IK 12567 Maandag 11 Februari. A0. 1901. jouraat wordt dagelijks, met uitzondering van gon- en feestdagen, uitgegeven. Fouilieton. VERBODEN LIEFDE. LEIDSCH DAG-BLAD PRIJS DEZER COURANT: Voor Lelden per S maanden, i i i t i 1.10. Buiion Leiden, per loopei en nul (genten gevestigd zyn 1.80. Franco per poet .«teletieiiêntre 1.66. PRIJS DER ADVERTENTIÈN: Van 1-6 regela f 1.06. Iedere regel meer f 0.17$. Grootere letters naar plaateruimte. Voor het incasseeren bulten de stad wordt f 0.05 berekend. 3 Offlcl«olo itenuis^erlug;. fioslelooze geneer en heelkundige hulp aan onvermogenden. Burgemeester en Wethouders van Leiden, Gezien de artt. 1, 4 en 5 der Verordening van 20 Deo. 1900, betreffende het verleenen van koste- leoze genees- en heelkundige hulp aan onver mogend en; breDgeu ter kennis van hen, die op grond van onvermogen in aanmerking wenschen te komen voer het ontvangen, zoo noodig, van koatelooze fenees- en heelkundige halp, van 1 Mei 1901 tot Mei 19u2, dat zij zioh ter verkrijging van het daartoe sirekkead bewijs van onverwogen, zullen moeten aanmelden ter Secretarie dezer gemeente (Kamer No. 10); dat die aanmelding zooveel mogelijk zal moeten geschieden door het hoofd des gezins of indien de belanghebbende ongehuwd is door hem of haar ^ersoonlyk, - en dat gelegenheid daartoe zal worden gegeven vóór of op 1 Maart a. s. en wel op Dinsdag en Vrijdag van elke week, van des voormiddags negen tot des namiddags vier uren. Zij waarschuwen voorts den belanghebbenden ïich op den bovouaangegeven tijd aan te melden, zullendo zy het, bri niet tijdige aanmelding, zioh- zelven te wgten hebben, indien zy in het verkrijgen van genees- of heelkundige hulp vertraging onder vinden. Burgemeester en Wethoudors voornoemd, Leiden, F. WAS, Burgemeester. 28 Jau. 1901- VAN HÈYS'i, Secretaris. Leiden, 11 Februari. Naar aanleiding van het verzoek van <5r. Fr. Sshreinemakers om eervol ontslag uit z(jn betrekking van leeraar aan de Kweek school voor onderwijzers en onderwijzeressen en van de daaromtrent uitgebrachte adviezen van de districtsschoolopziener en van den directeur der Kweekschool, geven B. en Ws. In overweging aan adressant op z^Jn verzoek met ingang van 1 Maart a. 8. op de meest eervolle w(jze ontslag te verleenen uit ge noemde betrekking. Verder deelen zü mede, dat, naar het hun voorkomt, billijkheidshalve wel termen aan wezig zijn om gunstig te beschikken op het verzeok van den heer J. P. Riedel om resti tutie van het door hem over hot 8de eu 4de kwartaal van den loopenden cursus betaalde schoolgeld voor zijn zoon, vroeger leerling der Hoogere Burgerschool voor Jongens. Mitsdien geven z(J in overweging aan adressant resti tutie van betaald schoolgeld te verleenen, ten bedrage van f 30. In verband met hot verzoek vaD den heer A. Van der Jagt, 3den onderwijzer aa i de openb. lagere school der 8de klasse No. 1, en van het daaromtrent door het hoofd d&r ■chooi uitgebracht advies, geven B. en Ws. tevona in overweging aan adresBrmt op L(jn verzoek, op grond van ongeschiktheid voor de verdere waarneming zijner betrekking uit hoofde van lichaamsgebreken, oer vol ontslag te vorleeson met bepaling, dat dit ontslag zal geacht worden to zijn ingegaan op I Febr. 11. Ook Btellen zy voor gunstig te beschikken ©p de verzoeken van de heeren T. H. A. Sabron ©n R. Rientsma, om terugbetaling van school geld lager onderwys, omdat de dochter van eerstgenoemde wegens vertrek uit deze ge meente en de kinderen van laatstgenoemde wegens vestiging alhier, het onderwas hier ter stede resp. gedurende twee maanden en een maand van hot kwartaal niet hebben genoten. De restitutie is resp. ten bedrage van f 10 en f 3. Medegedeeld wordt, dat by B. en Ws. geen bezwaar bestaat tegen inwilliging van het verzoek van het bestuur der Leidsche Schiet vereniging Willem Teil", mits aan de ver gunning dezelfde voorwaarden worden ver bonden, de8tyds by Raadsbesluit van 17 Mei 1900 opgelegd aan de Yereeniging „Ons Vaderland". Mitsdien geven zy in overweging aan ge noemde Scbietvereoniging tot wederopzeggens toe vergunning te verleenen om het gymnas tieklokaal der school 8do klasse No. 4 te gebruiken voor het houden van schietoefe ningen op Maandagavond van 8 tot 10 uren. De volgende meisjes hebben met goed gevolg examen afgelegd voor de hulpakte van be waai. schoolhouders aan de Kweekschool tot opleiding van Bewaarschoolhouderessen te Leiden: Gerritje Airink, van Almeloo; Johanna van den Berg, van Leiden; Cornelia den Boer, van Breukelen; Anna Dekkers, van Rotterdam; Hendrik» van Duuren, van Leiden; Mina van Duuren, van LeidenLouise de Gaay Fortman, van Leiden; Cornelia Hissing, van O.-Indiö; Sientje Koopmans, van Arnhem Emma Mekking, van Arum; Amalia Müller, yan O.-Indiö; Jeanne Prahèn, van O.-Indië; Agatha Romyn, van Haarlem; Geertruida van der Veen, en Margaretha Velthuyaen, van Leiden. De opvoering van het oude Bprookje „Doornroosje" had Zaterdagavond een talryk publiek naar den schouwburg gelokt. Loge, baignoire en parterre waren geheel gevuld. Na het vele geheimzinnige, dat men er in de laatste dagen van had gehoord, was de belang stelling dan ook hoog gespannen. De namen van twee onzer stadgenooten waren er ln een voorname plaats aan ver bonden: mevrouw J. M. Van Groningen—Van Koningsveld had het sprookje voor zangspel en de heer Jan G. Striening had dit weer muzikaal bewerkt. De uitslag was, dat het succes van het ge heel niet te ontkennen viel. Tot dat geheel werkte eveneens in niet geringe mate mee de uitstekende verzorging wat decoratief on kostumes betreft. Hot stuk was goed aan gekleed. Sommige toonGc'.en boden inderdaad een schitterenden aanblik, zooals dat in een sprookje behoort. Hoe aardig dansten die elfjes, die ouderen een voorbeeld gaven hoe men zich over het toonoel moet bewegen. Hoe kinderiyk was wat zy gaven I Kinderlyk zullen veleu zich trouwens dat sprookje hobben voor gesteld, ondanks het minder kinderlijke, dat er den boventoon voert. Maarmen bedenke hot is een zangspel. De heer Striening heeft van don verdienste- ïyken tekst een niet minder verdienstelijk gebruik gemaakt. De muziek klinkt aange naam en de afwisseling yan den Elfjes-daos had naar moer dergciyks doen verlangen. Vei schaidonbeid heelt aliyd iets aantrekkeiyks. De dames, die welwillend haar mede werking verleenden, droegen in hocgo mato tot het welslagen van den avond by, al ware moor natuurlykheld, minder gedwongenheid van enkelen den indruk ten goede gekomen. Was mogeiyk de tyd van voorbereiding en leiding te kort? Niettemin geeft dit eerste werk op dit gebied van den componist goede hoop op meer. Het orkest deed ook goed, maar had de vry groote pauzen tuaschon de niet groote badryven misschien wel wat kunnen aan vullen nu het bleek, dat er zuike bo3to krachten onder waroo. Luide by val viel den drie bedryven ten deel en aan het slot werd Doornroosje oen bloemstuk aangeboden. Blijkens achterstaande advertentie bestaat het plan Zaterdagavond een tweede opvoe ring te geven, dan tegen verminderde pryzen en weer voor een liefdadig doeL Zeker een zeer welkome tyding voor hen, die den eersten avond verhinderd waren. Evenals vorige Jaren gaf de Leidsche gymnastiek- en schermvereeniging „Heroules" Zaterdag-avond ter gelegenheid van haar 15-jarig bestaan, een uitvoering in de Stads- zaal, welke daarvoor zooala gewooniyk in feestdos was getooid. De byeenkomsfc werd door den voorzitter geopend met een harteiyk welkom aan de aanwezigen. Terloops wees spreker op den tameiyk gunstigen toestand en spoorde allen aan, tot den bloei der Vereeniging te biyven medewerken. Met de belangryke mededeeling, dat de Regoering aan de verschillende gymnastiek verenigingen een subsidie had toegezegd, ein digde de voorzitter zyn toóspraak. Daarna werd een aanvang gemaakt met de door hoofd- en adsplranten-afdeeling uit te voe ren standen en oefeningen, aan rek en ringen. Het eerst© nummer had reeds veel succes, zynde een stand In den Worm van een H (Hercules), welke dan oo£: uitbundig werd toegejuicht. Om beurten werd verder hen geheelen avond door hoofd- en adsplrantemafdeeling flink ge werkt; o. a. de uiterst móeiiyke stand, door den heer W. uitgevoerd, slaagde evenals vorige malen uitmuntend. Even voor de pauze werden allen aange naam verrast, doordat namens den heer Van Kempen, den voorzitter een bronzen herinne ringsmedaille werd aangeboden. Daarna werd door een comité uit een deel van de leden den eere-voorzitter, den heer D., uit erkenteiykheld voor zyn onvermoeid streven om steeds den bloei der Vereeniging te be vorderen, een prachtig gouden remontoir-horloge met inscriptie vereerd, hetwelk dankbaar door hem werd aanvaard. Na de laatste werkzaamheden, waarin vooral zes leden dor hooldafdeeling uitblonken, kwamen de vier tableaux viv&nts van „de heilige Ssverinua" aan de orde; alle werden byzonder mooi uitgevoerd, zoodat zy dan ook veel byval verwierven; (alleen dit belooft reeds, dat de bezoekers van de Stadsgehoorzaal hedenavond eouige aangename uren zullen doorbrengen). Toon ook dit ten einde was, werd met een zoor geanimeerd bal, dat tot den morgen duurde, de uitvoering, die als uitstekend ge slaagd mag worden oeschouwd, besloten. „ll&rculea" heeft ook dezen keer weder bewezen haar ouden roem be kunnen hand haven. Uit Rotterdam wordt ons geseind, dat Willem Van Zuylen hedennacht is overleden. Hy was een Nederiand8ch tooneelspeler, die zich vooral in hot komische genre naam heeft gemaakt. iiy werd 8 April 1847 in Den Haag gobcrou.; in zyn jougd was hy figurant by verechiliiado tooneelgezelschappen en ventte by overdag op straat verschillende koopwaren. Op zoventienjangen loeftyd kwam hy te Rot terdam, waar hy Insgelijks op allerhande wyzen aan den kost trachtte te komenzelfs had hy reeds het plan opgevat als koksmaat naar Indië to vertrekken. De tooneelspeler J. Ed. Do Vries ontfermde zich echter over hem en aan hom, maar vooral aan den tooneelspeler Albregt, heeft Van Zuylon hot te danken, dat hg aan den Rottordamschen schouwburg steeds hooger opklom en telkens aanzieniyker rollen te vervullen kreeg. In 1874 ging hy van dit gezelschap over naar den Kleinen Schouwburg, waarvan hy met Le Gras en Haspels het bestuur uitmaakte. In 1881, nadat het drie manschap ondertu8schon was verhuisd naar den Grooten Schouwburg, gingen Le Gras, Haspels en Van Zuylen uiteen en laatst genoemde stichtte een nieuw Rotterdamsch tooneelgezelsohap onder directie van Willem Van Zuylen, waarvan de openingsvoorstelling 2 Sept. 1881 plaats had met „Een gril" en „Vriend Fritz". In 1884 schreef Van Zuylen een tooneelepel in 4 bedryven, getiteld: „'tls maar een smid"; maar noch het succes, dat de leden met dit stuk, noch de byval, dien zy met andere verwierven, waren ln staat de geld middelen van het gezelschap in goeden toe stand te brongen, De Vereeniging werd ont bonden en Van Zuylen kwam als acteur by de „Veresnigde Rotterdamsche tooneellsten, directie Le Gras en Haspels"; hier bleef hy tot 1890, toen het gezelschap van den Tivoli- schouwburg hem wist te bewegen zichdaarby aan te sluiten. Tot 1893 gaf hy by dit gezelschap zyn gastvoorstellingen, waarna hy opnieuw by Le Gras en Haspels overging. In den zomer van 1895 trad hy als gast op ln de voorstellingen, die het gezelschap van Chrispyn ln Bedyn en andere Duitsche steden gaf. Niet ten onrechte heeft men Van Zuylon den „Nederlandschen Coquelln" genoemd. Zyn plastisch talent was zeer groot. Aan uitstekende mimische gaven paarde hy die eigenaardige zeggingskracht, die het komische het juiste effect teweeg doet brengen. Vandaar dan ook, dat hy by het Nederlandsch publiek als voor voordrager en als tooneelspeler algemeen bemind was. De Di 1 sche Keizer heeft benoemd: tot ridder 3de kl. in de orde van den Rooden Adelaar de heeren J. M. Voorhoeve, directeur van de Noord-Brabant-Duitsche Spoor- wegmaaty.; E. J. B. M. Engerlngh, chef van den dienst der exploitatie by de M. t. E. v. S.-S. tot ridder 3de klasse in de orde van de Kroon de heeron O. Walraven, inspecteur der exploitatie by do M. t. E. v. S.-S. te Breda; on J. Wilkeus, inspecteur by de stoomvaart- maatechappy „Zeeland" te Viiesingen; tot ridder 4de klasse lu de orde van de Kroon den heer Roodzaut, commandant van een der stoomschepen der „Zeeland"* Minister Creraer heeft de hem door de Vryzinnige Centrale Kiesvereeniging te Bever- wyk aangeboden candidatuur van de Tweede Kamer aanvaard. - De Katholieke kiesvereeniging te Beverwyk heeft den heer W. 0. J. Passtoors candidaat gesteld. Door de commissie uit oud-leerlingen en vrienden van wyieu prof. A. Huet, hoog leeraar aan de polytechnische echool te Delft, is het plan uitgewerkt om een gedenkteeken te zyner nagedachtenis te stichten. Dit zal bestaan in een monumentale bank met bas reliëf buste, uitgevoerd in natuursteen, naar het ontwerp van den heer A. le Comte. Genoemde oommissie heeft zich tot den gemeenteraad te Delft gewend mot het ver zoek, deze bank te mogen plaatsen aan de noordelijke Avenue en haar daarna aan de gemeente te mogen overdragen. Het tydschrift, waarvan wy vroeger reeds melding gemaakt hebben, zal met 1 Mei ver- schynen by de trma Do Erven F. Bohn onder den titel van „Onze Eeuw". De redactie zal bestaan uit de heeren P. J. Blok, P. D. Chantepie de la Saussayo, G. F. Haspels, E. B. Kielstra, H. Smissaert, \V. Van der Vlugt en B. H. 0. K. Van der Wyck. Do heer W. Ezerman, organist der Groote- of St.-Bavokerk te Haarlem, is benoemd tot vice-voorzitter der Nederl. Organisten-Vereeni- ging- Het bestuur is thans als volgt samengesteld: Jos. A. Verheyen, Arasterdam, Voorzitter; W. Ezerman, Haarlem, vice-voorzitterW. De Vries, Nymegen, lste secretaris; Joh. M. Diedrich, 's-Bosch, 2de ld.; A. Pomper, Am sterdam, lste peDningm.; J. C. Braspenning, ld., 2de penningm.; J. A. Scholte, id.muziek- commissaris. Dr.- C. Hofstede de Groot heeft zich Zaterdag middag naar Italië begeven, om zich aldaar eenige maanden op te houden tot het instellen van onderzoekingen tn de groote musea en in particuliere schilderyen-kabinetten. President Kruger woonde gistermiddag een godsdienstoefening by, welke werd gehouden in een der lokalen van het hotel. Ds. M. Van Minnen, predikant by de Gere formeerde kerk te Utrecht, trad op als voor ganger. Het stoomschip „Bergedorf", van Java naar Amsterdam, vertrok 8 Febr. van Port- Said; de „Koningin-Regentes", van Batavia naar Amsterdam, passeerde 10 Febr. Dunge- ness; de „Madura", van Amsterdam naar Batavia, passeerde 10 Febr. Dungeneas; de „Prinses Sophie", van Amsterdam naar Batavia, passeerde 9 Febr. Gibraltar; de „Puritan'* (Holland-Amerika-iyn) vertrok 9 Febr. van Newport News naar Amsterdam; de „Staten dam" vertrok 10 Febr. van Nleuw-York naar Rotterdam met 1500 vaten margarine en 800 vaten reuzei; de „Storfond" (Holland-Amerika- lyn), van Amsterdam naar Newport News, passeerde 10 Febr. Lizard; de „Java", van Batavia naar Amsterdam, arriveerde 9 Febr. te Marseille. Alfen. Alhier is een liberale kiesvereeniging opgericht, na een tydvak van ongeveer 10 jaar, waarin de liberalen in deze gemeente niet georganiseerd waren. Boskoop. Het beroepen van predikanten en het benoemen van ouderlingen en diakenen is door de Ned.-Herv. Gemeente, by stemming, opnieuw voor den tyd van 10 jaren opge dragen aan een kiesoollege en dus niet aar den kerkeraad. Hazerswoude. De huwelijksvoltrekking van H. M. de Koningin werd gistermorgen in de Roomsch-Katholieko kerk, na de LL Mis op plechtige wyze herdacht door het „Te-Deum laudamus", gevolgd door het vierstemmig koorgezang: „Domino salvum fao reginam nostram", van A. Van Giesen, dat, door het zangkoor op verdienstelijk© wyze uitgevoerd, op de aandachtige schare een hartverheffenden indruk maakte. Moge er nog monlgmaal ge legenheid bestaan, om dit sohoone lied, waarin het behoud onzer Voretln van den Hemel wordt afgebeden, binnen heilige wanden to doen herbalen. Op Donderdagavond, 15 Februari a. a., zal dr. B. Van Moer, Ned.-Herv. predikant to Utrecht, in „Öalvatori" optreden met een lezing over „den H. Doop". Aanvang te halfzeven. De heer D. De Wit, onderwyzer alhier, is benoemd aan een Christelijk© school te Amsterdam en heeft dientengevolge tegen 1 April a. s. eervol ontslag aangevraagd. Kaag. Met algemeene stemmen hebben de stemgerechtigden der gemeente Kaag besloten voor de eerstvolgende tien jaren het kiezoD van kerkeraadsleden en het beroepen van een predikant aan den kerkeraad over te laten. Tot ouderling is herkozen de heer W. H. Lely veld, thans tydeiyk workzaam aan het stoomgemaal Cruquius, en tot diaken de heer P. Van Nieuwkoop Dz. 19) Doch het wilde voornemen kwam niet tot uitvoering. Als een looden hand drukte de matto werkeiykheid haar naar omlaag. Ach neen, zoo iots kon ze niet doenl Dat ware onrrouwelykl Onvrouwelijk!? Altijd, altijd ie er een vooroordeel in den weg, als het gaat cm het geluk van een geheel leven. Bitter glimlachte Sabine en boog zich onder het jak. Alles was in haar gebroken, zelfs de moed om hem terug te schrijven. Ook van Suzanna Osterroth kwam een brief, die vrees en onteteltenis ademde. ,In welk doolhof ben je gevangen geraaktl Het lijkt mij verschrikkelijk I En je waagt het, aan een verbintenis met hem te denken?! Vergeet je, dat Leo eenmaal geen kind meer zal zijn, maar man? Ik betwijfel niet, dat Achlm von Köiiogg voor je kindoren een goede vader zou zyn, beter waarschynlyk dan mijn neef is geweest; de kinderen zouden mogeiyk den nieuwen papa verafgoden. Maar later? Als Leo volwassen is? Als hy dan verneemt: uw vader viel in een duel, en hy, dien ge zoo dikwyis gekust hebt, dien ge liefhebt die schoot uw eigen vader doodl.... Zal de liefde dan niet veranderen ln verontwaardiging; zal het niet zyn, of men hem bedrogen heeft? Wat zal je hem dan zeggen? Hoe zal je hem dan ln de oogen zien? Beantwoord je-zelve al die vragen I .Lief»te Sabine, ik geloof, dat er nog maar één rodmiddel iB: de vlucht. Je moet weg van Mühlau. Het is moeilyk; maar ik zal met oom Frits spreken; zonder je geheim te verraden zal ik hem zeggen, dat Mühlau je doodt. Hy komt dezer dagen te Berlyn. Ik heb een ge voel, dat ik je redden moet. Bezin je toch; opon je oogenl" Een stem in Sabine's binnenBte riep: „Zy heeft geiyk, duizendmaalI Ja, zoo is het; zoo zal het komen.". Doch haar trots wilde die stem niet hooren. Niemand verstaat myi Voert dan de harts tocht naar zulke eenzame hoogten, dat men aan het oog van andere menschen ontsnapt? dacht zjj. En zy kwam zichzelve grootor voor dan de anderen, daar zy gevoelde, dat ze haar niet zouden begrypen, terwyi hetgeen er ln haar gloeide, niets kleins of kleinzieligs was. Eens keerde zy terug naar de stad, om te gaan kyken naar de oudelui. Haar vader leed aan rheumatlek, en als hy daarvan een vor- maning kreeg, wae hy lastig en prikkelbaar en had haar moeder bygevolg ook geen prettig leventje. Zy vond echter de oudjes tameiyk wel; ze misten hun dochter niet; Guste voldeed volkomen aan hun bescheiden behoeften. De oude vrouw liet zich zelts ontvallen, dat het „nu zoo prettig stil in huis wae". Toen zy naar „HeinsdorfF' terugkeerde, ge voelde zy zich vreeselyk droefgeestig. „Waarheen ik my wend", zei ze tot zich zelve, nergens is een plaats voor my in het leven. Ik word enkel geduld. Ik heb niet eene het recht, lief te hebben wien ik wil". Zy kwam onderweg Hallendorf tegen, die te paard was. Hy hield zyn paard in by haar rytulg en beklaagde zich, dat hy een ver geefsche reis naar „Helnsdorf' had gemaakt, wyi zy er niet was. Sabine begreep niet geheel wat haar dreef; maar haar trof de gedachte: Als ik weer trouwde; byvoorbeeld met dien man? Dan was alles voorby: hoop, smart, het gevoel van nergens thuis te zyn. Trots en hoonend kan ik dan Achlm te gemoet treden en hem toouen: Gy hadt geen moed, zie wat ik nu gedaan heb 1 VriendelUk lachte zy Hallendorf toe. Hy zag niet, dat enkel de mond lachte, gekun steld, zonder innigheid. Hy wae gelukkig en waande zich dicht by het doel. Hy besloot, nog vóór do manoeuvres het jawoord te vragendan konden ze in den herfst trouwen. Op „Heinsdorf' vond Sabine Martha en haar moeder. Zy leerde het meisje meer en meer kennen als flink en practisch, warm van hart en onzelfzuchtig, Juist de vrouw om haar broedor gelukkig te maken. Doch het was om zenuwachtig te worden, het gevry der jongelui aan te zien. Aldoor stonden ze hand ln hand, hy met den arm om haar heen geslagen of zy tegen zyn schouder ge leund. Het hinderde haar, dat er ook menschen waren, die zoo ongehinderd hun kalm, stil geluk aan de wereld mochten toonen. By hen kwam de stroom niet buiten de oevers; zy kenden geen vertwUfeling of harteleedl Na een slapeloozen nacht voelde zy zich den volgenden ochtend als vernietigd. „Ik kan niet meerl" zuchtte zy. Daar bracht de morgenpost een brief, welks adres haar reeds alle kalmte deed verliezen. Juist zaten de kinderen by haar, te babbelen en te vragen, met onultputteiyke weetgierig heid; zy stuurde hen weg om te gaan kyken, of oom Reinald al van ïtfn tnspectterlt terug was. Die brief gal haar het leven terug. „Waarde, zeer geachte MevrouwI „Op myn letteren, die lk u veertien dagen geloden zond, heeft u gezwegen. Ik mocht niet anders vervrachten. Al sohynt dat echryven rnU ook te verbie den, my nogmaals tot u te wenden, moet lk toch gehoorzamen aan een angetig ge- vool. Ik hoor telkens zeggen, dat u er vereohrlkkeiyk lijdend uitziet. Ik bid u: stel my met een enkel woord gerust om trent uw gezondheid. 'tSchynt my, dat het noodlot my bestemd hoeft om de oor zaak van al uw leed te zyn, en ik kan de vrees niet overwinnen, dat myn brief van onlangs al te zeer de herinnering aan uw verlies heeft verlevendigd. Vergis lk my, vergeef dan myn indringendheid en straf ml) met uw etllzwygen. Byna sohynt het, dat ik my inderdaad vergiste; want Hallendorf, die zeer openhartig over allerlei Intieme zaken spreekt, zinspeelt op een aanstaande verloving. Wordt dat bewaarhold, dan weet u, Mevrouw, wie met bloedend hart, doch hl heil igon ernst des Hemels zegen over u afsmeekt l Waarom zou hy er niet naar streven, u gelukkig te maken? Mag ik een onkel woord omtrent uw gezondheid vernemen? Hoogachtend, Uw toegenegen A. v. K." „Hoe goed kent hy myi" dacht Sablne verheugd. „Zoo scherp ziet alleen de liefde. Hy was bang, dat lk uit trots met Hallendorf zou trouwenen lk dacht werkeiyk twee minuten daaraan 1 Z|jn Jaloezie het hem geen rust, misschien ook bezorgdheid Diet. Leng dacht zy er over na, of de plaats, waar hy op haar „verlios" duidde, niet maar oen beleefdheidsvorm was, of dat hy Inder daad in de meening verkeerde, dat zy in haar man een geliefden levensgezel had verloren. Zy antwoordde nog dienzelfden middag het volgende: „Wat moet ik zoggen aan een man, die my bekende, dat hy een gevaar ont vlucht? Ik dacht altyd, dat het mannen plicht was, het gevaar niet te schuwen. U zei my zoo dikwyis, dat lk over uw goed on levon beschikken kon, en u ontneemt my de weldaad, nu en dan vry met u te mogen spreken. Want u alleen weet, hoe eenzaam ik ben. Met u alleen mag en kan ik, juist door het vreemde lot, dat ons te gelyk verbindt en soheidt, alles bespreken. Juist ln deze oogenblik- ken heb ik behoefte aan een vriend, die mU raadt. Dat myn leven zéd niet verder kan gaan, is my duideiyk: myn oudere tot laat, by myn broer maar een gast, zon der eigeniyk tehuis. De mynen zyn goed voor my, en ze zyn ryk bovendien, toch derft m(jn hart en ben lk arm als een bedelares. Wilt u my een uur schenken, opdat lk u myn vroeger leven kan openbaren 1 Indien wy daarna afstand doen van eiken persoonlyken omgang, laten we dan niet schelden ln den vorm, dien uw brief van onlangs my opdrong, niet als vluchtenden, maar ale menschen, die het onvermyde- ïyke erkennen. Morgenavond moet lk myn broeder vergezellen naar „Wendeesen", maar evermorgenavond wacht lk u. Sablne. (Wvrdl vervolgd.)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1901 | | pagina 1