n
Beurs van Amsterdam.
Uit een telling der aan he
Centraalstation ingenomen plaatsk&arten biykt,
dat van Amsterdam uit per H.-S.-M. 28,000
personen de huwelijksplechtigheid te 's-Gra-
venhage hebben bijgewoond.
Op de lijn Amsterdam Rotterdam der
H.-S.-M. hebben dien dag 82 extra-treinen
geloopen.
B\j het rangeeren op bet station
Groningen is de arbeider D. Mulder tusschen
de buffers geraakt en inwendig gekneusd.
Onder politietoezicht. Naar
wy vernemen, waren behalve de heer Reens,
die er reeds over klaagde, nog eenlge andere
vrye socialisten en anarchisten te Amsterdam
gedurende den laatsten tyd vermoedelijk in
verband met hot huwelijk der Koningin, onder
politie-toezlckt gesteld. Een hunner, die steeds
posten voor zijn huls had en zich nergens
been kon begeven, of hy werd door recher
cheurs gevolgd, heeft een klacht tegen den
hoofdcommissaris ingesteld.
Sedert is het toezicht voor all en opge
heven. Volksdagbl.)
Kelmpe Hogerhuis In vrijheid.
Uit Leeuwarden wordt aan „Het Volk" ge
schreven
Van middag ben ik naar de woning der
familie Hogerhuis geweest. Toen lk de deur
der huiskamer opeDde, zag ik voor mfj met
den rug naar de deur zitten een man, middel
matig, haast klein van lengte, met het voor
komen van een rentenierend kleinburger,
eenigszins gezet, intelligent gezicht en hier
en daar grijzend haar.
Achter de tafel zat de wed. Hogerhuis, de
treurende moeder, op wier gelaat het voort
durend denken aan haar onschuldig veroor
deelde jongens duidelijk zijn sporen heeft
achtergelaten. Ook thans nu een van de drie
bij haar was, kon lk geen vreugde op haar
vermoeid gelaat lezen. Het is te begrijpen 1
De gratie der trouwende Koningin is half
werk. ZiJ onderstelt nog steeds de schande
der schuld.
Keimpe keert zich om.
„Is u Keimpe?" vraag lk op den gis af.
„Ja," zegt Kiaske en stelt ons aan elkander
▼oor.
En toen aan het vragen en vertellen.
Keimpe Is nog wat zenuwachtig, wat zoo
wel van zijn invrijheidstelling als van het
gevaDgenisleven het gevolg kan zijn. Een
gevoel van drukking tegen de keel, dat hem
plaagde zoolang by in de gevangenis was,
beeft hem echter van het oogeoblik, dat h|J
daaruit vrijkwam, verlaten. Natuurlijk was
bi) blij met zijn vrijheid. Maar tevreden was
hij niet. Dat zal trouwens niemand zijn, die
van de onschuld der Hogerhuizen overtuigd
1b. Zooals het nu gegaan is bjyft de onder
stelling hunner schuld voortduren, de onfeil
baarheid der justitie gehandhaafd.
Van andere z)Jde wordt aan het blad ge
schreven
Door een paar mannen ingelicht, dat een
bewaarder de kleeren van Keimpe moest halen
hep ik ln de Nieuwe Oosterstraat dicht bU de
gevangenis, waar het drietal zoo lang reeds
de vrijheid moest derven, in gespannen ver
wachting.
Geheel alleen, in een burgerpak gestoken,
kwam heel langzaam een kort persoon aan
wandelen, wiens vreemde blik mijn opmerk
zaamheid trok. AI apoo dig herkende ik Kei rope.
Een hartelijke handdruk was de verwel
koming.
Daar hU aan den achterkant van de gevan
genis was ontslagen, had dit geüeel m stilte
plaats gehad, maar daar wU samen, om het
ouderhuis te naderen, den voorkant van de
gevangenis voorbij moesten, moesten wU een
geheele menschenmassa, die voor de gevan
genis had post gevat, passeeron.
Een gejuich steeg op toen Keimpe zich be
kend maakte en menige handdruk werd ge
wisseld.
De kleine jongen van de wed. Wadman
barstte in tranen uit toen hU oom omhelsde.
Gevolgd door een menigte menschen, nader
den w\j het ouderlijk huis, waar de moeder,
gezeten in een leunstoel, wachtte op haar
oudsten zoon.
Nooit zal ik het oogenblik vergeten van
dat wederzien. Roland Holst, hoe begreep ik
toen uw plaat.
"Was er vreugde, er was ook droefenis.
Waarom do beide andoren aan de oude moeder
niet teruggegeven?
Het was tevens hard, te zien hoe de oude
vrouw, door smart verteerd, haar hoop nu
den bodem zag ingeslagen.
Gistermiddag Is, wegens gebrek
aan bewijs, uit het Huis van Bewaring te
Arnhem ontslagen een der kwartjesvinders,
die door de politie te Ede zijn gearresteerd.
De overige 5 blijven in voorarrest. De ont
slagene is door de gemeentepolitie over de
grenzen des rijks gebracht.
Uit Terschelling meldt men dat
men eerlang weer zal beginnen met te werken
op het wrak der „Lutine". Voor dat doel is
reeds overgekomen de Engelsche ingenieur
Scott.
Te Enkhuizen zp gistermiddag
de gebouwen der Vereeniging tot Werkver
schaffing geheel afgebrand. Een groote hoeveel
heid netten, garen, touw, werk, enz. werd
een prooi der vlammen, alsmede de inboedel
van den beer Joh. Dub Pz., die een gedeelte
der gebouwen bewoonde. De gebouwen waren
verzekerd, maar veel to laag voor herbouw.
Ook het huisraad van den heer Lub was ver
zekerd. VeleD, die door de VereeDiging tot
Werkverschaffing in staat werden gesteld, een
voldoend weekgeld te verdienen, zijn tenge
volge van den brand geheel zonder verdienste.
De brand is ontstaan, doordat vonken uit de
kachel met werk in aanraking zijn gekomen.
Te Druihuzen (N.-H.) is een valsche
g i den in beslag genomen.
Te Groesbeek had een droevig
ODgeluk plaats. Terwfii vrouw O., als naar
gewoonte hout in het bosch was gaan halen
en haar drie kindertjes alleen had moeten
laten, vond zjj by haar terugkomst de wieg
brandende en het jongste kind, daarin, geheel
verkoold, terwijl de twee andere kinderen
bewusteloos op don grond lagen. Een kindje
van vier jaar was reeds gestikt, maar het
gelukte den Gr. beekschen geneesl eer bet
kind van twee jaar woer tot bewustzijn te
brengen.
De Noordbrabantache Bank.
ln de tegen den 23aten dezer door het bestuur
i uitgeschreven buitengewone algemeene ver.
gadering van aandeelhouders der Noordbrant-
sche Bank zullen de volgende puDteo aan de
orde zijn"Voorstel tot reorganisatie der vennoot
schap; benoemiDg van een deskundige, aan
wlen opgedragen wordt een ouderzoek in te
stellen naar het beheer van de zaken der
Bank; en benoeming van een directeur, inde
plaats van den heer Souman.
Een moeliyke tocht. Uit Gen
muiden schrijft men aan de ,Zw. Courant"
Een zevental personen, t. w. de burgemees
ter, de opzichter van 's Rijks Waterstaat, de
bakenmeester, T. Mol, H. Mol, D. Bruintjes
en A. Pleizier, hebben Woensdag een tocht
te voet ondernomen naar Kraggenburg, dat
thans midden in een onafzienbaar ijsveld ligt.
Reeds 14 dagen is de sein wachter van Krag
genburg ingesloten, zoodat hU totaal van het
Vasteland is gescheiden. Hoewel het bekend
was, dat het gezin van den seinwachter aan
levensmiddelen geen gebrek behoefde te heb
ben, was reeds omdat andere oorzaken
hulp konden noodzakelUk maken dagen
achtereen meermalen getracht, met den kijker
zich te overtuigen, of eventueel door den
seinwachter de noodvlag zou zijn geheschen,
doch mistig en donker weder belette steeds
Kraggenburg in zicht te krijgen. Woensdag
morgen was het helder en hoewel geen nood
vlag woei, zou nu de reis ondernomen worden.
Om 8 uren trok men uit; de tocht ging
voor hot grootste deel over het Zwolsche
Diep, dat mot het ondergeloopon strand één
Usmas8a is. IJsschotsen, waarvan veie wel
4 meter dik waren, lagen op en onder elkaar
en opschuivingen van ys zag men tot 6 meter
hoogte. Van den leidam zelf was niets te
zien; op enkele gedeelten, welke bloot lagen,
kon men aan de groote gaten, welke in het
betonpad en de bazaltglooiing opgemerkt
werden, zien, hoe verwoestend het ys gewerkt
had. Om li uren kwam men op Kraggenburg
aan, alwaar seinwachter, vrouw en zoon in
welstand werden aangetroffen. Dat deze biy
waren, m ze weer eens menschen zagen,
valt gelijkelijk te begrijpen; zy hadden uit
geroepen toen zy de bezoekers zagen aan
komen .Goddank, daar is volk".
Een uur werd op Kraggenburg vertoefd;
de seinwachter en zyn vrouw deden verschil
lende mededeelingen, o. a. omtrent den Jong-
sten storm; het water steeg tot 2.22 boven
N. A. P. (dageiyksch water is A. P.) en het
ys en water beukten zóó geweldig tegen de
borstwering, dat het huie op zijn grondvesten
dreunde en zyn bewoners over hun geheele
lichaam in voortdurende trilling waren. Natuur-
lyk waren zy dien nacht niet ter rustte ge
weest. Gebrek aan voedsel hadden zy niet;
vloesch en aardappelen waren ruim voldoende,
doch koffie, suiker, thee, zout, meel en der-
geiyke waren verbruikt, zoodat het op den
tocht medegevoerde, dat in hoofdzaak daarin
bestond, hoogst welkom was.
Zoo ver men op Kraggenburg zien kan,
is alles ys. Te twaalf uren werd Kraggenburg
verlaten en de tocht over zee, op enkele
punten tusschen hooge ysbergen, naar Vol-
ienhove aanvaard, alwaar te halféén de kust
bereikt werd en van waar over land de
terugreis naar Qenemuiden een aanvang nam.
Onmogelijk is het, naar wy hoorden, een
eenigszins duidelijk denkbeeld te geven van
de ontragjyke massa (ja; zonder overdrijving
mag worden gezegd, dat van af Genemuiden
tot ver voorby Kraggenburg het ys tot op
den bodem van het Zwolsche diep en de
zee zit.
Te Oude-Pekela is gistermorgen
in de fabriek „Ceres" eon 36-jarige arbeider
om het leven gekomen, doordat het deksel
van een der strookokers opensloeg. De man
werd met zoo geweldige kracht omhoog-
geslingerd, dat hy dwars door hel beschoten
dak drong en met ver bryzelden schedel op
het dak werd gevonden.
HerUelfike lienchten.
Valkenburg: Zondagvoormiddag te tien
uren ds. J. Koek. Verder geen dienst.
Voorschoten: Herv. Kerk. Zondag 10
Febr. 1901, voorm. te tien uren de heer J.
Ossewaarde, theoi. cand. te Utrecht, 's Avonds
te zes uren goen dienst.
Woubrugge: Geref. Kerk. Zondag voorm.
tien en 's nam. twee uren, da. Van der Voet,
van Leimuiden.
Voorstellen tot arbitrage.
In de Belgische Kamer van Afgevaardigden
werd gisteren behandeld de nationale petitie,
waarvan de strekking is, dat eeu poging zal
worden gedaan om het conflict tusac-hen En
geland en Transvaal te beëindigen door
arbitrage.
De afgevaardigde Maenhout steunde de
petitie; by zeide, dat geheel België het einde
van den oorlog wenscht, en dat Engeland een
Interventie van België m deze aangelegenheid
niet kwaiykzou kunnen nemen, omdat de
conventie, waartoe ook Groot-Britannië is
toegetreden, voorziet in arbitrage ingeval van
een conflict tusschen volken.
De heer Janson hoopte, dat de mogendheden
de verbintenissen, die zy te 's-Gravenhage heb
ben aangegaan, in practyk zouden brengen
om een einde te maken aan dezen menschen-
moordenden oorlog.
Verscheiden andere sprekers uitten zioh in
denzelfden geest.
De heer De Favereau, minister van buiten-
landsche zaken, had er niet tegen, dat het ver
zoekschrift naar hem werd verzonden, maar
achtte zich verplicht, aan de Kamer zyn opinie
uiteen te zetten.
De ontwerpers van het verzoekschrift, zeide
de minister, hebben zich vergist omtrent de
strekking van art. 27 der Haagsche conventie.
De geest der Haagsche conferentie is, dat
arbitrage slechts nuttig kan zy'n aan den
vooravond van een conflict. Een bemiddeling
kan slechts worden voorgesteld voor zoover
de omstandigheden het veroorloven, en dat
•cbynt nu niet het geval te zyn. De regeerirg
der Vereenigde Staten heeft by het begin
van den oorlog haar bemiddeling aangeboden,
en Engeland antwoordde, dat het die tot geen
enkelen prys wilde. Minister Delcassó heeft
in de Fransche Kamer een dergelUke ver
klaring afgelegd; in den Duitschen R\jksdag
*Jn gelykJuidende verklaringen gedaan. De
Nederlandsche regeering zelve was van meening
dat het niet haar taak was het initiatief to
nemen. „De Kamer is niet de plaats voor
bemiddelingsvoorstellen. Wy moeten niet ver
geten, dat een der voornaamste mogendheden,
die onze onafbankeiykheid waarborgen, in
het conflict gemengd is, Hebben wy tegenover
haar genoeg gezag om haar onze bemiddeling
aan te bieden? Ik geloof het niet, ging de
minister vooit. Een mogendheid, heel wat
machtiger dan wy, heeft te kennen gegeven,
dat in deze omstandigheden de Belgische
regeormg geen verbintenis kan aangaan."
Ds heer Janson stelde de volgende motie
voor: „De Kamer, haar goedkeuring hechtende
aan de conclusie van de commissie voor de
verzoekschriften, en daarop alle aandacht van
den minister van buitenlandsche zaken ves
tigende, gaat over tot de orde van den dag."
De commissie, belast met het onderzoek
der verzoekschriften om bemiddeling, had
nl besloten, het voorstel tot arbitrage te
verwyzen naar den minister van buitenlandsche
zaken.
Minister De Favereau herhaalde, dat een
tuaschenkomst van België onmogelyk was,
dat de regeering zich tot niets kan verbinden,
en dat daarom de motie overbodig is.
De stemming had plaats by zitten en op
staan. De motie werd met algemeene stemmen
aangenomen, behalve die van den minister
van buitenlandsche zaken, die zich onthield.
9 Februari 1901.
pCt
N«L Cart. Hal S«k*M
Obligation.
Hoagarj}*, L*«a. in Zilrar 188# IJf
OostMU-. Ron to in Pap. Aio'.Nor. i>
JanvJaLi
Part* O. B. 186*84 mil Tloka» S
li to dito 188*89
Yor.
koöis.
78H
82 X
84%
81H
81%
24 X
34X
28
s&x
6IX
70
101
#7
8794
97X
83
23X
27
3834
64 H
87 34
16
30%
30
7254
1654
66%
65X
63>4
86 X
96X
96%
96 H
Ko on
badan.
73
82 Ma
84%
81H
82H
14 X
dito dito 18904"
Ut* dito Tab&k*l««nlng. 4)f
Sulnnd Binn nL 1894 4
1880 fib. 6» 4
1867/89 1004
1880lib. 620,'Jd* •urloQenal.4
6 Emiuia 1894 fib. 6*5 4
8panj«, O hl. P-rp. dob old 4
L'nrkj'. O bi. Gopririi 4
gooouTorVoordo aerio O
0.
Uazioo, Binn. AJ3oab*re2o oor. 6
Brazilié, 18894
funding Looning 18M 6
Columbia 100-600 1^
Vonozaola, ObL 1881 100 4
N» 4
Paruv. Oorp. Obl4
Gort. pref. Aand.
Italll, ObL Zuid-lUl. Spoor 8
Spw.leoo. 1887-89 ma A-E 8
Portugal, Beira Baixa 9
Uuland, ObL Wladik. 189-103 4
B Kjaun-Dr.fi. 6*5 4
188Ö4
1890 4
Aand. H. Air. Uandslar reanig. 105
Cult. Mij. Vor» toni and. 643-4
Kon. Petroleum brouuen 348
Dorutaobo Petroleum 130
Gerrone Aund. Sohibajeff a 143
Aand. Sumatra F alom bang. 80
Mooara Enim 16114
Ned. Handol-Mjj. fieecootre I68X
N. W. t. Pao. Hyp.-ö.Scholdbf. 90
Incomebonda Maxwell ]2Ji
Priorlies Bond» Mar wall 65
Aand. UoU. LJ eren Spoorwej* 1I0J4
M-U- lOt EipL v.ütaatspw. 11134
Obl. Nod. Contr. Sp. 10UU 8 96'4
Aand. N. Zuid-Air. Spooi g 16214
hl. 1899 4 8944
ObL Bortel-Weael 1867/8U gut, 01 X
Aand. Amerikaan ach- Vaart 118
fiotterd. Ldoyd1301-4
merika, Aand. A.«lii*ou Topoka 63%
89
O-U*. 100
AAM. 01X
Cl er L-Akron afgaat A. 35
A&nd. L»oiiT.IUoGrande 38X
m Plot. Oti. k Pjnina 16X
St. LouiokSanPr.gaw.A. 32344
2* pr. A. 69X
Aand. Mlsa.KanauToxu 21H
Obl •'•fcjP- 86
78X
Irie Spoor Aand. 28%
üe pref. A. 46
Ontario Was tarn Aand, 33%
NorL WoalO.T. Aand. 4654
South. Pao. O. Üew. Aand, 48%
4 pCL GondL 88X
Union Paa. C«rL t. Aand, 0434
prat Aand. 87
W. N.-Y. AP.afg.O.T.A. 20
.C«"- mortf.b. 16*
B inoomob, 37
Wabaah Sp. O. praLA. 32X
City Sh. fiw. Cy. A 18X
Prei. Aand. 41X
le Hyp. ObL 4 68
Hongerde, Tboiaa-Loion, 4 117
Turkfto, Spoorrr.-Lo^n9 2834
Spanje, Madrid-Loten. S 2634
Aaahan Tah. alaam- Aand, 12614
Fr. Uoli Tabak Mtl.Aand. 02X
Doli-Cultuar-Maataobapp| 79
Gort. r. Aand. ArentUbarg. 66734
Aandeel on Souenibab 420
Aandualon Rotterdam- D»IL 237
Cb. Ohio 42M N.-Colobea 49. Soemalata 162.
OoaieuriJk. Papier 20.96 dito ZllTer 20.96
Prauacüe -17.70, Diverse Rykamark 68 (30 Roaaon
Zilveren Roebola L25 dito in Goudau Iio«bola/'L89)4
Prolongatie 4 pCt.
Bank van Spanje. Uit Parys wordt aan
„B. B. C." het gerucht geseind, dat de
Bank van Spanje, ten einde een verbetering
te brengen in den Spaanschen wisselkoers,
voornemens la 100 millioen pesetas banknoten
uit het verkeer terug te trekken.
85X
61X
7634
100.X
86%
87X
36%
64X
87
16
30%
30%
72X
16X
67X
6334
9534
347H
143 X
81
163
16634
13
65X
11134
90 X
9IX
I18X
130
64 54
80 X
35 X
40%
1634
3234
6934
22X
7834
30 X
46)4
3334
4634
4736
88X
04X
36%
18X
42X
6834
2834
26H
62
237
Verliezen van hel Engelsche leger,
tcoaU die voorkomen in de BDaily Graphic"
a
0
m
Q
2
o
s
'O
-6
o
o d
g,
a
O
o 3
5 3
4 Febr.
-
-
-
-
6
6
21
106
10
80
7
10
9
8
28
8
20
49
6
67
Totaal.
De oorlog tusschen Engeland en Trans vaal.
Men vestigt de aandacht in hot „Hlb." op
het nummer van de „Johannesburg Gazette"
van 7 November 1900, waarin een kennis
geving in het Hollandsch en Engelsch voor
komt: pd. et. 1000 belooning wordt uitgeloofd
voor de opsporing van oen zekeren Van
Schwieten, die oüder den naam Bell by
„Kitcheners Horse" gediend heeft.
Men schryft ook daarby, dat In Johannes
burg het volgende verhaal van dezen Van
Schwieten liep.
By het Hollanderskorps in den slag by
Eiandslaagte bevond zich de bedoelde per
soon. Hy maakte zich daar meester van de
uniform van een gesneuvelden Engelschen
officier benevens van diens papieren en voegde
zich onder deze vermomming by het Engel
sche leger. Aldus zou hy geregeld den Boeren
als spion hebben gediend, tot hy ten laatste
met het Engelsche leger te Johannesburg
aankwam. Op zekeren dag kwam Van Schwie
ten, alias Bell, in vliegende vaart naar het
fort van Johannesburg ryden en vroog den
commandant om twee kanonnen met ammu-
nutiewagena, waarom Kitchener gevraagd zou
hebben. De fortcommandant gaf dadel yk
bevel de kanonnen mee te geven. Doch sedert
is nooit meer iets noch van de kanonnen noch
van Van Schwieten iets gehoord, behalve de
schoten, die de Boerencommando'e in de
Zwartkopjes er mee op de Engelschen losten.
Het verhaal, hoe phantastiisch ook, ïykt
volstrekt niet onmogelyk, vooral niet in aan
merking genomen, de aanzienlyke premis op
Van Schwieten's hoofd uitgeloofd.
Zekere Jan Theron, een van de vredes-
boden van Kitchener, is te Bloemfontein
teruggekeerd van een vergeefsche zending
naar Petersburg. Aan het verslag van zyn
wedervaren, dat een berichtgever van Reuter
geeft, is het volgende ontleend. Toen Theron
te Aasvogelkop was aangekomen, zond hy een
boodschap aan veldkornet Grobelaar, waarby
hy hem om een onderhoud vroeg. Grobelaar
en twee andere Boeren kwamen daarop by
hem. Theron zeide hun dat hy met comman
dant Van den Berg spreken wilde over de
vredesbeweging. Grobelaar en zyn metgezellen
antwoordden dadeiyk dat van hun kantdeeenige
aannemeiyke voorwaarden zouden moeten be
rusten op de erkenning van de onafhankeiyk-
heid van beide republieken.
Daarop gaf Theron te verstaan dat hy dan
niet verder hoefde te gaan, omdat lord Kitchener
vast besloten was die niet toe te staan.
Grobelaar weigerde echter Theron zoo maar
le laten vertrekken, omdat hy zonder ver
gunning binnen de liniën van de Boeren was
gekomen en proclamaties van Kitchener in
den Vrijstaat verspreid bad. Maar een raad
van onderzoek sprak hem op beide punten
vry en gaf hem vergunning om op parool
In Petrusberg rond te loopen. Theron is
echter eerst te Bloemfontein terug kunnen
keeren toen een sterke Engelsche colonne
uit Kolflefontein het dorp bezette en de Boeren
waren afgetrokken. Toen hy hoorde hoe De
Wet Kitchener's vrodesboden had behandeld,
verklaarde hy niet geweten te hebben dat
zyn zending zoo gevaariyk was. De Boeren
te Petersburg hadden volgons hem voorraden
noch kleeren en leefden van buit.
Reuter seint verder dat de Bond onder de
burgers van Transvaal en Oranje-Vry staat
met kracht werkt om vrede te verkrygen
op deze voorwaarden: Dat aan degenen die
zich nu in het veld bevinden, na de wapenen
te hebben ingeleverd, vergund zal worden
iiAir hun hoeven terug te keeren en dat geen
straf zal worden opgelegd aan de rebelion in
de nieuwe kolonies. Voorname burgers be
weren, dat generaal Boiha ais vertegenwoor
diger van Transvaal, en generaal De Wet als
vertenwoordiger van Oranje rivier kolonie,
tot leden zullen worden gemaakt van den
regeenngsraad, ten emde de belangen der
burgers te behartigen.
Het bericht, in eenigszins anderen vorm,
heeft reods zoo dikwyia de ronde geaaan.
De oorlogscorrespondent van de „Daily
Mail" te Matjesfontein zegt, dat de toestand
in de Kaapkolonie op het oogenblik de vol
gende is: Kreutzingeris commando ie in het
district Uitenhage. Een klein gedeelte van zyn
atrydmacht zwerft door het district Beaufort-
West, biykbaar met het doel om Calvinia te
bereiken, waar commandant Brand zich gei eed
maakt om in noordeiyke richting naar Brand-
vlei terug te trekken. Te Brandvloi zyn ruim
200 Boeren.
De Engelschen hebben, volgens esn Reuter-
telegram uit Piket-berg, binnen een kring van
70 myien om die plaats heen by de 4000
paarden en 7000 muilezels opgecommandeerd.
De officieren verbazen er zich over, dat men
niet vroeger tot dien maatregel is overgegaan
en zich zoolang heeft beholpen met de slechte
Argentynsche of niet aan het klimaat ge
wende Engelsche paarden.
Budyard Kipling heeft de Western Province
Mounted Rifles, een van de vrywilligerskorpsen
ln de Kaapkolonie, een maxim ten geschenke
gegeven.
Van Engelschen kant wordt verzekerd, dat
in do laatste drie maanden elfduizend man
ongeregelde ^troepen in de kolonie zyn gelicht.
Omtrent de tactiek der kleine oommando's
in de Kaapkolonie meldt de „Standard"-
corrospondent, dat zy zich oosteiyk bewegen,
leven van hetgeen het land oplevert en nimmer
ernstig een plaats aanvallen, waar kans op
tegenstand bestaat; zooveel mogeiyk vermyden
zy gevechten met de Engelsche bereden
troepen.
Byzonder wordt geprezen de moedige ver
dediging door slechts vyf en-twintig man van
het spoorwegkorps van de Driefontemsmyn.
De vyaud, die veel talryker was, moest terug
trekken, echter na eerst het pompstation te
hebben vernield.
De aanvaf der Boeren op Greylingeatad had
meer succes en de Heidelberg-Roodepoortmyn
moet zware schade hebben bekomen.
Men dringt er op aan, dat de 1500 man,
die in Kaapstad ter verdediging der mynen
geworven zyn, al is hun aantal onvoldoende
om de mynen goed te beschermen, onmid-
deliyk naar den Band sullen worden ge
zonden.
Een officieel rapport te Kaapstad uitge
geven zegt, dat de Inval in de Kaapkolonie
door een aanzienlyke macht, welke de vorige
week eveneens officieel werd aangekondigd
niet heeft plaats gehad, doch slechts eer
quaestie van tyd is.
Zou De Wet do Kaapsche regeering op df'
hoogte houden?
Terwyi men 80,000 man versche troepen
naar het oorlogaterrein wil zenden meldt de
correspondent van de „Daily Telegraph" na
zyn terugkeer in Londen eenige byzonder»
heden over de treurige bewapening der
troepen.
Toen men 8 Januari te Kaapstad reeds
zesduizend vrywilligers had aangeworven, had
men voor hen te zamen slechts 230 geweren
voorhanden en om dat aan het publiek te ver
bergen liet mon de ongelukkige vrywilligers
maar steeds gymnastische oefeningen uitvoeren
en marcheeren zonder geweien in de hoop,
dat in dien tusschentyd een schip met geweren
mocht aankomen.
Daarop ontdekt© men, dat men slechts te
beschikken had over 150 paarden. De Kaap
sche regeering heeft toen maar besloten de be
reden infanterie per flets te laten uitrukken.
In Transvaal zyn de Boeren er opnieuw
in geslaagd een myn ernstig en een andere
in geringere mate te beschadigen. Dit is niet
minder onpleizierig voor de aandeelhouders
dan voor de Engelsche regeering zelf, zegt
de ,N. R. C.", omdat alle financieels plannen
na afloop van den oorlog, zoowel voor het
bestuur van Transvaal als de betaling der
oorlogskosten, op de mynen zyn gebaseerd.
Steeds luider wordt het geroep om betere
bewaking en nu reeds wordt erkend, dat de
te Kaapstad aangeworveu 1500 m an totaal
onvoldoende zyn.
Een andere reden van toenemende ontevreden
heid onder de Engelschen is de omstandigheid^
dat Transvaalsche burgers, die eerst hebben
medegevochten en zich toen hebben over
gegeven, voor een deel in hun betrekkingen
zyn gehandhaafd. Alle betrekkingen moeten
worden gegeven zoowel de burgerlyke als
de militaire aan de gevluchte uitlanders en
de leden der ongeregelde korpsen, die allea
opofferden wat zy bezaten om niet met de
Boeren te moeten vechten 1 Maar nog weerzin
wekkender dan deze poging om het eigeniyfc
motief van hun vlucht, hun doodsangst, weken
vóór de oorlog uitbrak, te verbergen, is do
verzekering der heeren, dat zy nu beginnen
te bemerken, dat hun „loyale vlucht" een
„dure vergissing" is geweest, omdat *y, die
achter zyn gebloven, alle pruimen krygen uit
de taart, in den vorm van regeeringsconlracten.
Bovendien verbittert ben de verzoenings
gezinde politiek tegenover de Boeren, want
zy hebben alle lasten te dragen, terwyi de
Boereu op alle mogeiyke wyzen door de
militaire overheid vertroeteld worden (sicl).
Er was een tyd, dat men in Engeland zelf
meende dat de Johannesburgsche Uitlander
een door de Boeren verdrukt, doch d&aioca
nog des te sympathieker wezen was. Do
houding vóór en tydens den oorlog van do
groote meerderheid der uit „loyaliteit" go-
vluchte Uitlanders heeft ze echter een even
groote minachting by hun landgenooten
bezorgd als ze reeds by de Boeren genoten.
Welke toestanden er in Transvaal zoudon
ontstaan, als deze heeren eens aan het hoofd,
der zaken kwamen te staan met Milner als
gouverneur, laat zich denkenI
Sir Edward Clarke heeft te Londen in «en
toespraak tot de conservatieven in het district
Holborn, over den oorlog sprekende, gezegd,
dat de Engelschen in de eerste plaats zonder
op de kosten te letten de invallers uit de
Kaapkolonie moesten verdry ven; maar daarna
behoort de Engelsche regeering den vechtenden
Boeren eervolle voorwaarden aan te bieden:
in de eerste plaats volledige amnestie zonder
uitzondering; ten tweede het waarborgen van
de rechtsgelijkheid en geiykheid van belastin
gen ln Oranje-Vrystaat en Transvaal; teil
derde het verstrekken van den waarborg dat
de rechtsbedoeling en het bestuur in do
Bóeren-republieken zal uitgeoefend worden in
overeenstemming met de vroegere rechts
toestanden en met een zoo uitgebreid moge-
iyk zelfbestuur onder Koning Eduard ala
opperheer. De Engelschen zouden echter con-
tróle moeten oefenen over de atrydkrachten
en de spoorwegen ln de Boereu-r%pu bliek en.
Clarke verklaarde te gelooven dat een eervolle
vrede dadelyk mogeiyk zou zyn als de Engel
sche regeering de vorenstaande voorwaarden
aanbood.
Er loopen in Engeland min of meer ge
heimzinnige geruchten, volgens welke sommige
ministers, o. w. Chamberlain den uitweg, dien
Clarke heeft aangeduid, zouden uitwillen.
Clarke zou daarom een samenspreking tusschen
de leiders van de liberale party willen houden„
ten eiade den toestand te overwegen.
Rapport van lord Roberts
Het ofücieele Engelsche blad („London Ga-
zette") bevat de oorlogsdepeches van lord
Boberts, van Febr. 1900 tot 16 Nov. 1900.
Lord Roberts zegt, dat hy by zyn komst
in Zuid-Afrika geen georganiseerden transport
dienst vond. De eerste zorg van hem en lord
Kitchener was, den transportdienst teorgani-
•eeren.
Generaal Bulier telegrapheerde heir op
6 Februari, dat eeu oprukken naar Ladyemith
8000 man zou kosten en het succes twyfel-
achtig zou zyn. Lord Roberts antwoordde, dat
hy Lady8mith moest ont/.etten, zelfs al zon
het zooveel soldaten kostea ais hy vreesde.
Den 9den Februari seinde generaal Buüer,
dat de operatie niet te doen was zonder ver
sterkingen.
Met betrekking tot het gevangennemen van
verspreide Eugolsche troepenafdeelingen zegt
lord Roberts, dat de mogelykheid vau zulke
rampen voorzien was, daar vóór de inneming
van Pretoria het bezet-houden van den spoor
weg met voldoende atrydmacht onmogelyk
was, zonder den opmarsch van de hoofdmacht
te verzwakken.
De laatste depeohe zegt, dat, hoe groot de
gebezigde macht ook was, zy te zamen nog
te klem was voor het werk, dat van haar
geslacht werd. H« geett dan cUfere om da
ontzaglijke uitgestrektheid van de bezette op.
perrlakte aan te toonen. Het verbreken van
den eed door burgere, die zich hadden over
gegeven, acbryft Boberts toe aan do afwezig
heid van bescherming door de Engelecbe troea
pen, en aan pressie uitgeoefend door de Boere®
commandanten.