTENTIÈN:
Van 1-6 regela f 1.06. Iedere regel meer f 0.17$. Grootere
letters naar plaateruimte. Voor het incasseeren bulten de stad
wordt f 0.05 berekend.
3
Offlcl«olo itenuis^erlug;.
fioslelooze geneer en heelkundige
hulp aan onvermogenden.
Burgemeester en Wethouders van Leiden,
Gezien de artt. 1, 4 en 5 der Verordening van
20 Deo. 1900, betreffende het verleenen van koste-
leoze genees- en heelkundige hulp aan onver
mogend en;
breDgeu ter kennis van hen, die op grond van
onvermogen in aanmerking wenschen te komen
voer het ontvangen, zoo noodig, van koatelooze
fenees- en heelkundige halp, van 1 Mei 1901 tot
Mei 19u2, dat zij zioh ter verkrijging van het
daartoe sirekkead bewijs van onverwogen, zullen
moeten aanmelden ter Secretarie dezer gemeente
(Kamer No. 10);
dat die aanmelding zooveel mogelijk zal moeten
geschieden door het hoofd des gezins of indien
de belanghebbende ongehuwd is door hem of haar
^ersoonlyk,
- en dat gelegenheid daartoe zal worden gegeven
vóór of op 1 Maart a. s. en wel op Dinsdag en
Vrijdag van elke week, van des voormiddags negen
tot des namiddags vier uren.
Zij waarschuwen voorts den belanghebbenden
ïich op den bovouaangegeven tijd aan te melden,
zullendo zy het, bri niet tijdige aanmelding, zioh-
zelven te wgten hebben, indien zy in het verkrijgen
van genees- of heelkundige hulp vertraging onder
vinden.
Burgemeester en Wethoudors voornoemd,
Leiden, F. WAS, Burgemeester.
28 Jau. 1901- VAN HÈYS'i, Secretaris.
Leiden, 11 Februari.
Naar aanleiding van het verzoek van
<5r. Fr. Sshreinemakers om eervol ontslag uit
z(jn betrekking van leeraar aan de Kweek
school voor onderwijzers en onderwijzeressen
en van de daaromtrent uitgebrachte adviezen
van de districtsschoolopziener en van den
directeur der Kweekschool, geven B. en Ws.
In overweging aan adressant op z^Jn verzoek
met ingang van 1 Maart a. 8. op de meest
eervolle w(jze ontslag te verleenen uit ge
noemde betrekking.
Verder deelen zü mede, dat, naar het hun
voorkomt, billijkheidshalve wel termen aan
wezig zijn om gunstig te beschikken op het
verzeok van den heer J. P. Riedel om resti
tutie van het door hem over hot 8de eu 4de
kwartaal van den loopenden cursus betaalde
schoolgeld voor zijn zoon, vroeger leerling der
Hoogere Burgerschool voor Jongens. Mitsdien
geven z(J in overweging aan adressant resti
tutie van betaald schoolgeld te verleenen, ten
bedrage van f 30.
In verband met hot verzoek vaD den heer
A. Van der Jagt, 3den onderwijzer aa i de
openb. lagere school der 8de klasse No. 1,
en van het daaromtrent door het hoofd d&r
■chooi uitgebracht advies, geven B. en Ws.
tevona in overweging aan adresBrmt op L(jn
verzoek, op grond van ongeschiktheid voor
de verdere waarneming zijner betrekking uit
hoofde van lichaamsgebreken, oer vol ontslag
te vorleeson met bepaling, dat dit ontslag zal
geacht worden to zijn ingegaan op I Febr. 11.
Ook Btellen zy voor gunstig te beschikken
©p de verzoeken van de heeren T. H. A. Sabron
©n R. Rientsma, om terugbetaling van school
geld lager onderwys, omdat de dochter van
eerstgenoemde wegens vertrek uit deze ge
meente en de kinderen van laatstgenoemde
wegens vestiging alhier, het onderwas hier
ter stede resp. gedurende twee maanden en
een maand van hot kwartaal niet hebben
genoten. De restitutie is resp. ten bedrage
van f 10 en f 3.
Medegedeeld wordt, dat by B. en Ws. geen
bezwaar bestaat tegen inwilliging van het
verzoek van het bestuur der Leidsche Schiet
vereniging Willem Teil", mits aan de ver
gunning dezelfde voorwaarden worden ver
bonden, de8tyds by Raadsbesluit van 17 Mei
1900 opgelegd aan de Yereeniging „Ons
Vaderland".
Mitsdien geven zy in overweging aan ge
noemde Scbietvereoniging tot wederopzeggens
toe vergunning te verleenen om het gymnas
tieklokaal der school 8do klasse No. 4 te
gebruiken voor het houden van schietoefe
ningen op Maandagavond van 8 tot 10 uren.
De volgende meisjes hebben met goed
gevolg examen afgelegd voor de hulpakte van
be waai. schoolhouders aan de Kweekschool
tot opleiding van Bewaarschoolhouderessen
te Leiden: Gerritje Airink, van Almeloo;
Johanna van den Berg, van Leiden; Cornelia
den Boer, van Breukelen; Anna Dekkers,
van Rotterdam; Hendrik» van Duuren, van
Leiden; Mina van Duuren, van LeidenLouise
de Gaay Fortman, van Leiden; Cornelia Hissing,
van O.-Indiö; Sientje Koopmans, van Arnhem
Emma Mekking, van Arum; Amalia Müller,
yan O.-Indiö; Jeanne Prahèn, van O.-Indië;
Agatha Romyn, van Haarlem; Geertruida
van der Veen, en Margaretha Velthuyaen,
van Leiden.
De opvoering van het oude Bprookje
„Doornroosje" had Zaterdagavond een talryk
publiek naar den schouwburg gelokt. Loge,
baignoire en parterre waren geheel gevuld.
Na het vele geheimzinnige, dat men er in de
laatste dagen van had gehoord, was de belang
stelling dan ook hoog gespannen.
De namen van twee onzer stadgenooten
waren er ln een voorname plaats aan ver
bonden: mevrouw J. M. Van Groningen—Van
Koningsveld had het sprookje voor zangspel
en de heer Jan G. Striening had dit weer
muzikaal bewerkt.
De uitslag was, dat het succes van het ge
heel niet te ontkennen viel. Tot dat geheel
werkte eveneens in niet geringe mate mee
de uitstekende verzorging wat decoratief on
kostumes betreft. Hot stuk was goed aan
gekleed. Sommige toonGc'.en boden inderdaad
een schitterenden aanblik, zooals dat in een
sprookje behoort. Hoe aardig dansten die elfjes,
die ouderen een voorbeeld gaven hoe men
zich over het toonoel moet bewegen. Hoe
kinderiyk was wat zy gaven I Kinderlyk zullen
veleu zich trouwens dat sprookje hobben voor
gesteld, ondanks het minder kinderlijke, dat
er den boventoon voert. Maarmen bedenke
hot is een zangspel.
De heer Striening heeft van don verdienste-
ïyken tekst een niet minder verdienstelijk
gebruik gemaakt. De muziek klinkt aange
naam en de afwisseling yan den Elfjes-daos
had naar moer dergciyks doen verlangen.
Vei schaidonbeid heelt aliyd iets aantrekkeiyks.
De dames, die welwillend haar mede werking
verleenden, droegen in hocgo mato tot het
welslagen van den avond by, al ware moor
natuurlykheld, minder gedwongenheid van
enkelen den indruk ten goede gekomen. Was
mogeiyk de tyd van voorbereiding en leiding
te kort?
Niettemin geeft dit eerste werk op dit gebied
van den componist goede hoop op meer.
Het orkest deed ook goed, maar had de
vry groote pauzen tuaschon de niet groote
badryven misschien wel wat kunnen aan
vullen nu het bleek, dat er zuike bo3to
krachten onder waroo.
Luide by val viel den drie bedryven ten
deel en aan het slot werd Doornroosje oen
bloemstuk aangeboden.
Blijkens achterstaande advertentie bestaat
het plan Zaterdagavond een tweede opvoe
ring te geven, dan tegen verminderde pryzen
en weer voor een liefdadig doeL Zeker een
zeer welkome tyding voor hen, die den
eersten avond verhinderd waren.
Evenals vorige Jaren gaf de Leidsche
gymnastiek- en schermvereeniging „Heroules"
Zaterdag-avond ter gelegenheid van haar
15-jarig bestaan, een uitvoering in de Stads-
zaal, welke daarvoor zooala gewooniyk in
feestdos was getooid.
De byeenkomsfc werd door den voorzitter
geopend met een harteiyk welkom aan de
aanwezigen. Terloops wees spreker op den
tameiyk gunstigen toestand en spoorde allen
aan, tot den bloei der Vereeniging te biyven
medewerken.
Met de belangryke mededeeling, dat de
Regoering aan de verschillende gymnastiek
verenigingen een subsidie had toegezegd, ein
digde de voorzitter zyn toóspraak.
Daarna werd een aanvang gemaakt met de
door hoofd- en adsplranten-afdeeling uit te voe
ren standen en oefeningen, aan rek en ringen.
Het eerst© nummer had reeds veel succes,
zynde een stand In den Worm van een H
(Hercules), welke dan oo£: uitbundig werd
toegejuicht.
Om beurten werd verder hen geheelen avond
door hoofd- en adsplrantemafdeeling flink ge
werkt; o. a. de uiterst móeiiyke stand, door
den heer W. uitgevoerd, slaagde evenals vorige
malen uitmuntend.
Even voor de pauze werden allen aange
naam verrast, doordat namens den heer Van
Kempen, den voorzitter een bronzen herinne
ringsmedaille werd aangeboden.
Daarna werd door een comité uit een deel
van de leden den eere-voorzitter, den heer D.,
uit erkenteiykheld voor zyn onvermoeid streven
om steeds den bloei der Vereeniging te be
vorderen, een prachtig gouden remontoir-horloge
met inscriptie vereerd, hetwelk dankbaar door
hem werd aanvaard.
Na de laatste werkzaamheden, waarin vooral
zes leden dor hooldafdeeling uitblonken,
kwamen de vier tableaux viv&nts van „de
heilige Ssverinua" aan de orde; alle werden
byzonder mooi uitgevoerd, zoodat zy dan ook
veel byval verwierven; (alleen dit belooft reeds,
dat de bezoekers van de Stadsgehoorzaal
hedenavond eouige aangename uren zullen
doorbrengen).
Toon ook dit ten einde was, werd met een
zoor geanimeerd bal, dat tot den morgen
duurde, de uitvoering, die als uitstekend ge
slaagd mag worden oeschouwd, besloten.
„ll&rculea" heeft ook dezen keer weder
bewezen haar ouden roem be kunnen hand
haven.
Uit Rotterdam wordt ons geseind, dat
Willem Van Zuylen hedennacht is overleden.
Hy was een Nederiand8ch tooneelspeler, die
zich vooral in hot komische genre naam heeft
gemaakt. iiy werd 8 April 1847 in Den Haag
gobcrou.; in zyn jougd was hy figurant by
verechiliiado tooneelgezelschappen en ventte
by overdag op straat verschillende koopwaren.
Op zoventienjangen loeftyd kwam hy te Rot
terdam, waar hy Insgelijks op allerhande wyzen
aan den kost trachtte te komenzelfs had hy
reeds het plan opgevat als koksmaat naar
Indië to vertrekken. De tooneelspeler J. Ed.
Do Vries ontfermde zich echter over hem en
aan hom, maar vooral aan den tooneelspeler
Albregt, heeft Van Zuylon hot te danken, dat
hg aan den Rottordamschen schouwburg steeds
hooger opklom en telkens aanzieniyker rollen
te vervullen kreeg. In 1874 ging hy van dit
gezelschap over naar den Kleinen Schouwburg,
waarvan hy met Le Gras en Haspels het
bestuur uitmaakte. In 1881, nadat het drie
manschap ondertu8schon was verhuisd naar
den Grooten Schouwburg, gingen Le Gras,
Haspels en Van Zuylen uiteen en laatst
genoemde stichtte een nieuw Rotterdamsch
tooneelgezelsohap onder directie van Willem
Van Zuylen, waarvan de openingsvoorstelling
2 Sept. 1881 plaats had met „Een gril" en
„Vriend Fritz". In 1884 schreef Van Zuylen
een tooneelepel in 4 bedryven, getiteld: „'tls
maar een smid"; maar noch het succes, dat de
leden met dit stuk, noch de byval, dien zy met
andere verwierven, waren ln staat de geld
middelen van het gezelschap in goeden toe
stand te brongen, De Vereeniging werd ont
bonden en Van Zuylen kwam als acteur by
de „Veresnigde Rotterdamsche tooneellsten,
directie Le Gras en Haspels"; hier bleef hy
tot 1890, toen het gezelschap van den Tivoli-
schouwburg hem wist te bewegen zichdaarby
aan te sluiten. Tot 1893 gaf hy by dit
gezelschap zyn gastvoorstellingen, waarna hy
opnieuw by Le Gras en Haspels overging.
In den zomer van 1895 trad hy als gast op
ln de voorstellingen, die het gezelschap van
Chrispyn ln Bedyn en andere Duitsche steden
gaf. Niet ten onrechte heeft men Van Zuylon
den „Nederlandschen Coquelln" genoemd. Zyn
plastisch talent was zeer groot. Aan uitstekende
mimische gaven paarde hy die eigenaardige
zeggingskracht, die het komische het juiste
effect teweeg doet brengen. Vandaar dan ook,
dat hy by het Nederlandsch publiek als voor
voordrager en als tooneelspeler algemeen
bemind was.
De Di 1 sche Keizer heeft benoemd:
tot ridder 3de kl. in de orde van den
Rooden Adelaar de heeren J. M. Voorhoeve,
directeur van de Noord-Brabant-Duitsche Spoor-
wegmaaty.; E. J. B. M. Engerlngh, chef van
den dienst der exploitatie by de M. t. E. v. S.-S.
tot ridder 3de klasse in de orde van de
Kroon de heeron O. Walraven, inspecteur der
exploitatie by do M. t. E. v. S.-S. te Breda;
on J. Wilkeus, inspecteur by de stoomvaart-
maatechappy „Zeeland" te Viiesingen;
tot ridder 4de klasse lu de orde van de
Kroon den heer Roodzaut, commandant van
een der stoomschepen der „Zeeland"*
Minister Creraer heeft de hem door de
Vryzinnige Centrale Kiesvereeniging te Bever-
wyk aangeboden candidatuur van de Tweede
Kamer aanvaard.
- De Katholieke kiesvereeniging te Beverwyk
heeft den heer W. 0. J. Passtoors candidaat
gesteld.
Door de commissie uit oud-leerlingen en
vrienden van wyieu prof. A. Huet, hoog
leeraar aan de polytechnische echool te Delft,
is het plan uitgewerkt om een gedenkteeken
te zyner nagedachtenis te stichten. Dit zal
bestaan in een monumentale bank met bas
reliëf buste, uitgevoerd in natuursteen, naar
het ontwerp van den heer A. le Comte.
Genoemde oommissie heeft zich tot den
gemeenteraad te Delft gewend mot het ver
zoek, deze bank te mogen plaatsen aan de
noordelijke Avenue en haar daarna aan de
gemeente te mogen overdragen.
Het tydschrift, waarvan wy vroeger reeds
melding gemaakt hebben, zal met 1 Mei ver-
schynen by de trma Do Erven F. Bohn onder
den titel van „Onze Eeuw". De redactie zal
bestaan uit de heeren P. J. Blok, P. D. Chantepie
de la Saussayo, G. F. Haspels, E. B. Kielstra,
H. Smissaert, \V. Van der Vlugt en B. H. 0.
K. Van der Wyck.
Do heer W. Ezerman, organist der Groote-
of St.-Bavokerk te Haarlem, is benoemd tot
vice-voorzitter der Nederl. Organisten-Vereeni-
ging-
Het bestuur is thans als volgt samengesteld:
Jos. A. Verheyen, Arasterdam, Voorzitter;
W. Ezerman, Haarlem, vice-voorzitterW. De
Vries, Nymegen, lste secretaris; Joh. M.
Diedrich, 's-Bosch, 2de ld.; A. Pomper, Am
sterdam, lste peDningm.; J. C. Braspenning,
ld., 2de penningm.; J. A. Scholte, id.muziek-
commissaris.
Dr.- C. Hofstede de Groot heeft zich
Zaterdag middag naar Italië begeven, om zich
aldaar eenige maanden op te houden tot het
instellen van onderzoekingen tn de groote
musea en in particuliere schilderyen-kabinetten.
President Kruger woonde gistermiddag
een godsdienstoefening by, welke werd
gehouden in een der lokalen van het hotel.
Ds. M. Van Minnen, predikant by de Gere
formeerde kerk te Utrecht, trad op als voor
ganger.
Het stoomschip „Bergedorf", van Java
naar Amsterdam, vertrok 8 Febr. van Port-
Said; de „Koningin-Regentes", van Batavia
naar Amsterdam, passeerde 10 Febr. Dunge-
ness; de „Madura", van Amsterdam naar
Batavia, passeerde 10 Febr. Dungeneas; de
„Prinses Sophie", van Amsterdam naar Batavia,
passeerde 9 Febr. Gibraltar; de „Puritan'*
(Holland-Amerika-iyn) vertrok 9 Febr. van
Newport News naar Amsterdam; de „Staten
dam" vertrok 10 Febr. van Nleuw-York naar
Rotterdam met 1500 vaten margarine en 800
vaten reuzei; de „Storfond" (Holland-Amerika-
lyn), van Amsterdam naar Newport News,
passeerde 10 Febr. Lizard; de „Java", van
Batavia naar Amsterdam, arriveerde 9 Febr.
te Marseille.
Alfen. Alhier is een liberale kiesvereeniging
opgericht, na een tydvak van ongeveer 10
jaar, waarin de liberalen in deze gemeente
niet georganiseerd waren.
Boskoop. Het beroepen van predikanten
en het benoemen van ouderlingen en diakenen
is door de Ned.-Herv. Gemeente, by stemming,
opnieuw voor den tyd van 10 jaren opge
dragen aan een kiesoollege en dus niet aar
den kerkeraad.
Hazerswoude. De huwelijksvoltrekking van
H. M. de Koningin werd gistermorgen in de
Roomsch-Katholieko kerk, na de LL Mis op
plechtige wyze herdacht door het „Te-Deum
laudamus", gevolgd door het vierstemmig
koorgezang: „Domino salvum fao reginam
nostram", van A. Van Giesen, dat, door het
zangkoor op verdienstelijk© wyze uitgevoerd,
op de aandachtige schare een hartverheffenden
indruk maakte. Moge er nog monlgmaal ge
legenheid bestaan, om dit sohoone lied, waarin
het behoud onzer Voretln van den Hemel
wordt afgebeden, binnen heilige wanden to
doen herbalen.
Op Donderdagavond, 15 Februari a. a.,
zal dr. B. Van Moer, Ned.-Herv. predikant to
Utrecht, in „Öalvatori" optreden met een
lezing over „den H. Doop". Aanvang te
halfzeven.
De heer D. De Wit, onderwyzer alhier,
is benoemd aan een Christelijk© school te
Amsterdam en heeft dientengevolge tegen
1 April a. s. eervol ontslag aangevraagd.
Kaag. Met algemeene stemmen hebben de
stemgerechtigden der gemeente Kaag besloten
voor de eerstvolgende tien jaren het kiezoD
van kerkeraadsleden en het beroepen van een
predikant aan den kerkeraad over te laten.
Tot ouderling is herkozen de heer W.
H. Lely veld, thans tydeiyk workzaam aan het
stoomgemaal Cruquius, en tot diaken de heer
P. Van Nieuwkoop Dz.
19)
Doch het wilde voornemen kwam niet tot
uitvoering. Als een looden hand drukte de
matto werkeiykheid haar naar omlaag. Ach
neen, zoo iots kon ze niet doenl Dat ware
onrrouwelykl Onvrouwelijk!? Altijd, altijd ie
er een vooroordeel in den weg, als het gaat
cm het geluk van een geheel leven.
Bitter glimlachte Sabine en boog zich onder
het jak.
Alles was in haar gebroken, zelfs de moed
om hem terug te schrijven.
Ook van Suzanna Osterroth kwam een
brief, die vrees en onteteltenis ademde.
,In welk doolhof ben je gevangen
geraaktl Het lijkt mij verschrikkelijk I
En je waagt het, aan een verbintenis
met hem te denken?! Vergeet je, dat
Leo eenmaal geen kind meer zal zijn,
maar man? Ik betwijfel niet, dat Achlm
von Köiiogg voor je kindoren een goede
vader zou zyn, beter waarschynlyk dan
mijn neef is geweest; de kinderen zouden
mogeiyk den nieuwen papa verafgoden.
Maar later? Als Leo volwassen is? Als
hy dan verneemt: uw vader viel in een
duel, en hy, dien ge zoo dikwyis gekust
hebt, dien ge liefhebt die schoot uw
eigen vader doodl.... Zal de liefde dan
niet veranderen ln verontwaardiging; zal
het niet zyn, of men hem bedrogen heeft?
Wat zal je hem dan zeggen? Hoe zal je
hem dan ln de oogen zien?
Beantwoord je-zelve al die vragen I
.Lief»te Sabine, ik geloof, dat er nog
maar één rodmiddel iB: de vlucht. Je
moet weg van Mühlau. Het is moeilyk;
maar ik zal met oom Frits spreken;
zonder je geheim te verraden zal ik hem
zeggen, dat Mühlau je doodt. Hy komt
dezer dagen te Berlyn. Ik heb een ge
voel, dat ik je redden moet. Bezin je toch;
opon je oogenl"
Een stem in Sabine's binnenBte riep: „Zy
heeft geiyk, duizendmaalI Ja, zoo is het; zoo
zal het komen.".
Doch haar trots wilde die stem niet hooren.
Niemand verstaat myi Voert dan de harts
tocht naar zulke eenzame hoogten, dat men
aan het oog van andere menschen ontsnapt?
dacht zjj.
En zy kwam zichzelve grootor voor dan de
anderen, daar zy gevoelde, dat ze haar niet
zouden begrypen, terwyi hetgeen er ln haar
gloeide, niets kleins of kleinzieligs was.
Eens keerde zy terug naar de stad, om te
gaan kyken naar de oudelui. Haar vader leed
aan rheumatlek, en als hy daarvan een vor-
maning kreeg, wae hy lastig en prikkelbaar
en had haar moeder bygevolg ook geen prettig
leventje.
Zy vond echter de oudjes tameiyk wel;
ze misten hun dochter niet; Guste voldeed
volkomen aan hun bescheiden behoeften. De
oude vrouw liet zich zelts ontvallen, dat het
„nu zoo prettig stil in huis wae".
Toen zy naar „HeinsdorfF' terugkeerde, ge
voelde zy zich vreeselyk droefgeestig.
„Waarheen ik my wend", zei ze tot zich
zelve, nergens is een plaats voor my in het
leven. Ik word enkel geduld. Ik heb niet eene
het recht, lief te hebben wien ik wil".
Zy kwam onderweg Hallendorf tegen, die
te paard was. Hy hield zyn paard in by haar
rytulg en beklaagde zich, dat hy een ver
geefsche reis naar „Helnsdorf' had gemaakt,
wyi zy er niet was.
Sabine begreep niet geheel wat haar dreef;
maar haar trof de gedachte: Als ik weer
trouwde; byvoorbeeld met dien man? Dan was
alles voorby: hoop, smart, het gevoel van
nergens thuis te zyn. Trots en hoonend kan
ik dan Achlm te gemoet treden en hem toouen:
Gy hadt geen moed, zie wat ik nu gedaan heb 1
VriendelUk lachte zy Hallendorf toe. Hy
zag niet, dat enkel de mond lachte, gekun
steld, zonder innigheid.
Hy wae gelukkig en waande zich dicht by
het doel. Hy besloot, nog vóór do manoeuvres
het jawoord te vragendan konden ze in den
herfst trouwen.
Op „Heinsdorf' vond Sabine Martha en
haar moeder. Zy leerde het meisje meer en
meer kennen als flink en practisch, warm
van hart en onzelfzuchtig, Juist de vrouw om
haar broedor gelukkig te maken. Doch het
was om zenuwachtig te worden, het gevry
der jongelui aan te zien. Aldoor stonden ze
hand ln hand, hy met den arm om haar
heen geslagen of zy tegen zyn schouder ge
leund. Het hinderde haar, dat er ook menschen
waren, die zoo ongehinderd hun kalm, stil
geluk aan de wereld mochten toonen. By hen
kwam de stroom niet buiten de oevers; zy
kenden geen vertwUfeling of harteleedl
Na een slapeloozen nacht voelde zy zich
den volgenden ochtend als vernietigd.
„Ik kan niet meerl" zuchtte zy.
Daar bracht de morgenpost een brief, welks
adres haar reeds alle kalmte deed verliezen.
Juist zaten de kinderen by haar, te babbelen
en te vragen, met onultputteiyke weetgierig
heid; zy stuurde hen weg om te gaan kyken,
of oom Reinald al van ïtfn tnspectterlt
terug was.
Die brief gal haar het leven terug.
„Waarde, zeer geachte MevrouwI
„Op myn letteren, die lk u veertien
dagen geloden zond, heeft u gezwegen.
Ik mocht niet anders vervrachten. Al
sohynt dat echryven rnU ook te verbie
den, my nogmaals tot u te wenden, moet
lk toch gehoorzamen aan een angetig ge-
vool. Ik hoor telkens zeggen, dat u er
vereohrlkkeiyk lijdend uitziet. Ik bid u:
stel my met een enkel woord gerust om
trent uw gezondheid. 'tSchynt my, dat
het noodlot my bestemd hoeft om de oor
zaak van al uw leed te zyn, en ik kan
de vrees niet overwinnen, dat myn brief
van onlangs al te zeer de herinnering
aan uw verlies heeft verlevendigd. Vergis
lk my, vergeef dan myn indringendheid en
straf ml) met uw etllzwygen. Byna
sohynt het, dat ik my inderdaad vergiste;
want Hallendorf, die zeer openhartig over
allerlei Intieme zaken spreekt, zinspeelt
op een aanstaande verloving. Wordt dat
bewaarhold, dan weet u, Mevrouw, wie
met bloedend hart, doch hl heil igon ernst
des Hemels zegen over u afsmeekt l
Waarom zou hy er niet naar streven, u
gelukkig te maken?
Mag ik een onkel woord omtrent uw
gezondheid vernemen?
Hoogachtend,
Uw toegenegen
A. v. K."
„Hoe goed kent hy myi" dacht Sablne
verheugd. „Zoo scherp ziet alleen de liefde.
Hy was bang, dat lk uit trots met Hallendorf
zou trouwenen lk dacht werkeiyk twee
minuten daaraan 1 Z|jn Jaloezie het hem geen
rust, misschien ook bezorgdheid Diet.
Leng dacht zy er over na, of de plaats,
waar hy op haar „verlios" duidde, niet maar
oen beleefdheidsvorm was, of dat hy Inder
daad in de meening verkeerde, dat zy in haar
man een geliefden levensgezel had verloren.
Zy antwoordde nog dienzelfden middag het
volgende:
„Wat moet ik zoggen aan een man,
die my bekende, dat hy een gevaar ont
vlucht? Ik dacht altyd, dat het mannen
plicht was, het gevaar niet te schuwen.
U zei my zoo dikwyis, dat lk over uw
goed on levon beschikken kon, en u
ontneemt my de weldaad, nu en dan vry
met u te mogen spreken. Want u alleen
weet, hoe eenzaam ik ben. Met u alleen
mag en kan ik, juist door het vreemde
lot, dat ons te gelyk verbindt en soheidt,
alles bespreken. Juist ln deze oogenblik-
ken heb ik behoefte aan een vriend, die
mU raadt.
Dat myn leven zéd niet verder kan
gaan, is my duideiyk: myn oudere tot
laat, by myn broer maar een gast, zon
der eigeniyk tehuis. De mynen zyn goed
voor my, en ze zyn ryk bovendien, toch
derft m(jn hart en ben lk arm als een
bedelares.
Wilt u my een uur schenken, opdat
lk u myn vroeger leven kan openbaren 1
Indien wy daarna afstand doen van eiken
persoonlyken omgang, laten we dan niet
schelden ln den vorm, dien uw brief van
onlangs my opdrong, niet als vluchtenden,
maar ale menschen, die het onvermyde-
ïyke erkennen.
Morgenavond moet lk myn broeder
vergezellen naar „Wendeesen", maar
evermorgenavond wacht lk u.
Sablne.
(Wvrdl vervolgd.)